De strandpaviljoens zijn weg. De badgasten verdwenen. De eerste herfststorm heeft het nodige op het strand achtergelaten. Mooie schelpen, wrakhout en wie weet? dat wordt het strand afstruinen. Het morgenstrand is leeg op een solitaire wandelaar na. In de verte gloren de windmolens op zee en een enkel schip voor de rede. Herfst aan de Noordzeekust, ik kan er geen genoeg van krijgen. De lage luchten nog net zoals op schilderijen uit de 17e Eeuw. Het grijs van de meeuwen. De grijsgroene zee met witte schuimkopjes. Wandelen en de zilte jodiumlucht maken hongerig. Een mooie zaterdag voor romige mosselsoep met grijze Noordzeegarnalen. Van verse mosselen, rijk gevuld. We drinken er een witte Mâcon Mancey uit de Essentiels serie bij.
Nodig:
2 kg Zeeuwse mosselen
150 g gepelde Noordzeegarnaal
1 prei
2 takken bleekselderij
1 winterwortel
1 el mosterd
1 potje crème fraîche
boter
gehakte peterselie
1/2 fles witte wijn
1/2 l water
1/2 blokje visbouillon
peper en zout
Bereiding:
Was de groenten en snijd ze in niet te kleine stukken. Was de mosselen en haal de kapotte schelpen eruit. Verhit de boter in een pan en bak de groente kort aan. Voeg de witte wijn en een glas water toe. Breng aan de kook. Kook de mosselen kort, ongeveer zes minuten. Schud de pan tussen door. Schep de mosselen en groenten uit de pan en zeef het kookvocht in een andere pan. Voeg de rest van het water toe, het visbouillonblokje en breng aan de kook. Laat kort sudderen. Haal het mosselvlees uit de schelp en leg een aantal apart voor de garnering. Voeg de mosselen, de groenten toe aan de bouillon. Zet het vuur laag, voeg de crème fraîche, de mosterd en peterselie toe. Maak het geheel op smaak met zwarte peper en zout. Als laatste kunnen de garnaaltjes erbij. Serveer de mosselsoep direct met een mossel in de schelp als garnering.