Pays d’Oc pop upwinebar. Gisterenavond was hij voor het eerst te bewonderen, de pop up bar op de bel étage van Odeon aan het Amsterdamse Singel. Zo’n dertig jaar geleden kwam ik daar om te dansen en met medestudenten bier te drinken. Op deze 31 oktober bezocht Gereons Keuken Thuis het gebouw om te proeven van al het moois, dat Pays d’Oc IGP al vijfendertig aan wijnen biedt. Dat willen ze van woensdag 1 tot en met zondag 12 november delen met het publiek.
foto: binnen in de pop upwine bar.
Wit, rosé en rood uit de Languedoc, een zeer gevarieerd wijngebied in Zuidwest Frankrijk. Voorheen bekend om zijn slobbers, maar dat is al jaren niet meer het geval. Hiervandaan komen echte juweeltjes, die onder de noemer gems worden verkocht. De tijdelijke kaart van Pays d’Oc pop upwinebar schenkt meer dan vijftig wijnen, veelal monocépages, ook van onvermoede druivenrassen.
Bij binnenkomst startte Gereons Keuken Thuis met een semillonvermentinoblend, stuivend in je glas. Een mooie binnenkomer. Hierna was het tijd voor een van de Big Five, de chardonnay, precies zoals je verwacht van zo’n cépage.
foto: pop up sommelier Wouter legt uit.
foto: 50 plus vinssur l’ardoise
De fraaie bar nodigde uit de uitgebreide kaart verder te inspecteren en her en der te proeven van de schappelijk geprijsde wijnen. Sommelier Wouter is de komende 12 dagen de gastheer van deze pop upwinebar en verraste mij met een kloeke witte gemaakt van de druivensoort rolle, een soort met elliptische druiven, die een karaktervolle en aromatische witte wijn geven. Daarna was het tijd voor een gewürztraminer, fijn wit uit Pays d’Oc. Rood kwam in de vorm van een uiterst soepele mourvèdre als monocépage en twee verschillende rode wijnen gemaakt van petit verdot. Allemaal niet mis.
foto: monocépage van les Jamelles.
Wat een keuze biedt Pays d’Oc. Gereons Keuken Thuis komt er zeker op terug, al was het maar in mijn aanstaande kerstwijnen lineup. Maar voor nu stap eens binnen op Singel 460 en maak je keuze uit het mooie assortiment van de Pays d’Oc pop up winebar. Nog 12 dagen lang vanaf vandaag, van 16 tot 23 uur geopend.
Wat lunchen we vandaag? De titel van het nieuwe boek van “smulpaapje” schrijfster Susan Aretz. Een bijzondere vrouw met een bijzondere kijk op food voor zichzelf en haar kind. In een tijd, waarin voor velen de lat hoog ligt in het dagelijks leven, een praktisch kookboek om je kind(eren) voorzien van een leuke lunch of traktatie, naar school te laten vertrekken. Volgens Aretz is dat helemaal niet zo moeilijk, noch hoeven er halsbrekende toeren uitgehaald te worden. In Gereons Keuken Thuis zijn echter geen kinderen aanwezig, noch enig benul hoe ik stunning traktaties of gezonde lunchtrommels zou moeten maken. Overigens gaan mijn homemade picknicks er altijd wel in als koek, bij volwassenen dan. Kidproof koken doe ik nooit. Derhalve riep ik de hulptroepen in van mijn vriendin Sofoula en haar dochter. Zij zijn mijn testers en gastbloggers van vandaag. Onderstaand lees je wat het duo van het boek Wat lunchen we vandaag? vond. En nog belangrijker wat deze dames eruit maakten.
foto: work in progress!
Sofoula vertelt:
“Zeg nou eerlijk. Wie lukt het om ‘s ochtends allerlei ingewikkelde, gezonde dingen klaar te maken voor de kinderen? Het vraagt iedere dag een klein mirakel om iedereen schoon, aangekleed, met de juiste spullen en tassen op tijd op de goede plek te krijgen, niet dan? Voor alle papa’s en mama’s die net als ik niet verder komen dan boterhammen in een trommel met rauwkost en een appeltje is er ‘Wat lunchen we vandaag?’ van Susan Aretz. Het is een mooi vormgegeven lunch- en traktatiebijbel voor ouders met weinig tijd en kieskeurige koters. De gevulde broodtrommels zien er fantastisch uit en kinderen helpen er graag aan mee. Op een stormachtige herfstdag voelt mijn dochter zich aangetrokken tot de hartige appel-kaasmuffins. Ze mag zelf papiertjes in de muffinvorm frotten en kaas en appel raspen kan ze ook. Roeren en dingen af- en uitlikken maken het extra feestelijk. Ik vind de honing, olijfolie en appelstroop erin een vondst. Een paar weken later is het herfstvakantie en komt nichtje Fleur logeren. We zetten ons aan de sneeuwpopmuffins met banaan, bedekt met kokosrasp. Superlekker en best gezond. De pizzatortilla’s maak ik bij elk denkbare gelegenheid. Op woensdagmiddagen, als er ’s avonds kinderen mee-eten, op kinderfeestjes, etc. Je zorgt gewoon dat je altijd een paar pakken tortilla’s in de kast hebt liggen en tomatensaus. Iedereen kan er op leggen waar ie zin in heeft. Makkelijker wordt het niet. De rest van het boek is even praktisch en origineel. De recepten voor drankjes, tienuurtjes en traktaties zijn erg goed bedacht. Tot slot zit er achter in het boek voor de hardnekkige chaoten nog een weekplanner in.”
Dank je wel Sofoula voor je leuke gastrecensie! Gereons Keuken Thuis moet toch echt eens komen proeven al jullie aan de slag zijn geweest. Tot snel!
Wat lunchen we vandaag? Susan Aretz. (ISBN 9789046822715) is een uitgave van NwADAM en is on- en offline te koop voor € 24,99
Noot: dit boek werd mij als recensie-exemplaar gestuurd door de uitgeverij. De bespreking hier is mijn eigen mening. Lees ook de disclaimer
Herfstpasta met eendenworstjes en champignons. Dat is voor mij de geur van de zuidelijke Bourgogne. De wijnoogst is gedaan, het jachtseizoen geopend en de Asterix- en Obelixdorpjes in de heuvels maken zich op voor de wintertijd. (die overigens vandaag in gaat) Je ruikt het gevallen blad van de eiken op de Col des Chèvres. Er wordt nog flink gekapt en gezaagd door de lokale houtvester. Zwermen spreeuwen doen zich te goed aan de laatste druiven alvorens verder te trekken. Overdag kan het nog heerlijk weer zijn, om bijvoorbeeld de laatste appels en noten uit de tuin te halen of late harvest tomaat. De overbuurvrouw hangt de blauwe salopettes en jasjes van haar man aan de lijn. Na de schemer wordt het koeler en verschijnt de rokerige mistigheid. Mede veroorzaakt door de Franse traditie om in dit jaargetijde al je tuin afval te verbranden. Composteren doen we niet aan. Gelukkig ligt er binnen droog hout genoeg om een flink vuur in de haard te stoken. Glas witte chardonnay erbij uit het dorp met dezelfde naam en de stoelen dichtbij het vuur.Tijd voor de apéro met de op de markt bij elkaar gescharrelde crôtins, wildzijnsworstjes en wat walnoten. Luiheid ten top. Dat vraagt in de Bourgogne om een hartverwarmende doch snelle maaltijd. Vandaag een herfstpasta met eendenworstjes, kastanjechampignons en balsamico. De worstjes koop ik bij een bio slagerij in de Haarlemse Kruisstraat. Erbij drinken we een stevige rode Givry van domaine Parize. De smaak van pinot noir naast de geurigheid van de paddenstoelen.
foto: het schemert.
Nodig:
8 eendenworstjes
400 g biologische penne
bakje kastanjechampignons
1 rode ui in ringen
2 tenen knoflook
50 g roomboter
olijfolie
peterselie
3 el balsamico azijn
peper en zout
gehakte peterselie
Bereiding:
Verhit in een pan wat olijf olie en de helft van de boter. Bak hierin kort de worstjes aan. Haal de worstjes uit de pan en zet ze opzij onder aluminium folie. Kook in een pan met ruim water de penne al dente. Bak de champignons aan in het bakvocht. Voeg daarna de rode ui in ringen roe en geperste knoflook. Snijd de worstjes in plakken en voeg toe. Blus het geheel af met balsamico. Maak op smaak met wat peper en zout.Voeg als laatste de rest van de roomboter en gare pasta toe. Serveer in grote schaal bestrooid met de gehakte peterselie.
¡Sabor Sabor! De nieuwe Spaanse keuken van Sandra Alvarez, kandidaat in Masterchef 2015, waarvan “BAUT” Michiel van Eerde in zijn voorwoord zegt dat hem het meest is bijgebleven, dat deze dame aioli zonder zout maakte en daarvoor stond. Sandra Alvarez kookte met Spaanse ingrediënten en dito temperament. Zij heeft een grote liefde voor typisch Spaanse keuken. Sandra is niet op het Iberisch schiereiland geboren, maar bracht er wel, vanwege haar Spaanse roots, heel wat zomers door. In Galicië en op Ibiza. Daarna snakte zij een heel jaar lang naar de volgende zomer. Met een soort heimwee naar de geuren en smaken van het land. De rook van Ducados, het zinderende asfalt, pijnbomen en hun hars en Puig Agua Brava colonia. Wat een geuren. Voor Gereons Keuken Thuis heel herkenbare sensaties. Sandra voegde de daad bij het woord en schreef haar heimwee recepten op in ¡SaborSabor! en hoopt je zo te inspireren om ook modern Spaans te gaan koken uit de keukens van Santiago de Compostela tot Eivissa.
In ¡Sabor Sabor! met als ondertitel de nieuwe Spaanse keuken kookt Sandra tradicionales met een moderne twist. Minder vet, meer groente en vaak vegetarisch. De woorden healthy, happy chic en Ibiza hadden mijns inziens niet extra aan de ondertitel toegevoegd hoeven te worden, want de kookstijl van Sandra spreekt al boekdelen. Net als de mooie fotografie.
Dit gezegd hebbende, gaan we aan de slag in de cocina van de schrijfster. Het boek begint met onmisbare ingrediënten, zoals chorizo, inktvisinkt, EV olijfolie, pimentón de la Vera, donkerbruine PX sherry en het geel van de saffraan. Voeg hieraan verse waar, zoals vis, vlees en groente en je kunt aan de slag. We beginnen met, hoe kan het ook anders, tapas y pinchos. Een pincho met gevulde dadel, unabomba de la Barceloneta, met inktvisinkt gekleurd brood. allerlei soorten croquetas, auberginechips en het hoofdstuk eindigt met een plank vol prachtige Iberische waar. Ik miste de ensaladarusa, maar die komt verderop in het boek aan bod in een moderne vegetarische versie. Sopas, ajoblanco, vissoep uit Baskenland, sopa de lentejas en een gazpacho cremoso ontbreken niet.
Clasicos. De tortilla de patatas, aardappelomelet. Het emblematische Spaanse eiergerecht. Voor Sandra Alvarez eens de relatiemeter. Een geliefde kookte de aardappels voor en deed banaan in de tortilla. Je begrijpt dat de liefde snel over was. Want wat de tortilla betreft is ze purist pur sang. De patatasbravas, pimientos de Padrón, migas, coca de Ibiza, de paella Valenciana, waar saillant detail, eens een uil voor uit een boom werd geschoten. Via ossenstaart in wijn en chocolade tot zarzuela. Al deze soms wat zware gerechten geeft zij een draai. En worden voorzien, en dat vind ik heel bijzonder, van een Spaanse wijntip.
Het volgende hoofdstuk is healhty (zie mijn opmerking hierboven) met mooie salades, gegrilde watermeloen, zeevruchten salade en groene asperges. Laten we dit gewoon het balansdag eten, noemen na de clasicos ervoor. Veel groente en een recept voor vegetarische bloedworst. Origineel!
Hierna volgt happy chic, een deel vol gewaagde experimenten, zoals een zwart broodje met een inktvisburger, een bikini Iberico, zwarte rijst, coquilles a la gallega. Ik noem het Puerto Banúsmeets Jockey Club Salinas food. Spaans met een internationale vibe.
Holy aioli, de quintessentiële saus voor Alvarez met allerlei smaken. Wat een geur en kleur. Gevolgd door aromatische aceites, mermelada de chorizo, gerookt zout en de Catalaanse romesco. Dulce, zoet hoort erbij. Wat te denken van een Tarta de Santiago? Arroz con leche uit Asturië? Churros met pittige chocolade saus en natuurlijk de flaó van Eivissa. (glaasje hierbas erachteraan?) Tot slot komen dranken als een witte sangria, gin&tonic aan bod en een hoofdstuk over Spaanse wijnen door Sandra’s privésommelier Daniel.
¡Sabor Sabor! is een vrolijk en modern boek. In de van oorsprong wat zware Iberische keuken wordt door Sandra Alvarez verbluffend licht gekookt. Ik zou instant heimwee krijgen naar de asfalt- pijnboom- en jodiumgeuren tussen Figuretes en Sa Canal. Zoveel sabores!
¡Sabor Sabor!, de nieuwe Spaanse keuken. Sandra Alvarez (ISBN 9789089897602) is een uitgave van Terra en is on- en offline te koop voor € 24,99
Noot: dit boek werd mij als recensie-exemplaar gestuurd door de uitgeverij. De bespreking hier is mijn eigen mening. Lees ook de disclaimer
Op zoek naar biefstuk Esterházy. Vorige week gaf, in de halve finale van Heel Holland Bakt, Janny van der Heijden de deelnemers de opdracht om een een Esterházy taart te maken. Hongaars gebak met laagjes botercrème tussen luchtig biscuitdeeg met een deken van fondant en chocolade. Ik had nog nooit van deze taart gehoord, maar dat terzijde. Ik dacht direct terug aan de biefstuk Esterházy met ganzenlever, die ik eens at in een hotel in Boedapest. Nu is het zo dat veel Hongaarse specialiteiten uit de negentiende eeuw de toevoeging (à la façon) Esterházy krijgen, genoemd naar de vorst en gourmet Pál Esterházy. Laat dit nu niet opgaan voor het biefstukgerecht, Esterházy Rostélyos, dat zijn naam dankt aan een andere Hongaarse vorst Miklós (Nicolaas) Esterházy, die de bijnaam “de Prachtige” had. Als je gaat zoeken naar gerechten met deze toevoeging op internet kom je de meest onwaarschijnlijke variaties tegen. Een Oostenrijks recept, dat een kilo meel gebruikt of een ander met varkenhaas en champignon, waarbij je meer denkt aan Stroganoff. Je zou bijna door alle Esterházy variaties het origineel niet meer kunnen traceren. De vorst en veldheer verfraaide het ouderlijke slot, en richtte een beroemde muziekschool op. Miklós liet zich het leven smaken. In zijn barokke paleis in Fertöd was het alle dagen feest. Esterházy organiseerde diners, bals en opéra-avonden. Joseph Hydn was de kapelmeester op het slot. Na de jaren 50 van de vorige eeuw verdween het adellijke toevoegsel Esterházy en werd door de machthebbers vervangen door Poesjkin, naar de grote Russische dichter. Na de val van de muur keerde de toevoeging weer terug, zowel voor de taart van Janny als de biefstuk van deze flamboyante vorst. Een gerecht van biefstuk met varkensworst en een zachte mousseline-achtige puree/saus en zoet groenten. Erbij een glas robijnrood uit Eger, gemaakt van de kék-frankos druif.
foto: slot Esterhaza.
Nodig:
600 g biefstuk in reepjes gesneden
2 wortels
2 pastinaken
1 medium selderij knol
1 grote ui
250 gram varkensworstjes (ambachtelijk)
2 tl paprika poeder
1 laurierblad
1/2 l water
zout en peper
boter en olie
1 el mosterd
sap van 1/2 citroen
125 ml zure room
wat bloem om te bestuiven
gehakte peterselie
Eventueel ter decoratie wat krullen Hongaarse ganzenlever.
Bereiding:
Snijd 1 wortel, pastinaak en de helft van de selderij in blokjes. De rest van, seldeij, wortel en pastinaak snijd je in zo dun mogelijke reepjes. (alumettes) Snipper de ui. Snijd de runderbiefstuk in blokjes. Haal het vlees uit de worstjes. Verhit wat olie en boter in een pan en bak het worstvlees aan. Schep het vlees eruit en zet apart. Voeg wat boter toe, bestrooi de biefstukreepjes met peper en zout en bak deze kort aan. Zet hierna apart onder folie. Fruit de ui en paprikapoeder. Roerbak de groenteblokjes en voeg wat water en citroenrasp toe. Laat de groente kort koken. Doe de groenten, 1 el mosterd, citroensap, 1 el bloem, zure room en jus in een smalle kom en mix deze met de staafmixer tot een zachte mousseline. Doe deze puree terug in de pan en voeg de biefstukblokjes en worstvlees toe. Verwarm nog ongeveer 10 minuten op laag vuur. Verhit wat boter in een pan en bak de reepjes overige groente kort aan tot dat ze zacht zijn. Serveer de Esterházy Rostélyos direct op een schaal gegarneerd met de reepjes groente en gehakte peterselie. Garneer voor de liefhebber met de ganzenlever.
Noot: foto vorst afkomstig van wikipedia.org en foto slot van esterhaza.hu.
SuriMAMcooking, op zoek naar de soul van de Surinaamse keuken. Dat is de zussen Moreen, Aretha & Martha wel toevertrouwd. Zij namen de passie voor en “het –sosolobie– met liefde” bereiden van eten over van hun moeder, die in de jaren zestig naar Nederland verhuisde. Eten was altijd een feest bij de zussen thuis. Oma’s en tantes sneden de ingrediënten en de kinderen scharrelden rond in de keuken. Op deze wijze kregen de drie dames hun familieverhalen en keukengeheimen met de paplepel in gegoten. (Of eten ze in Surinaamse gezinnen geen pap?)
De moeder van het drietal verhaalde hoe zij op het platteland opgroeide. Heel andere beleving dan de flat in Dordrecht en later in Amsterdam. Inmiddels kennen de zussen het land van herkomst op hun duimpje en denken vaak aan de geur van bloemen, planten en kruiden langs de dreven. Nippend aan gemberbier onder de zwoele tropische avondluchten. Hun groene moederland. De basis van hun met –sosolobie– bereiden van eten.
Ik moet bekennen, dat ik niet veel weet van de keuken van Suriname. Niet uit desinteresse, maar de focus van Gereons Keuken Thuis ligt toch vooral in het Europese bassin. Daarnaast, dat is een minder positieve herinnering, hadden voormalige collega’s de gewoonte om tussen de middag Surinaamse broodjes en roti te halen bij Tjin’s. Als deze maaltijd in de kantoortuin was genuttigd rook de afdeling de hele middag naar vet. Persoonlijk vond ik het altijd vrij zwaar eten. De tjauw min soep van een warung naast het huis met de kabouters aan de Ceintuurbaan was daarentegen wel heerlijk en evenwichtig. Tijd dus voor een hernieuwde kennismaking met de Surinaamse keuken.
Suriname is een smeltkroes van culturen, Indianen, Creolen, Hindoestanen, Javanen en Chinezen deden een spreekwoordelijke duit in het “culinaire” zakje van dit land. Een klein stukje Libanees, een beetje Joods of Hollandse kost erbij en je hebt een echte melting pot. Het boek start met de Surinaamse voorraadkast en uitleg over ingrediënten. Tegenwoordig zijn deze producten natuurlijk overal te koop.
Het eerste hoofdstuk, “Tang boeng, switisrnanan” verhaalt over de koloniale periode en de herinneringen, die de moeder van Moreen, Aretha & Martha hieraan heeft. Daarbij horen de emblematische bruine bonen met rijst en kip, gele pesie (erwten) met karbonade en rijst of het nostalgische gerecht roti en de tjauw min. Laten we vooral de pom niet vergeten. De jaren 70 waren de tijd voor de zussen van het avondje AVRO. ’s Middags gonsde het al in de keuken om de hapjes klaar te maken, voordat Toppop en Hans van der Togt (wie had daar geen crush op?) hun gewag maakten op de kijkbuis. Vis als kwiekwie masala met oker, telo (gebakken cassave) met bakkeljauw, kokos koekjes en limoenwater op de bank!
Een dagje op stap. Als er familie opgehaald moest worden van Schiphol ging dat natuurlijk niet zonder slag of stoot. Er ging proviand mee. Bojo (cassavetaart), schuimpjes en gemarineerde kippenvleugeltjes. Picknicken is nog steeds een favoriete passtime van de Surinaamse gemeenschap. Een glas markoesa siroop erbij en eten maar. Via feestmaaltijden belanden we in de jaren tachtig van de vorige eeuw. De meiden gingen graag op stap in de hoofdstad en het uitgaan voegde soul aan hun leven toe. Op hun feestjes is er naast Surinaams eten is altijd een DJbooth, want naast lekker eten moet er worden gedanst. SuriMAM geeft recepten voor vrolijke snacks, Surinaamse broodjes met kip-kerrie, kousenband, pom en bakkeljauw. Of voor broodjes met kippenlevers of zalmsalade. Als andere feestelijke hapjes ontbreken schaafijs, een rumpunch of gekleurde flensjes met kokos niet. Alles vrolijk gefotografeerd, de kleur spat van de bladzijden af.
Het laatste hoofdstuk gaat over “losiefoeroe” de Surinaamse familie-barbecue. Ik zie dat regelmatig in het Gaasperpark. Lekker sporten, een duik in het water en dan eten –sosolobie– met een Parbo biertje in de hand. Ze weten er wel een feestje van te maken. Trouwens de zussen weten dat met hun boek SuriMAM, op zoek naar de soul van de Surinaamse keuken, ook. Ik zou direct willen aanschuiven. Want soul heeft dit boek!
SuriMAM, op zoek naar de soul van de Surinaamse keuken. Moreen, Aretha & Martha Waal. (ISBN 9789024577675) is een uitgave van Luitingh-Sijthoff en is o.a. te koop bij Scheltema (waar de dames regelmatig koken) of elders. Het boek kost € 24,99.
Noot: dit boek werd mij als recensie-exemplaar gestuurd door de uitgeverij. De bespreking hier is mijn eigen mening. Lees ook de disclaimer
Zot van de Noordzee, dat is Gereons Keuken Thuis ook. Ik geniet elke keer als ik in SeaSpot ben van het uitzicht, zomer of winter. De lage Hollandse luchten, het grijs, blauw en smaragdgroen met wit schuim van het water. De Noordzee en alles wat daaruit valt te vissen blijft voor mij een grote trekpleister. Ook voor Jan Kegels aka Jean surMer is dat zo. Als klein kind in De Haan ving hij garnalen en liet deze aan iedereen proeven. De kiem voor zijn foodtruckJean surMer was gelegd. Originele seafood catering op festivals en aan de dijk. Ik zag het al eens voorbijkomen in Dagelijkse Kost, het programma van Jeroen Meus op één. Een boek kon natuurlijk niet uitblijven. In Zot van de Noordzee, van Duinkerke tot Den Helder, bundelt Kegels zijn vissersverhalen, weetjes over vis uit de Noordzee, tips en natuurlijk 52 verrassende visrecepten. Van eigen hand en een aantal gastchefs.
Vis op vrijdag? Welnee, met het boek van Jean surMer is het elke dag visdag! En laat Gereons Keuken Thuis nu het geluk hebben niet ver van de grootste visafslag van Nederland en aanpalende vishandels te zitten. Een mooie reden om samen met Jean en dit boek aan de slag te gaan.
De Noordzee was de eerste liefde van Jan. Hij kreeg er geen genoeg van, zocht van alles op en viel vissers lastig over de meer dan 220 soorten vis en schaaldieren, die je aantreft in de Noordzee. Van pladijs (schol) tot steenbolk. Hij kocht een catamaran van 7 meter, doopte het schip The Milfhunter(inderdaad een wat branie-achtige naam) en ging de zee op. Het leverde hem het predicaat “Levenslustige Zeehond”op.
Maar dat was niet alles. Jean surMer had het geluk om van zijn passie zijn beroep te maken. In 2010, toen de Tour langs zijn stamkroeg in Ekeren raasde, begon hij een kraampje met kibbeling en tartaarsaus i.p.v. de obligate worst/hamburger/frites, die bij koersen gewoon zijn. De rest is geschiedenis. Het kraampje werd een foodtruck, Kegels ging in de seafood catering en nu is er Zot van de Noordzee.
foto: de keuze in IJmuiden.
Het boek start met verhalen over mannen, die dagelijks aan het werk zijn in Belgiës 11e provincie. De mannen van de zee, de vissers. Jean surMer schetst hun portretten. Daarna gaat hij het over VIS hebben, de gezondheidswaarde, hoe herken je verse vis, vrijdag visdag en andere informatie. Een heus ABC van veel verkrijgbare Noordzeevis in 26 soorten volgt. Dan gaan we aan het werk. Jean start in de herfst, mooi toepasselijk met een gerecht van grijze garnaal en prei, kabeljauw met zuurkool of hondshaai in het groen. (mooi gerecht, ik vroeg me al af wat te maken met de haai, die bij een vishandel in IJmuiden lag)
foto: hondshaai.
Winter, tijd voor vlaswijting met boerenkool, schar met schorseneren of rog met zilverui. De schrijver geeft er handige presentatie tips bij. Lente volgt, tijd voor platvis, pladijs (schol), tong of griet. In een gerecht voor tong met tuinbonen, pladijs met rode kool of griet met watermeloen. Vrolijke lentecombinaties met prachtige foto’s. De viskalender van Kegels eindigt in de zomer, met zeewolf met paksoi, wijting met Romeinse sla en sepia met tomaat. Jean surMer weet met verse vis en enkele basic ingrediënten verdraaid mooie gerechten te componeren. Terroir optima forma of heet dat bij vis niet zo? Zot van de Noordzee is een aanwinst in de keuken van GereonsSeaSpot. Zotter kan het niet worden.
Zot van de Noordzee, Jan Kegels. (ISBN 9789022334317) is een uitgave van Manteau en is on- en offline te koop voor € 24,99
Noot: dit boek werd mij als recensie-exemplaar gestuurd door de uitgeverij. De bespreking hier is mijn eigen mening. Lees ook de disclaimer
De smaak van bloemen, tuinieren en recepten met eetbare bloemen. Net als je denkt dat het #alfresco en balkonteeltseizoen een beetje over begint te raken, ploft dit vrolijke boek van Julia Voskuil op de mat. Een kookboek, dat twee grote passies van mij combineert. Koken en rommelen met bloemen en planten op mijn stadse balkon. Lekker zaaien, oogsten en opeten. Alhoewel meestal bloemen van het balkon in een vaasje belanden in plaats van op het bord. Een enkele knaloranje Oost-Indische kersbloem daargelaten of een solitaire dahlia als decoratie. Dat is het zo ongeveer.
De smaak van bloemen is een hommage aan Elisabeth de Lestrieux. (1933-2009) Tuinboekenschrijfster en zover ik me kan herinneren televisie presentator. In 1977 verscheen haar eerste tuinboek. Vele andere boeken volgden. Deze dame heeft maar liefst 50 boektitels op haar naam staan en deze nieuwe titel is een knipoog naar haar boek uit 1991. Want meer dan 25 jaar later is de koken met en de consumptie van bloemen meer dan hot te noemen. En gezond, maar dat vind ik niet het meest belangrijke.
foto: Oost- Indische kers
Voskuil start in de lente, het seizoen waarin eerst de ui- en lookachtigen ter tafel komen, of bernage (komkommerkruid), de pinksterbloem. Allemaal met beschrijving en culinaire gebruiksaanwijzing. De anjer bijvoorbeeld, nooit geweten, dat die eetbaar was. Julia Voskuil sprak ook met experts, zoals Claudia smultuin Reina, die recepten geeft voor een gele snijbiet stamppot, rozenwater en een smeuïge baktaart met pruimen. Gert Tabak, fotograaf gaat voor dagleliesoep. Rob koppertcressBaan zou van Nederland de gezondste delta willen maken.
De zomer van Voskuil is er één met duizendblad, de bloem van de stokroos, de begonia en knalroze bergamot, met het aroma van Earl Grey. Ook de geranium is eetbaar, volgende keer bij het plukken in de zomer daar eens aan denken. Yuri Verbeek, zelfstandig topchef bij de kokkerie noemt bloemen het takje peterselie van weleer. En zeg nu eerlijk een bonbon van witte chocolade, Sambuca en lavendelsuiker is toch niet te versmaden? Lavendelzout trouwens ook niet voor bij je vis en op de foccacia. Arthur villa augustus van Brug kookt ook graag met bloemen, saliebloemen voor op een pizza.
foto: sunny dahlia.
Dan komt de herfst, met citrusgeuren. Ik moet ooit nog eens een sinaasappelboompje scoren, want azahar (Spaans voor sinaasappelbloesem) is een favoriete geur van mij. Dahlia, mijn balkon staat er nu half oktober nog vol mee. De bellenman of fuchsia, die ook bessen geeft. Herfstkleur en geur. Rozenbottelpeppadews. Kruudmoes een streekgerecht met Roomse kervel. Het boek eindigt met de winter, het madeliefje, de camelia, het winters viooltje. Ook in de winter kun je koken en decoreren met bloemen. Bijvoorbeeld in de kreeftenrisotto van Tom ’t Soerel Oudshoorn.
Tot slot nog wat praktische tips en een eetbare bloemen A-Z. Een heerlijk en praktisch boek, de smaak van bloemen, dat ik bij de start van het nieuwe balkonseizoen zeker ter hand ga nemen.
De smaak van bloemen, tuinieren & recepten met eetbare bloemen, Julia Voskuil (ISBN 9789089897367) is een uitgave van Terra en is te koop voor € 24,99.
foto: funky pastasalade met rode dahlia.
A propos! Mocht je nu liever bloemen in een vaas hebben staan in plaats van dat ze op je bord liggen? Ga dan eens met je vaas naar Dennis mooi anders bloemenLanzaat. Sinds ik dit boek heb gelezen voor mij een culi-adresje of moet ik zeggen snoepwinkel.
Noot: dit boek werd mij als recensie-exemplaar gestuurd door de uitgeverij. De bespreking hier is mijn eigen mening. Lees ook de disclaimer
Mannelijke foodbloggers vertellen, vandaag Rienk Andriessen. Wij kennen elkaar al heel lang, virtueel dan en wisselen wat gedachtegoed uit via de sociale media. Rienk is journalist, een levensgenieter, altijd optimistisch gestemd en zeker geen lemming. Doet graag zijn eigen ding! Hij (be)schrijft zijn kookervaringen op Keukenbrigade, zijn blog. Het concept is uit liefde geboren. omdat Rienk graag samen met en voor andere mensen kookt. Rienk wil zijn kookkunsten graag delen, pure en echte smaken zonder pakjes en zakjes. Je zou de foto’s van zijn mise en place voor ragú eens moeten bekijken.Koken doet hij thuis voor partner en kids, maar ook in de vrije natuur op het terrein van de Birk, gelegen aan de Soesterduinen. Een stek in de natuur waar Rienk graag vertoeft. Gereons Keuken Thuis geeft hem geen ongelijk, laten we buiten zijn en van de natuur en rust genieten een gedeelde passie noemen. Dit weekend zond Rienk onderstaande stoof in, een gerecht om je lekker aan te verwarmen na een flukse wandeling. Perfect gegaard, aldus Rienk. Hier drink je natuurlijk een bokbiertje bij.
Stew, slow-cookedtoperfection!
Ken je die recepten waarin stoofvlees ‘botermals’ wordt in twee uur tijd? Je wordt er mee doodgegooid. Mij is het nog nooit gelukt om vlees in twee uur botermals te stoven. Zelfs niet met het allerbeste vlees. En dat frustreert mij, want ik kan, als zeg ik het zelf, best een beetje koken. Hoewel ik geen heel grote fan ben van Jamie Oliver, heeft hij mij toch weten te inspireren met een recept voor een stoofpot die wel botermals is. Tenminste, als je de tijd hebt, want voor dit recept heb je veel tijd nodig. Ik had de pan ruim vijf uur op het vuur, maar dan heb je ook wat! En voor de rest is het niet veel werk.
Wat heb je nodig?
1 kg goede riblappen (op kamertemperatuur)
5 laurierblaadjes
2 el grove mosterd
2 el bloem
olijfolie
2 blokjes rundvleesbouillon
Worcestersaus, (zee)zout en peper uit de molen
3 flesjes bokbier
4 stengels bleekselderij
3 grote uien
3 grote winterpenen
2 blikjes tomatenblokjes
Hoe maak je het?
Vooraf wil ik iets zeggen over het stoven van vlees. Algemeen wordt aangenomen dat je vlees eerst moet aanzetten voordat het stoofvocht (water/wijn/bouillon/bier) erbij kan. Laat dat maar eens achterwege. Als je lang genoeg stooft is er geen verschil. Snijd het vlees in grote brokken van circa 3x3cm, de uien in grove, halve ringen, selderij in stukken van 1 cm. Halveer de wortel en snijd er dan halve maantjes van circa 5 mm dik, Doe alle groenten in een pan met olie en smoor dit laag een kwartiertje. Dan het vlees erbij en om scheppen, bloem erbij en een paar minuten roeren zodat de bloem gaart. Mosterd, tomaten en laurier erbij, even omroeren en dan langs de rand van de pan het Bokbier erbij gieten. Bouillonblokjes erbij, roeren en laat maar pruttelen. Zo af en toe een luchtbel die ‘blub’ zegt.
Deksel erop en ieder halfuur even roeren. Laat maar staan die pan, een uur of vijf. Het laatste uur de deksel eraf zodat de stoof wat kan indikken. Op smaak brengen met zout, peper en worcestersaus.
Het resultaat: Botermals stoofvlees en groenten met een lichte ‘bite’. Ik eet er het liefst aardappelpuree bij, maar gekookte aardappel, rijst of pasta: het kan allemaal!
Nederlanders in Parijs 1789-1914, een reis door het métropolitaine Parijs van de negentiende eeuw. Gereons Keuken en Route maakte deze reis mee woensdag jl. Een overzichtstentoonstelling van de werken van 8 kunstenaars die vanuit het toen nog slaperige Nederland naar boomtown en broedplaats Parijs trokken. Het Van Gogh Museum in Amsterdam wil met 120 werken laten zien hoe deze stad de ogen en de harten beroerde van de meestal jonge kunstenaars. Hoe beleefden zij Parijs, wat ontdekten ze daar en op welke wijze beïnvloedden zij de Franse kunstscene? Een mooie tentoonstelling, in samenwerking met Paris Musées/ Petit Palais en het RKD -Nederlands Instituut voor Kunstgeschiedenis-. Nederlanders in Parijs 1789-1914 toont meer dan 120 werken, waarvan een gedeelte bruiklenen uit musea en privécollecties uit de gehele wereld. Edwin Becker (Van Goghmuseum) en Mayken Jongman (RKD) zijn de conservators. Zij namen de aanwezigen mee op pad.
foto: de conservatoren vertellen!
Parijs had met zijn broedplaatsen, de mogelijkheden van exposeren en opleidingen een meer dan magische aantrekkingskracht op jonge kunstenaars van over de hele wereld. Ook op Nederlandse kunstenaars. Parijs was een nieuwe wereld en na het midden van de 19e eeuw was je er met de trein in één dag. In deze wonderlijke stad. (vergelijkbaar met de indrukken die je ervaart als je voor het eerst Manhattan binnen rijdt via één van de bruggen) Een stad, waar je anderen ontmoette, nieuwe ideeën, andere culturen. De boost van de grote stad. Het zette de Nederlandse kunstenaars zoals Jongkind, Breitner, Van Gogh, Van Dongen en Mondriaan aan tot het maken van geheel nieuwe werken. Ook speelden hierbij ontmoetingen met Monet, Degas, Cézanne en Picasso. Een periode van verregaande kruisbestuiving in de kunst.
foto: bloemen door Van Spaendonck
Monet zegt bijvoorbeeld over Jongkind, dat hij de man is die hem uiteindelijk goed leerde kijken. Van Spaendonck, waarmee het verhaal begin had 35 jaar lang een atelier in de Jardin des Plantes en maakte het schilderen van stillevens op 17e eeuwse wijze mateloos populair in Frankrijk. Ary Scheffer werd een bekende salonschilder. Kaemmerer werd door zijn contacten met kunsthandelaar Goupil één van de best verkopende kunstenaars. Van Gogh raakte begeesterd door impressionisten als Monet, Pisarro en Signac. Zijn kleurgebruik veranderde, mede door de betere verf, die in Parijs volop verkrijgbaar was.
foto: Doop tijdens Directoire, van Kaemmerer.
Van Dongen raakte gefascineerd door het nachtleven van Montmartre, dat een enorme aantrekkingskracht had op jonge kunstenaars en anderen. Jan Sluijters deed Van Dongen na. Breitner vertrok naar Parijs en nam het impressionisme mee. Bij terugkeer in Nederland ging hij terstond naakten en ballerina’s schilderen. Mondriaan is de laatste kunstenaar van deze belle époque, hij ontwikkelde in de Lichtstad een volledig abstracte beeldtaal.
Nederlanders in Parijs 1789-1914 neemt je mee op reis door een tijd, waarin alles heel hard veranderde. Parijs werd herbouwd door baron Haussmann, Montmartre, eens een slaperig dorp werd het toneel van feesten en oh la la. Deze tentoonstelling zuigt je als het ware op. Net als Parijs deed bij deze 8 schilders. Er ontstond een gepassioneerde relatie tussen de kunstenaars en deze stad. Te zien in hun eigen werk, maar ook in de werken van anderen. Vol verbeelding, het kon niet op. De sky was de limit en je ziet de kleuren feller en sprankelender worden, naarmate de eeuw vordert. Een eeuw vol nieuwe kunst en verhalen. Het feest eindigt in 1914 met la Grande Guerre.
foto: schilderij nr. 11, Piet Mondriaan
Nederlanders in Parijs 1789- 1914 is van 13 oktober 2017 tot en met 7 januari te zien in het van Van Gogh Museum. Daarna is de tentoonstelling te zien in Parijs. Uitgeverij TOTH geeft in samenwerking met het RKD een speciale catalogus uit met portretten en illustraties van de kunstenaars, die lang of kort in deze stad verbleven. Nederlanders in Parijs 1789- 1914 is er in een Nederlands- en Engelstalige versie en kost € 29,90.
foto: Zicht uit Theo’s appartement,Vincent van Gogh
Wie Parijs zegt, zegt eten. In de negentiende eeuw, toen behalve kunstenaars, ook veel andere jongeren hun geluk kwamen beproeven in de stad, schoten brasserieën, bistro’s, estaminets en restaurants als paddenstoelen uit de grond. Plek om elkaar te ontmoeten, een glas wijn te drinken. (door de trein was de Beaujolais een stuk dichterbij komen liggen) en je maal te doen. Zoals een stevige kom uiensoep. Hartverwarmend na een dag schilderen op je krappe zolderkamer. We drinken er een vrolijke Beaujolais Villages bij.
foto: Bal Tabarin van Jan Sluijters
Nodig:
1 kg uien
50 g boter
2 el olijfolie
2 takjes tijm
1 takje rozemarijn
1 el mosterd
1 liter runderbouillon (vers of van blokje)
1 glas rode wijn
1 laurierblaadje
stokbrood
geraspte oude kaas of Gruyère
gehakte peterselie
peper en zout
Bereiding:
Pel de uien en snijd ze in grove stukken. Verhit de boter en olie in een diepe pan. Voeg de uien toe en laat op laag vuur in een kwartier glazig worden. Zet het vuur hoger en bak de uien in circa 10 minuten bruin. Blus af met een glas rode wijn. Voeg de mosterd, tijm en rozemarijn toe. Als laatste de warme runderbouillon. Laat het geheel nog zeker een half uur pruttelen. Voeg naar smaak nog wat peper en zout toe. Snijd plakken van het stokbrood en leg deze bestrooid met de kaas kort onder de grill. Serveer de Franse uiensoep in diepe kommen met het stuk stokbrood erin. Strooi er wat fijngehakte peterselie overheen.
foto: De blauwe japon Kees van Dongen
Reacties laden....
Door de site te te blijven gebruiken, gaat u akkoord met het gebruik van cookies. meer informatie
De cookie-instellingen op deze website zijn ingesteld op 'toestaan cookies "om u de beste surfervaring mogelijk. Als u doorgaat met deze website te gebruiken zonder het wijzigen van uw cookie-instellingen of u klikt op "Accepteren" hieronder dan bent u akkoord met deze instellingen.