Nederlanders in Parijs 1789-1914.

 foto: Pont St. Michel van Camille Corot.

Nederlanders in Parijs 1789-1914, een reis door het métropolitaine Parijs van de negentiende eeuw. Gereons Keuken en Route maakte deze reis mee woensdag jl. Een overzichtstentoonstelling van de werken van 8 kunstenaars die vanuit het toen nog slaperige Nederland naar boomtown en broedplaats Parijs trokken. Het Van Gogh Museum in Amsterdam wil met 120 werken laten zien hoe deze stad de ogen en de harten beroerde van de meestal jonge kunstenaars. Hoe beleefden zij Parijs, wat ontdekten ze daar en op welke wijze beïnvloedden zij de Franse kunstscene? Een mooie tentoonstelling, in samenwerking  met Paris Musées/ Petit Palais en het RKD -Nederlands Instituut voor Kunstgeschiedenis-. Nederlanders in Parijs 1789-1914 toont meer dan 120 werken, waarvan een gedeelte bruiklenen uit musea en privécollecties uit de gehele wereld. Edwin Becker (Van Goghmuseum) en Mayken Jongman (RKD) zijn de conservators. Zij namen de aanwezigen mee op pad.

 foto: de conservatoren vertellen!

Parijs had met zijn broedplaatsen, de mogelijkheden van exposeren en opleidingen een meer dan magische aantrekkingskracht op jonge kunstenaars van over de hele wereld. Ook op Nederlandse kunstenaars. Parijs was een nieuwe wereld en na het midden van de 19e eeuw was je er met de trein in één dag. In deze wonderlijke stad. (vergelijkbaar met de indrukken die je ervaart als je voor het eerst Manhattan  binnen rijdt via één van de bruggen) Een stad, waar je anderen ontmoette, nieuwe ideeën, andere culturen. De boost van de grote stad. Het zette de Nederlandse kunstenaars zoals Jongkind, Breitner, Van Gogh, Van Dongen en Mondriaan aan tot het maken van geheel nieuwe werken. Ook speelden hierbij ontmoetingen met Monet, Degas, Cézanne en Picasso. Een periode van verregaande kruisbestuiving in de kunst.

 foto: bloemen door Van Spaendonck

Monet zegt bijvoorbeeld over Jongkind, dat hij de man is die hem uiteindelijk goed leerde kijken. Van Spaendonck, waarmee het verhaal begin had 35 jaar lang een atelier in de Jardin des Plantes en maakte het schilderen van stillevens op 17e eeuwse wijze mateloos populair in Frankrijk. Ary Scheffer werd een bekende salonschilder. Kaemmerer werd door zijn contacten met kunsthandelaar Goupil één van de best verkopende kunstenaars. Van Gogh raakte begeesterd door impressionisten als Monet, Pisarro en Signac. Zijn kleurgebruik veranderde, mede door de betere verf, die in Parijs volop verkrijgbaar was.

 foto: Doop tijdens Directoire, van Kaemmerer.

Van Dongen raakte gefascineerd door het nachtleven van Montmartre, dat een enorme aantrekkingskracht had op jonge kunstenaars en anderen. Jan Sluijters deed Van Dongen na. Breitner vertrok naar Parijs en nam het impressionisme mee. Bij terugkeer in Nederland ging hij terstond naakten en ballerina’s schilderen. Mondriaan is de laatste kunstenaar van deze belle époque, hij ontwikkelde in de Lichtstad een volledig abstracte beeldtaal.

Nederlanders in Parijs 1789-1914 neemt je mee op reis door een tijd, waarin alles heel hard veranderde. Parijs werd herbouwd door baron Haussmann, Montmartre, eens een slaperig dorp werd het toneel van feesten en oh la la. Deze tentoonstelling zuigt je  als het ware op.  Net als Parijs deed bij deze 8 schilders. Er ontstond een gepassioneerde relatie tussen de kunstenaars en deze stad. Te zien in hun eigen werk, maar ook in de werken van anderen. Vol verbeelding, het kon niet op. De sky was de limit en je ziet de kleuren feller en sprankelender worden, naarmate de eeuw vordert. Een eeuw vol nieuwe kunst en verhalen. Het feest eindigt in 1914 met la Grande Guerre.

 foto: schilderij nr. 11, Piet Mondriaan

Nederlanders in Parijs 1789- 1914 is van 13 oktober 2017 tot en met 7 januari te zien in het van Van Gogh Museum. Daarna is de tentoonstelling te zien in Parijs. Uitgeverij TOTH geeft in samenwerking met het RKD een speciale catalogus uit met portretten en illustraties van de kunstenaars, die lang of kort in deze stad verbleven. Nederlanders in Parijs 1789- 1914 is er in een Nederlands- en Engelstalige versie en kost € 29,90.

foto: Zicht uit Theo’s appartement,Vincent van Gogh

Wie Parijs zegt, zegt eten. In de negentiende eeuw, toen behalve kunstenaars, ook veel andere jongeren hun geluk kwamen beproeven in de stad, schoten brasserieën, bistro’s, estaminets en restaurants als paddenstoelen uit de grond. Plek om elkaar te ontmoeten, een glas wijn te drinken. (door de trein was de Beaujolais een stuk dichterbij komen liggen) en je maal te doen. Zoals een stevige kom uiensoep. Hartverwarmend na een dag schilderen op je krappe zolderkamer. We drinken er een vrolijke Beaujolais Villages bij.

 foto: Bal Tabarin van Jan Sluijters

Nodig:

1 kg uien

50 g boter

2 el olijfolie

2 takjes tijm

1 takje rozemarijn

1 el mosterd

1 liter runderbouillon (vers of van blokje)

1 glas rode wijn

1 laurierblaadje

stokbrood

geraspte oude kaas of Gruyère

gehakte peterselie

peper en zout

Bereiding:

Pel de uien en snijd ze in grove stukken. Verhit de boter en olie in een diepe pan. Voeg de uien toe en laat op laag vuur in een kwartier glazig worden. Zet het vuur hoger en bak de uien in circa 10 minuten bruin. Blus af met een glas rode wijn. Voeg de mosterd, tijm en rozemarijn toe. Als laatste de warme runderbouillon. Laat het geheel nog zeker een half uur pruttelen. Voeg naar smaak nog wat peper en zout toe. Snijd plakken van het stokbrood en leg deze bestrooid met de kaas kort onder de grill. Serveer de Franse uiensoep in diepe kommen met het stuk stokbrood erin. Strooi er wat fijngehakte peterselie overheen.

 foto: De blauwe japon Kees van Dongen

Talk & Table met Joris Bijdendijk.

  foto: cover Joris Bijdendijks kookboek.

Talk & Table met Joris Bijdendijk. Het is herfst 2017. Onlangs was Gereons Keuken Thuis op bezoek bij restaurant RIJKS® alwaar chef Joris Bijdendijk een gerecht presenteerde van in zoutkorst gegaarde koolraap met Texelse oude geitenkaas en bessenjus. Spannende Hollandse smaken. Terroir toegevoegd aan de andere kunsten van het Rijks. Joris mag je met recht een Hollandse meester noemen in de keuken. In november verschijnt hierover zijn nieuwe boek. Bijdendijk, een keuken voor de Lage Landen. Spannend!

Maar nu laten we Joris zelf aan het woord in deze nieuwe aflevering van talk&table. Ik wil alles van hem weten en beloon deze culinaire créateur met een speciaal recept en een bijpassende wijntip. (of wie weet een ambachtelijk biertje)

 foto: in zoutkorst gegaarde koolraap.

Wie is Joris Bijdendijk. Vertel eens iets over jezelf?

Momenteel ben ik verantwoordelijk voor de keuken van RIJKS® waar we proberen de Hollandse culinaire cultuur op je bord te presenteren, te werken met al het moois, wat ons land aan agrarisch en cultureel erfgoed heeft. Op mijn zestiende begon mijn passie voor koken en stelde ik mezelf het doel om binnen tien jaar een Franse topchef te zijn. Ik ging werken in top restaurants. Ik werkte onder andere voor Ron Blaauw en in het Zuidfranse Montpellier. Dat was een mooie leerschool.

Wat doe je op dit moment? Wat houd je bezig?

Momenteel draai ik RIJKS ®, het restaurant van het Rijksmuseum, waarin onze nationale culinaire geschiedenis wordt gepromoot via het bord. Wij nodigen regelmatig, net als bij curators in het museum, in het restaurant een gastchef uit, die de scepter gaat zwaaien over de keuken. Dat levert spannende combinaties op.

Vertel eens iets over je interesse in food? Hoe is die ontstaan? Waar zit je passie voor koken?

Staat allemaal in mijn nieuwe boek, dat begin november uitkomt. Toen ik kind was hadden mijn ouders een boerderij in de Ardennen. We gingen daar vaak naartoe. Er was een moestuin, een bron, de boomgaard. Daar heb ik geleerd hoe boerenkool en broccoli groeit. Zo is bij mij het zaadje geplant en mijn interesse voor eten en koken ontstaan. Daar heb ik mijn beroep van gemaakt. Met mooie producten werken is nog steeds mijn grote passie.

Wat zou je doen als je één keuze had tussen koken en een ander beroep? Wat was je dan geworden? Geen compromis mogelijk.

Volmondig: Slager! ( ook een prachtig ambachtelijk vak)

Wat is minst aantrekkelijke kant van het koken voor jou?

Je bent veel uren aan het werk. Soms is het moeilijk dit werk en je gezin goed te combineren.

En wat is de meest aantrekkelijke kant van het koken op jouw niveau?

Het elke dag met waanzinnig mooie producten in je handen staan.

Ik  merk in jouw wijze van koken altijd dat jij niet over één nacht ijs gaat, geduldig probeer jij alles uit. Ik zelf ben fladderiger.  Hoe doe je dat?

Structuur aanbrengen. Ik hanteer 4 pilaren in de keuken van RIJKS ® Het product, de techniek en bereiding, consistentie van je menu, perfectie van de recepten en oog voor de details. Eens in de twee weken komen wij als team creatievelingen bij elkaar om nieuwe dingen te bedenken. We nemen een mooi product en gaan brainstormen. Daarna gaan we met ideeën en product alles testen, net zo lang tot het helemaal perfect is.

In november verschijnt je nieuwe boek, over pure Hollandse smaken, wat zijn dat?

(lachend) Je zou het boek Bijdendijk, een keuken voor de Lage Landen  kunnen kopen. We hebben in Nederland de mooiste smaken. Vis uit de Noordzee, waanzinnige oude runder– en kippenrassen, de mooiste kaassoorten en volop zoetwatervis. Wij zijn dit allemaal een beetje vergeten.  Nederlanders zouden er zelf eens meer van moeten genieten op hun bord in plaats van alleen aan de handel te denken. Daar wil mijn boek aan meewerken.

Staan er nog andere projecten op stapel?

Hele open vraag Ik heb nog wel 1000 ideeën en plannen. Nog vele gastheerprojecten voor de boeg. Amsterdam als culinaire hoofdstad op de kaart te zetten. Allemaal ambities die ik heb!

Wat vind jij een goddelijke maaltijd?

Kip met dragon en prei. Zie boek zou ik zeggen.

En natuurlijk welke wijnen, ik weet dat één keuze niet mogelijk is?

Ik ben een klassieke wijndrinker, ik houd van mooie wijnen uit Bourgondië en Bordeaux. Dat hoort gewoon bij een klassiek gerecht als poulet Bastogne, kip met dragon en prei. (moet Gereons Keuken Thuis snel eens maken)

Wat lust je echt niet en waarom niet?

Ik ben geen fan van andouillettes. Dat vind ik gewoon niet lekker! (verbaast Gereons Keuken Thuis niet, is aangeleerde smaak)

Waarheen ga je het liefst naar op reis?

Op dit moment ga ik graag naar Azië. Ken ik een piepklein beetje. In de nabije toekomst zou ik graag Latijns Amerika eens verkennen.

Je wordt vaak de Hollandse Redzepi genoemd, zijn er overeenkomsten of juist grote verschillen?

Dat is niet waar, dank je wel, een hele eer!  Laat ik even uitleggen wat hij doet. Wat Redzepi doet is echt terroir koken. Hij heeft uit niets een nieuwe Deense cuisine geschapen.Voor NOMA er was, stond Denemarken niet echt culinair bekend. Nederland ook niet. Redzepi heeft het A-Z van Denemarken verzonnen. Een groot succes. Over zo’n succes droom ik ook. Dat hoeft niet om mij te gaan, maar om dat Nederland een keuken krijgt, die het verdient. Iedereen, die hier een steentje aan kan bijdragen omhels ik. Ik hoop dat ik zelf ook een beetje kan bijdragen aan dat doel. Voor mij is de voorloper van Redzepi Michel Bras. Deze beroemde kok uit Laguiole heeft nooit iets anders dan Redzepi  met terroir koken heeft gedaan, zij het dat de laatste een innovatieve draai gaf in een andere time and place.

Wil je nog iets anders vertellen….delen?

Ja over mijn nieuwe boek Bijdendijk, een keuken voor de Lage Landen. Het komt  begin november uit en als je een beetje kan koken kan je er jaren mee vooruit. Vol met ideeën en vol met receptjes. De gerechten bestaan uit vier of vijf subrecepten. (dat had Gereons Keuken Thuis al gezien bij de koolraap in zoutkorst) Die subrecepten kun je telkens opnieuw toepassen.  Paddenstoeltjes voor bij vis kun je ook in een andere combinatie doen. Of saus, die je ook bij een andere groente, vis of stukje vlees kunt gebruiken. Elk recept heeft vijf dingen die je in de dagelijkse keuken kunt toepassen. Veel leesplezier!

 

Het recept voor Joris Bijdendijk.

Naar aanleiding van de antwoorden van Joris ga ik voor hem een Brabantse reestoofpot maken. Van schoudervlees in rode wijn. Klassieke herfstsmaken. Ik herken het antwoord van Joris over hoe je passie voor food ontstaat. Voor mooie producten en dingen zelf maken. Jarenlang maakte ik zelf appel- en perenstroop van de appels en peren uit de Brabantse tuin van mijn ouders. Prima voor bij wild. Dat is één van de geheime ingrediënten van deze stoofpot. Als wijn drinken we er een Caves de Mancey passetoutgrain bij. Rood uit het zuiden van Bourgondië. Deze wijn is in tegenstelling tot andere Bourgogne wijnen, de enige blend, namelijk van de pinot noir en gamay druiven. Een stevig glas bruin Trappistenbier uit Berkel Enschot kan natuurlijk ook.

 foto: avond in het Brabantse land.

Nodig:

1 kg uitgebeend reevlees in stukjes.

1 grote witte ui

1 middelgrote winterpeen

1 teen knoflook

250 gram kastanjechampignons

2 sneetjes peperkoek

zout en peper

1 el jeneverbessen

laurierblaadjes

2 el homemade appel- of perenstroop

wat bloem

boter

ongeveer een halve liter rode wijn

Bereiding:

De ui en de wortel in ringen en blokjes snijden, de champignons grof snijden, de knoflook persen. De wijn op een middel laag vuur warm laten worden. De stukjes reevlees aanbraden in boter, aan het eind bestuiven met een beetje bloem en door elkaar roeren tot ook de bloem bruin is. Ondertussen de uien, wortel en knoflook op een laag vuur ongeveer 8 minuten laten stoven tot de uien glazig zijn. Het vlees en de groenten in de rode wijn doen, het vlees moet onder staan. Plet de jeneverbessen en voeg de laurierblaadjes toe. Ongeveer twee uur laten pruttelen, let op dat het vlees niet uit elkaar valt.

De champignons voorzichtig aanbakken, niet te lang. Het laatste kwartier, twee sneetjes peperkoek mee laten sudderen en afhankelijk van de smaak appel- of perenstroop toevoegen. Als laatste de champignons 5 minuutjes mee laten sudderen. Eventueel de jus binden met wat beurre manié.

Serveer deze stoof met selderijpuree en gebakken spruitjes. .Als bijgerecht zijn ook de peren in Beaujolais siroop, uit mijn kook- en leesboek Gereons keuken Thuis erg lekker.

Bio10daagse 2017 @RIJKS.

 foto: de welvoorziene keuken.

Bio10daagse 2017, van 14 tot en met 23 september kun je in het kader van deze actie bij retailers en biologische producenten allerlei moois en lekkers komen bekijken en proeven, want zeg nu zelf: Bio is toch doodgewoon? Om dit te ervaren spoedde Gereons Keuken Thuis zich op dinsdagochtend naar het Rijksmuseum, alwaar Bionext bij wijze van voorproef een gezelschap van culischrijvers, journalisten en bloggers had uitgenodigd.

Het spits werd afgebeten door culinair historica Lizet Kruyffstoryteller pur sang. Zij startte met de vraag, wat er ontbreekt tussen al dat moois in onze nationale cultuurtempel? Juist schilderijen van de boerenstand. Incidenteel zie je wel een verdwaald dier of een schamele hoeve op de achtergrond, maar schilderijen à la de wanner of dorser van Millet ontbreken. Niet getreurd, er is heel veel te beleven op foodgebied en allemaal biologisch, want voordat grootschalige landbouw zich aandiende in de 20e eeuw was er gewoonweg niets anders. Eeuwenlang boerde men volgens de principes, die de Romeinen al achterlieten in ons koude kikkerland. Op vruchtbare bodems, natuurlijke wijze, met dierlijke mest. Mens en dier stonden dichter bij elkaar.

 foto: de verleidende bakker van Jan Steen.

We startten bij een Antwerps schilderij uit de 16e eeuw, met als titel de welvoorziene keuken van Joachim Beuckelaer. Een cornucopia van de keuken van de adel en gegoede burgerij. Diervriendelijk was het allemaal niet, voegde Lizet eraan toe. Gevogelte werd levend aan de poten vastgebonden. Dit was bij gebrek aan koeling de beste methode om het vlees vers te houden. Verder ging het naar de eregalerij, waar een lachende bakker van Jan Steen zijn waar toonde. Een schilderij, dat ons laat zien hoe men bakte en welke granen men gebruikte, maar ook een zinnenprikkelend tableau door de verborgen erotische signalen. Iets wat in die tijd zeer gebruikelijk was. Via een schilderij van Albert Cuyp, waar Lizet alles uitlegde over bodems en wat bemesting doet met smaak, belandden we bij de Bedreigde Zwaan van Jan Asselijn. Het was eeuwenlang zeer gebruikelijk om te jagen op zwanen voor consumptie, eigenlijk heel duurzaam. Hier eindigde de leerzame bio-culitour van Lizet.

Het volgende adres was RIJKS®, het restaurant van het museum, waar Joris Bijdendijk scepter zwaait over de keukenbrigade. Joris probeert zoveel mogelijk biologische en lokale producten te gebruiken in zijn nieuwe Hollandse keuken, gebaseerd op oude kennis, die in het museum volop aanwezig is. Smaak staat voorop en continuïteit, vertelde hij, want RIJKS® is 7 dagen per week open. Deze chef is dus zeer secuur op wat hij gebruikt. Hij demonstreerde hoe je het voorgerecht van in zoutkorst gegaarde koolraap maakt. Verwerking van een oer Hollandse groente, dat niet zou misstaan tussen alle 17e-eeuwse portretten. Joris gaf aan, dat het jammer is dat er geen ongeraffineerd zout bestaat van eigen bodem. dat zou de smaak alleen maar intensiveren. (Dus is er iemand die een tip voor hem heeft?)

 foto: huzarenstukjes @RIJKS.

Het werd tijd om aan tafel te gaan, te proeven van de specialiteiten van RIJKS®. De lunch startte met een blini van rijstmeel, gevuld met kaas. Een soesje dat in je mond smolt. Voor de wijndrinkers werd er een witte wijn geschonken van de Apostelhoeve. Wijn van de lössbodems van Zuid Limburg. Verder ging het met de gegaarde koolraap met maismeelkrokantje, kaas en jus Bordelaise van cassisbessen. Heel speciaal is het zout/jeneverbes mengsel, dat Joris zelf maakt en gebruikt. De pièce de résistance was een gegaarde hesp, met krokant vel en appel als een opgerolde dropveter, gegaard in bietensap. Erbij werd een pinot noir geschonken uit Nieuw Zeeland. Het geheel werd afgesloten met een carrotcake met een crème van witte chocola en koffie. Wat een feestelijke voorproef van de aanstaande Bio10daagse.

 foto: Les délices @RIJKS.

Met een goed gevulde buik en een tas gevuld met biologische waar keerde Gereons Keuken Thuis westwaarts. Om zelf aan de slag te gaan met biologische producten. Zou iedereen moeten doen, want het is diervriendelijk, divers, natuurlijk en van vruchtbare bodems. Ik zou zeggen: ga eens naar Bio10daagse om te ontdekken, wat er bij jou in de buurt te proeven is. Ik sta #achterbio.

 foto: veel keuze in biologisch.

The Amsterdam Cook Book.

 foto: cover Amsterdam Cook Book

The Amsterdam Cook Book, a celebration of the amazing food & drink on our doorstep. We wijken vandaag even af van het Franse pad. Op de deurmat van Gereons Keuken Thuis plofte onlangs dit aardige kookboek neer. In het Engels, gericht op al dan niet buitenlandse bezoekers van onze leuke stad. Amsterdam kent 180 verschillende nationaliteiten en even zovele keukens, een echte melting pot dus van geur, kleur en smaak. Dat vonden de samenstellers en uitgever van dit leuke boek ook. Op pad door de smalle straatjes, langs de grachten en over de bruggen. Op de fiets, te voet langs al het lekkers wat Amsterdam heeft te bieden. In 35 recepten van verschillende Amsterdamse cuisiniers.

Zullen we eens een wandelingetje maken door dit boek?

Het boek start met een voorwoord van Alain Caron, die samen met zijn zoons Café Caron begon in de Pijp. Volgens hem moeten we de Amsterdamse foodcultuur veranderen en betaalbaar en goed eten gaan serveren. Dit slecht barrières op en brengt mensen samen aan tafel. En daar draait het om volgens deze kok.

 

 foto: steak @Loetje

Hierna gaan we kris kras op pad door de stad. Ik ga niet alle adressen noemen, maar begin bij Blauw, het Indonesische restaurant, waar ik onlangs nog proefde van hun rijsttafel. Eigenaar Henk van Hees verhaalt over de smaken van de gordel van Smaragd en geeft een recept voor asam pade met corvina.

Verderop in Zuid belanden we bij Loetje, het biefstukparadijs van Amsterdam. Behoeft geen verdere uitleg  Voor thuis geeft Loetje een recept voor ossenhaas “de rode waard” met spek, kippenlevers en uienringen.

In de Frans Halsstraat even verderop, mogen de slakken, escargots met zeeduivel fritters van de Carons niet ontbreken. In de Gravenstraat vind je de wentelteefjes van De Drie Graefjespain perdu, prima als ontbijt voor je de stad in gaat.

 foto: pasta @Duchess

Sinds 2008 waait er een andere wind door de stad. Hotels cateren met hun bars en restaurants meer en meer op locals. Dit leidde tot leuke nieuwe plekken zoals de Duchess en Mr Porter beide in het funky W hotel. Aan de locatie van het eerste restaurant heb ik veel herinneringen.  Het is de voormalige kashal van de KasAssociatie, waar ik tijdens mijn studietijd kwam als verfbezorger voor een schildersbedrijf,  later in mijn tijd bij een bank voor settlementzaken en tegenwoordig als trensdspotter. Telkens een nieuwe kennismaking met dit in oude luister herstelde pand. The Duchess verwent de lezer met een caviar pasta. Op het dak van het W hotel kun je loungen en cocktails drinken met uitzicht op het zwembad en de overburen Willem en Max.

 foto: rooftop  @W Hotel

Als laatste adres in deze bespreking noem ik Instock, het heerlijke #nowaste restaurant in de Czaar Peterstraat. Zij geven een recept voor een spannende bubble & squeak. Het boek besluit met een index van alle adressen en een kaartje, om zo je tochtje te plannen.

Ik vind The Amsterdam Cook Book een vrolijk boek om mee op pad te gaan op je fietsje door de stad en daarna het thuis in je keuken nog eens dunnetjes over te doen. Een geslaagd boek, niet alleen voor je expat-kennissen, foodbloggers of burgers en buitenlui, maar ook om zelf de stad en haar smaken te (her) ontdekken!

The Amsterdam Cook Book (ISBN 9781910863398) is een uitgave van MEZE publishing en is te koop voor € 19,95

Noot: dit boek werd mij als recensieexemplaar gestuurd door de uitgeverij. De bespreking hier is mijn eigen mening. Lees ook de disclaimer

Zeelust, van Texel tot Zeeland.

 foto: cover Zeelust.

Zeelust van Texel tot Zeeland. Maandag 1 mei bij het krieken van de dag vertrok ik vanuit Gereons SeaSpot naar de Halkade in IJmuiden, voor een rondleiding over de grootste visafslag van het land en de boekpresentatie van Zeelust, de nieuwe culinaire kustgids geschreven door Cijn Prins en Jonah Freud. De dames, moeder en dochter, schreven al eerder een culinaire gids over de stad, maar nu was het tijd voor iets geheel anders. Tweeënhalve week op pad van eiland Texel totaan Cadzand, op ontdekkingstocht langs de Noordzeekust. Precies wat Gereons Keuken en Route ook had gedaan vanuit SeaSpot de week voor deze presentatie. Hoe leuk is dat, het verkennen op culigebied van onze kust? Ik als ervaringsdeskundige kan het alleen maar beamen. Dus verzamelden alle aanwezigen zich in het nieuwe etablissement van René Pluijm, Base Cooking Store voor een matineus visafslag bezoek en een ontbijt verzorgd door René, bakker Oscar en kaasdiva Betty Koster. (allemaal adressen uit deze gids)

Want wat heeft de kust veel te beiden aan de reiziger. Zoals gezegd is Zeelust een reisgids, niet compleet, maar wel een mooie culinaire tocht met dito adressen, voorzien van uitleg en allerlei categorieën. De dames starten in of moet ik zeggen op Texel, met biologisch restaurant de Luwte, Texels Bier en Jef natuurlijk. Het is heerlijk vertoeven op dit veelzijdige eiland. En is het nu Texel, Teksel of Tessel? De dames zochten het uit. Via marinestad Den Helder eindigt deze eerste etappe in Callantsoog.We zakken verder af van Sint Maartenszee, via de tegenwoordig Hondsbossche Duinen naar Castricum, met wederom leuke adressen om te bezoeken als je er verblijft of passeert.

Zeelust belandt in de IJmond, van Wijk aan Zee, via de vissershaven van IJmuiden naar Zandvoort. Met adressen als Imko’s Puur aan Zee, Timboektoe, een strandtent in volkomen surrealistische omgeving aan de Noordpier, de Halkade in IJmuiden met steeds meer culinaire adressen naast de bekende vishandels en tenslotte Zandvoort.

foto’s: visafslag IJmuiden na de handel.

Noordwijk met Huis ter Duin en chocopaleis van Wely, Katwijk voor vis. We belanden in Scheveningen, waar de pier is verbouwd tot foodhall en het goed toeven is in de haven met zijn vele visrestaurants. En wat is vlaggetjesdag? Hoek van Holland, ook zo’n aparte badplaats of moet ik zeggen haven met leuke tips van Jonah en Cijn.

Zeelust verlaat de beide Hollanden voor de laatste twee etappes door Zeeland. Via Stellendam naar Neeltje Jans. Op bezoek in de wijngaarden van Dreischor, bier van de Gekroonde Suikerbiet en smullen bij de Oosterscheldedam, Proef Zeeland, vol vis, oesters en kreeft. De laatste etappe brengt ons van Veere naar Cadzand. Oesters in Yerseke, de mooi gelegen stad Vlissingen, strandtent Westkaap en als eindpunt Pure C in Cadzand.

Wat een heerlijke tocht hebben Jonah Freud en Cijn Prins gemaakt, vol ontdekkingen met in de hoofdrol natuurlijk vis, maar ook ander culinaire belevenissen. Zeelust, van Texel tot Zeeland, is een boek om bij de hand te houden als je een tocht maakt langs de Noordzee. De zomer staat voor de deur. Het krijgt in Gereons SeaSpot in ieder geval een prominent plekje.

Zeelust, van Texel tot Zeeland, Cijn Prins en Jonah Freud (ISBN 9789059567351) is een uitgave van Fontaine en is te koop, ook in de kookboekenwinkel van Jonah zelf, voor € 18,95

Noot: dit boek werd mij als recensieexemplaar gestuurd door de uitgeverij. De bespreking hier is mijn eigen mening. Lees ook de disclaimer

In de pan van de Middeleeuwen, het Hanze kookboek.

 foto: cover Hanze kookboek.

In de pan van de Middeleeuwen. Nee dit is geen tikfout. Het Hanze kookboek dat hier in Gereons Keuken Thuis ligt gaat over een kijkje in de pannen en keukens van de Hanzesteden. Karen Groeneveld verzamelde allerlei recepten, die in de gloriedagen van dit handelsverbond, werden gekookt en gegeten. Onder andere van culinaire historici als Ria Jansen-Sieben, Marleen van der Molen-Willebrands en Christianne Muusers, waarvan ik onlangs Het verleden op je bord recenseerde.

Maar nu over het Hanzeverbond, opgericht door handelaars en handelssteden om samen te werken, bescherming te vinden, in- en verkopen en de handel te ontwikkelen. De Hanze was vanaf halverwege de 12e eeuw tot aan de helft van de 17e eeuw een geducht handelsblok in het Heilige Roomse Rijk van de Duitse Natie. (want dat was een voorwaarde voor deelname) De grootste en bekendste Hanzesteden waren naast Lübeck, de hoofdplaats waar het begon, Rostock, Kiel, Bremen en Hamburg. Dit is bijvoorbeeld de reden, dat auto’s uit Hamburg nog steeds HH op het kenteken hebben staan, voor Hansestadt Hamburg.

In Nederland liggen de bekendste Hanzesteden langs de IJssel en aan de Zuiderzee. Van Kampen tot Harderwijk en van Zwolle tot Doesburg, elk met zijn specifieke handelsproducten en gerechten. De keuken van de Hanze is er eentje van de late Middeleeuwen en vroege Renaissance. In het boekje wordt uitgelegd welke methoden men gebruikte bij het koken, welke smaken er waren en of men tafelmanieren had? Jazeker, de laatstgenoemde waren er al.

Hoofdstuk 1 gaat over ketelkost. De meeste huizen hadden open vuur met een ketel erboven om soep te maken of te stoven, zoals gortenstoof en Swolse runderstoof met wijn en kruiden uit Italië. Of wat te denken van Harderwijker hutsepot, een voorloper van onze boerenkoolstamppot. Aardappels deden pas hun intrede in de 18e eeuw.

Als intermezzo wordt tussen de hoofdstukken gekozen voor stadsverhalen en beschrijvingen van de huidige Hanzesteden en wat er is te zien, over Zutphen, Hattem, Doesburg enzovoort. Leuk om dit boekje eens mee te nemen als je een tocht gaat maken langs al deze mooie plaatsen. In de pan van de Middeleeuwen gaat verder met vlees. Dit was vooral populair bij de adel en gegoede burgerij. In de Middeleeuwen werd vlees vooral gekookt, want roosteren was duur, het kostte veel brandstof. Bij tijd en wijle konden alleen rijke handelaren zich dit veroorloven. Orgaanvlees werd veel gegeten, alhoewel er nog maar weinig recepten van over zijn, zoals bijvoorbeeld de kippenlevers op zijn Arabisch. En vlees kan niet zonder mosterd, de Doesburgse wel te verstaan. Mosterd was een belangrijk condiment. En wildzwijn ging er ook wel in, in een mooie rode wijnsaus.

Pasteien, een mooie manier van restverwerking. Je kon ze met alles vullen en dan in de nog hete oven van de bakker afbakken. Ideaal voor tijdens lange reizen, want dat deden de Hanze- handelaren veel. Er waren zelfs speciale pannen op pootjes voor. De vastentijd speelde een belangrijke rol in het dagelijks leven. Met allerlei spijsregels en even zovele dagen. Een voorbeeld van een vastengerecht is Kamper steur, waaraan een mooie legende is verbonden. En stokvis uit het hoge Noorden. Brood was belangrijk volksvoedsel, net als tarwebrij. Naast graan werd er ook veel boekweitmeel gebruikt voor pannenkoeken. Brood werd vaak gemaakt met biergist, iets wat ik onlangs nog zag in de TV serie Brood van Robèrt van Beckhoven, die in een aflevering Vikingenbrood bakte. Het boekje besluit met zoete spijs en zeg nu zelf wie kent niet de befaamde Deventer koek?

Hanze kookboek, in de pan van de Middeleeuwen is een handzaam lees- kook en reisboekje, dat je in kort bestek laat kennismaken met de specialiteiten van de IJssel- en  Zuiderzeesteden. Recepten vertaald naar onze tijd om je eens echt de Hanzetijd te laten beleven. Dat zouden meer plaatsen in Nederland moeten doen, zodat we meer en meer kunnen genieten van ons eigen “terroir“. Daar houdt Gereons Keuken Thuis namelijk van.

In de pan van de Middeleeuwen, Karen Groeneveld en anderen (ISBN 9789082347555) is een uitgave van Het Zwarte Schaap, Hanzesteden Marketing en SmaakRoutes en is te koop in de boekhandel of online voor € 9,95.

Noot: dit boek werd mij als recensieexemplaar gestuurd door de uitgeverij. De bespreking hier is mijn eigen mening. Lees ook de disclaimer

Asperges 2017.

 foto: het witte goud

Asperges 2017. Een kleine drie maanden is het verkrijgbaar, het witte goud uit Zuidoost Nederland. geteeld op de zandgronden. Ik heb het over asperges. Wit, groen of zelfs paars tegenwoordig. Wie is er niet groot mee geworden. Gereons Keuken Thuis in ieder geval wel. Eind maart, begin april verschenen de eerste bordjes langs de weg “asperges te koop” Dan werd het schillen geblazen en eten maar. Met ham, een eike en aardappeltjes. Een hele mooie traditie, de teelt van deze koningin onder de groenten. Al 100 jaar. Het begon voor Nederland ooit in Bergen op Zoom, stad van de drie A’s (aardbei, ansjovis en asperge) Op 11 april werd het aspergeseizoen 2017 feestelijk ten doop gehouden in een instituut, dat binnenkort haar 150 jarige verjaardag viert. De koningin der groenten had haar intrek genomen in het Amstel Hotel, alwaar zij haar gasten fêteerde op mooie gerechten in een feestelijke ambiance. Een soort aspergebal zal ik maar zeggen. Maar voor het zover was werden de gasten op sjouw genomen door de stad Amsterdam.

 foto: charlotte van asperges.

Bestemming restaurant De Pont, alwaar de koks hard aan de slag waren gegaan om de pontreizigers naar Noord te trakteren op een bakje met verse aspergesalade. Want al is het een oude traditie, hij mag zeker in een nieuw jasje worden gestoken. Jongeren moeten ook aan de asperge. Al is het seizoen kort, je kunt eindeloos variëren met asperges. Hier wisten de aanwezige telers en natuurlijk ambassadeur van dit jaar Niven Kunz van alles over te vertellen. Want het telen van het witte goud is een arbeidsintensief werkje, dat daags na Sint Jansdag op 25 juni al start. Doel een nog mooiere en kwalitatieve oogst het jaar erop.

Na het intermezzo aan de Buiksloterweg reden we terug naar de boorden van de Amstel, waar we werden verwelkomd door Anita Bos, de charmante directeur van het Amstel Hotel. Zij vertelde blij te zijn dat het Aspergecentrum voor de jarige grande dame had gekozen om het aspergeseizoen te openen. Het hotel werd destijds in ëén jaar en ëén dag gebouwd en wordt momenteel gerestaureerd na 150 jaar om wederom de gasten van alle comfort te voorzien. En dat is zelfs zo tijdens deze ingreep.

 foto: lasershow.

Hierna kon het spektakel beginnen. Richard Wilms, directeur van het Aspergecentrum nodigde voormalige aspergeambassadeurs Mathijs Vrieze en Sandra Ysbrandy om samen met hem het seizoen op spectaculaire wijze te open. Een fikse lasershow vertelde de geschiedenis van de asperge en kondigde op dreunende beats de nieuwe ambassadeur van dit jaar aan. Niven Kunz, sterrenchef en fervent aanhanger van het 80/20 principe. Hij weet natuurlijk alles van asperges. En kreeg naast de oorkonde een bosje wit goud. Gereons Keuken Thuis probeerde het licht te vangen, maar dat leidde niet tot het gewenste resultaat. Gelukkig slaagde collega blogger Anne Wies van Oosten daar beter in en op haar leuke website anne-wies.nl is haar fimpje te zien.

 foto: creatie van de koks van La Rive.

Na de plichtplegingen van de dag was het tijd om te proeven. Van de creaties van Kunz, La Rive, Hostellerie de Hamert en de Rooise Boerderij. De koks hadden hun beste beentje voorgezet om met de witte stengel tongstrelende hapjes te maken. Erbij de aspergewijn van dit jaar, een muscat sec van Abels wijnen uit de Langudedoc. Wat een feest. Asperges met Livarvlees van de barbecue, op traditionele wijze met hollandaisesaus, als charlotte gevuld met zalmei en -tartaar en met een tuinbonenschuim en gerookte paling met sesam. Het laatste gerecht was onweerstaanbaar en Gereons Keuken Thuis schoof voor een tweede keer aan in de rij. De middag kon niet meer stuk en gewapend met een bosje wit goud toog ik terug naar Amsterdam West, waar ik daags erna nog eens aan de asperges ging. Seizoen geopend, geniet ervan. Asperges 2017.

 foto: nog meer asperges!

 

Makreel, lekker & veelzijdig.

 foto: makreel bij Keizer Culinair.

Makreel, lekker & veelzijdig is de slogan, waarmee het Nederlands Visbureau de Atlantisch makreel in het zonnetje wil zetten. Het is immers de vis van de komende maand februari. Om aandacht te vragen voor deze vissoort en al haar mogelijkheden, organiseerde het Nederlands Visbureau bij Keizer Culinair in Amsterdam een speciale middag om deze vissoort te promoten. Twintig procent van de Nederlandse huishoudens eet wel eens makreel, voornamelijk de bekende Hollandse gestoomde makreel, op brood, borrelhapje of als salade. Het is een veelzijdig product. Maar daarover later. Makreel is ook gezond, als je eenmaal per week deze vis eet kom je snel aan je behoefte van 200 mg Omega-3 vetzuur per dag.

 foto: verse makreel, zo uit zee.

De Atlantische makreel is een erg herkenbare vis door zijn groen grijze huid met zebrastrepen, elke vis heeft een apart patroon. het zijn dus individuen, die weliswaar in grote scholen tussen het Iberisch schiereiland en IJsland leven. De vis overwintert in de Iberische wateren en foerageert zomers in de koudere wateren tussen Faeröer eilanden en IJsland. Een cyclus, elk jaar het zelfde. Makreel wordt gevangen op de zogenaamde pelagische manier. Met drijfnetten worden de scholen gevangen en op een zogenaamde vriestrawler direct verwerkt. De Nederlandse vangst van makreel concentreert zich in de periode van oktober tot februari in vangstgebieden onder de Britse eilanden en in de noordelijke Noordzee. In andere maanden vangt de Hollandse vissersvloot vooral haring, wijting of een andere makreelsoort. Eenmaal aan wal richt de afzet zich in Nederland vooral op rokerijen. De rest wordt vooral geëxporteerd naar Rusland en West Afrika.Door de jaren heen is de makreelstand behoorlijk toegenomen en vormt nog steeds 25% van de pelagische vangsten van de vissersvloot. Voor alle landen, die op makreel vissen is voor 2017 een opbrengst van 1 miljoen ton vastgesteld. Nederlandse vissers nemen daarvan 40 duizend ton voor hun rekening. Daarvan kun je heel wat buikjes vullen met gerookte of verse makreel.

foto: een Nederlandse vriestrawler.

Makreel, lekker & veelzijdig ging deze middag ook over de lekkere bereidingen, die chefkok Kenney Ludwig bereidde voor de aanwezigen. Gerookte makreel ras al hanout op een schijfje mango en gemarineerde tomaatjes. Of wat te denken van een gebrande makreel met sojagel? Makreel heeft wel degelijk potentie om er mooie zelfs wat gastronomische dingen mee te doen. Terwijl wij het als zo’n dagelijkse vis beschouwen. Na deze amuses nam docent SVO en vishandelaar uit IJmuiden (aanrader om eens vis te halen) Nico Waasdorp het woord om te vertellen over de versheidskenmerken en methodes van makreel roken. Hij gaf zelfs een korte workshop gerookte makreel fileren. Als je dat onder de knie hebt heb je nooit meer last van zwervende graatjes op je boterham. De warm gerookte makreel is licht warm het lekkerst, nooit makreel op ijskasttemperatuur serveren.

 foto: een amuse van Kenney Ludwig.

Nico verraste de aanwezigen met makreelwraps (eens wat anders dan zalm), een verse zalmtartaar en een makreel Américain. Die laatste doet het zeker goed bij de borrel. Tevens gaf hij de tip om altijd iets van zuur bij deze vette gerooke vis te doen.  Meer lekkere recepten vind je overigens in het speciale boekje dat door het Nederlands Visbureau is gemaakt. Makreel, lekker & veelzijdig! ligt in de maand februari in bij je favoriete vishandel.

 foto: gerookte makreel.

Na deze leerzame middag keerde Gereons Keuken Thuis weer westwaarts. Met als goed voornemen om weer eens makreel, gerookt of vers op het menu te zetten. Aan de smaak en kwaliteit van de vis zal het niet liggen. Hieronder vast een recept voor makreel uit de oven met citroen en dragon uit mijn kook- en leesboek. Een gerecht met een beetje zomerse uitstraling. Makreel is een beetje een vette vis, maar de combinatie met de gekonfijte citroenen en dragon geeft deze vis een heerlijk Mediterraan accent. Een beetje zon in de herfst. Kerstomaatjes maken het gerecht af. De wijn erbij is een witte  Costières de Nîmes. Deze witte wijnen komen uit 24 gemeentes in het departement Gard. en worden gemaakt van de druivensoorten grenache blanc, clairette, marsanne, roussanne en rolle. Witte wijnen van deze druiven hebben vaak een kruidig accent dat goed combineert met de vis en dragon.

Nodig 4 personen:

4 middelgrote makrelen (schoongemaakt)

2 ingemaakte citroenen (Marokkaanse winkel)

paar takjes dragon

500 g kerstomaatjes

2 el olijfolie

peper

zout

kleine prikkers

Bereiding:

Verwarm de oven voor op 210 graden of stand 7. Maak 8 filets van de makrelen of vraag de visman dit te doen. Snijd de gekonfijte citroenen in blokjes en rits de dragonblaadjes van de takjes.

Leg 4 makreelfilets in een ovenschaal en bedek deze met de citroen en dragon. Bestrooi met peper en zout. Leg de andere filets erbovenop zoals bij een sandwich. Steek er een prikker doorheen. Besprenkel de vis met olijfolie. Leg de tomaatjes er om heen en plaats de schotel 10 minuten in de oven.

 foto: het receptenboekje bij je vishandel.

Kippensoep met balletjes.

 foto: IJspret in de 17e Eeuw.

Kippensoep met balletjes. Zo’n handig gerecht om te maken op vrijdag, zodat je het hele weekend ervan kunt genieten. Warme kippensoep voor na een wandeling door de kou of rit op het ijs. Want alle harten gingen weer sneller slaan deze week. het ging vriezen, dus schaatsen uit de kelder en afwachten wanneer het kan. In Gereons Keuken Thuis geen onbekend fenomeen. Kan het of niet? In ieder geval is er niets Hollandser dan verlangen naar ijs, schaatsen en zwieren. De schilderijen van Hendrick Avercamp in het Rijksmuseum laten niets aan de verbeelding over. Wij Nederlanders trokken er en masse op uit om van dit natuurverschijnsel te genieten. Gezellig! Met koek en zopie.

De vorst heeft ook een ander voordeel. Mijn balkon doet dienst als extra ijskast. Ideaal om de verse kippensoep overnacht te laten inklinken. De volgende dag schep je dan zo het vet eraf. Want het is per slot van rekening nog steeds januari en dan dienen we aan onze lijn te denken toch? In ieder geval op deze  koude zaterdag een hartverwarmende kippensoep met balletjes.

Ingrediënten:

3 kippenbouten

1 prei in dunne ringetjes

2 tenen knoflook

2 wortels in plakjes

1/2 selderijknol in blokjes

250 g kippen gehakt

1 tl nootmuskaat

2 tl kerriepoeder

gehakte bieslook

gehakte peterselie

peper en zout

2 l water

1/2 citroen

Bereiding:

Doe de kippenbouten en water met een schep zout, kerriepoeder en peper in een pan en breng aan de kook. Meng het gehakt met wat nootmuskaat, zout en peper en draai er kleine balletjes van. Snijd de groenten en knoflook fijn.  Als de bouillon kookt schuim je deze af. Voeg de gesneden groenten, kruiden, knoflook en balletjes toe. Laat de kippensoep 2 uur trekken. Doe een stevige deksel op de pan en laat de kippensoep buiten afkoelen. De volgende dag schep je het vet eraf. Je vist de bouten uit de kippensoep en verwijdert het vlees van de botten. Snijd het vlees fijn en doe terug in de soep. Verwarm de kippensoep opnieuw en laat hem goed doorwarmen. Voeg eventueel nog wat zout en peper toe. En voor de liefhebbers van pittig een snuifje chilipoeder. Maak de de soep af met het sap van een halve citroen. Want soep kan niet zonder wat zuur. Serveer de soep met dikke sneden boerenbrood met gezouten boter. Want zo strikt is dat lijnen in Gereons Keuken Thuis ook weer niet. #LUBM

Het verleden op je bord.

 foto: cover Het verleden op je bord.

Het verleden op je bord. Nederland kende tussen de 15e en 19e eeuw een mooie eetcultuur. Wie daar een einde aan maakte, daarover gaat het verhaal vandaag niet. Vijf eeuwen receptuur uit de culinaire collectie van de KB in Den Haag. Christianne Muusers, culinair historica, onderzocht culinair materiaal in de KB en maakte een reis door 5 eeuwen eten en drinken in de Lage Landen. Met 45 recepten,  in eigentijdse vormgeving (de originelen staan achter in het boek). Gezien het stigma van aardappels, groente, vlees, snert of stamppot verwacht je niet dat er op culinair gebied veel te ontdekken was in voorgaande eeuwen.

Het boek start met recepten uit de vijftiende en zestiende eeuw. Veel mensen hebben met name door films een stereotiep beeld van deze tijd. Ridders die grote kluiven van een schaal graaien. Het vet druipt van hun kinnen. Niets is minder waar. De middeleeuwen kenden een mooie en verfijnde eetcultuur met smakelijke gerechten. Artsen hielpen de koks om er gezondheidsadviezen bij te geven, zodat de mensen die het konden betalen gezond aten. Zelfs de handen werden ritueel voor de maaltijd gewassen. Er waren tal van kookboeken en boeken over tafelmanieren, waarvan één van Erasmus uit 1530. In de vijftiende en zestiende eeuw deed ook de kerk een duit in het zakje met voedingsregels, geboden en verboden. Als je in deze tijd genoeg geld hebt koop je gedroogde zuidvruchten en amandelen om de Grote Vastentijd door te komen. Eieren waren tijdens het vasten taboe. Het inspireerde mensen tot trouvailles, zoals nepeieren, waarvan Muusers een recept geeft. Het hoofdstuk gaat verder met sauzen, de menu’s en humeurenleer. Met inspirerende recepten voor gevulde salieblaadjes of een rundertongpastei met wijnsaus.

De Gouden Eeuw breekt aan. De Nederlanden worden een wereldmacht. De economie zwelde aan en dat kon je merken in de keuken. ( En op schilderijen uit de zeventiende eeuw in het Rijks) Met zorg worden buitenplaatsen en moestuinen aangelegd voor het mooiste fruit, de lekkerste groenten. Paradoxaal neemt het gebruik van specerijen iets af in de zeventiende eeuw. In deze tijd wemelt het van de Franse kookboeken, dankzij de luxe hofcultuur van Lodewijk XV. Dat wilden de rijke burgers van Holland ook wel. Franse soep zoals de Jacobijnensoep, pekelharing op zijn Frans, Spaanse olipodrigo, een populair gerecht met bijvoorbeeld kalfsgehaktballetjes. Sperziebonen uit de Nieuwe Wereld maken hun opgang. Salades met bloemen. Het kon gewoon niet op in de Gouden Eeuw. Het is smullen om dit te lezen. Limonade en chocolade deden hun intree.

In de achttiende eeuw verschijnt het fenomeen keukenmeid. In 1746 verschijnt het kookboek “De volmaakte Hollandse keukenmeid” Ontstaan door de receptenschriften van keukenmeiden, die bij rijke mensen de scepter zwaaiden over het dagelijks voedsel. Soep vooraf, zoals koningssoep, zalm met aalbessen, erwtjes en worteltjes worden een hit. En Indische recepten weten hun weg naar de Nederlandse tafels te vinden. Er is veel over te vertellen.

In de negentiende eeuw moet het allemaal soberder. De keukenmeid moet zuinig aandoen en de huisvrouw budgettair leren koken. De kookjuf neemt de plaats in van de keukenmeid. Soep zonder sop, gortsoep. Alles goed gekookt en zuinig. dat is het nieuwe credo. De service à la Française wordt à la Russe. Voortaan worden de gangen afzonderlijk opgediend. Kerriesoep, gado gado en nasi goreng met vette kip. De stamppot boerenkool ziet het levenslicht in 1803. Het waren barre tijden. Het verleden op je bord besluit met de originele recepten. Voor de echte dare devils.

Christianne Muuser slaagt erin met dit boek in kort bestek een stuk geschiedschrijving te doen van vijf eeuwen Nederlandse eetcultuur. Gewoon door al het bestaande materiaal te bestuderen in de KB. Saskia Lelieveld maakte de foto’s en Marianne Snel deed de styling van deze oude gerechten. Het voelt eigentijds aan. Plaatst de Nederlandse cuisine in een nieuwe context. Het verleden op je bord noem ik met recht een moderne aanwinst in Gereons Keuken Thuis.

Het verleden op je bord, Christianne Muusers. (ISBN 9789045210360) is een uitgave van Karakter en is te koop voor € 29,99

Noot: dit boek werd mij als recensieexemplaar gestuurd door de uitgeverij. De bespreking hier is mijn eigen mening. Lees ook de disclaimer

Door de site te te blijven gebruiken, gaat u akkoord met het gebruik van cookies. meer informatie

De cookie-instellingen op deze website zijn ingesteld op 'toestaan cookies "om u de beste surfervaring mogelijk. Als u doorgaat met deze website te gebruiken zonder het wijzigen van uw cookie-instellingen of u klikt op "Accepteren" hieronder dan bent u akkoord met deze instellingen.

Sluiten