Dag van de pastasalade 2022. Het is zomer, terwijl ik dit schrijf. Een mooie slome warme avond. Wat het weekend gaat doen qua weer kan ik nu niet voorspellen, maar met een zomerse pastasalade haal je sowieso de zon in huis. De achtste keer alweer, dat ik voor de eerste julidag een recept voor pastasalade op GKT plaats. Deze reis speel ik een beetje vals, want voor de 2022 editie stof ik een eerder gepubliceerd recept af. Waarom niets nieuws? Dat antwoord moet ik schuldig blijven, maar laten we deze manoeuvre het uitgekookt en afgeblogd effect noemen. Ik heb zin in een lazy summer. Dus maak ik in handomdraai mijn pastasalade met pit en een beetje saudade. We drinken er een fijne Spaanse viognier & verdil blend bij, de speciale regenboog/pride editie van Neleman Wines. Net zo kleurrijk als de dag van de pastasalade.
Nodig:
400 penne of andere korte buispasta 1/2 potje groene olijven uitgelekt 3 tenen knoflook 1/2 potje zongedroogde tomaat op olie uitgelekt 1/ chorizo in blokjes 1/2 blik maiskorrels bosje peterselie 1 tl pimentón de la Vera 1/2 potje zure augurkjes olijfolie 1 el piri piri saus 1 citroen
Bereiding:
Kook de penne of buispasta beetgaar en laat deze snel afkoelen. Snijd de chorizo in blokjes, Snijd de uitgelekte zongedroogde tomaatjes in stukjes. Hak de tenen knoflook fijn. Hak de peterselie fijn. Snijd de kleine augurkjes in stukjes. Meng de olijven, augurkjes, tomaatjes, mais, chorizoblokjes, knoflook en afgekoelde penne door elkaar in een diepe schaal. Maak de pastasalade op smaak met wat zout en peper. Maak een dressing van 4 el olijfolie, een uitgeperste citroen, 1 tl pimentón de la Vera en 1 el piri piri saus. Meng de dressing door de salade en garneer het geheel met de gehakte peterselie. Zet het flesje piri piri saus ernaast voor de fans van extra pit.
Polvo & Pato, proef het Portugese leven. De eerste kennismaking van reiziger, fotograaf en schrijver Jeroen Jansen met Portugal was een flechada, amor a primeira vista, om het maar in de taal van het land zelf te zeggen. Het was 2010 en Portugal verkeerde in een zware economische crisis. Maar zonder het hoofd te laten hangen sloegen de Portugezen zich er doorheen en met hulp van buitenlandse investeerders beleefde het toerisme een boom. Net als het vastgoed! Acht jaar later kocht Jansen samen met vrienden – nog net op tijd- een huis bij Loulé in de Algarve. Een vrijstaand huis aan een doodlopende weg, uitkijkend op de zee en met citrus- en vijgenbomen in de tuin. Paradijselijk, je zou bijna gaan vrezen voor de volgende crisis, maar wat later komt zien we wel. Heel Portugees gedacht. Het zuiden smaakte naar meer, naar Alentejo, Estubal, het Noorden en Lisboa. Jeroen Jansen vindt als eetschrijver, dat je een land goed leert kennen door de keuken te verkennen. Dus hij ging op pad, met als resultaat dit heerlijke reis-, kook- en vooral leesboek Polvo & Pato, in mooi Nederlands inktvis en eend. Want dat waren ingrediënten, die de schrijver veel tegenkwam op zijn tocht. De Portugese keuken is, anders dan de cocina van grote broer Spanje, een laatbloeier in de zin van nouvelle cuisine. Rijk aan verhalen en tradities, die hun oorsprong vinden in dat niet te vertalen gevoel van saudade van dit land. De Portugese mix van romantiek en melancholie. Diezelfde tradities vormen nu de basis van een nieuwe garde jonge getalenteerde chefs, die in de steden Lissabon en Porto ( en natuurlijk erbuiten) een mooie moderne draai geven aan het basisvoedsel van Portugal. Met een constante aanvoer van verse vis en schaaldieren, wijnen, kazen, charcuterie, groenten en fruit. Jeroen Jansen moest dit beleven.
Polvo & Pato start in het minder bekende Noorden van het land, dat met name door de populariteit van Porto steeds meer bezocht wordt door toeristen. Uit het Noorden komen de heerlijke witte alvarinho wijnen, vinho verde, port natuurlijk en de overal in Portugal aangeprezen kersenlikeur ginja uit Obidos. Vergeet ook de zoetigheden niet, die hun oorsprong vonden in de talrijke kloosters in deze streek. Jansen vertelt erover met schwung en deelt heerlijk verblijfs- en eetadressen, zoals het restaurant Oficina, waar gekookt wordt onder het motto Fuck art, let’s eat. Het was wel wennen voor de Portugese eter. Kleinere en en uitdagende porties. Voor Jeroen Jansen was het eten van prehistorische lamprei een belevenis. Aan de eendenmosselen is hij maar niet begonnen. Alles stapje voor stapje.
Via midden Portugal belandt hij in de hoofdstad Lissabon en het aanpalende Estubal, dat ik alleen ken van de moscatelwijnen. In de eerstgenoemde stad is het heerlijk vertoeven. Slenteren door de straatjes, eten bij tascas of ceviche bij die ene tent vlakbij een park met een enorme octopus aan het plafond. Gereons Keuken Thuis ziet het nog zo voor zich. Het fijne aan Lissabon is dat de huidige staat van citybreak (over)toerisme niet heeft geleid tot het verdwijnen van tascas, fado bars en bakkerijen. Al vreesden de Lisboetas dat wel. Gelukkig is er nog veel te beleven zeker als je pretpark Belém overslaat. Haal je pasteís de nata gewoon bij Manteigeira. De schrijver weet het allemaal mooi te vangen in woord en beeld.
Ik ga snel verder naar de Alentejo. Kurkeiken- en wijngebied, want door alle verhalen vergeet je bijna, dat in Polvo & Pato ook heerlijke recepten staan van diverse chefs, die de schrijver aandeed, zoals gaspacho met gebakken sardines, gesmoorde varkenswang of een kabeljauwgerecht met maisbroodkorstje. Wat een heerlijke vondsten allemaal. De traditionele cataplana ontbreekt niet. En daarmee belanden we in de Algarve, thuisbasis van Jansen. Lang niet zo toeristisch als je denkt, want nog steeds vindt hij er leuke adressen. Bij het schrijven van Polvo & Pato, dat een kruising is tussen een kookboek en culinair reisboek, kreeg Jeroen Jansen naast hulp van de gastvrije Portugezen, ook een helpende hand in de keuken van Filipe Rodrigues van restaurant Boca in Venlo en van Vincent van Dijk, patron van Le Marquis in de Algarve. Zij gingen beiden graag voor Jansen de keuken in en dat levert heerlijk smulplaatjes op.
Het plezier spat er vanaf, van dit heerlijke boek over een land, dat misschien wat minder culinair bekend is, maar niet onbemind. De gastvrijheid en bezieling van al die hardwerkende en bescheiden Portugezen straalt er vanaf. En in het boek Polvo & Pato proef je al lezend het Portugese leven. Ik snap die amor a primeira vista van Jeroen Jansen wel. Heerlijk zomerboek!
Polvo & Pato, proef het Portugese leven, Jeroen Jansen. (ISBN 9789059569140) is een uitgave van Fontaine en is te koop bij je kookboekenvakhandel voor € 29,99
Noot: dit boek werd mij als recensie-exemplaar gestuurd door de uitgeverij. De bespreking hier is mijn eigen mening. Lees ook de disclaimer
Iberico foodbloggers parade. Het kon natuurlijk niet uitblijven aan het einde van de Iberische weken op Gereons Keuken Thuis. Volmondig werd er gereageerd op mijn oproep in een Facebookgroep.Van de Alentejo tot Navarra en van Barna tot Lisboa, uit alle hoeken ontving Gereons keuken Thuis recepten. Ik ben blij met jullie inzendingen. Deze vormen de afsluiting van de #iberischeweken. Zelf doe ik een duit in het zakje met een oud receptje voor zarzuela.
Buen provecho, bon profit, aproveite sua refeição, goza da túa comida en tot slot gozatu zure janaria!
Cora gaat naar het groene Noorden met zijn groene weilanden, wolken in de valleien, koeien, doedelzakken, sidra en stevige kost met fabada Asturiana
Het Keltische Noordwesten van het Iberisch schiereiland inspireerde Judith om pulpo a la Gallega in te zenden voor deze Iberico foodbloggersparade.
Priya met een vispannetje, want Spanjaarden en vis zijn een match made, hecho en cielo!
Lizet, hoe kan het ook anders dook in de geschiedenis met Spaans eten uit de 19e eeuw
Altijd origineel, Vinissima Ingrid kookt een Portugese stijl tomatenjam en heeft daar zelfs een wijntip bij.
Marie Louise stuurde romescu saus op voor bij de calçots. Deze geblakerde lenteuien uit de Prat de Llobregat mogen niet ontbreken in deze Iberico foodbloggers parade.
Anne-Marie Otter voorzag in tinto de verano Het is zomer, vamos a la playa en wie zegt dat je rode wijn niet koud en fris kunt drinken. De Andalusiers weten wel beter!
Sabine met knoflooksoep uit de Alentejo. Deze soep uit kurkeikenland ten zuiden van de machtige Taag, waar zwarte varkens scharrelen en het leven saudade is.
Tot slot van deze Iberico foodbloggers parde komt Gereons Keuken Thuis zelf met zarzuela, een Spaanse visstoofpot van Catalaanse oorsprong.
Nodig:
6 el olijfolie
1 grote ui gesnipperd
3 tenen knoflook in stukjes
1 laurierblad
4 draadjes saffraan
1 tl paprikapoeder pittig
1 Spaans pepertje in kleine ringetjes (let op zonder zaadjes)
2 el tomatenpuree
4 tomaten
250 ml witte wijn
1 visbouillonblokje
500 g zeevruchten gemengd
500 g visfilet bijvoorbeeld kabeljauw in stukken
10 grote gamba’s (garnering)
peterselie gehakt
peper, zout
citroen
Bereiding:
Verwarm de olie in een pan en fruit zachtjes de ui aan. Voeg het laurierblad, de knoflook, saffraandraadjes, paprikapoeder en Spaanse peper toe en laat dit kort fruiten, zodat de aroma’s vrij komen. Bak dan even de 2 el tomatenpuree mee. En voeg daarna de tomaten toe. Laat alles even sudderen. Doe de witte wijn en het visbouillonblokje erbij en kook alles even door. Voeg de kabeljauw en zeevruchten toe. Doe het deksel op de pan en laat nog 15 minuten doorsudderen. Garneer daarna de Zarzuela met partjes citroen, wat gehakte peterselie en de verwarmde gamba’s. Serveer met brood.
* tip: ga eens naar Waasdorp aan de Halkade in IJmuiden en koop daar 3 kilo bijvangst, altijd lekker voor in de zarzuela!
Reacties laden....
Door de site te te blijven gebruiken, gaat u akkoord met het gebruik van cookies. meer informatie
De cookie-instellingen op deze website zijn ingesteld op 'toestaan cookies "om u de beste surfervaring mogelijk. Als u doorgaat met deze website te gebruiken zonder het wijzigen van uw cookie-instellingen of u klikt op "Accepteren" hieronder dan bent u akkoord met deze instellingen.