Recepten uit de bekroonde kookboeken van het jaar 2007-2016.

 foto: cover van het boek.

Recepten uit de bekroonde kookboeken van het jaar 2007-2016. Al tien jaar lang organiseert Fusina Verloop met haar bedrijf Wonderneming op gedreven wijze de verkiezing van het Kookboek van het Jaar. In dit decennium ontpopte dit evenement zich tot één van de meest waardevolle en creatieve kookboekenprijzen van Europa. Er is tegenwoordig zelfs een heuse Kookboeken Zevendaagse en door het jaar heen bespreken recensenten nieuwe kookboeken op een speciale recensiesite. Maar Fusina zit nooit stil. Dit jaar werd er voor het eerst een “foodblogger van het jaar” verkiezing aan toegevoegd. Met recht is Verloop een culineuze duizendpoot te noemen. Altijd op pad om de nieuwste kookboeken te verzamelen voor het event in november. Petje af.

Elk jaar kiest een speciaal samengestelde vakjury een titel en doet het publiek een duit in het zakje door te stemmen op de website. Dit jaar waren Jord Althuizen met Smoky Goodness (vakjury) en Bas Robben met ZUUR (gouden garde, de publieksprijs) de gelukkigen. Joke Boons Bonen! kreeg de duurzaamheidsprijs.

Maar nu op deze zondag aan zee een woord over het boek zelf. Tien jaar kookboekengeschiedenis. Het is verdeeld in voor- hoofd- en nagerechten uit de verschillende edities van de winnaars. Voorgerechten start met een recept voor Waterzooi (ik wist niet dat dit een voorgerecht was?) uit De keuken van ons moeder, winnaar van de vakjuryprijs 2007. 2008 levert ons een recept van Puck Kerkhoven, witlofschuitjes met kipkerriesalade uit Het grote kliekjesboek, dat een gouden garde ontving. Zo gaat het verder in een speelse lay out (wel wat klein lettertype) met voorgerechten van de laureaten door de jaren heen.

Hoofdgerechten, een januarimenu uit 12 maanden eten van AH (2009) of arrosto di miale met venkel van Toscanini venticinque (2010) of pastilla uit het boek Kookkaravaan (2011), een favoriet van wijlen Johannes van Dam, herinner ik me. En zo gaat het verder in deze palmares van al die kookboeken, die uitkomen, elk jaar opnieuw. Je ziet de receptuur en de styling door de jaren heen veranderen. En de thema’s.

Nagerechten is het volgende hoofdstuk. Spekkoek met warme vanillekersen uit Hartverwarmend van Janneke Philippi (2010). De antisuikers- en gezondheidslobby had nog niet toegeslagen in kookboekenland. De worteltaart met witte chocolade uit Echt Eten van Jonathan Karpathios, onze landelijke groentekok en in 2013 de publieksfavoriet.

Recepten uit de bekroonde kookboeken van het jaar 2007-2016 laat zien, dat de kookboekenbranche continu in beweging is, vol initiatief en verwondering. Net zoals de Wonderneming van Fusina Verloop. De letters in het boekje zijn dan wel wat klein (ik tik dit stukje met mijn leesbril op), maar Gereons Keuken Thuis kijkt nu al uit naar het tweede van deze bloemlezing, dat, wie weet, in 2025 ten tonele komt.

Recepten uit de bekroonde kookboeken van het jaar 2007-2016, Fusina Verloop (ISBN 9789491525520) is een uitgave  van Wonderneming en is te koop voor € 24,95

Mijn Franse Keuken, Alain Caron.

 foto: cover Mijn Franse Keuken.

 

Mijn Franse Keuken van Alain Caron. In Gereons keuken Thuis ligt het nieuwe boek van Alain Caron, culinaire duizendpoot, die nadat hij in de jaren zeventig startte bij één van de Fagels, zich ontpopte tot ware ambassadeur van de Franse gastronomie. Deze kok is van vele markten thuis, als jurylid bij Masterchef, gastkok bij kookscholen en zelf regelmatig te gast in de bekende keukens van Frankrijk.

Het is jammer, dat je op foodblogs vaak weinig Franse recepten ziet. Voor Nederlanders moet er vaak een hompel worden overwonnen. Zo zie je vaak dat er dan hele ingewikkelde gerechten met veel brouhaha worden gepresenteerd als “echt” Frans bistro-eten. Ik begrijp dat wel. De cuisine van dit land is onstaan in de keukens van de adel en later geadopteerd door de (haute) bourgeoisie. Nog steeds kent de Franse keuken een aura van importance. Niets van dat alles voor de vrolijke en jeugdige Alain. Hij vertelde mij kort geleden (onder het genot van zijn bisque), dat de essentie van een Frans menu een mooie geroosterde kip is. Zonder brouhaha en tralala. Dat heeft zijn beslag gevonden in het nieuwe boek Mijn Franse Keuken. Caron verkent deze keuken binnenste buiten.

Het boek start met wat tips van Alain, waarvan voor hem één van de belangrijkste is: “Proef jë eten! Hij kan het niet genoeg zeggen. het gaat om smaak. En goede waar. Nederlanders hebben nog steeds een grote voorkeur voor goedkoop. Een mooie kip is nu eenmaal wat duurder. De opzet van Mijn Franse Keuken is basic. Het start met voorgerechten, zoals klipvispuree uit Nimes, voor op een geroosterd broodje. Koude meloensoep, voor ’s zomers in de tuin. Voor de dare devils zijn er mergpijpjes met courgette. Alain licht het allemaal stap voor stap toe.

Dan volgen de hoofdgerechten. Een Provençaalse vissoep, rijk gevuld. Gekonfijte eendenbouten. waarvan Alain laat zien hoe makkelijk die zelf zijn te maken. Een klassieke kaasoufflé. En als klapper voor de déjeuner op zondag, kip met citroenboter. Ondanks het ochtenduur waarop ik dit schrijf heb ik er nu al zin in. De hachis parmentier mag ook niet ontbreken. Alain besteedt apart aandacht aan bijgerechten, de wereldberoemde aardappelpuree van Robuchon. (deze komt in mijn Franse kerstparade), de emblematische ratjetoe of een persillade.

We sluiten de maaltijd af met nagerechten. Een clafoutis van rijp fruit. Gekaramelliseerde ananas. Of, wat een feest de Mont Blanc Een kaasplankje mag natuurlijk ook. Mijn Franse keuken sluit af met een hoofdstuk over de basis. Van geklaarde boter, via gepofte knoflook, Béarnaise saus, gekonfijte eendenbouten tot het bouquet garni. Alain legt het allemaal feilloos uit.

Daarmee vind ik Mijn Franse Keuken een aanwinst voor alle foodies, foodbloggers, zondagskoks en eetadepten. Van dit boek spat de smaak af. Hierin is Alain geslaagd. Goed beschreven recepten, mooie fotografie en de convivialité spat er vanaf. Koken is namelijk ook leuk. En maakt bij iedereen wat los. Je vous souhaite bon répas.

Mijn Franse Keuken, Alain Caron (ISBN 9789048829200) is een uitgave van Carrera Culinair en kost € 29,99

Noot: dit boek werd mij als recensieexemplaar gestuurd door de uitgeverij. De bespreking hier is mijn eigen mening. Lees ook de disclaimer

Inspiratie voor december.

 foto: de tafels van Seasons magazine.

Inspiratie voor december. Het is een zondagochtend in november. Buiten trekt de wind aan en verliezen de bomen hun laatste bladeren Een prima ochtend om te werken aan een virtueel moodboard voor de aanstaande feestmaand. Waar gaat Gereons Keuken Thuis dit jaar mee aan de slag? Wat plaats ik op mijn blog voor het aanstaande feestgedruis tijdens deze maand? Inspiratie is overal te vinden.

 foto: cover Foodies.

Zo ontving ik deze week “The big Christmas issue” van het tijdschrift Foodies. Zij hebben kosten noch moeite gespaard een dubbeldik kerstnummer in elkaar te zetten. De eerste schreden hiervoor werden gezet deze zomer in Portugal. Er werd gedineerd in kasteel Tongelaar. Op deze sfeervolle locatie in Mill heb ik ooit nog een wijnproeverij gegeven. Janny van der Heijden legt tafeletiquette uit en vijf foodbloggers, waaronder Simone van den Berg vertellen over hun signature dish. Een fijne bron van inspiratie.

 foto: kazen van Bourgondisch lifestyle.

Ook het bezoek aan het jaarlijkse All you need is food festival van De  Kroon op het Werk is een must. Ik zag, snoof, rook en proefde nieuwe producten. Sprak met bevlogen brouwers van brouwerij De Hoop uit Zaandam, scoorde een nieuw pennenblik bij Mutti en snuffelde aan de kazen van Bourgondisch lifestyle, kaasaffineurs pur sang. Seasons, het tijdschrift dekte de tafel en gaat voor groen geluk deze feestmaand. Inspiratie voor december.

 foto: Zaanse sambal.

Stephan Kuiper kwam op me af met zijn artisanale Zaanse sambal, een product met vele gezichten en mogelijkheden. Bijvoorbeeld voor in de wildstoof. Ik volgde op de valreep nog een workshop kaaspairing bij Old Amsterdam. In een klein groepje knutselden we een winterse mocktail van Earl Grey thee, groene kombucha en wintersiroop in elkaar en serveerden deze bij de oude kaas. Het was om het in “Sinterklaas” termen te zeggen een verrukkelijk avondje.

 foto: mocktail met Old Amsterdam.

In december ga ik weer aan de slag met mijn jaarlijkse receptenparade, uit door Gereons Keuken Thuis besproken kookboeken. In ieder geval een drie gangenmenu uit Bonen! van Joke Boon, een kennismenu uit het culinair compendium de grote Kleyn, Grieks uit het Griekenland kookboek, een Sylvester menu uit ZUUR van jeune premier Bas Robben. We gaan verder met Frans eten à la Alain Caron, Zuid Japans uit Nanban, Baskisch van José Pizarro en vis van Mikkel Karstad. Ideeën te over dus.

 foto: Mutti.

Maandag verkeer ik samen met kookboekrecensies Cobuse in Italiaanse sferen op de Bella Vita Expo in Amsterdam Daar levert zeker materiaal voor mijn virtuele moodboard op.  De wijnen en smaken van Catalonië staan woensdag op het schema. Gelukkig hebben we nog een maandje te gaan voordat het Kerstmis is. Inspiratie voor december.

 foto: groene Kerst.

Fijne zondag!

Feest voor iedereen.

 foto: cover Feest voor iedereen.

Feest voor iedereen. De tijd van samen genieten, samen tafelen en samen feesten komt er weer aan. Voor sommige gasten en gastheren/dames een ware kwelling. Want vaak is het voor gasten geen aangekleed, maar een uitgekleed gebeuren. En de gastheer/vrouw staat met de handen in het haar in de keuken. Zoveel verschillende dingen om rekening mee te houden. De koemelkeiwitallergie van tante, de glutenintolerantie van een studiegenoot of dochter, die slecht tegen geraffineerde suikers kan. Een ware puzzel en uitdaging dus!

Alexandra Besel, psychologe en natuurvoedingsdeskundige vond dat het anders kon en moest. Feest voor iedereen moest het zijn, ongeacht je allergie of intolerantie. Ze ging aan de slag met de materie. Haar oplossing is modulair koken. Je kookt een basis, waar al naar gelang smaak of wens dingen kunnen worden toegevoegd. Bijvoorbeeld een vegan gerecht als basis, waaraan de gasten vlees, suiker of room kunnen toevoegen. Zo wordt de maaltijd weer aangekleed. Een slimme keuze, want iedereen is weer welkom aan tafel. Feest voor iedereen!

Hoe gaat de schrijfster te werk? Alexandra gaat in haar boek niet over één nacht ijs. Na de uitleg, waarom feest voor haar samen genieten is en haar foodfilosofie, gaat ze aan de slag met de basis. Het op peil houden van voorraad. Altijd makkelijke vervangers in huis hebben. Voorkomt veel stress in de keuken, als een gast met een bepaald dieet zich aandient. Maak zelf lekkere bouillon, alternatieve ketchup en kaas van cashewnoten. Of wat te denken van glutenvrije bakmix. Een goede voorbereiding is het halve werk, aldus Besel.

Dan kan het feest beginnen en er daadwerkelijk worden gekookt. Het vroeg feest, startend met een virgin bloody Mary en een boerenkool-paarse broccolisalade. Feestelijk en gezond. De kleine feestjes, etentjes met intimi. Alexandra gaat aan de slag en geeft menuutjes voor de seizoenen, met gerechten als wortelsoep voor in de herfst en winter. Een apart hoofdstuk gaat over de kaasplank. Hoe meng je kaas met kaasvervangers? Praktisch gevonden. Er is zo voor elk wat wils.

Grote feesten komen en bod en die wil je wel zo praktisch mogelijk houden, zodat je niet uren aan het puzzelen bent. De schrijfster geeft leuke tips en gerechten, om dit aan te pakken. Recepten voor roodlofschuitjes en wilde gans komen voorbij. Allerlei salades, een kweepeerlikeur à la mode du voisin français en afsluitend sinaasappel-wortelijs. Tot slot de buitenfeesten en cocktailparty’s. In Feest voor iedereen komt alles en iedereen aan bod. En dat maakt dit boek zo bijzonder. te vaak kom je nog tegen, dat degene, die bepaalde voeding niet kan of mag eten een beetje buiten de boot valt. (dit zie je ook vaak bij kookscholen, die met een vast menu werken) Dat hoeft voortaan niet meer. Het boek is geen dieetboek. Het is een boek vol opgedane kennis gelardeerd met lekkere recepten en mooie fotografie. Volg de slimme en praktische adviezen van Alexandra Besel en het is feest voor iedereen! Aanrader voor de komende feestdagen en de rest van het jaar.

Feest voor iedereen!, Alexandra Besel (ISBN 9789059566644) is een uitgave van Fontaine. Het boek kost € 19,95

Noot: dit boek werd mij als recensieexemplaar gestuurd door de uitgeverij. De bespreking hier is mijn eigen mening. Lees ook de disclaimer

Boeuf bourguignon.

 foto: de stille Bourgogne

Boeuf bourguignon. Het is vandaag zo een je ne sais quoi donderdag. Grisaille, beetje vochtig en koud. Een dag zonder wind en regen, maar toch blijf je binnen. Kachel aan. Dit wat saaie weer doet mij denken aan de Bourgogne. Als de herfst ingetreden is hangt er in het dorp de geur van houtkachels. Zij maken de wat vochtige en grijze lucht nog zwaarder. Buiten verbrandt een boer nog wat laatste takken en resten uit zijn moestuin. De luiken van het dorp blijven gesloten. De winter komt er aan en het wordt stil in het dorp. Le pays perdu, zo noemde buurvrouw Madeleine het dorp in de winter. Want dat is de realiteit van het Bourgondische platteland. Als de wijnoogst is gedaan en de potager is opgeruimd, valt het dorp in een diepe slaap. Om weer te ontluiken in de lente. De voorraadkast aangevuld, de vriezer met stevig Charolais rund gevuld en in de kelder de nieuwe wijnoogst, die wacht op de malo van het voorjaar.

Amerikaanse dichter, schrijver en vriend Jeffrey Greene wist in zijn boek “Het goede Franse leven” deze setting te vangen. Het stille platteland, waar hij en zijn vrouw een oude pastorie en bijbehorende verhalen kochten en opknapten. Ik lees er regelmatig uit op dit soort dagen. Hun relaas uit de “smoky” heuvels in Bourgondië. Noem het comfort leesvoer. Voor van dit soort hangerige dagen al dan niet met de luiken gesloten.

 foto: portail bien fermé.

Bij dit soort dagen hoort voor mij stoofvlees, dat net als ik uren heeft gesudderd. Boeuf bourguignon. Uit mijn kook- en leesboek Gereons Keuken Thuis. De geur vult het huis en stevige smaken vermengen zich in de oude rode stoofpan. Korst brood erbij en een stevig glas en je kunt er weer helemaal tegenaan. De wijn, hoe kan het ook anders een stevige pinot noir van de Caves de Mancey

 foto: au coeur du village.

Boeuf bourguignon.

Nodig:

1 kg rundvlees

3 el cognac, marc de Bourgogne

1 bouquet garni van tijm, peterselie en 2 laurierblaadjes

150 g kleine witte champignons

2 el extra vièrge olijfolie

60 g boter

1 fles Bourgogne pinot noir

150 gram gerookt spek in blokjes

3 tenen knoflook fijngesneden

150 g sjalotten

2 el bloem

zout en peper

Bereiden:

Braden en stoven 3 uur/marineren 3 uur.

Snijd het vlees in grove stukken. Doe het in een kom. Voeg zout, peper, knoflook en bouquet garni toe en overgiet met de fles wijn. Laat deze kom in de ijskast minstens 3 uur intrekken. Bak in 1 el olijfolie de gesneden spek stukjes net niet knapperig. Doe de spekjes in een kom. Verhit in dezelfde pan opnieuw 1 el olijfolie en bak de sjalotten mooi bruin. Voeg deze daarna toe aan de kom met spekjes. Haal het vlees uit de marinade en dep het droog. Verhit 20 g boter (één derde) in de kookpan en bak het vlees rondom bruin. Blus af met de cognac of marc en flambeer deze snel. Zeef de marinade en giet deze bij het vlees. Laat het vlees 3 uur sudderen op laag vuur. Voor extra smaak voeg nog het bouquet garni toe.Verhit weer één derde van de boter, 20 g, en bak snel de champignons bruin. Voeg de sjalotten en spekjes toe.Haal het vlees en bouquet garni uit de pan en houd even apart. breng de jus in de pan aan de kook en laat kort inkoken. Meng de rest van de boter en de bloem in een kommetje en voeg toe aan de saus. Breng opnieuw aan de kook. De saus gaat nu binden.Voeg opnieuw het vlees, de champignons en sjalotten en spek toe en verwarm deze nog even.

Serveer de boeuf bourguignon met vers artisanaal brood en een salade.

Bon Appétit, François Régis Gaudry.

 foto: cover Bon Appétit.

Bon Appétit. Het is vrijdag en deze blog belooft enigszins ongestructureerd te worden. Gereons Keuken Thuis gaat het vandaag hebben over culinaire zaken en nog veel meer. Ben ik nu te cryptisch? Voor mij ligt het boek Bon Appétit van François Régis Gaudry en zijn vrienden,.Het is de enigszins ongestructureerde encyclopedie van culinaire zaken. Gaudry is een Franse radiopresentator, die sinds een jaar of zes een onveranderd format hanteert voor zijn programma. Een drieeenheid van 1/3 culinaire cultuur, 1/3 kookpraktijk en 1/3 proeven. Voeg daarbij een stevige dosis gezelligheid, want tijdens zijn show wordt er natuurlijk niet gedaan alsof. Er wordt echt gegeten, gedronken en gekletst. Dat moest zijn weerslag krijgen in dit boek, Bon Appétit. Een inventaris van alles wat ter tafel kwam. Een subjectieve mix van gastronomische passie. Om te verslinden of in te grasduinen. Laten we een kijken wat Gaudry daar mee bedoelt? Kris kras door dit vrolijke boek. het boek start met het verhaal van Auguste Escoffier, kok, reiziger en grondlegger van de Franse gastronomie, maar ook de bedenker van het laatste menu dat de Titanic serveerde. Ik blader verder, naar de prangende vraag of een Baskische piperade nu met of zonder paprika wordt gemaakt? De RN7, een populaire smulroute langs culinaire bedevaartsoorden. Een cursus ontgiften iets verderop. De fijnste adressen voor bouillabaisse, in Marseille en Parijs. De toetjes van Julie “carnets de” Andrieu. (Ik kijk vaak naar haar programma op TV5). De geheime adressen van la Serenissima. Hachis parmentier volgens Victor Hugo. Ik kan nog wel even doorgaan. De Franse keuken in 64 data. Je zou met dit boek zo een culinaire spel- of quizavond met vrienden kunnen vullen. Een kaart met gekke gerechten, zoals wijn van babyvleermuizen of gefermenteerde haai. Onder het kopje sandwiches ontbreekt zelfs het oerhollandse  broodje kroket niet. Bon Appétit is van alle markten thuis. Een heuse ravioli Galaxy, niets is Gaudry en zijn vrienden te gek. Het leest alsof je aanschuift tijdens een culi brainstormsessie. De sauzen families Béarnaise en Bechamel komen langs. De soirées van de door mij bewonderde George Sand flitsen voorbij Sands aardappeltaart  en jams uit de Berry. Tot slot geef ik er nog eentje, de nostalgie van de aioli. En dan is deze opsomming nog maar het topje van de ijsberg. (zie ook mijn eerder genoemde menu van Escoffier)

Wat een hoeveelheid aan diverse onderwerpen. François Régis Gaudry somt ze met behulp van zijn vrienden op. Kennis, gelardeerd met vrolijke illustraties en 250 recepten. Gebardeerd met een flinke dot humor, die je vaak ziet bij Franse culi schrijvers. (Ik denk aan Stéphane Reynaud) Bon Appétit heeft een goed thuis gevonden in mijn keukentje. Een aanwinst voor mij als foodblogger. Eruit koken, maar vooral reciteren. dat ga ik vaker doen, nadat ik dit boek heb verslonden!

Bon Appétit, François Régis Gaudry en zijn vrienden. (ISBN 9789059567108) is een uitgave van Fontaine en kost € 34,95

Noot: dit boek werd mij als recensieexemplaar gestuurd door de uitgeverij. De bespreking hier is mijn eigen mening. Lees ook de disclaimer

ZUUR van Bas Robben.

  foto: zure en pittige radijsjes

ZUUR. Eén van de vijf smaken. Als een komeet was daar ineens het nieuwe boek van jeune premier en culinair journalist Bas Robben. Direct genomineerd voor kookboek van het jaar 2016. Bas dook in de wereld van zuur, een onontgonnen terrein. Laat je wangen samentrekken en knijp met je ogen. Want in de wereld van Bas doet zuur iets met je. Alles in het boek van deze jonge schrijver is zuur. Of het nu in de ceviche, cocktail of zuurkoolkroketjes zit, Bas onderzocht diverse keukens op hun zuurgehalte. Met een aantal uitgangspunten. De recepten zijn voor hobbykoks en kunnen met een beetje inzet door iedereen worden gemaakt. Lekker eten kost geld, want eerlijke producten ontstaan niet zomaar (voor een eerlijke prijs). Lekker eten kost tijd, de gerechten van Bas prop je niet eventjes in je drukke dagritme. En last but not least: wie lekker eet moet ook bewegen. Bas schuwt suiker en vet niet. Extra rondje door het Vondelpark dus of wat meer baantjes zwemmen.

Bas vindt een zure smaak wild interessant. Gereons Keuken Thuis kan dat alleen maar beamen. Van atjar tot zult, de fruitzuren in een sauvignon blanc. Ik ben ook dol op zuur. Meteen volgt de vraag wat is zuur? Welke soorten zuur zijn er en welke smaken beleef je? Je kunt merken dat de schrijver niet over één nacht ijs is gegaan. Dan het koken met zuur. Door trial and error kennen alle culturen gerechten gemaakt met zuur. Dat is leuk om te ontdekken en om mee te spelen. Via vlees, vis, groente en fruit. Ja zelfs zuivel, ondanks dat Robben een kaasfobie heeft. Behalve dan voor ricotta en mascarpone. In het boek worden diverse zuurculturen besproken, van Duitse sauerkraut, via Japanse pickles, Taiwanees zuur tot Peruaanse ceviche, die hij eens proefde bij Martin Morales in het Londense Soho.

Na wat praktische tips en aanwijzingen gaan we aan de slag. Pickles en azijn. Zelf maken en zorg ervoor dat je altijd je eigen homemade azijn in huis hebt. Volgens Bas soms een beetje moeilijk op het balkon één hoog achter, maar met wat creativiteit kom je een heel eind. Soep. Bas is ondanks zijn Azië fetish  geen hete eter. (gebruik als je dat wel bent gewoon een extra pepertje) Regelmatig zie ik Bas al etend voorbijkomen op sociale media in Aziatische etablissementen in de stad. Toch eet hij graag soep zoals Thaise tom yum of Sichuan heetzure hotpot. En laten we de zuurkoolsoep met zalm-kerveldumplings niet vergeten. (Bas adviseert zijn moeder de zalm gewoon te vervangen voor kipgehakt.) Let op wat zuur voor je soep doet.

Zilt ontbreekt ook niet in het repertoire. Ceviche met leche de tigre. Gereon proefde dit eens tijdens een diner met Martin Morales. Een smaak- en techniekexplosie. Bas gaat een stapje verder en voegt zoete aardappel en oolong thee toe. Hij maakt een pot zure haring. Ben wel benieuwd wat voor haringfilets hij gebruikt?

We gaan verder met vlees. Weer veel Aziatisch geïnspireerde gerechten. De factor zuur in de bereiding. Met zoetzuur varkensvlees, maar ook zoervleis in een contemporaine setting. Groenten en dan met name de zuurkool van de schrijver, basis voor de zuurkool kroketjes. Bas deed zijn inspiratie hiervoor op in het Emmen van zijn jeugd, waar de plaatselijke snackbar zuurkoolballen bakte. Een lik gin mayo erbij. Hoppa.

Zoet, voor Bas kan het niet zonder zuur. Toetjes knappen op van een stukje zuur. Wafels met karnemelk (een andere passie van hem: wafels bakken) of easy Amaretto ijs. Inderdaad de stroperige Disaronno knapt op van zuur. Het boek eindigt met cocktails. Bas is behalve een city dweller ook een cocktailboy. Hij maakt zijn eigen tonic siroop en shaket wat af. Zoals zijn pornstar ananas-koriandermartini. Always time for a good stir, laten we maar zeggen.

Met  Zuur, dit nieuwe boek, voegt deze jonge schrijver iets wezenlijks toe aan alle kookboeken, die tegenwoordig uitkomen. Met dit mooi vormgegeven boek laat Bas Robben zien dat hij gedegen onderzoek doet, goed kan koken en dit weet te vertalen in mooie tekst. Ik begrijp die nominatie voor kookboek van het jaar wel!

 foto: cover ZUUR.

ZUUR, Bas Robben (ISBN 9789461431561) is een uitgave van GoodCook en is te koop voor € 24,95

Noot: dit boek werd mij als recensieexemplaar gestuurd door de uitgeverij. De bespreking hier is mijn eigen mening. Lees ook de disclaimer

Vuur en IJs, klassieke Scandinavische gerechten.

 foto: cover Vuur en IJs

Vuur en IJs, klassieke Scandinavische gerechten. Het begint allemaal op een wat druilerige dag in Kopenhagen. Darra Goldstein staat op een kade met 18e eeuwse pakhuizen uit de tijd van de Deense Oost Indische Compagnie. Het is kil en grijs. Een deur en naamplaat lonken. Met de letters NOMA, nordisk mad, Het restaurant dat als eerste de new nordic cuisine introduceerde. Binnen wacht haar een warme verrassing. Warm hout, dierenvachten en heerlijk eten. Het idee voor Vuur en IJs en tocht door de keukens van Denemarken, Finland, Noorwegen en Zweden is geboren.

Gereons Keuken Thuis kende enkel wat traditionals uit het hoge Noorden en het eten, dat hij eens proefde in Finland, gerookte vis en rendiervlees. Tijd dus om Vuur en IJs te lezen tijdens mijn Scandinavische week. Darra Goldstein is oprichter van het gelauwerde tijdschrift Gastronomica en schreef al eerder verschillende kookboeken. Zij kan met recht specialiste genoemd worden op het gebied van de Scandinavische keuken. Daarnaast kent zij het Noorden goed, mede door haar functie als adviseur van het Noorse ministerie van cultuur.

Goldstein trapt af met de stelling, dat de Scandinavische eetlust een noordelijke manier van denken vertegenwoordigt. Een vorm van creativiteit gecultiveerd door versobering. Ik vind dit geen vreemde constatering, als je bedenkt dat de Scandinavische landen maar een kort teeltseizoen kennen. En bovendien lange en donkere winters. Voedsel vergaren betekent dus vooruit zien en voorraden aanleggen. Vlees en vis drogen, bessen plukken en inmaken. De Scandinaviërs zijn door de tijd heen meesters geworden in inmaken, roken, drogen, pekelen en fermenteren. Dat zie je terug in de gerechten.

Vuur en IJs start met kleine hapjes, voorafgegaan door de kreet Smör, Ost och Sill, (Boter, kaas en haring) de SOS van het Zweedse drankenbuffet, dat ontstond in de zeventiende eeuw. Ook wel eens gekscherend Snaps, Ost och Sill genoemd. Deze drie ingrediënten lagen aan de basis van de smörgasbord of het Deense smørrebrød. Canapés met allerlei lekkers voor bij de aquavit, zoals de beroemde toast Skagen of tartaar van rode biet. Brood is een belangrijke maaltijdcomponent. Goldstein vertelt over alle broodsoorten, rogge-biercrackers en saffraanbroodjes ter ere van het (kinder)feest Santa Lucia op 13 december. Een Finse expat kennis van mij vertelde onlangs nog dat zij altijd roggebrood door bezoekende familie mee laat nemen, want dat is wat zij hier mist.

Tussen de recepten door neemt Darra Goldstein de tijd om in verschillende hoofdstukken over de diversiteit van Zweden, Denemarken, Noorwegen en Finland te vertellen. Niet alleen over de keukens, maar ook de culturele en historische achtergronden, die bepalend zijn geweest voor de keukens. Zo is Finland het minst gepolijste land met een dito keuken. Soep en pap staat op het menu. Hartverwarmend in de winter of koude bosbessensoep zo van het veld in de zomer. In de Scandinavische keuken spelen bessen een belangrijke rol ze zijn talrijk en een bron van vitamines.

Vis, hoe kan het ook anders ontbreekt niet. De eerder genoemde Finse kennis vertelde me hoe haar vader zomers brasem ving, die dan direct op het houtskoolvuur ging bij hun zomerhuis. Wat salade erbij en smikkelen maar. Scandinaviërs eten veel zoet- en zoutwatervis. Goldstein geeft recepten voor o.a. snoek uit de oven en besteedt aandacht aan Noorwegen nationale vis de kabeljauw in al haar hoedanigheden. Vlees en gevogelte, zij het van het platteland of van de jacht. De Scandinavische klassieke keuken kent veel bijzondere vleesgerechten, zoals runderribben in honing en bier of een Kareliaanse stoofpot. Jammer vind ik dat de schrijfster geen recepten geeft voor eland en rendier, dat tegenwoordig soms is te krijgen bij het Zweedse meubelwarenhuis. Veel rendier- of elandvlees wordt vervangen door ander wild.

Groenten ontbreken ook niet. Scandinaviërs eten ze vers in de zomer en ingemaakt in de winter. Koolsoorten en paddenstoelen vormen een mooie voorraad voor de winter. Net als de geliefde aardappel. Zoetigheid mag ook niet ontbreken, zowel als nagerecht als bij de traditionele fika, de Zweedse middagkoffie, van marsepeinrepen, karamelroom tot gesluierde boerenmeisjes. Altijd een zoet moment. Tot slot is er de voorraadkast, zeker buiten de steden en tijdens de koude donkere winters geen overbodige luxe.Bijvoorbeeld aromatisch sparrentopjeszout of schnaps van berkenbast. Een weerspiegeling van de eerdere genoemde creativiteit gecultiveerd door versobering. Daarmee eindigt het boek.

Vuur en IJs is een boek, dat een kijk geeft in de keuken van het Hoge Noorden, met veel achtergrond informatie en sobere recepten. Als je dit boek leest maak je als het ware al lezend een reis door de elementen die verbinden, maar ook de eigenheden per land. Darra Goldstein heeft kosten noch moeite gespaard om zo compleet mogelijk te zijn. Mijn kleine noot van kritiek is het ontbreken van rendier- en elandvleesrecepten. Alsmede stokvisrecepten uit Noorwegen. Dat hoort voor Gereons Keuken Thuis toch bij de Scandinavische keuken. (Is dit gedaan ten behoeve van de Amerikaanse lezer?) Maar ja, met hertenvlees of verse kabeljauw kun je ook goed uit de voeten.

Vuur en IJs, klassieke Scandinavische gerechten, Darra Goldstein (ISBN 9789059566866) is een uitgave van Fontaine en kost € 27,95

Noot: dit boek werd mij als recensieexemplaar gestuurd door de uitgeverij. De bespreking hier is mijn eigen mening. Lees ook de disclaimer

De Grote Kleyn, een culinair compendium.

 foto: cover De Grote Kleyn

De Grote Kleyn, een culinair compendium. Daar ligt het lichtblauwe gevaarte dan. Ruim twee kilo in gewicht en duizend bladzijden dik. Vol met de kennis, die Onno Kleyn in zijn achtentwintig jaar als culinair schrijver vergaarde. Geen encyclopedie van culinaire termen, maar een werk, waarvan je moet proeven. Waarin je telkens moet ontdekken. Grasduinen, nog een keer lezen. Want, zo schreef hij voorin het boek voor Gereons Keuken Thuis: “Door kennis meer genoegen” En dat is nu precies, wat dit boek zo bijzonder maakt. Culinaire feiten in een context. Daar is Onno Kleyn een meester in. Dat doet hij al jaren in de Volkskeuken en de veertig boeken, die al op zijn naam staan. Niet zomaar een recept of wat kletsen over eten, maar de kennis overdragen en het verhaal. Storytelling dus. Na gedegen uitpluizen. En daar ben ik nu eenmaal dol op. Een boek als De Grote Kleyn is spek voor mijn bekkie. Al die kennis, daar word ik hebberig van. Zo vernam ik van de schrijver, dat Galicië behalve een gebied in Noordwest Spanje ook een koninkrijk was, dat behoorde tot de Donaumonarchie en als zodanig de keuken van Hongarije beïnvloedde. Weer wat geleerd. Kleyn weet zijn kennis met leermeesterschap te combineren. Hij wilde dit overdragen en ging twee jaar geleden aan de slag. Het had een decennium kunnen duren, totdat hij er bij neer was gevallen of gek geworden. Maar nee, na twee jaar noeste arbeid is De Grote Kleyn een feit.

De indeling is simpel, drie delen: ingrediënten, technieken en overwegingen en tot slot de keukens van de landen van Europa. Maar… dan komen de inhoud en de verschillende lagen. Van A tot Z bij de ingrediënten, soms bijgestaan door mensen, die hem de kennis verschaften. Op het gebied van groenten, vlees, wijn, thee. Zal ik nog even doorgaan? Gelardeerd met recepten. En bij Onno Kleyn ook heel belangrijk, de wijntip onder het recept. In vino veritas zullen we maar zeggen.

Hoe ontstaat spruitjeslucht? Moet je zuurkool wel of niet afspoelen? Een recept voor potaje de berros, een Canarische soep. De knolselderij op bladzijde 113, een groente waar Kleyn iets mee kan. Via de noten en zaden, paddenstoelen en truffels, fruit, graan en banket beland ik bij vlees en vis, een dikke 130 pagina’s vol met kennis over deze ingrediënten. Maar dan zijn we er nog niet. Kleyn etaleert ook zijn kunde over smaakmakers, kaas, koffie, chocola en natuurlijk wijn! Dit deel sluit af met vreemd voer, zoals het broodje aapverhaal, dat in Azië de hersens van levende apen worden genuttigd. Of heel triviaal, het eten van hond. En waarom eet een mens slakken?

De Grote Kleyn gaat verder met technieken en overwegingen. Trucs en handigheden in de keuken. Blancheren, pocheren (met een Bourgondisch recept voor oeufs en meurette, uiteraard met een pinot noir uit deze streek), marineren, een perfecte zabaglione, flamberen. Kleyn beschrijft al deze technieken. Een kopje kookapparatuur, van open vuur, via oven, de Dutch oven naar geuroffers. “Gaat het lezen!”, zou ik zeggen. Ik maak even een sprong naar de overwegingen, waarin Onno Kleyn stilstaat bij gastronomische kennis. Wat betekent onderzoek van de smaak en eten voor de mens in de breedste zin? Wat is de hogeschool van het koken? Eeuwenlang tuimelden allerlei experts over elkaar heen. De opkomst van de restaurants. De kennis van BrillatSavarin via het instituut Michelin tot het hedendaagse IENS, waar iedereen zijn ei kwijt kan.

Een hoofdstuk, waar ik als foodblogger erg veel plezier aan beleef, gaat over recepten, over de geschiedenis en authenticiteit. In zijn mini college zette Kleyn fijntjes uiteen dat het allemaal quatsch is. Niets is authentiek. Het sleutelen aan klassieke gerechten onder het kopje “Malle Italianen”  Onno legt uit en fileert. Food voor foodbloggers (in spe) Lees hierover vooral het hoofdstuk authenticiteit. Dan kunnen we voortaan in  Facebook foodbloggersgroepen de “jat” discussie ook achterwege laten. De Grote Kleyn besluit met verhalen over de keukens van Europa.

Ik vind De Grote Kleyn een aanwinst voor Gereons Keuken Thuis.Ten eerste omdat ik een feitjesverzamelaar ben. (Ik heb niet voor niets dikke mappen en schriften vol uitgeknipte recepten of verhalen over keukens), een anekdotejager en een niet te stuiten honger naar meer kennis heb. Dat beleef ik met de Grote Kleyn. Ten tweede, omdat het een waarachtig opus magnum is, dat gezien zijn lagen kennis en verscheidenheid moeilijk een “te gebruiken voor” datum valt te geven. Tot slot bevat het essentiële kennis voor alle kokers, eters en koks in Nederland en ver daarbuiten. Zo zwaar, als het boek is, zo licht is zijn schrijfstijl. Veel dingen uit De Grote Kleyn zullen hun beslag krijgen in mijn toekomstige blogs. De donkere dagen staan voor de deur en ik ga verder…. met leren en lezen. Waarvan akte.

De Grote Kleyn, Onno Kleyn (ISBN 9789038803470) is een uitgave van Nijgh & Van Ditmar en is te koop voor € 45,00

Noot: dit boek werd mij als recensieexemplaar gestuurd door de uitgeverij. De bespreking hier is mijn eigen mening. Lees ook de disclaimer

Mikkel Karstad, gone fishing.

 foto; cover Gone Fishing

Mikkel Karstad, de Deense chef, culischrijver en gastronomisch adviseur en VISSER!. Als jongetje ervoer hij de magie van het vissen op Groenland. Sindsdien is deze Deen bezeten van vis en visserij. En koken met al het heerlijks uit de Noordzee en Atlantische wateren. Het kon dus ook niet uitblijven, dat hij van zijn passie zijn beroep maakte. Mikkel Karstad werd kok in verscheidene Kopenhaagse toprestaurants en werkte als foodstylist. Een eerste boek over vis kon niet uitblijven, gevolgd door een tweede: Gone Fishing. Gereons Keuken Thuis trapt hiermee deze week de Scandinavische week af. Nordisk Mad, nordisch eten met vis en andere producten uit Scandinavië. En is het dan niet mooi om bij Karstad te rade te gaan?

Mikkel Karstad is dol op het bereiden van vis en heeft een missie: anderen leren hoe zelf om te gaan met vis. Alles wat uit zee, en dan met name wat uit de Noordzee en Atlantische Oceaan komt ligt hem na aan het hart. Echter hij vindt het jammer dat er slechts 5 soorten worden gegeten. Daar wil Karstad verandering in brengen. In 13 hoofdstukken neemt hij de lezer meer op pad langs bekende en wat mindere bekende soorten. Uit zee, van het strand en zoetwatervis. Gone Fishing start op het strand, waar Mikkel een recept voorschotelt voor schol met zeewier uit een krant, Op houtvuur! Voel het avontuur. De schrijver is graag buiten en kookt graag buiten. Zoals een bisque van vers gevangen strandkrab.

Het boek trapt af met SCHOL, een grote bekende, ook in onze contreien. Mikkel geeft verschillende bereidingen, met weinig toevoegingen en in korte recepten. Zoals heel gebakken schol met paddenstoelen, zilveruitjes en peterselie. Een mooi gerecht om deze herfst in Gereons SeaSpot te maken.

 foto: Mikkel aan de vangst.

De MAKREEL, in Nederland weinig warm bereid. Vaak alleen als gerookte vis. dat is zonde. Tijdens de boekpresentatie in IJmuiden proefde ik Mikkels recept voor op de huid gebakken makreel met chioggiabietjes en gezouten zwarte bessen. Wat een Deense touch aan de makreel, solbær, zwarte bes. Met GEEP, een mij onbekende vissoort (snel eens opzoeken op de Noordzee viskaart) gaat Karstad aan de slag. Een recept voor warm gerookte geep met ingemaakte groene tomaten. 

LANGOUSTINE, ook zo klassieker, waarvan de staarten gerild worden geserveerd met vlierbloesem. (in de lente lijkt mij)  Gone Fishing vertelt over ROG, een favoriet in Gereons Keuken Thuis. Bereidingen als gefrituurde rog met bietjes, dille en deze keer rode bessen of rog uit de oven met gesprokkelde cantharellen. De foto’s ernaast zijn stuk voor stuk een plaatje.

Mikkel Karstad zwemt graag  en lang door in het seizoen. Een hoofdstuk Aan het Meer kon niet ontbreken. Het geeft je bijna het Nils Holgersson gevoel. Op avontuur in een tentje in de uitgestrekte Scandinavische natuur. Een baars van je kampvuur. Of verse rivierkreeft. Aan de bak met KRABKLAUWEN in het volgende hoofdstuk voor een pasta met krabvlees, ricotta, zwarte peper en Parmezaan.

TARBOT, de koningin van de Noordzee wordt gebruikt door Karstad in een ceviche of geheel gesmoord. PIJLINKTVIS kan soms te taai worden. In IJmuiden liet de schrijver zijn aanpak zien met als resultaat malse stukjes pijlinktvis. Te gebruiken in een cassoulet met kikkererwt, tomaat, look en rozemarijn. Zoveel smaak met zo weinig ingrediënten.

SCHEERMESSEN , ooit een exoot in de Noordzee, maar volop voorradig. je kunt er hele mooie dingen mee maken,of ze gewoon gebruiken in de pasta.Het laatste hoofdstuk over vis gaat over SNOEKBAARS, gebakken met wat eekhoorntjesbrood of in viskoekjes.Het boek Gone Fishing eindigt op het strand, hoe kan het ook anders, met gestoomde mosselen en een goed stuk Deense appel/kaneelcake. Daarmee eindigt de reis van Mikkel.  

Gone Fishing is een boek vol dromen, langs de wateren van het Noorden, in simpele visrecepten en sfeervolle fotografie. Met het onderkoelde van Nordisk Mad. Het heeft nu al een plaatsje gekregen in de keuken van Gereons SeaSpot.


Gone Fishing, verse vis uit de Scandinavische keuken, Mikkel Karstad (ISBN 9789402601541) is een uitgave van Aerial Media Company en is te koop voor € 29,95

* Noot: dit boek werd mij als recensieexemplaar gestuurd door de uitgeverij. De bespreking hier is mijn eigen mening. Lees ook de disclaimer

Door de site te te blijven gebruiken, gaat u akkoord met het gebruik van cookies. meer informatie

De cookie-instellingen op deze website zijn ingesteld op 'toestaan cookies "om u de beste surfervaring mogelijk. Als u doorgaat met deze website te gebruiken zonder het wijzigen van uw cookie-instellingen of u klikt op "Accepteren" hieronder dan bent u akkoord met deze instellingen.

Sluiten