Ik struin altijd graag door het Rijksmuseum. Niet alleen voor de kunst, maar ook voor schilderijen van eten en drinken. Eén van de mooiste is te zien op de afdeling Middeleeuwen van Joachim Beukelaer, de welvoorziene keuken,, een schilderij vol exotisch eten, dat men al kende in 16e eeuws Antwerpen. Maar ook de food schilderijen in de eregalerij mogen er wezen. Ik deed eens onderzoek voor een Amerikaans kookboek, over de betekenis van eten op 17e eeuwse schilderijen. Daar zit een hele symboliek achter.
Maar nu even over de Gouden Eeuw, net als in het 21e eeuwse decennium nu, beleefden Amsterdam en de andere Hollandse steden een ware culinaire revolutie in de tweede helft van de Gouden Eeuw.
Boter was ruimschoots voorhanden, door de inpolderingen en weilanden vol koeien. De eerste kassen werden gebouwd om de stad te voorzien via het water van allerlei groenten. De eerste echte kookboeken werden gepubliceerd. Schepen van de Oost- en West Indische Compagnie brachten allerlei nieuwe waar mee. Koffie, thee, servies specerijen. Ga eens kijken bij de bijzondere collecties van het Rijks. En er was meer op culinair gebied dan we denken. Tegenwoordig zie je alleen kip, varken en rund in de supermarkt.
De Amsterdammer van de 17e eeuw at veel meer, van kop tot staart. Gevogelte, hert, oesters krabben, zwijn, zalm. Wijn kwam vanuit heel Europa. Natuurlijk niet voor de allerarmsten, die dronken bier, maar je kunt in het algemeen wel zeggen dat gevarieerd eten meer beschikbaar werd. Voor de burgers van de Hollandse steden. Graan voor patisserie, wit brood ipv rogge etc.
Ook een leuke tip in dit verband is om de Bijzondere collecties van de Universiteit van Amsterdam te bezoeken. Zij hebben hele leuke oude boeken met recepten. Op afspraak in te zien.
Vorige maand was ik bij de presentatie van het Kookboek van de Gouden Eeuw. Schrijfster Manon Henzen verdiepte zich in de geschiedenis van de Nederlandse keuken, over boter maken, zalm zouten, frikadellen en hoenderpastei met hanekammen. Marsepein en wijn van de goden.
In haar boekje kwam ik een alleraardigst recept tegen van kervelsop. Dat eten we tegenwoordig niet vaak meer. Ik maakte een variant met peterselie en spinazie. Ik ben me ervan bewust dat kervel niet op elke straathoek verkrijgbaar is. Met wat gekneusd venkelzaad voor de anijsachtige smaak.
Nodig:
200 g zeer fijn gehakte gehakte spinazie (of uit pak)
½ bosje peterselie fijn gehakt
300 ml melk
1 theelepel gekneusd venkelzaad
15 g boter
2 eieren
4 sneden geroosterd brood.
Zout en oh la la in de Gouden Eeuw wat peper!
Bereiding:
Hak de spinazie en peterselie heel fijn. Kneus het venkelzaad in een vijzel. Breng de melk aan met de groente en peterselie aan de kook en houd kort tegen de kook aan. Zo’n minuut of 3. Rooster de boterhammen en snijd deze in blokjes. Klop de eieren los. Laat de soep iets afkoelen en voeg de eieren toe. Kijk uit dat de soep niet meer kookt. Doe de stukjes brood op vier borden en schep de fijne soep erover.
Leuk verhaal Gereon! Het Rijksmuseum blijft een bezoek waard.