Mijn keuken van Galicië.

 foto: credits website Terra.

Mijn keuken van Galicië. Een niet veel bezochte regio in het westen van Spanje, aan de Atlantische Oceaan, met een eigen taal en cultuur. Geen castagnetten, flamenco en brandende hitte, maar diepe fjorden, die rias heten, doedelzakken, vis en veel groen. Dat is Galicië, de geboortestreek van de vader van Isabel Meniño, een culinair en conceptueel styliste en initiatiefneemster van het Museum of Our Food. In haar nieuwe boek neemt zij de lezer en koker mee op een tocht door deze mooie regio, haar keuken van Galicië. Manolo, de vader van Isabel, belandde na een korte carrière bij de Spaanse marine in een café aan de Amsterdamse Peperstraat, waar hij de klanten kennis liet maken met de keuken van zijn  geboorteland. Zomers ging het gezin naar Galicië, naar oma Divina. Zes weken weg van het comfort van Nederland. Zoete herinneringen heeft Isabel hieraan. Ze bundelde deze jeugdherinneringen in dit mooi vormgegeven boek.

Galicië is zoals gezegd een onbekende streek. Santiago de Compostella, de stad van apostel Jacob kent iedereen, maar daar houdt het op. Deze Keltische regio kenmerkt zich door uitgestrekte natuur en een koel zeeklimaat. Door haar ligging is er weinig industrie en vertrokken veel Gallegos naar andere landen om werk te vinden. Wat bleef was de rust en het kalme en ingetogen karakter van de inwoners. Meniño probeert deze aard te vangen in beeld, tekst en recepten.

Galicië ligt aan zee, dus er wordt volop genoten van vis en schaaldieren, van mejillones en escabeche, krab met knoflookmayonaise, de bekende zarzuela en natuurlijk pulpo, die waarschijnlijk het meest wordt gegeten in Galicië. Al dan niet met en glas albariño of cider. Het boek gaat verder met Verano (zomer). Galicië kent een hoop feesten. En feest in Spanje betekent een comida. Zo worden in de stad Vigo grote vreugdevuren ontstoken voor de vissers, die terugkomen. Hierop worden sardines in vele variaties bereid. Isabel geeft een aantal feestelijke recepten.

Hierna komen meel en eieren, de basis van de empanada, meer dan 800 jaar oud, die al door de pelgrims in Santiago werd gegeten. Empanar betekent inpakken en vullen met iets hartigs. De Gallegos namen dit broodje mee naar Zuid Amerika. Empanadas met kabeljauw, vlees, tonijn of pompoen. Isabel en haar ouders kregen ze mee van oma en pas na de Pyreneeën werd er gestopt voor brood. De eerste etappe tot aan Frankrijk  hadden ze genoeg aan hun empanadas. Tortillas staan ook op het menu, een makkelijke boerenmaaltijd en heel #nowaste, met aardappel, voorjaarsgroenten of zoete aardappel. Het blijft een vindingrijk gerecht.

La cocina de Manolo. De vader van de schrijfster was kok en liet de Nederlanders kennis maken met zarzuela, ropa vieja, tortilla, paella en nog veel meer. Isabel heeft goede herinneringen aan deze keuken. Lamskoteletjes met komijn en fideos, een Iberisch pastagerecht. Meniño vergeet nooit het gekrijs van het varken dat vroeg op de binnenplaats werd geslacht. Het geslachte dier werd door oma van kop tot kont gebruikt. Het werd verwerkt en de familie kon er dan een jaar van eten. Van de ribben werd op het houtvuur een caldo, bouillon getrokken. Voor de al verhollandste kinderen een gruwelmaal. Voor vader Manolo een feest.

Met bouillon kun je de beroemde caldo gallego maken, eens stevige boerengerecht met kikkererwten en kool. Of wat te denken van ropa vieja, vieze kleren, een stoofpot, die de Galiciërs leerden kennen op de Canarische Eilanden. Gereons Keuken Thuis vindt het leuk dat de schrijfster ook iets in dit boek vertelt over wijn. Galicië is de bakermat van de albariñodruif, die in het vochtige zeeklimaat groeit op de rijke gronden van graniet en lei. Deze wijnen hebben een knisperend en fris karakter. Het is een goed gebruik van de Gallegos om een gast te verwelkomen met een taza de vino, een kommetje wijn. Het boek besluit met wat tapas en natuurlijk dulces.

Mijn keuken van Galicië is een spannend boek, met ingetogen foto’s van de gerechten en het knalblauwe water op de foto’s van de oceaan. Hiermee creëert Isabel Meniño een sfeervol geheel, waarin de tamelijk basic Spaanse keuken goed gedijt. Ik heb er in ieder geval van genoten en zou wel eens een kijkje in de rias willen nemen. Wie weet kan de schrijfster mij een goed plekje wijzen om kokkels te rapen.

Mijn keuken van Galicië, Isabel Meniño (ISBN 9789089897350) is een uitgave van Terra en kost € 29,99

Noot: dit boek werd mij als recensieexemplaar gestuurd door de uitgeverij. De bespreking hier is mijn eigen mening. Lees ook de disclaimer

The Palomar, de moderne keuken van Jeruzalem.

 foto: cover The Palomar.

 

The Palomar, ruim 100 gerechten uit de moderne keuken van Jeruzalem. Een eclectische mix van Joodse, Levantijnse, Noord Afrikaanse, Italiaanse, Jemenitische en andere invloeden. Samengebracht door de drie hoofdrolspelers van dit in Londen gevestigde restaurant. Eigenaar en voormalig DJ Layo Paskin, koks Yossi “Papi” Elad en Tomer Amedi. De eerste vertelt het verhaal van het restaurant, nummer twee de achtergronden van de ingrediënten en Tomer als laatste schreef de recepten. The Palomar, gestyled als een fifties Californische duiventil. En dat is het. Wij zijn allen halfbloedjes, begint Layo zijn relaas en dat is te merken in deze fusion keuken, waar in allerlei talen wordt gekookt, gewerkt en gelachen.

Het boek begint met de voorraadkast. Tomer Amedi legt uit wat de basis van de keuken in The Palomar is. Typische producten uit het Midden Oosten. Hij heeft ze thuis ook staan. Bijvoorbeeld koosjer zout (zonder jodium), dadelsiroop, geurwaters, sumak etc.. De basis van de maaltijden zijn gebaseerd op zoals Amedi het noemt de maaltijd voor de maaltijd. Op vrijdagavond komen veel mensen bij elkaar om een gezellig feestmaal te nuttigen. Deze start met 8 à 9 mezze. Dat was één van de pijlers van zijn moeders keuken. Hoe kregen we het allemaal op? vraagt de kok zich af. Direct volgen een aantal basisrecepten voor ingemaakte citroen, harissa, rode ui met sumak, tzatziki en hoe kan het ook anders kippenleverspread. Gehackte leber was nooit een favoriet van Tomer, nu wel.

Als intermezzo vertelt Layo Paskin wat over de wijnen in het restaurant. Dat vind ik heel leuk, omdat wijn vaak een ondergeschoven kindje is in kookboeken en zeker met deze uitgesproken smaken wel wat aandacht verdient. Na de mezze gaan we aan de slag met rauwe gerechten, rauwe vis en zeevruchten. Wat de laatsten te maken hebben met de keuken van Jeruzalem, snapte ik niet helemaal. Laten we het een culinair dichterlijke vrijheid noemen. Verder lezend kom je erachter, dat deze gerechten zijn voortgekomen uit een nieuwsgierigheid van Amedi, omdat zeevruchten in zijn opvoeding een verboden vrucht waren. Dus Marokkaanse oesters, coquillecarpaccio of ingemaakte sardines verschijnen ten tonele in The Palomar.

De hoofdgerechten, gemaakt met de eerder genoemde ingelegde citroenen, homemade harissa, betaalbare ingrediënten met veel smaak. Waaronder ook orgaanvlees, volgens een #nowaste principe. De shakshuka in een aantal varianten ontbreekt niet, boureka’s met feta en aubergine, de polpo van Papi of ribeyes met harissa-aardappelpuree en Midden-Oosterse chimichuri. In een apart blokje legt Tomer Amedi de verschillende Joodse keukenstijlen uit, de Asjkenazische, Sefardische of Mizrachi. Een mix van vele stijlen van Oost Europa, via Andalusië tot Jemen en Iran. Een apart gerecht vind ik de bereiding van buikspek met ras al hanout, gedroogd fruit en Israëlische couscous. Ach we zijn in Londen zullen we maar zeggen.

Het laatste deel gaat over patisserie en zoetigheden, oranjebloesemijs in kataifinestjes, basbousa en een Jeruzalemse mess. Het boek sluit af met basisrecepten brood, pita’s en kreplachs.

The Palomar, ruim honderd gerechten uit het moderne Jeruzalem neemt je mee op pad in de keuken en tradities van alle koks, die in dit Londense restaurant werken. Zij schuwen het experiment niet en gaan iets verder van de Ottolenghi en zijn kompanen. Ik vind de receptuur wat bewerkelijk voor mijn kleine keukentje. Maar het boek is een grote bron van inspiratie en mooie achtergrondverhalen. De fotografie van Helen Catchcart is likkebaardend lekker.

The Palomar, ruim honderd gerechten uit het moderne Jeruzalem (ISBN 9789059566927) is een uitgave van Fontaine en is te koop voor € 24,95

 

Lente in de keuken.

 foto: ontluikend lentegevoel.

Lente in de keuken. Het nakende voorjaar betekent voor mij lucht en ruimte. Opruimen, zowel fysiek als in mijn hoofd. Plannen maken voor mijn blog. Welke recepten ga ik delen, welke producten vind ik interessant, welke kookboeken ga ik dit seizoen recenseren? Het leidt allemaal tot een draaikolk in mijn hoofd. Zoveel plannen. Het omgekeerde effect ontstaat. Ik ga procrastinatie gedrag vertonen. Ik verzin alles om niet iets op papier of in het huidig tijdsgewricht in mijn laptop te stoppen. Ik ga me ergeren aan troep, aan onbestendige potjes, die me aankijken en boeken ter recensie, die lonken. Dat remt mij in mijn creativiteit. En geeft geen luchtig lentegevoel. Een probaat middel is dan opruimen, inventariseren en vooral dingen wegmikken of beter weggeven. (Bij ooievaars zie je dat ook, het mannetje keert eerder terug van overwinteren om het nest te kuisen.) Noem het een tour de cuisine. Je kruidenkast eens updaten, de vriezer leegeten en onbestemde restjes in  de vuilnisbak gooien. Dat ruimt op en geeft lucht. Inmiddels is mijn kledingkast op orde en is er een bezem door mijn kookboekenhoek en mijn keukenkastjes gegaan. Ik vind het een feest. Ook het lichaam was aan een beurt toe en dat uitte zich in een maand geen alcohol tot mij nemen. Niet het dagelijkse gewoontewijntje. Het is mij prima bevallen en voor herhaling vatbaar. Het wordt een jaarlijks terugkerend festijn in Gereons Keuken Thuis. Maar nog even over mijn tour de cuisine. Mijn keuken moet in lente-stand en gisteren kreeg ik gezien de temperaturen bijna zin om het #alfresco gebeuren vast op te starten. maar je moet realist blijven. We leven in Nederland en een koutje is zo gevat terwijl je buiten aan het koken bent. Eenmaal opgeruimd kan het brainstormen beginnen. Wat worden de thema’s dit voorjaar? In ieder geval start begin mei mijn jaarlijkse #alfresco actie. Er ligt al een leuk kookboek klaar voor de meest originele inzending. Begin april is het tijd voor een “lente” foodparade. met allerlei nieuwigheidjes en ,hoop ik, veel inzendingen. Er verschijnen weer veel leuke boeken, waarvan ik jullie op de hoogte ga houden. Ik ga Gereons kookboekenhoek reorganiseren en heel wat pareltjes weggeven. (ophalen kan altijd) Kortom er is veel te doen in Gereons Keuken Thuis. Vandaag ga ik aan de slag met salie, een voorbode van de lente bij de Romeinen. Ik gebruik het in een klassiek gerecht uit Rome, een in de mond springende saltimbocca alla Romana. Erbij een glas wit uit Castelli Romani. En de lente in mijn keuken is compleet.

Nodig:

4 dunne kalfsschnitzels of platgeslagen kalfsoesters

4 plakken parmaham

salieblaadjes

bloem

50 g boter

1 glas witte wijn

peper en zout.

Bereiding:

Leg op elk stuk vlees een plak parmaham en één of twee blaadjes salie. Vouw dicht en zet vast met een prikker. Bestrooi het vlees met peper en zout en wentel het door de bloem. verhit de boter en bak snel aan. Laat het vlees kort garen en haal het uit de pan. Leg op een bord en dek af met aluminium folie. Giet het glas wijn in de pan en laat de jus iets inkoken. Serveer de saltimbocca direct met wat jus.

Samen aan tafel voor de voedselbank.

 foto: #samenaantafel.

Samen aan tafel voor de voedselbank. Vorige week maandag was ik onderweg naar Gereons SeaSpot. Ik luister in de auto vaak naar het ochtendprogramma van June Hoogcarspel, ja inderdaad de presentatrice van NH Helpt en de gastvrouw van de jaarlijkse #voedselbankactie bij NH Nieuws. Mijn oren spitsten zich, toen ik het item hoorde, dat ging over samen aan tafel om geld in te zamelen voor de voedselbank. Een samenwerking tussen de voedselbanken en het inmiddels 150 jaar oude Zaanse bedrijf Honig. Deze jarige trakteert op 150.000 maaltijden voor de voedselbank. Een mooi gebaar,
De foodgigant, voorheen aan de boorden van de Zaan,  tegenwoordig onderdeel van Kraft/Heinz, stelt ook pakketten ter beschikking, waarmee je voor je vrienden en familie een thuis benefiet dinertje kunt organiseren. Jij kookt met de in de box zittende producten en aan het einde van de avond ga je met de pet rond. In de box tref je een bord aan, lijkt wel Winston Gerschtanowitz op zondag bij de mensen thuis, waarop je de uiteindelijke opbrengst kunt schrijven. Die eindstand  deel je dan op Instagram, Twitter of Facebook. Met hashtag #samenaantafel.

 foto: pasta van mijn tante Canasta.

De lol ervan is dat je, als je dit diner voor 12 maart 2017 organiseert, je een plaats kunt bemachtigen aan tafel tijdens het exclusieve #samenaantafel diner op maandag  maart a.s. met onder andere June en voedselbankambassadeur René Froger. Honig nodigt de makers van de leukste foto’s uit. Een uitdaging dus. Vraag info en je pakket aan op samenvoordevoedselbank en ga aan de slag. Er zitten leuke menukaarten in, receptsuggesties en een makelaarsuithangbord. Zo kun je de hele straat laten weten, dat jij kookt voor de voedselbank.

Gereons Keuken Thuis keek in het pakket en ontdekte in het pakket twee producten, waar ik een suggestie voor wil geven. Het is namelijk zo dat ik normaliter niet van de pakjes en zakjes ben. Maar voor deze actie heiligt het doel de middelen. Volkoren macaroni, te gebruiken voor een  pastaschotel van mijn tante Canasta, zij kookt altijd #nowaste. Van het bijgeleverde bakproduct van Honig bak je in een handomdraai een heerlijke Normandische tarte aux pommes pur beurre als dessert. Of gewoon een gezellige boerencake voor in een trifle. Of je gebruikt de receptkaarten van Honig uit de box.

 foto: tarte aux pommes pur beurre.

Dus aan de slag en veel succes met het organiseren van je benefiet diner voor de voedselbank. Gereons Keuken Thuis gaat later weer eens aan de kook voor de #voedselbankactie. Misschien wel in Noord bij koffiepuntendiva Thea? Lekker samen aan tafel.

 

Noot: dit pakket werd mij als recensieexemplaar gestuurd door de producent/RTVNH. De bespreking hier is mijn eigen mening. Lees ook de disclaimer

FOODIES nr. 100.

 foto: cover Foodies nr. 100


FOODIES nr. 100. Een extra dik feestnummer van dit culi tijdschrift ligt in Gereons Keuken Thuis op tafel. Onder gasthoofdredacteurschap (als je dat neerlegt met Scrabble op drie woordwaarde, ben je de bom) van niemand minder dan HHB diva Janny van der Heijden. Voor deze gelegenheid stapte zij weer in haar op oude rol van hoofdredactrice. Iets wat zij jaren deed bij TIP culinair. Wat heb ik veel uit dat blad gemaakt voor mijn kompanen in het studentenhuis. Maar dat terzijde. FOODIES nr. 100, het nummer van maart 2017.  Een feestelijke Charlotte Russe staat op de cover. Het fijne van eten luidt de ondertitel en als Janny de scepter zwaait weet je dat we het gaan beleven. “Eten verbindt, je deelt tradities, het geeft je een kijkje in de pannen en de ziel van de ander.” Zomaar uitgangspunten voor dit nummer, aldus de hoofdredacteur in haar editorial.

En dat gaan we beleven. Al bladerend, start  Foodies met een korte uitleg over verschillende vormen van cakejes, van de cannelé via de de brioche naar een baba au rhum, de opmaat naar het thema Franse patisserie verderop in het blad. We kijken in Janny’s keukenkastje, in haar kookboekenhoek. En dan gaat het los, voor dit honderdste nummer proostte Janny met haar gasten tijdens een lente pranzo.  De rivierkreeftjes risotto ontbrak niet. Als je proosten zegt zeg je natuurlijk champagne. Voor Foodies verkende Janny deze streek, de sfeer in de crayères vol flessen, het sanctum santorum van de rémueur, de man die de flessen draait. Arabisch zoet volgt en dat is meer is meer dan Marokkaanse koekjes en baklava.

Een bezoek aan het kookatelier van culinair specialist Carola de Kanter mag niet ontbreken. Binnenkort verschijnt bij Good Cook haar boek Leafs. Dat is pas #greenhappiness! Wie weet geschikt voor een pagina 53 blog. Een spread over bloggers volgt, met een kanttekening: de man, die koken kan is niet de enige mannelijke foodblogger, Foodies!! Waarvan akte! (stille hint) We gaan verder met wijn en ham, echt een  Gereons Keuken Thuis onderwerp. Op reis door Ribera del Duero! Na de wijn gaat Janny op de koffie bij kop tot kont chef Nel Schellekens. Van haar verscheen onlangs het heerlijke boek, Kop tot kont Chef. Het dubbelinterview levert smakelijke anekdotes op. Haute friture, snacken op stand, kleur in de keuken en de keuken van Nadia Zerouali. Foodies nr 100 sluit af met de vooraankondiging van hun nieuw kookboek, met hun 100 beste recepten. Vergeet ik bijna de uitsmijter, het Franse bakken.

Zoveel lekker leesvoer en kookplezier voor het weekend in één blad. Ik moet zeggen dat de input van Janny van der Heijden in de nummer goed is opgepikt en wat meer zwaarte geeft aan het blad. Dat miste ik wel eens in andere nummers. Die weg moeten jullie verder inzetten. Ik heb gesmuld van de terroirverhalen. Ga zo door zou ik zeggen, ook in nummer 101!

FOODIES nr. 100,  met gasthoofdredacteur Janny van der Heijden ligt nu in de kiosk of bij je bladenman voor € 5,95

Noot: dit boek werd mij als recensieexemplaar gestuurd door de uitgeverij. De bespreking hier is mijn eigen mening. Lees ook de disclaimer

Koken van pagina 53, Spuntino.

 foto: cover Spuntino.

Koken van pagina 53, Spuntino. Op Gereons Keuken Thuis bespreek ik heel wat kookboeken. (in 2016 zelfs 72) Sommigen zijn regelrechte hits, anderen wat minder. Maar ik weet, op een enkel uitzondering na, altijd wel iets spannends te ontdekken in een kookboek.

Normaliter gebruik ik kookboeken nooit om recepten uit te koken. Ze dienen ter inspiratie, nemen me mee op reis of  dienen als naslagwerk. In alle vormen en hoedanigheden. ik kan er uren mee bezig zijn, dag of nacht. Maar nog nooit publiceerde ik klakkeloos een recept uit de door mij gerecenseerde boeken.

Daar gaat vanaf deze donderdag verandering in komen. Ik ga grasduinen in Gereons Kookboekenhoek, in de kelder in dozen of @Gereons SeaSpot, om sporadisch een recept op te duiken. Koken van pagina 53. Ik heb gekozen voor dit nummer als wegwijzer. Vraag me niet waarom. Ik grabbel dan door het kookboek en doe verslag van wat ik op pagina 53 aantref, pas het zo nodig aan en geef een wijntip erbij.

Vandaag heb ik gekozen voor voor Spuntino van Russell Norman, Op culi adventure door de keukens van de Big Apple, één van mijn favoriete wereldsteden. Met sappige sliders, salades, cocktails en dronken desserts. Never a dull moment in de NYC keuken!

Al bladerend door dit heerlijke boek kom ik op bladzijde 53 een recept voor toast met ricotta, rode bessen en venkel tegen. Een mooie combinatie van de verse kaas op geroosterd brood, met het zuur van de aalbessen en het anijs van de knapperige venkel. Doet je direct verlangen naar de lente. Een glas koude prosecco, BIO Casa di Malia uit de Veneto van Karakter wijnen erbij en je picknick in het (central) park. Ik hoop dat het snel zover is!

Nodig:

200 g ricotta

grof zeezout en peper

20 ml volle melk

extra vièrge olijfolie

1/2 venkelknol in dunne plakjes

blaadjes munt gehakt

75 g aalbessen

1-2 el citroen mosterd dressing (pagina 146)

1/2 stokbrood

1 grote teen knoflook

Bereiding:

Giet de ricotta af en doe deze in de keukenmachine met wat zout en peper. Maal het mengsel kort en voeg met een lopende motor de melk en olijfolie toe, zodat er een smeuïge massa ontstaat. Maak een dressing van 1 eetlepel Dijon mosterd, 25 ml rode wijnazijn, 25 ml citroensap, 150 ml olijfolie, 1 tl zout en flinke draai peper. (bewaar deze ook voor andere doeleinden in een schoon potje in de ijskast)

Doe de venkelplakjes, muntblaadjes en aalbessen in een grote kom en meg er 1 el dressing doorheen. laat even intrekken.

Zet een grillpan op het vuur. Snijd het stokbrood in 8 dunne lange plakken. Bestrijk het brood met wat olijfolie en grill het brood mooi goudbruin. Wrijf de toast in met de teen knoflook en schep de ricotta erop. Schep het venkel- en bessenmengsel erop en serveer direct als gezellige appetizer.

Volgende keer zak ik af naar Washington DC of is het toch Berlijn. Ben benieuwd wat ik aantref op pagina 53 van Kitchen Table Food. Stay tuned!

Cuisine du terroir.

 foto: cover vintage kookboek

Cuisine du terroir. Het is al weer een tijdje geleden, dat ik het erover had. Maar streekkeukens en -gerechten blijven altijd de hitparade in Gereons Keuken Thuis aanvoeren. Ik kan het gewoon niet laten om overal waar ik kom eerste- of tweedehands werkjes te scoren over de Franse terroirkeuken. Bij de kringloopwinkel in Amsterdam West, bij een benzinestop langs de autoroute of in dat knusse boekwinkeltje tegenover de abdij in Tournus. Mijn kookboekenhoek in de hal staat er vol mee. De basiskeuken van Gereons Keuken Thuis blijft nu eenmaal de Franse, niets meer en niets minder.

Vandaar dat ik zo verguld was met het heerlijke boek van ene Brigitte Talleray. Ik vond het bij de kringloopwinkel en het heet de Traditionele Franse Keuken, verschenen in 1993. (ver voor de tijd van bloggen, Instagram en Facebook) Niet de meest opzienbarende titel, maar het gaat om de inhoud. Talleray neemt je mee op reis door de zeshoek. Ze reisde van Vlaanderen en Artesië tegen de klok in naar Normandië en Bretagne. Deed het westen aan, de Limousin en Auvergne. Verkende de Gascogne en Pyreneeën. Belandde in de Languedoc, dwaalde door de Provence, Stak de Golfe du Lion over naar Corscica. Trok via de Rhône naar het Noorden, Lyon en Savoye. Schreef over Bourgondië. En eindigt in het Noordoosten, Lotharingen en Elzas. Wat een leuke culinaire Tour de France. Met dito recepten en liefdevolle bereidingen opgetekend uit de monden van locals. Dat levert niet altijd doorwrochte en sluitende recepten op, maar des te meer mooie verhalen. Cuisine du terroir, wat een queeste van deze schrijfster. Kom je zo’n leuk boek tegen schroom dan niet het direct aan te schaffen, want je hebt er veel plezier van, al zeg ik het zelf.

Vandaag twee recepten uit dit leuke boek, gebakken cêpes met persillade en boter en een aardappelsalade uit de Cevennes, die Ravien Cévenol heet. Ik paste de ingrediënten iets aan naar de 21e eeuw, en ook de bereiding. Want koperen pannen zijn echt niet per se nodig. Lekker vega op deze druilerige woensdag in februari. We drinken er een stevig glas rood uit de Rhônevallei bij.

Nodig:

Voor de gebakken cêpes:

500 g wilde paddenstoelen, naar keuze

3 el extra vièrge olijfolie

2 tenen knoflook geperst

2 el fijngehakte peterselie

zout en peper

klontje gezouten boter

Voor de Ravien Cévenol:

500 g vastkokende aardappelen

1 stronk friséesla, gesneden en gewassen

20 halve gepelde walnoten

1 Granny Smith geschild in stukjes

3 stengels bleekselderij in plakjes

4 el walnotenolie

1 1/2 el witte wijnazijn

peper en zout

Bereiding:

Veeg de wilde paddenstoelen goed af met keukenpapier en snijd ze in stukjes. Verhit een flinke scheut olijfolie in een (koperen) koekenpan en bak de paddenstoelen goudbruin. Voeg hierna de knoflook, peterselie en boter toe en laat met een deksel kort garen. (het originele recept doet alles tegelijk in de hete olie. M.i. niet zo een goed idee, omdat de knoflook dan kan aanbranden. Voeg deze later toe)

Kook de aardappelen gaar, laat ze afkoelen en snijd deze in stukjes. ( het originele recept heeft het over prakken?) Doe de blokjes aardappel en Granny Smith in een slakom. Voeg de gewassen frisee sla toe, de walnoten en bleekselderij. Het recept gaat ervan uit, dat je dit in laagjes doet. Maak een vinaigrette van de olie azijn, peper en zout en giet deze over de salade. Het recept van Talleray mengt de Ravien niet, ik wel.

Serveer de warme cêpes en Ravien Cëvenol op een bord en serveer direct met desembrood en boter.

De Bier Revolutie

 foto: cover De Bier Revolutie.

De Bier Revolutie. Er woedt al enkele jaren een ware revolutie in bierland, waar zo’n tien jaar geleden bier en pils nog synoniemen waren. Een bierlandschap, waarin de grote brouwers domineerden, veranderde in een areaal aan ambachtelijke en vernieuwende brouwers in Nederland, die bier niet als synoniem voor pils beschouwden. Zij brouwen zij het ambachtelijk, zij het innovatief. Een ware bier revolutie. Nederland heeft tegenwoordig zelfs een hogere brouwersdichtheid dan Groot Brittanië, de VS en zelfs onze zuiderburen. De diversiteit aan smaken kan makkelijk de concurrentie aan met de wijnwereld. (Het is zelfs zo zag Gereons keuken Thuis op de Horecava, dat café’s tegenwoordig beter ingericht zijn op bieren dan wijnen)

Aaanleiding voor journalisten Edo Dijksterhuis en Jan Willem Kaldenbach om in de pen te klimmen en een boel te schrijven over de almaar groeiende brouwerijwereld. Op reis langs 50 pareltjes. Het boek start met een stuk geschiedenis, van broodsoep, via het oude Egypte naar vakmanschap in de Middeleeuwen tot de tijd, dat Pilsner bier de standaard werd. Maar de ambachtelijke brouwers sloegen terug. Is dit een teken van de tijd, de economische crisis, het verlangen van hipsters om zelf aan de slag te gaan? In ieder geval is het aantal zelfbrouwers en zzpérs enorm gestegen. En in de bierwereld met succes. Tot zover de geschiedenis. Hierna gaan de heren op pad van Den Helder tot Zundert, via Amsterdam naar Friesland. ( Helaas mis ik de jonge brouwer uit Den Helder in het boek, die onlangs verkozen werd tot beste brouwer ter wereld met zijn geuze)

Brouwerijen in steden en op het platteland, met mooie namen, zoals de & Deugden, traditionele brouwerij Beerze, het verhaal van Duits en Lauret in fort Everdingen, trappisten uit Zundert bij de Kievit en Oedipus. Ik ga er niet meer noemen, omdat elk van deze brouwers zijn eigen verhaal heeft (dat moet je lezen) en bier (dat moet je gaan proeven)

De Bier revolutie is een leuke gids voor de bier afficionado. Met deze gids in de hand kom je bij brouwerijen in het ganse land. Achterin De Bier Revolutie vind je een index per provincie en op naam. Ga het lezen en ga het proeven zou ik zo zeggen. Of leg dit werk in je auto, mocht je weer eens in de buurt van een van deze brouwers komen. Santé.

De Bier Revolutie, Edo Dijksterhuis & Jan Willem Kaldenbach (ISBN 9789089896971) Is een uitgave van Terra en is te koop voor € 24,99

Noot: dit boek werd mij als recensieexemplaar gestuurd door de uitgeverij. De bespreking hier is mijn eigen mening. Lees ook de disclaimer

Op wijnreis door Catalunya.

 foto: op wijnreis door Catalunya.

Op wijnreis in Catalunya, 300 wijnmakers ontvangen het hele jaar rond bezoekers op hun mooie bedrijven in Catalonië.  Catalunya, een autonome regio in noordoost Spanje, bekend van haar hoofdstad, de bruisende metropool Barcelona, de stranden van de Costa Brava en Dorada, de Pyreneeën, de modernistische architectuur van Gaudí. Kunstenaars als Dalí en Picasso lieten hun artistieke sporen na. De andere steden zoals Girona, Tarragona en Lleida met 2500 jaar historie. Voor elk wat wils dus in deze regio. En wijn! Sinds de klassieke oudheid worden er wijnen gemaakt in deze streek. Topwijnen! Een reis door de wijngaarden, met een variëteit aan landschappen, druivenrassen en wijnen, verdeeld over 12 denominaci0nes de origen, de DO’s. (wij noemen dat een herkomstbenaming) Allemaal te ontdekken, als je toch een bezoek brengt aan Barcelona of even genoeg hebt van het luieren op het strand. In het bestek van deze blog voert het wat ver, om alle 12 gebieden te bespreken. Uitgebreide informatie vind je op de site van Generalitát de Catalunya. Zij wijzen je de weg naar de mooiste domeinen, de leukste logeeradressen, de lekkerste culinaire geneugten en nog veel meer.

 foto: de kelders van Codorníu.

Op wijnreis door Catalunya betekent allereerst de DO Catalunya, de algemene appellatie van deze streek. Wijnbouw teruggaand tot de tijd van de Griekse stad Emporion, het huidige Empuriés. Het is de meest productieve en best verkopende denominacion van de deze streek. Rood, wit, rosé en wat te denken van de authentieke bubbel cava? Deze heeft zelfs een eigen DO gebaseerd op het suikergehalte, variërend van extra brut tot dolç. Zo’n 300 stadjes, 50 duizend hectare groot, met 35 toegestane druivenrassen, 200 geregistreerde kelders en 60 miljoen flessen per jaar vormen deze grootste appellatie. Er zijn overal het hele jaar door proeverijen, markten en festiviteiten te bezoeken Ga eens vanuit Barcelona op pad!

De Penedès is de volgende DO gelegen achter de Costa Dorada. Gereons Keuken en Route bezocht deze streek eens vanuit badplaats Sitges. Naar cava hoofdstad Sant Sadurní, waar bekende huizen zoals Codorníu hun wijnkathedralen hebben vol bubbels. Bezoek in Vilafranca ook eens het Vinseum. Maar de Penedès is niet alleen cava. De streek is ook een grote producent van stevig rood. In Vilafranca vind je ook de cellers van Torres, het bekendste wijnhuis van Spanje. Ik vind sowieso hun winkels in Spanje een beleving. Al vanaf de Romeinse tijd wordt er wijn verbouwd in de Penedès, voor transport over de Via Augusta. De jonge witte wijnen van deze streek worden, recht uit het vat, geserveerd bij Xató, een salade van groente vis en picada, de typische Catalaanse amandelsaus.

 foto: de Penedès

Het laatste gebied op wijnreis door Catlunya is DO Priorat, een klein, maar fijn wijngebied, vlak achter Tarragona. De wijnbouw werd hier geïntroduceerd door monniken van het Kartuizer klooster van Escaladei. Mooie naam eigenlijk de trap van God, maar dat terzijde. De kartuizer kloosterlingen brachten de Franse wijze van wijn maken met zich mee. Hun orde leefde in stilte. Priorat is het Catalaanse woord voor priorij. De abt van het klooster bestierde de wijngaarden. Sinds de jaren 90 van de vorige eeuw werden er innovaties uitgevoerd en Priorat hoort tegenwoordig bij één van de meeste prestigieuze gebieden ter wereld. De monniken zijn er natuurlijk allang niet meer, maar hun rode wijnen (96% van de totale productie) leven voort. Gemaakt van garnatxa negra, carinyena of samso. Stevig rood. Een bezoek waard zijn de kleine dorpen van deze streek, gelegen in een bergachtig landschap. De tijd heeft stilgestaan. En nog steeds met de stilte van de Kartuizers.

Gereons Keuken en Route zou op deze zaterdag nog veel meer kunnen en willen vertellen. Maar beter is het nog om deze gevarieerde bestemming zelf eens te ontdekken. De wijnmakers staan klaar voor je. Net als alle leuke hotels en speciale restaurants. De toeristenorganisatie van Catalonië kent wel tien redenen om de wijngebieden te bezoeken. Waarschijnlijk zijn dit er veel meer. Want de regio Catalunya ademt gastronomie in al haar caleidoscopische facetten.

 foto: cavaflessen.

¡Benvinguts! Op wijnreis door Catalunya.

Stoven bij Janneke thuis.

 foto: cover Stoven

Stoven bij Janneke thuis. Ik zie het helemaal voor me daar in Margraten tussen de heuvels, fruitbomen en mergelgrotten. Bij het krieken van de dag zet Janneke Philippi een pan op het vuur en stoven maar. Dat stoven en sudderen is dankbaar, dat weet ik uit ervaring, ideaal als je veel aan huis werkt. Je laat het gerecht al dan niet op zo’n sudderplaatje staan en je werkomgeving vult zich met een veelbelovende geur van het avondeten. Toch is voor veel mensen stoven niet weggelegd, simpelweg uit tijdsgebrek. Je kunt moeilijk een pan mee naar kantoor nemen en deze op de convector zetten. Stoven is voor veel mensen dus weekend koken. Maar dat hoeft niet per se. Philippi geeft ook gerechten in haar boek met korte stooftijden.

Het boek start met wat je nodig hebt, een sudderplaatje of een gaskachel doen wonderen. Ik kan me herinneren, dat ik, inmiddels jaren geleden, ’s ochtends het konijn aanbraadde en de pan op de gaskachel in de woonkamer zette op de laagste stand. Bij terugkomst van de universiteit was het vlees dan boterzacht.  Want stoven doe je op 90 graden, aldus Janneke.

Stoven is niet alleen winters eten, stoven is voor elk seizoen. In welke braadpan dan ook. Zolang je maar vocht toevoegt en wat zuurs gebruikt, zeker in combinatie met vlees. Recepten voor vlees, vis, groente en fruit volgen. We beginnen met het vlees. wat te denken van reeworstjes met paddenstoelen en salie, konijn van de jager, eendenbout met gedroogde paddenstoelen of hoe kan het anders Limburgse gehaktballen met stroop! Wat likkebaardend lekker allemaal en door echtgenoot Serge smakelijk in beeld gebracht.

Vis kun je ook stoven, een Hollands vispannetje met zeekraal en garnalen, bereidingstijd 25 minuten en 10 minuten stoven. Dat is in een handomdraai klaar. Of botervis met ansjovis, rode peper en citroen. Een lekker idee voor na een wandeling op het strand. Het boek besluit met groente en fruit, waarvan ik twee recepten wil vermelden, een romige champagnezuurkool, oh la la en stoofperen met herfstbokbier en vanille. Eens wat anders dan peerkes in de Beaujo!

Stoven bij Janneke thuis is een heerlijk winterboek. Gelukkig heeft het vandaag gesneeuwd en had ik veel werk aan huis. Stoven dus.

Stoven bij Janneke thuis, Janneke Philippi (ISBN 9789045211985) is een uitgave van Karakter en is te koop voor € 19,99

Noot: dit boek werd mij als recensieexemplaar gestuurd door de uitgeverij. De bespreking hier is mijn eigen mening. Lees ook de disclaimer

Door de site te te blijven gebruiken, gaat u akkoord met het gebruik van cookies. meer informatie

De cookie-instellingen op deze website zijn ingesteld op 'toestaan cookies "om u de beste surfervaring mogelijk. Als u doorgaat met deze website te gebruiken zonder het wijzigen van uw cookie-instellingen of u klikt op "Accepteren" hieronder dan bent u akkoord met deze instellingen.

Sluiten