Gereons Keuken al fresco staat weer voor de deur. De maand mei verblijdt ons nog niet met zonnige dagen. Jammer, want Gereons Keuken Thuis popelt om het buitengebeuren op te starten. De grill en het kookplaatje kijken al wekenlang werkeloos toe naar het grauwe zwerk. Maar deze week ga ik los op mijn Amsterdamse balkon. Het al fresco seizoen begint en dat betekent buiten grillen, koken en roken. En iets nieuws, dat ik gisteren beleefde, een heuse Seafood Boil, overgewaaid uit Louisiana. Zomerse kookboeken lezen en bespreken. Buiten borrelen, een stevige Trappist. een glaasje ouzo of een frisse rosé in je glas. Wat knabbels erbij en ik ben een tevreden man op mijn begroeide balkon. Dan kan de grill aan. Burgers erop, witlofsalade erbij. Spicy kipdijen met ras al hanout. gegrilde puntpaprika’s en taztziki. Of sateetjes met verse kimchi. Keus te over. Gaan we voor Griekse lams keftedakia of voor gegrild geitenvlees, zoals staat in het kookboek Souq? Of gewoon een easy salade met vers geplukte eigen teelt ingrediënten/? Al fresco vibes! Buiten eten, ik hoop dat het nog lang en veel kan deze zomer. En om het geheel nu helemaal feestelijk te maken ben ik benieuwd naar jullie “buitenkook en -eet” avonturen en recepten. Doe eens gek! Stuur als reactie op deze blog je favoriete recept of leuke al fresco verhaal op. Ik publiceer deze op mijn blog en voor de twee leukste inzendingen heb ik op 15 september een kookboek klaarliggen. Ter verloting. Welke boeken dat zijn verklap ik nu nog niet, maar ze zijn in ieder geval zomers en vers. Gereons Keuken al fresco 2017 gaat van start. Enjoy!
Asperges 2017.
Asperges 2017. Een kleine drie maanden is het verkrijgbaar, het witte goud uit Zuidoost Nederland. geteeld op de zandgronden. Ik heb het over asperges. Wit, groen of zelfs paars tegenwoordig. Wie is er niet groot mee geworden. Gereons Keuken Thuis in ieder geval wel. Eind maart, begin april verschenen de eerste bordjes langs de weg “asperges te koop” Dan werd het schillen geblazen en eten maar. Met ham, een eike en aardappeltjes. Een hele mooie traditie, de teelt van deze koningin onder de groenten. Al 100 jaar. Het begon voor Nederland ooit in Bergen op Zoom, stad van de drie A’s (aardbei, ansjovis en asperge) Op 11 april werd het aspergeseizoen 2017 feestelijk ten doop gehouden in een instituut, dat binnenkort haar 150 jarige verjaardag viert. De koningin der groenten had haar intrek genomen in het Amstel Hotel, alwaar zij haar gasten fêteerde op mooie gerechten in een feestelijke ambiance. Een soort aspergebal zal ik maar zeggen. Maar voor het zover was werden de gasten op sjouw genomen door de stad Amsterdam.
Bestemming restaurant De Pont, alwaar de koks hard aan de slag waren gegaan om de pontreizigers naar Noord te trakteren op een bakje met verse aspergesalade. Want al is het een oude traditie, hij mag zeker in een nieuw jasje worden gestoken. Jongeren moeten ook aan de asperge. Al is het seizoen kort, je kunt eindeloos variëren met asperges. Hier wisten de aanwezige telers en natuurlijk ambassadeur van dit jaar Niven Kunz van alles over te vertellen. Want het telen van het witte goud is een arbeidsintensief werkje, dat daags na Sint Jansdag op 25 juni al start. Doel een nog mooiere en kwalitatieve oogst het jaar erop.
Na het intermezzo aan de Buiksloterweg reden we terug naar de boorden van de Amstel, waar we werden verwelkomd door Anita Bos, de charmante directeur van het Amstel Hotel. Zij vertelde blij te zijn dat het Aspergecentrum voor de jarige grande dame had gekozen om het aspergeseizoen te openen. Het hotel werd destijds in ëén jaar en ëén dag gebouwd en wordt momenteel gerestaureerd na 150 jaar om wederom de gasten van alle comfort te voorzien. En dat is zelfs zo tijdens deze ingreep.
Hierna kon het spektakel beginnen. Richard Wilms, directeur van het Aspergecentrum nodigde voormalige aspergeambassadeurs Mathijs Vrieze en Sandra Ysbrandy om samen met hem het seizoen op spectaculaire wijze te open. Een fikse lasershow vertelde de geschiedenis van de asperge en kondigde op dreunende beats de nieuwe ambassadeur van dit jaar aan. Niven Kunz, sterrenchef en fervent aanhanger van het 80/20 principe. Hij weet natuurlijk alles van asperges. En kreeg naast de oorkonde een bosje wit goud. Gereons Keuken Thuis probeerde het licht te vangen, maar dat leidde niet tot het gewenste resultaat. Gelukkig slaagde collega blogger Anne Wies van Oosten daar beter in en op haar leuke website anne-wies.nl is haar fimpje te zien.
foto: creatie van de koks van La Rive.
Na de plichtplegingen van de dag was het tijd om te proeven. Van de creaties van Kunz, La Rive, Hostellerie de Hamert en de Rooise Boerderij. De koks hadden hun beste beentje voorgezet om met de witte stengel tongstrelende hapjes te maken. Erbij de aspergewijn van dit jaar, een muscat sec van Abels wijnen uit de Langudedoc. Wat een feest. Asperges met Livarvlees van de barbecue, op traditionele wijze met hollandaisesaus, als charlotte gevuld met zalmei en -tartaar en met een tuinbonenschuim en gerookte paling met sesam. Het laatste gerecht was onweerstaanbaar en Gereons Keuken Thuis schoof voor een tweede keer aan in de rij. De middag kon niet meer stuk en gewapend met een bosje wit goud toog ik terug naar Amsterdam West, waar ik daags erna nog eens aan de asperges ging. Seizoen geopend, geniet ervan. Asperges 2017.
Op wijnreis door Portugal.
Op wijnreis door Portugal, van de zuidstranden van de Algarve tot de steile hellingen van de Douro. Wat een diversiteit. Gereons Keuken en Route kende deze streken helemaal niet. De versterkte wijnen uit Porto, wit uit de Alentejo, modern design voor een wijnmakerij in het midden van het land. Kunst ontmoet wijn en je kunt er nog logeren ook. Al deze onderwerpen kwamen aan de orde in een gezamenlijke presentatie van Visit Portugal en wijnimporteur Olaf Kerstens van André Kerstens Wijnkopers. Een selectie van het moois dat de regio’s van Portugal de verwende reiziger en wijndrinker te bieden hebben. In ieder geval veel moois en lekkers, zo bleek.
De reis begon in Alentejo, de andere kant van de Taag, een streek met witte dorpjes op heuvels, kurkeiken, warme zomers en rust. Vooral rust, want er wonen op een oppervlakte van heel België maar 600.000 inwoners. Voeg daarbij de strakke onbewolkte luchten en je kunt je voorstellen, dat het zwerk ’s nachts ook een festijn is. Bij deze streek presenteerde Olaf Kerstens een witte reserva DOC Alentejo, gemaakt van 100% lokale druif Antao Vaz en houtgerijpt. Bijzonder, zeker als je weet dat Portugezen vooral rode wijndrinkers zijn. Een doordrinker noemde hij het.
Centro de Portugal, nog zo’n rurale streek. Het hartland van de DOC Dao. De vertegenwoordigster vertelde over de design wijnhuizen waar het goed toeven is, al logerend tussen het groen van de wijnranken en kunst. Stukje lokale kaas uit de Serra do Estrela, de hoogste bergketen van Portugal erbij en een goed glas Quinta de Carvalhas Encruzado 2014, wit met een mooie lengte.
Op wijnreis door Portugal. Algarve, de zuidelijke stranden van Cabo São Vincente tot aan Faro. Strandplezier, watersport, golfbanen en een mooi natuurreservaat. Alles voor de verwende toerist. Wat kun je er in kort bestek over zeggen. Bezoek het achterland, waar de tijd direct lijkt stil te staan. De witte dorpjes met barokke kerkjes uit de tijd, dat de koloniale rijkdommen binnen spoelden. Olaf Kerstens presenteerde bij Algarve een stevige blend van Covento do Paraiso Euphoria uit 2012. Veel fruit proefde ik.
video: Braga op bezoek in Lissabon
We maken een grote bocht naar het noorden van Portugal. Met Porto als tegenwoordig populaire bestemming, Het religieuze en Keltische Braga. (op het filmpje hierboven op promo bezoek in Lissabon) Groen, Atlantische stranden en in 2016 was deze regio benoemd tot Europese gastronomische regio. Vaar eens over de Douro langs de steile hellingen, waar de druiven voor rood en wijn voor port worden geteeld. Geproefd werd een rode, volle en toch verfijnde Douro van Prats & Symington, Prazo de Roriz.
foto: ruby en tawny uit Porto.
De reis eindigde in Porto, hoofdstad van de versterkte wijnen. Een bestemming op zich, gepresenteerd in een rijke ruby port, Olazabal Reserve vol rood fruit en een 10 jaar oude tawny port van Vale D. Maria, intens vol gerijpte krenten en noten. Het maakte de wijnreis door het veelzijdige Portugal compleet. De kreet BEM VINDO is zeker van toepassing.
Mijn keuken van Galicië.
Mijn keuken van Galicië. Een niet veel bezochte regio in het westen van Spanje, aan de Atlantische Oceaan, met een eigen taal en cultuur. Geen castagnetten, flamenco en brandende hitte, maar diepe fjorden, die rias heten, doedelzakken, vis en veel groen. Dat is Galicië, de geboortestreek van de vader van Isabel Meniño, een culinair en conceptueel styliste en initiatiefneemster van het Museum of Our Food. In haar nieuwe boek neemt zij de lezer en koker mee op een tocht door deze mooie regio, haar keuken van Galicië. Manolo, de vader van Isabel, belandde na een korte carrière bij de Spaanse marine in een café aan de Amsterdamse Peperstraat, waar hij de klanten kennis liet maken met de keuken van zijn geboorteland. Zomers ging het gezin naar Galicië, naar oma Divina. Zes weken weg van het comfort van Nederland. Zoete herinneringen heeft Isabel hieraan. Ze bundelde deze jeugdherinneringen in dit mooi vormgegeven boek.
Galicië is zoals gezegd een onbekende streek. Santiago de Compostella, de stad van apostel Jacob kent iedereen, maar daar houdt het op. Deze Keltische regio kenmerkt zich door uitgestrekte natuur en een koel zeeklimaat. Door haar ligging is er weinig industrie en vertrokken veel Gallegos naar andere landen om werk te vinden. Wat bleef was de rust en het kalme en ingetogen karakter van de inwoners. Meniño probeert deze aard te vangen in beeld, tekst en recepten.
Galicië ligt aan zee, dus er wordt volop genoten van vis en schaaldieren, van mejillones en escabeche, krab met knoflookmayonaise, de bekende zarzuela en natuurlijk pulpo, die waarschijnlijk het meest wordt gegeten in Galicië. Al dan niet met en glas albariño of cider. Het boek gaat verder met Verano (zomer). Galicië kent een hoop feesten. En feest in Spanje betekent een comida. Zo worden in de stad Vigo grote vreugdevuren ontstoken voor de vissers, die terugkomen. Hierop worden sardines in vele variaties bereid. Isabel geeft een aantal feestelijke recepten.
Hierna komen meel en eieren, de basis van de empanada, meer dan 800 jaar oud, die al door de pelgrims in Santiago werd gegeten. Empanar betekent inpakken en vullen met iets hartigs. De Gallegos namen dit broodje mee naar Zuid Amerika. Empanadas met kabeljauw, vlees, tonijn of pompoen. Isabel en haar ouders kregen ze mee van oma en pas na de Pyreneeën werd er gestopt voor brood. De eerste etappe tot aan Frankrijk hadden ze genoeg aan hun empanadas. Tortillas staan ook op het menu, een makkelijke boerenmaaltijd en heel #nowaste, met aardappel, voorjaarsgroenten of zoete aardappel. Het blijft een vindingrijk gerecht.
La cocina de Manolo. De vader van de schrijfster was kok en liet de Nederlanders kennis maken met zarzuela, ropa vieja, tortilla, paella en nog veel meer. Isabel heeft goede herinneringen aan deze keuken. Lamskoteletjes met komijn en fideos, een Iberisch pastagerecht. Meniño vergeet nooit het gekrijs van het varken dat vroeg op de binnenplaats werd geslacht. Het geslachte dier werd door oma van kop tot kont gebruikt. Het werd verwerkt en de familie kon er dan een jaar van eten. Van de ribben werd op het houtvuur een caldo, bouillon getrokken. Voor de al verhollandste kinderen een gruwelmaal. Voor vader Manolo een feest.
Met bouillon kun je de beroemde caldo gallego maken, eens stevige boerengerecht met kikkererwten en kool. Of wat te denken van ropa vieja, vieze kleren, een stoofpot, die de Galiciërs leerden kennen op de Canarische Eilanden. Gereons Keuken Thuis vindt het leuk dat de schrijfster ook iets in dit boek vertelt over wijn. Galicië is de bakermat van de albariñodruif, die in het vochtige zeeklimaat groeit op de rijke gronden van graniet en lei. Deze wijnen hebben een knisperend en fris karakter. Het is een goed gebruik van de Gallegos om een gast te verwelkomen met een taza de vino, een kommetje wijn. Het boek besluit met wat tapas en natuurlijk dulces.
Mijn keuken van Galicië is een spannend boek, met ingetogen foto’s van de gerechten en het knalblauwe water op de foto’s van de oceaan. Hiermee creëert Isabel Meniño een sfeervol geheel, waarin de tamelijk basic Spaanse keuken goed gedijt. Ik heb er in ieder geval van genoten en zou wel eens een kijkje in de rias willen nemen. Wie weet kan de schrijfster mij een goed plekje wijzen om kokkels te rapen.
Mijn keuken van Galicië, Isabel Meniño (ISBN 9789089897350) is een uitgave van Terra en kost € 29,99
Noot: dit boek werd mij als recensieexemplaar gestuurd door de uitgeverij. De bespreking hier is mijn eigen mening. Lees ook de disclaimer
Koken van pagina 53, de Vrolijke Tafel.
foto: cover De Vrolijke Tafel.
Koken van pagina 53 op deze zaterdagmorgen. Uit Gereons Kookboekenhoek pakte ik De Vrolijke Tafel, feestelijke recepten voor elke dag van Karin Luiten, de antipakjes- en zakjesdiva. Maar, verhip, op pagina 53 trof ik drie juichende en voetbal kijkende (neem ik aan) mannen aan in plaats van een recept. Dus voor deze editie van deze serie op Gereons Keuken Thuis (geen voetballiefhebber) wordt uitgeweken naar bladzijde 52, alwaar ik merguez-hapjes met yoghurt aantrof. Een recept, dat ontstond als een soort kliekjessnack, en zowaar, het zijn heel party-waardige hapjes. Aldus Koken met Karin. Een prima snack voor deze zonnige zaterdag. Dus hopperdepop naar de Kinkerstraat voor de ingrediënten. We doen er fris glas koele witte Spaanse albariño erbij. Laat ik het de eerste #lentevibes noemen.
Nodig:
4 merguez worstjes
250 ml Turkse yoghurt
2 pitabroodjes
2 takjes verse munt
1 tl pikant paprikapoeder (of pimentón hot)
2x scheut olijfolie
Bereiding:
Oven voorverwarmen op 160 graden. Roer 1 theelepel paprikapoeder door 4 eetl. olijfolie. Meng de helft hiervan door de yoghurt, zodat deze lichtoranje kleurt. Laat de yoghurt uitlekken in een koffiefilterzakje in een zeef. (dat vind ik praktisch) Snij alvast de munt in reepjes. Snij de merguez-worstjes in 4 stukken en bak ze gaar in wat olie in een koekenpan. Verwarm de pitabroodjes in de oven. Snij doormidden en vervolgens elke schijf in kleine partjes. Leg die op een platte schaal. Schep de uitgelekte yoghurt erop. Leg overal een stukje merguez op en steek er een prikkertje in. Sprenkel de rest van de oranje paprikaolie erover, en als je hebt, vooral ook wat bakvet uit de pan. Bestrooi met de munt.
Lente in de keuken.
Lente in de keuken. Het nakende voorjaar betekent voor mij lucht en ruimte. Opruimen, zowel fysiek als in mijn hoofd. Plannen maken voor mijn blog. Welke recepten ga ik delen, welke producten vind ik interessant, welke kookboeken ga ik dit seizoen recenseren? Het leidt allemaal tot een draaikolk in mijn hoofd. Zoveel plannen. Het omgekeerde effect ontstaat. Ik ga procrastinatie gedrag vertonen. Ik verzin alles om niet iets op papier of in het huidig tijdsgewricht in mijn laptop te stoppen. Ik ga me ergeren aan troep, aan onbestendige potjes, die me aankijken en boeken ter recensie, die lonken. Dat remt mij in mijn creativiteit. En geeft geen luchtig lentegevoel. Een probaat middel is dan opruimen, inventariseren en vooral dingen wegmikken of beter weggeven. (Bij ooievaars zie je dat ook, het mannetje keert eerder terug van overwinteren om het nest te kuisen.) Noem het een tour de cuisine. Je kruidenkast eens updaten, de vriezer leegeten en onbestemde restjes in de vuilnisbak gooien. Dat ruimt op en geeft lucht. Inmiddels is mijn kledingkast op orde en is er een bezem door mijn kookboekenhoek en mijn keukenkastjes gegaan. Ik vind het een feest. Ook het lichaam was aan een beurt toe en dat uitte zich in een maand geen alcohol tot mij nemen. Niet het dagelijkse gewoontewijntje. Het is mij prima bevallen en voor herhaling vatbaar. Het wordt een jaarlijks terugkerend festijn in Gereons Keuken Thuis. Maar nog even over mijn tour de cuisine. Mijn keuken moet in lente-stand en gisteren kreeg ik gezien de temperaturen bijna zin om het #alfresco gebeuren vast op te starten. maar je moet realist blijven. We leven in Nederland en een koutje is zo gevat terwijl je buiten aan het koken bent. Eenmaal opgeruimd kan het brainstormen beginnen. Wat worden de thema’s dit voorjaar? In ieder geval start begin mei mijn jaarlijkse #alfresco actie. Er ligt al een leuk kookboek klaar voor de meest originele inzending. Begin april is het tijd voor een “lente” foodparade. met allerlei nieuwigheidjes en ,hoop ik, veel inzendingen. Er verschijnen weer veel leuke boeken, waarvan ik jullie op de hoogte ga houden. Ik ga Gereons kookboekenhoek reorganiseren en heel wat pareltjes weggeven. (ophalen kan altijd) Kortom er is veel te doen in Gereons Keuken Thuis. Vandaag ga ik aan de slag met salie, een voorbode van de lente bij de Romeinen. Ik gebruik het in een klassiek gerecht uit Rome, een in de mond springende saltimbocca alla Romana. Erbij een glas wit uit Castelli Romani. En de lente in mijn keuken is compleet.
Nodig:
4 dunne kalfsschnitzels of platgeslagen kalfsoesters
4 plakken parmaham
salieblaadjes
bloem
50 g boter
1 glas witte wijn
peper en zout.
Bereiding:
Leg op elk stuk vlees een plak parmaham en één of twee blaadjes salie. Vouw dicht en zet vast met een prikker. Bestrooi het vlees met peper en zout en wentel het door de bloem. verhit de boter en bak snel aan. Laat het vlees kort garen en haal het uit de pan. Leg op een bord en dek af met aluminium folie. Giet het glas wijn in de pan en laat de jus iets inkoken. Serveer de saltimbocca direct met wat jus.
Koken van pagina 53, Kitchen Table Food.
foto: cover Kitchen Table Food
Koken van pagina 53, Kitchen Table Food. Aan tafel in twee federale hoofdsteden, Berlijn en Washington DC. Vol recepten, verhalen en vrienden. Tal Maes en Petra de Hamer bloggen erover en schreven het kookboek Kitchen Table Food, dat verscheen in oktober 2015. Dat is al weer een tijdje geleden. Het is lente, een mooie tijd voor een hernieuwde kennismaking. Koken van pagina 53. Is het Berlijn of Washington DC geworden?
Bladzijde 53 gaat over Berlijn en over de moestuin van Petra in deze stad. Niet een instant succes, die moestuin. Maar niet getreurd, Petra wordt blij van concepten als de Prinzessinengarten in Kreuzberg. Een collectief stuk grond, waarop je heerlijk kunt stadstuinieren. Niemand heeft zijn eigen stukje, je doet het samen. Achterin, ook een leuk weetje, zit het Gartencafé voor een eenvoudige lunch. Met groenten uit deze tuin en Berlijnse streekproducten. Herrlich!
Petra beschrijft op pagina 53 een salade, die zij vaak in het naseizoen maakt. Een bonensalade van cannellini, borlotti & sardientjes. Met deze keer blikken uit de voorraadkast. Een glas witte Soave erbij en je waant je in de lenteachtige Prinzessinengarten. (alleen die naam al). Koken van pagina 53, Kitchen Table galore.
Ingrediënten:
1 el olijolie
2-3 bospeentjes in plakjes
1 gele paprika, zaadjes verwijderd en in blokjes
1 ui gesnipperd
1 teen knoflook fijngehakt
ca. 6 zongedroogde tomaten in olie, in stukjes
1 el kappertjes (potje) uitgelekt
een kleine handvol olijven zonder pit
1 blik borlottibonen (400 g), afgespoeld en uitgelekt.
1 blik cannellinibonen (400 g), afgespoeld en uitgelekt
een scheutje rode-wijnazijn
1 blikje sardientjes, uitgelekt en graatjes verwijderd
een handvol verse tuinkruiden, fijngehakt
Bereiding:
Verwarm de olijfolie in een grote (koeken)pan. Voeg bospeentjes, paprika, ui en knoflook toe en bak 2-3 minuten op matig vuur. Stoof afgedekt 3-4 minuten tot de groenten enigszins zacht zijn.
Voeg tomaatjes, kappertjes en olijven toe en stoof kort mee. Schep de groenten in een schaal en meng er de bonen door. Voeg wat azijn toe en breng op smaak met wat zout en peper. Verdeel over vier borden. Leg op elk bord een paar sardientjes. Maal er verse peper over en garneer met kruiden.
Tip van Gereons Keuken Thuis: Maak van de olie uit het blikje sardientjes, 2 el olijfolie, wat gehakte bieslook, een teen geperste knoflook en wat peper en zout een dip voor het brood, dat je bij deze salade serveert. #nowaste.
Op wijnreis door Catalunya.
foto: op wijnreis door Catalunya.
Op wijnreis in Catalunya, 300 wijnmakers ontvangen het hele jaar rond bezoekers op hun mooie bedrijven in Catalonië. Catalunya, een autonome regio in noordoost Spanje, bekend van haar hoofdstad, de bruisende metropool Barcelona, de stranden van de Costa Brava en Dorada, de Pyreneeën, de modernistische architectuur van Gaudí. Kunstenaars als Dalí en Picasso lieten hun artistieke sporen na. De andere steden zoals Girona, Tarragona en Lleida met 2500 jaar historie. Voor elk wat wils dus in deze regio. En wijn! Sinds de klassieke oudheid worden er wijnen gemaakt in deze streek. Topwijnen! Een reis door de wijngaarden, met een variëteit aan landschappen, druivenrassen en wijnen, verdeeld over 12 denominaci0nes de origen, de DO’s. (wij noemen dat een herkomstbenaming) Allemaal te ontdekken, als je toch een bezoek brengt aan Barcelona of even genoeg hebt van het luieren op het strand. In het bestek van deze blog voert het wat ver, om alle 12 gebieden te bespreken. Uitgebreide informatie vind je op de site van Generalitát de Catalunya. Zij wijzen je de weg naar de mooiste domeinen, de leukste logeeradressen, de lekkerste culinaire geneugten en nog veel meer.
foto: de kelders van Codorníu.
Op wijnreis door Catalunya betekent allereerst de DO Catalunya, de algemene appellatie van deze streek. Wijnbouw teruggaand tot de tijd van de Griekse stad Emporion, het huidige Empuriés. Het is de meest productieve en best verkopende denominacion van de deze streek. Rood, wit, rosé en wat te denken van de authentieke bubbel cava? Deze heeft zelfs een eigen DO gebaseerd op het suikergehalte, variërend van extra brut tot dolç. Zo’n 300 stadjes, 50 duizend hectare groot, met 35 toegestane druivenrassen, 200 geregistreerde kelders en 60 miljoen flessen per jaar vormen deze grootste appellatie. Er zijn overal het hele jaar door proeverijen, markten en festiviteiten te bezoeken Ga eens vanuit Barcelona op pad!
De Penedès is de volgende DO gelegen achter de Costa Dorada. Gereons Keuken en Route bezocht deze streek eens vanuit badplaats Sitges. Naar cava hoofdstad Sant Sadurní, waar bekende huizen zoals Codorníu hun wijnkathedralen hebben vol bubbels. Bezoek in Vilafranca ook eens het Vinseum. Maar de Penedès is niet alleen cava. De streek is ook een grote producent van stevig rood. In Vilafranca vind je ook de cellers van Torres, het bekendste wijnhuis van Spanje. Ik vind sowieso hun winkels in Spanje een beleving. Al vanaf de Romeinse tijd wordt er wijn verbouwd in de Penedès, voor transport over de Via Augusta. De jonge witte wijnen van deze streek worden, recht uit het vat, geserveerd bij Xató, een salade van groente vis en picada, de typische Catalaanse amandelsaus.
Het laatste gebied op wijnreis door Catlunya is DO Priorat, een klein, maar fijn wijngebied, vlak achter Tarragona. De wijnbouw werd hier geïntroduceerd door monniken van het Kartuizer klooster van Escaladei. Mooie naam eigenlijk de trap van God, maar dat terzijde. De kartuizer kloosterlingen brachten de Franse wijze van wijn maken met zich mee. Hun orde leefde in stilte. Priorat is het Catalaanse woord voor priorij. De abt van het klooster bestierde de wijngaarden. Sinds de jaren 90 van de vorige eeuw werden er innovaties uitgevoerd en Priorat hoort tegenwoordig bij één van de meeste prestigieuze gebieden ter wereld. De monniken zijn er natuurlijk allang niet meer, maar hun rode wijnen (96% van de totale productie) leven voort. Gemaakt van garnatxa negra, carinyena of samso. Stevig rood. Een bezoek waard zijn de kleine dorpen van deze streek, gelegen in een bergachtig landschap. De tijd heeft stilgestaan. En nog steeds met de stilte van de Kartuizers.
Gereons Keuken en Route zou op deze zaterdag nog veel meer kunnen en willen vertellen. Maar beter is het nog om deze gevarieerde bestemming zelf eens te ontdekken. De wijnmakers staan klaar voor je. Net als alle leuke hotels en speciale restaurants. De toeristenorganisatie van Catalonië kent wel tien redenen om de wijngebieden te bezoeken. Waarschijnlijk zijn dit er veel meer. Want de regio Catalunya ademt gastronomie in al haar caleidoscopische facetten.
¡Benvinguts! Op wijnreis door Catalunya.
Zaterdag aan zee, schollen bakken.
Zaterdag aan zee. Een vaal ochtendzonnetje piept boven de duinen uit en schrijnt zwakjes op de keukentafel in Gereons SeaSpot. Beker koffie, met stoere mannen van de zee erop, ooit gekregen van het Nederland Visbureau, bij de hand. Het is heerlijk wakker worden. Een beetje de social media afschuimen. Bedenken wat ik in mijn #winterparade van komende week ga stoppen? In ieder geval Boomsma Beerenburger recepten (want het wordt weer koud), brood van het Vlaamsch Broodhuys, dat 20 jaar bestaat en de dingen, die mijn lezers opsturen. Zaterdag aan zee, voor mij een moment om te reflecteren, een flukse strandwandeling te maken en wie weet in de middag nog wat vis te scoren bij Nico Waasdorp in IJmuiden.Wordt het makreel of schollen? Of allebei? De dag ligt nog voor me. Nader bericht over wat het is geworden volgt.
Maar eerst eens ontbijten dadelijk, een kom havermout, met wat goijibessen. Om de dag te beginnen. Dit zal veel van mijn lezers verbazen. Huh, Gereons Keuken Thuis was toch niet zo van de superfoods? Inderdaad, ik vind gojibessen gewoon lekker. Pittig zal ik maar zeggen. Een fijne start van de dag en het schijnt als man ook nog goed voor je te zijn ook. (las ik ergens) Maar dat terzijde.
Zaterdag aan zee. De hele dag ligt nog voor me en ik kan me nu al verkneukelen over de dis van vanavond,. Schollen, druipend van de boter zo uit de pan, met persillade erbij. En een fijn glas witte wijn.
foto: gebakken schol in SeaSpot
Nodig:
4 middelgrote schollen
2 el bloem
1 citroen in parten
1 el olie
boter
gehakte peterselie
2 gehakte tenen knoflook
peper en zout
Bereiding:
Meng op een bord de bloem met peper en zout en haal de schollen door dit mengsel. Verhit de boter in een grote pan en bak de schollen om en om. Schollen met vel zijn in 10 minuten klaar. Zet apart en houd warm. Doe een extra klont boter in de pan en voeg de knoflook en peterselie toe. Serveer de vissen direct met een schep boterjus en partje citroen.
Japanse risotto van Hanneke.
Japanse risotto van Hanneke. Een spontane oproep voor gastbloggers en hun recepten op Gereons Keuken Thuis op Foodbloggers Benelux op Facebook leverde mij direct een spontane en snelle reactie op van Hanneke de Jonge. Zij stuurde hoezee, hoezee een fusion gerecht in “Japanse risotto met krokante zalm”. Een gewaagde combi, maar dat doet Tim Anderson ook in zijn kookboek Nanban. En aangezien ik aan het begin van deze maand in een blogpost tetterde, dat Japans het wel weer eens zou kunnen worden, is dit nog niet eens zo’n slechte keuze van haar. Als vis gebruikt zij zalm in haar recept. Ik zou als variatie makreel gebruiken in mooie filets. Laten we er vandaag eens een Riesling uit de Elzas bij drinken. Het liefst één uit 2015, het warmterecord jaar. (dank Niek Beute voor de tip)
Over Hanneke de Jonge:
Ik ben Hanneke de Jonge en ik ben een bevoorrecht mens. Mijn wieg heeft letterlijk en figuurlijk in een keuken gestaan. Namelijk in de keuken van het restaurant van mijn ouders. Mijn vader en moeder konden allebei heel goed koken en hebben ons de liefde voor lekker eten meegegeven. Van jongs af aan namen ze alle vijf(!) kinderen mee naar restaurants en nee …. geen kindermenuutje voor ons, maar lekker eten waar we zin in hadden. Mijn moeder pocht er nog over dat ik als driejarige peuter keurig met een lepeltje en vorkje een garnalencocktail zat te eten in een restaurant.Wij aten elke avond in het restaurant van mijn ouders. Als er een overschot aan bijvoorbeeld entrecote of kalfslever dreigde te ontstaan, dan stond dat bij ons op het menu. Zo is al heel vroeg ons smakenpalet ontwikkeld. Niet dat we alles lekker vonden, zo hield ik vroeger bijvoorbeeld helemaal niet van vis (nu ben ik er gek op) en lustte één van mijn zusjes geen lams- of orgaanvlees. Maar we moesten het wel allemaal proberen.
Mijn ouders hadden diverse horecabedrijven en vonden het logisch, dat de kinderen deze zouden overnemen. Daarom werkte ik in het restaurant, al jong in de spoelkeuken daarna in de keuken en op mijn veertiende ook in de bediening. Ik heb toen de benodigde horecadiploma’s gehaald maar op een gegeven moment ging het lange dagen werken zich opbreken en besloot ik te stoppen. Directiesecretaresse werd ik en heb dit 30 jaar gedaan.Maar toch jarenlang na kantoortijd kookcursussen en workshops gevolgd….tja het bloed kruipt waar het niet gaan kan.
Iedereen die bij mij kwam eten vroeg om recepten en deze heb ik op een gegeven moment op de Facebook pagina Smullen met Hanneke geplaatst.Maar het werd het tijd om het wat professioneler aan te pakken en mijn recepten op een website te gaan posten. Dit is Culinea geworden. Hier plaats ik de meeste recepten waar wij van genieten, fotografeer ze eerst en schrijf ze daarna uit. Ik ben opgegroeid met de klassieke Franse keuken, maar door het vele reizen kwam ik in aanraking met talrijke andere smaken. Ik ben gek op de Aziatische en Italiaanse keuken maar vooral de kruidige smaken uit het Midden Oosten hebben mijn voorkeur. Ik kook dagelijks vers en met zoveel mogelijk lokale ingrediënten van het seizoen.Welkom op mijn culinaire wereldreis.
Japanse risotto met krokante zalm en salade van erwten, peultjes en bonen
Een risotto met een Japanse twist.
Ingrediënten:
saus:
50 ml rijstwijn
50 ml sake
50 ml mirin
50 ml Japanse soyasaus
2 el suiker
risotto:
50 gram roomboter
2 sjalotjes, fijngesneden
2 tenen knoflook, fijngesneden
4 citroenblaadjes
350 g arboriorijst
100 ml witte wijn
600 ml groentebouillon, warm
zalm:
4 x 125 g zalmfilets
3 el gefruite uitjes
1 tl palmsuiker
1 tl zout
½ tl chilivlokken
wasabi
erbij:
150 g sugar snaps
150 g bimi
kiemgroente
Bereiding:
Verwarm de oven op 200 ̊C. Saus: verhit een pannetje en voeg de rijstwijn, sake, mirin, sojasaus en suiker toe en breng aan de kook. Laat een paar minuten zachtjes pruttelen tot de saus iets is ingedikt. Risotto: fruit de sjalotjes aan en voeg dan de knoflook in een grote pan met olijfolie en boter. Voeg de rijst toe en roer dit even door. Giet de wijn erbij en breng het aan de kook tot de wijn verdampt is.Voeg dan beetje bij beetje de warme bouillon toe en blijf regelmatig voorzichtig roeren, tot de rijst zacht is en de bouillon verdampt is.Voeg als laatste de saus toe en laat dit zachtjes 1-2 minuten koken tot alles geabsorbeerd is.
Zalm: meng de gefruite uitjes met de suiker, chilivlokken en zout in een blender en hak dit fijn (tot broodkruimels), strooi dit uit op een plat bord.Bestrijk de zalm aan een kant met een heel klein beetje wasabi en druk deze kant in de uitjes mix. Druk goed aan zodat er een krokant laagje ontstaat. Leg de zalm in een ovenschaal met de topping naar boven en laat deze ongeveer 8-10 minuten garen in de oven (afhankelijk van de dikte van de zalm). Zet eventueel de grill aan om de bovenkant nog krokanter te krijgen.
Blancheer ondertussen de sugar snaps en bimi. Serveer de risotto op het bord met daarop de krokante zalm erop en de groente eromheen. Strooi er wat kiemgroente overheen.
Heb jij ook een leuk verhaal, een spannend recept of anekdotes? Schroom niet en deel ze op Gereons Keuken Thuis. Be my guest!













