Vélochef van Henrik Orre.

 foto: cover Vélochef.

Vélochef, krachtvoer voor trainingen en wedstrijden. Het verhaal van Henrik Orre, zijn ode aan de wielersport en eten. Want dat loopt als een rode draad door het leven van deze kok. Fietsen is een gezonde bezigheid (zwemmen en lopen trouwens ook), een mooie vorm van bewegen, maar vergt ook de nodige energie. Met name profwielrenners zijn voor hun prestaties afhankelijk van goed gedoseerd en energierijk voedsel. De basis van de samenwerking van Henrik met Nigel Mitchell, hoofd voeding van de Britse wielerunie en het team Sky. Je prestatie begint op je bord schrijft de laatste in zijn voorwoord op Vélochef.

Klaar voor de start. Vélochef begint met het verhaal van de Noor Orre, afkomstig uit Tønsberg in Zuid Noorwegen. Vader Orre fietste op Olympisch niveau en broer Orre werd nationaal kampioen. Henrik Orre groeide op in een wielrennersgezin, echter geen gastronomisch. Dat kwam later. Hij ging naar de koksschool, werkte bij de lokale golfclub als kok. Maar zijn ambities reikten verder. Tønsberg werd te klein en hij belandde in een restaurantkeuken met razendsnelle doorlooptijden en waanzinnig creatieve kookkunst. De kiem was gelegd en in 2002 verhuisde Henrik naar Stockholm, waar hij uiteindelijk zou blijven. Tussentijds werd hij verkozen tot culinair talent, dat Noorwegen vertegenwoordigde in de Culinary World Cup. De groei ging door, Orre kookte twee Michelinsterren bij elkaar in Stockholm, een droombaan! In 2011 startte hij een eigen bedrijf Kocken Henrik en één van zijn eerste opdrachten was koken voor het Noorse wielerteam tijdens de WK. Een nieuwe carrière was geboren en tot op heden kookt en bedenkt Henrik gerechten voor wielrenners. Vandaar dit boek.

Vélochef start met een hoofdstuk belangrijke ingrediënten, Altijd goed om in huis te hebben. Henrik Orre vermijdt zoveel mogelijk witte suikers en witte bloem en gaat voor minder geraffineerde varianten vol vezels.

PréVelo, het ontbijt van de koersdag is voor veel wielrenners en sporters de belangrijkste maaltijd. Veel beroepswielrenners nemen deze maaltijd heel serieus. Hoeveel je eet hangt ervan af hoe lang en hard je gaat trainen. Als je rustig gaat sporten of wat fietsen heb je genoeg aan wat pap, maar een wedstrijddag vraagt om meer. Dat is precies wat Henrik mij antwoordde op mijn vraag op Facebook of zijn recepten ook voor huis-, tuin- en keukensporters geschikt zijn? Het antwoord was een volmondig JA! En de interesse was gewekt in Gereons Keuken Thuis. Maagvriendelijke muesli als ontbijt, scones van roggebloem en hazelnoten, een bron van eiwit, vezels en koolhydraten of ontbijten met een broccolisalade met bruine rijst. Ik was een beetje door mijn gezonde ontbijtrepertoire heen, maar dit opent nieuwe perspectieven.

Via een intermezzo over een fietsframe bouwer, Passoni, gaat Vélochef verder met Vélo, gerechten, drankjes en snacks voor onderweg. Henrik stelde zich tot doel goede en goedkope snacks te maken. Wars als hij is van hysterisch gedoe over sportgels en energierepen. Onzin! Een lichte doch stevige snack is prima als je gaat sporten. In dit hoofdstuk dus praktische zaken, makkelijk mee te nemen. Homemade mueslirepen, stevige rijstrepen, boekweitwafels, ananassap of een sandwich met omelet. Bij de laatste een tip om de korsten eraf te snijden, omdat kauwen lastig kan zijn bij een verhoogde hartslag.

Na een portret van één van de Sky renners en zijn voedingspatroon en een kijkje in de werkdag van Orre belanden we bij Après Vélo, dinnertime, nieuwe reserves opdoen. Een lekkere stevige maaltijd als beloning, snel klaar en met het oog op uitrusten. Mosselen in bier, stevig groentesap, geglaceerde varkensnek of kip in tomatensaus met knolselderij en mango. Vrolijke en makkelijke gerechten, zout en zoet door elkaar, zodat je eindeloos kunt combineren. Zo is de finish bereikt!

Ik vind Vélochef een inspirerend boek. Niet omdat ik zo een geweldige topsporter of fanaat ben, maar omdat de schrijver laat zien hoe makkelijk je gezond kunt eten. Iets waar ik de laatste tijd meer oog voor krijg. Ideeën voor een gezond ontbijt, een lekkere snack na mijn matineuze zwemsessie en gebalanceerd eten. Daarnaast geeft Orre een kijkje in zijn dagelijkse routine en dat van topsporters. Storytelling met foto’s van Patrik Engström, fotograaf en tevens wielerfanaat. Vélochef steekt met kop en schouders uit boven alle andere “gezondheids” boeken van de laatste tijd. Nergens gepreek noch een drammerige toon over gezond. Zo hoort het. Gereons Keuken Thuis gaat ermee aan de slag.

 

Vélochef, Henrik Orre (ISBN 9789038803982) is een uitgave van Nijgh & van Ditmar en is te koop in de (online) boekhandel voor € 29,99

Noot: dit boek werd mij als recensieexemplaar gestuurd door de uitgeverij. De bespreking hier is mijn eigen mening. Lees ook de disclaimer

Dipping al fresco.

  •   foto: El orto van Nestor de la Torre

Dipping al fresco. Vandaag begint Gereons Keuken Thuis het #alfresco seizoen, een zomer lang lekker buiten koken, bakken, grillen en natuurlijk eten en drinken. De nieuwste loot aan de stam is een heuse Seafood Boil, maar daarover later meer. Al fresco genieten op mijn Amsterdamse balkon, waar ik elk jaar tracht een paradijsje vol bloeiende bloemen en blakende groente te maken. Mijn eigen Hof van Eden. Het zonnetje komt door vandaag. Mijn handen jeuken, de uitgebloeide bollen eruit, nieuwe zaailingen aanplanten, de grill naar buiten. Al dan niet niet in mijn adamskostuum, want het is vandaag World Naked Gardening Day. Kan ik dat mijn buren wel aandoen? In ieder geval ga ik dipping al fresco, of dat skinny wordt gedaan? Dat kan ik niet zeggen, maar deze dips zijn een heerlijk voorgerecht op deze zaterdag. Een mooie manier om je dagelijkse portie van 250 gram groente binnen te krijgen.

Nodig:

voor de dips;

2 potten kikkererwten

1 beker Griekse yoghurt

2 rode bieten

1/2 komkommer

knoflook

komijnpoeder

chilipoeder

2 citroenen

olijfolie

bosje peterselie

dille

zout en peper

voor de groenteschotel:

1 gele paprika

1 rode paprika

2 wortels

1/2 bloemkool

4 stengels bleekselderij

bosje radijs

1 komkommer

Bereiding:

Was de groenten, schil ze indien nodig en snijd ze in mooie repen. Haal bij de komkommer de zaadlijsten eruit. Was de radijs en verwijder het blad. (later nog te gebruiken voor een romig soepje). Maak roosjes van de bloemkool. Leg alles in een mooie kleurige waaier op een grote schaal of hipsterplank. Laat de kikkererwten uitlekken. Voor de groene hummus pureer je 1 pot kikkererwten 3 tenen knoflook, 2 tl komijnpoeder, 1 tl chilipoeder, sap van een citroen, olijfolie, een bos peterselie en zout met de staafmixer tot een gladde groene dip.

Voor de knalroze hummus pureer je 2 rode bieten, een pot kikkererwten, 2 tl komijnpoeder, 2 tenen knoflook, sap van een citroen, olijfolie. peper en zout tot een mooie homogene massa. Snijd voor de tzatziki een komkommer in fijne reepjes en zet de reepjes in een zeef  met zout erover gestrooid apart. Meng de uitgelekte komkommer met de yoghurt, 2 uitgeperste tenen knoflook, dille, zwarte peper en wat olijfolie door elkaar. Voeg eventueel nog wat zout toe.

De man die koken kan.

 foto: cover Man die koken kan.

De man die koken kan. Voor Walter Luitwieler is het elke dag “pappadag”, achter het fornuis dan. Want Walter is daar elke dag te vinden om de buikjes van zijn geliefde en kroost te vullen. Met zijn eigen creaties. Drie jaar geleden begon de schrijver van dit nieuwe kookboek voor (niet alleen) mannen met bloggen en sindsdien leest Gereons Keuken Thuis regelmatig de avonturen van deze spontane man. Walter kookt elke dag na zijn werk, verzorgt het ontbijt en deinst niet terug om ook eens een keertje uit te pakken met vrienden en familie.

De man die koken kan start met het relaas van de schrijver. Walter heeft altijd een spannende relatie gehad met eten, hij was als kleuter rond van vorm, later weer niet en dan weer wel. gedurende zijn jeugd kreeg hij zijn gewicht onder controle. Toen hij ging samenwonen werd hij de enthousiaste thuiskok en als lekkerbek vlogen de pondjes letterlijk door het mondje. Hij ging beter leren koken en bewegen het was beter, dat de kilo’s en hij uit elkaar gingen. Een tijd van geluk brak aan. In 2013 ging het mis, Walter kwam thuis te zitten door een depressie. Het lukte niet meer, het moest anders. Walter sportte zich een slag in de rondte, dat maakte zijn hoofd leeg en hij begon te bloggen. Schreef over zijn leven en zaken, die hem boeiden. Walter vond zijn uitlaatklep en werd de man die koken kan. Hij bouwde zichzelf weer op en na 3 jaar bloggen was het tijd voor dit kookboek. Dit was de achtergrond, nu zijn boek!  Kookon!, zijn gevleugelde kreet, zou Walter zeggen. Tijd maken in je keuken.

 foto: Walter Luitwieler, de man.

De man die koken kan begint met wat praktische uitleg over recepten, voorbereiding, kookgerei enzo. Walter besteedt kort aandacht aan ingrediënten. Hij kiest zo veel mogelijk voor vers en gezond. boter is bij hem boter en peper is peper uit de molen.

Laten we gaan koken. We beginnen met ontbijtrecepten voor elke dag. In Gereons Keuken Thuis is ontbijt meestal een wat saaie toestand. Walter laat zien dat je elke ochtend een feestje kunt maken van deze maaltijd. Het volkoren noten-rozijnenbrood van zijn moeder, granola van de man, een pansandwich met spek ei en cheddar of een ontbijtsorbet. Goed gevoed ga je zo de deur uit naar werk, sport of school.

Na de werkdag is de man die koken kan op nieuw achter de kachel te vinden met maaltijden voor elke dag van de week, zoals een pasta met harissaballetjes, een leuk recept voor snelle babi pangang, slabakjes met couscous en groentecurry of tortilla’s met varkenshaas. Allemaal recepten, die makkelijk zijn te maken en waarmee je in mum van tijd een smakelijke en gezonde maaltijd bereidt. In die zin is het boek een aanrader voor de werkende man (en vrouw)

Naast het dagelijkse gebeuren kookt Walter ook graag voor bijzondere momenten. Dan zijn er geen regels voor balans en gaat hij los. Kookon! Met bierblikburgers, een vier kazen pasta, spareribs uit de oven met appelstroopglacering, allerlei dips en zijn ultieme nachoschotel. Het boek sluit af met hoe kan het ook anders een man die bakt, desserts en gebak, zoals een no bake peanutbutter-jelly chocolatecake. Een hele mond vol!

De man die koken kan is een hartstikke leuk boek voor de man of vrouw, die lekker en verantwoord bezig wil zijn in de keuken, met een boek zonder gezondheidspreken of ander geneuzel. Luitwieler laat zie dat hij gedurende zijn jaren als blogger veel technische en basiskennis heeft opgedaan. Het zijn niet direct culinaire hoogstandjes. Zijn stijl is koken zonder poespas en duidelijk geïnspireerd door zijn grote idool Jamie Oliver. een boek met duidelijke recepten en mooie foto’s. Kookon! zou ik zo zeggen. Ik hoop dat Walter mij eens uitnodigt voor een Kookoff! Staan we samen achter het fornuis als de manne, die koken kanne ……

De man die koken kan, Walter Luitwieler (ISBN 9789402601749) is een uitgave van Aerial Media Company en is te koop voor € 24,95

Noot: dit boek werd mij als recensieexemplaar gestuurd door de uitgeverij. De bespreking hier is mijn eigen mening. Lees ook de disclaimer

In de pan van de Middeleeuwen, het Hanze kookboek.

 foto: cover Hanze kookboek.

In de pan van de Middeleeuwen. Nee dit is geen tikfout. Het Hanze kookboek dat hier in Gereons Keuken Thuis ligt gaat over een kijkje in de pannen en keukens van de Hanzesteden. Karen Groeneveld verzamelde allerlei recepten, die in de gloriedagen van dit handelsverbond, werden gekookt en gegeten. Onder andere van culinaire historici als Ria Jansen-Sieben, Marleen van der Molen-Willebrands en Christianne Muusers, waarvan ik onlangs Het verleden op je bord recenseerde.

Maar nu over het Hanzeverbond, opgericht door handelaars en handelssteden om samen te werken, bescherming te vinden, in- en verkopen en de handel te ontwikkelen. De Hanze was vanaf halverwege de 12e eeuw tot aan de helft van de 17e eeuw een geducht handelsblok in het Heilige Roomse Rijk van de Duitse Natie. (want dat was een voorwaarde voor deelname) De grootste en bekendste Hanzesteden waren naast Lübeck, de hoofdplaats waar het begon, Rostock, Kiel, Bremen en Hamburg. Dit is bijvoorbeeld de reden, dat auto’s uit Hamburg nog steeds HH op het kenteken hebben staan, voor Hansestadt Hamburg.

In Nederland liggen de bekendste Hanzesteden langs de IJssel en aan de Zuiderzee. Van Kampen tot Harderwijk en van Zwolle tot Doesburg, elk met zijn specifieke handelsproducten en gerechten. De keuken van de Hanze is er eentje van de late Middeleeuwen en vroege Renaissance. In het boekje wordt uitgelegd welke methoden men gebruikte bij het koken, welke smaken er waren en of men tafelmanieren had? Jazeker, de laatstgenoemde waren er al.

Hoofdstuk 1 gaat over ketelkost. De meeste huizen hadden open vuur met een ketel erboven om soep te maken of te stoven, zoals gortenstoof en Swolse runderstoof met wijn en kruiden uit Italië. Of wat te denken van Harderwijker hutsepot, een voorloper van onze boerenkoolstamppot. Aardappels deden pas hun intrede in de 18e eeuw.

Als intermezzo wordt tussen de hoofdstukken gekozen voor stadsverhalen en beschrijvingen van de huidige Hanzesteden en wat er is te zien, over Zutphen, Hattem, Doesburg enzovoort. Leuk om dit boekje eens mee te nemen als je een tocht gaat maken langs al deze mooie plaatsen. In de pan van de Middeleeuwen gaat verder met vlees. Dit was vooral populair bij de adel en gegoede burgerij. In de Middeleeuwen werd vlees vooral gekookt, want roosteren was duur, het kostte veel brandstof. Bij tijd en wijle konden alleen rijke handelaren zich dit veroorloven. Orgaanvlees werd veel gegeten, alhoewel er nog maar weinig recepten van over zijn, zoals bijvoorbeeld de kippenlevers op zijn Arabisch. En vlees kan niet zonder mosterd, de Doesburgse wel te verstaan. Mosterd was een belangrijk condiment. En wildzwijn ging er ook wel in, in een mooie rode wijnsaus.

Pasteien, een mooie manier van restverwerking. Je kon ze met alles vullen en dan in de nog hete oven van de bakker afbakken. Ideaal voor tijdens lange reizen, want dat deden de Hanze- handelaren veel. Er waren zelfs speciale pannen op pootjes voor. De vastentijd speelde een belangrijke rol in het dagelijks leven. Met allerlei spijsregels en even zovele dagen. Een voorbeeld van een vastengerecht is Kamper steur, waaraan een mooie legende is verbonden. En stokvis uit het hoge Noorden. Brood was belangrijk volksvoedsel, net als tarwebrij. Naast graan werd er ook veel boekweitmeel gebruikt voor pannenkoeken. Brood werd vaak gemaakt met biergist, iets wat ik onlangs nog zag in de TV serie Brood van Robèrt van Beckhoven, die in een aflevering Vikingenbrood bakte. Het boekje besluit met zoete spijs en zeg nu zelf wie kent niet de befaamde Deventer koek?

Hanze kookboek, in de pan van de Middeleeuwen is een handzaam lees- kook en reisboekje, dat je in kort bestek laat kennismaken met de specialiteiten van de IJssel- en  Zuiderzeesteden. Recepten vertaald naar onze tijd om je eens echt de Hanzetijd te laten beleven. Dat zouden meer plaatsen in Nederland moeten doen, zodat we meer en meer kunnen genieten van ons eigen “terroir“. Daar houdt Gereons Keuken Thuis namelijk van.

In de pan van de Middeleeuwen, Karen Groeneveld en anderen (ISBN 9789082347555) is een uitgave van Het Zwarte Schaap, Hanzesteden Marketing en SmaakRoutes en is te koop in de boekhandel of online voor € 9,95.

Noot: dit boek werd mij als recensieexemplaar gestuurd door de uitgeverij. De bespreking hier is mijn eigen mening. Lees ook de disclaimer

Mannelijke foodbloggers vertellen, de lepel van lex.

 foto: gastblogger Alexander.

Mannelijke foodbloggers vertellen, de lepel van lex. In september 2016 deed ik op Facebook een oproep aan mannelijke foodbloggers om hun verhaal te vertellen op mijn blog. Hartstikke leuk om te doen, want sorry dames bloggers, jullie krijgen al aandacht genoeg. Dit voorjaar, na een wat lange pauze in deze serie, meldde lepel van lex zich. Een blog vol culinaire verhalen, recensies en lekkere recepten. Heel divers. Wat een mooie culiblog heeft deze kerel! En hij kan goed schrijven. De man achter al dit leuks en lekkers pakte de handschoen op om te gaan gastbloggen op Gereons Keuken Thuis, want hij vindt dat er meer ruchtbaarheid moet komen voor de mannelijke foodblogger. Dat ben ik helegaar met hem eens. Het podium is voor de lepel van lex:

Mijn naam is Alexander Houthuyse en ik ben een echte foodlover! Sinds kort begonnen met mijn foodblog De lepel van Lex. Met een aangeboren interesse en passie voor eten en drinken uit alle windrichtingen schrijf ik mijn blogs. Ik ben een grote voorstander van ‘try before you die’ en altijd op zoek naar nieuwe smaakbelevingen. Met een Hongaarse moeder en Duits-Nederlandse vader heb ik een on-Hollandse culinaire opvoeding gehad. De Oost-Europese keuken is mij dan ook niet onbekend. Daarnaast heb ik door mijn Peruviaanse vrouw inmiddels ook veel Zuid Amerikaanse gerechten voorbij zien komen. Ik hou erg van Fusion food en combineer graag diverse stijlen en keukens, waarbij traditionele technieken samen gaan met moleculair koken. Ik wens jullie veel plezier met het lezen van mijn verhalen!

Soepie? Ja, als hij vers is. Ik ben zo’n enorme fan van home made soepen. Dat komt eerlijk gezegd omdat ik op een gegeven moment helemaal afknapte op de pakken en blikken soep. Tuurlijk was het ook een goed excuus om vaker in de keuken te staan. Omdat ik thuis vaak diverse paprikaschotels voorgeschoteld kreeg, ken ik deze populaire groente vrij goed. En de rode zoete paprika’s vind ik heerlijk. Deze zoet-pittige soep is lekker als lunch op een frisse zomerse lentedag met een goed boek in de tuin. Heb je een eigen broodbakmachine of een goede bakker om de hoek, doe je zelf dan een plezier met een dik snee brood die je lekker in je soepje kunt dopen.

Voor 4 personen

Ingrediënten:

4 grote rode paprika’s en 4 zoete puntpaprika’s
1 witte zoete ui
2 eetlepels Vegeta (kruidenmix, Albert Heijn) of 2 groentebouillon blokjes
2 theelepels Paprikapoeder
1 theelepel Cayennepoeder
Zout

Bereiding:

Snijd de paprika’s in grove stukken. Snipper de ui en fruit in een soeppan op een laag vuur aan. Doe de stukken paprika bij de ui en ‘bak’ even mee. Gooi vervolgens 2 liter koud water in de pan en laat 15 minuten op middelhoog vuur staan (Echte kooktijd ca. 10 minuten). Let op: de paprika’s moeten volledig onder water staan, anders wordt de soep te dik. Haal de pan van het vuur en pureer met een mixer. Schenk de soep door een fijne zeef over in een andere soeppan of kom. Druk met een pollepel de paprikamassa door de fijne zeef, zodat de schilletjes in de zeef achterblijven en je een mooie roodkleurige bouillon overhoudt. Zet de pan met de bouillon opnieuw op een middelhoog vuurtje. Voeg 2 eetlepels Vegeta, 2 theelepels paprikapoeder,  1 theelepel cayennepoeder en een beetje zout toe en laat nog 3 minuten doorkoken. Proef de soep en breng extra op smaak met een beetje Vegeta of zout.

Leafs, vegetarische seizoensrecepten uit de moestuin.

 foto: detail cover leafs.

Leafs, vegetarische seizoensrecepten uit de moestuin. Het is voorjaar en het gaat kriebelen in Gereons Keuken Thuis en balkon. Mijn handen jeuken om te gaan zaaien, planten en stekken, zodat ik later in het  #alfresco seizoen van mijn beperkte oogst kan genieten. Want laat ik eerlijk zijn, veel groente en fruit brengt mijn Amsterdamse balkon niet op. Niet getreurd, nu is er het boek Leafs van Carola de Kanter. Laat ik het een extra aansporing noemen om echt aan de slag te gaan met alles wat ik zelf teel en vanuit het oogpunt om minder vlees te gaan eten. 100% vegetarisch zoals Carola zit er bij mij toch niet in, maar je kunt het proberen. Zeker omdat vakvrouw Carola een ongelofelijke ervaring in schrijven, tv-maken, restaurant draaien, lesgeven, pionieren, concept-ontwikkeling en styling heeft, aldus Janny van der Heijden, die voor het voorwoord tekende. Het epicentrum van deze activiteiten is Caatensteyn in Ulvenhout, waar de moestuin en het kookatelier van Carola zich bevinden. Het hele jaar rond is zij aan de slag zijn met het telen van allerlei producten en het verwerken van haar gekoesterde oogst in mooie vegetarische recepten. Want dat staat al sinds haar twaalfde vast, Carola eet vegetarisch en probeert de lezer uit te dagen, dat ook te doen. Vier seizoenen lang je merkt nog niet eens dat het vegetarische gerechten zijn, die zij componeert.

Laten we beginnen in de lente. Carola’s handen jeuken in februari al. Dan start ze met zaaien, binnen of in de kas, want het kan nog koud zijn. Direct vind je in Leafs een moestuinkalender voor het zaaien en planten, maar nog belangrijker oogsten in dit seizoen. En dat zullen we weten het hoofdstuk lente gaat verder met what’s in a name springrolls met wasabimayonaise, pickled onions, of helemaal van het seizoen magnoliabladeren en erwtenscheuten voor een salade. Wat een verse smaken allemaal, instant lentegevoel.

De zomer nadert, dagen, avonden en zelfs nachten met eindeloos buiten zijn of als het slechter weer is onder een afdakje. Maar buiten gegeten zal er worden. Snackpepers, een gerechtje van milde pepers uit Marokko of Spanje, die je op bergen ziet liggen in veel Amsterdamse winkelstraten. Tunesische brick, een frisse komkommergazpacho met kruidentuintje en kaaskoekjes, een ode aan de maggiplant (haal je handen er eens doorheen). De zomer lijkt eindeloos bij Carola. Gelukkig heb ik deze week al veel Oost-Indische kers gezaaid, want die ga je handenvol gebruiken in het recept voor een salade. Heel verrassend zijn de mayonaise tips, van ei, maar ook van cashewnoten.

Herfst (ik moet er nu nog niet aan denken) het buitenleven maakt plaats voor een plaatsje bij de kachel, er is een kleurrijke oogst van pompoenen. Het eten wordt weer steviger. De moestuin wordt opgeruimd en klaargemaakt voor haar winterslaap. Doe je dit niet heb je veel werk aan het begin van het jaar. Carola fêteert je op een Indian summersoep, een vegetarische ramen of een spinazierisotto met pompoencrème. Ik moet er nu nog niet aan denken, maar wanneer het seizoen weer daar is is het laatste gerecht een welkome dis (met een glas pinot noir) Net als het inmaken van allerlei dingen.

Winter! Zelfs in dit seizoen is Carola bezig met haar moestuin, ze bekijkt filmpjes, tekent haar droommoestuin en maakt lijstjes. Haar grootste tip voor een starter is het simpel te houden. Winterkost volgt, groene bouillon van cavolo nero, stoofperen met kardemom, quiche van amandelmeel met aardpeer en hoe basic geroosterde knolletjes. Ze zouden eigenlijk geuren aan een boek moeten toevoegen.

Zo zijn we het jaar weer rond en kan je net als in deze lente opnieuw beginnen. Of het nu op je balkonnetje in de stad, op je vensterbank of je domein is. Groen is here to stay. Dat vind ik het inspirerende aan Leafs. Vegetarische seizoensrecepten uit de moestuin, prachtig gefotografeerd door Mitchell van Voorbergen. En in een handomdraai aan te passen naar je eigen smaak, dat is spannend. Ik schreef het gisterenavond laat al op mijn Facebook tijdlijn: “Wat ik heel bijzonder vind aan het kookboek leafs van Carola De Kanter is dat de styling -net als bij Deense visman Mikkel Karstad– dat je ne sais quoi basic en onderkoelde heeft. Geen tralala maar puur. Mooi, daar geniet ik van. Design!” 


Leafs, Carola de Kanter (ISBN 9789461431622) is een uitgave van GoodCook en is te koop (in de boekhandel) voor € 29,95

 

Noot: dit boek werd mij als recensieexemplaar gestuurd door de uitgeverij. De bespreking hier is mijn eigen mening. Lees ook de disclaimer

Koken van pagina 53, Joke Bonen! Boon.

 foto: cover Bonen!

Koken van pagina 53, op deze zonnige donderdag een recept van Joke Bonen! Boon, what’s in a name? Het peulvruchtenjaar 2016 mag dan wel voorbij zijn, maar bonen, linzen, kekers en erwten kunnen het hele jaar rond, ook in twintig zeventien. Niet voor niets schreef bonendiva Joke er een heel boek over met de lekkerste bonenrecepten voor elk seizoen. Voor deze editie van koken van pagina 53, belandde Gereons Keuken Thuis in de maand februari. Een recept voor paprika-linzensoep.

Joke Boon zegt hier zelf het volgende over:

Soms heb je van die drukke dagen waarop je ook nog eens laat thuis bent, en dan het liefst heel snel iets op tafel wilt. Van die dagen dat er ook nog mensen mee komen eten. leuk, maar dat vereist wel wat planning en voorbereiding. Daarom maak ik vaak al een dag eerder deze paprikalinzensoep. Deze soep is heerlijk vol van smaak, umamirijk, prachtig dieporanje van kleur en zelfs een verstokte vleeseter vindt hem lekker. met wat brood of een quiche ernaast is het een volledige maaltijd waarbij het niet zoveel uitmaakt of er eentje meer aan tafel zit: er is altijd genoeg.

Tot zover Joke over deze heerlijke en makkelijke vega soep. Maak hem eens op voorraad, eet er een stevig stuk brood bij, bijvoorbeeld het pain de mer brood uit Bruinisse, gemaakt met gezuiverd water uit de Oosterschelde. Een lik zilte boter erbij en natuurlijk een stevig glas rood uit de Rousillon. Wat wil je nog meer op deze zonnige dag?

Nodig:

4 rode puntpaprika’s

200 g gele linzen

4 groentebouillontabletten

plantaardige olie

1 rode ui gesnipperd

1 witte ui gesnipperd

1 ½ tl gemalen komijn

1 tl gemalen koriander

200 g roomkaas naturel

1 el balsamico azijn

1 el ketjap asin

1 el sweet chilisaus

½ bos platte peterselie fijn gehakt

versgemalen peper

grote soeppan van circa 3 liter.

Bereiding:

Verwarm de oven voor op 220 graden. Bekleed een bakplaat met bakpapier en leg de paprika’s erop. Zet hoog in de oven en rooster de paprika’s gedurende 30 minuten. Het vel van de paprika’s is dan grotendeels geblakerd. Doe de nog warme paprika’s in een stevig diepvrieszakje en sluit het. Laat afkoelen. Spoel de linzen in een zeef onder koud stomend water even af. Doe ze dan samen met 1 ½ liter water en de bouillontabletten in een pan en breng zachtjes aan de kook. laat ze in 25-30 minuten gaar koken. Ze zullen hierbij uit elkaar vallen en dat is prima. Verhit een royale scheut olie in een koekenpan. Fruit de beide uiensoorten zachtjes bruin en gaar, voeg dan de komijn en koriander toe en bak even mee. Trek het vel van de paprika’s en verwijder het kroontje en de zaadjes. Pureer de ontvelde paprika’s in de keukenmachine samen met de roomkaas, de balsamicoazijn, de ketjap en de sweet chilisaus. Voeg deze puree al roerend bij de gekookte linzen. Doe de gefruite ui erbij en eventueel nog wat water. Het moet een gebonden, beetje dikke soep worden. Breng op smaak met versgemalen peper. Bestrooi met de peterselie en dien op.

Mijn keuken van Galicië.

 foto: credits website Terra.

Mijn keuken van Galicië. Een niet veel bezochte regio in het westen van Spanje, aan de Atlantische Oceaan, met een eigen taal en cultuur. Geen castagnetten, flamenco en brandende hitte, maar diepe fjorden, die rias heten, doedelzakken, vis en veel groen. Dat is Galicië, de geboortestreek van de vader van Isabel Meniño, een culinair en conceptueel styliste en initiatiefneemster van het Museum of Our Food. In haar nieuwe boek neemt zij de lezer en koker mee op een tocht door deze mooie regio, haar keuken van Galicië. Manolo, de vader van Isabel, belandde na een korte carrière bij de Spaanse marine in een café aan de Amsterdamse Peperstraat, waar hij de klanten kennis liet maken met de keuken van zijn  geboorteland. Zomers ging het gezin naar Galicië, naar oma Divina. Zes weken weg van het comfort van Nederland. Zoete herinneringen heeft Isabel hieraan. Ze bundelde deze jeugdherinneringen in dit mooi vormgegeven boek.

Galicië is zoals gezegd een onbekende streek. Santiago de Compostella, de stad van apostel Jacob kent iedereen, maar daar houdt het op. Deze Keltische regio kenmerkt zich door uitgestrekte natuur en een koel zeeklimaat. Door haar ligging is er weinig industrie en vertrokken veel Gallegos naar andere landen om werk te vinden. Wat bleef was de rust en het kalme en ingetogen karakter van de inwoners. Meniño probeert deze aard te vangen in beeld, tekst en recepten.

Galicië ligt aan zee, dus er wordt volop genoten van vis en schaaldieren, van mejillones en escabeche, krab met knoflookmayonaise, de bekende zarzuela en natuurlijk pulpo, die waarschijnlijk het meest wordt gegeten in Galicië. Al dan niet met en glas albariño of cider. Het boek gaat verder met Verano (zomer). Galicië kent een hoop feesten. En feest in Spanje betekent een comida. Zo worden in de stad Vigo grote vreugdevuren ontstoken voor de vissers, die terugkomen. Hierop worden sardines in vele variaties bereid. Isabel geeft een aantal feestelijke recepten.

Hierna komen meel en eieren, de basis van de empanada, meer dan 800 jaar oud, die al door de pelgrims in Santiago werd gegeten. Empanar betekent inpakken en vullen met iets hartigs. De Gallegos namen dit broodje mee naar Zuid Amerika. Empanadas met kabeljauw, vlees, tonijn of pompoen. Isabel en haar ouders kregen ze mee van oma en pas na de Pyreneeën werd er gestopt voor brood. De eerste etappe tot aan Frankrijk  hadden ze genoeg aan hun empanadas. Tortillas staan ook op het menu, een makkelijke boerenmaaltijd en heel #nowaste, met aardappel, voorjaarsgroenten of zoete aardappel. Het blijft een vindingrijk gerecht.

La cocina de Manolo. De vader van de schrijfster was kok en liet de Nederlanders kennis maken met zarzuela, ropa vieja, tortilla, paella en nog veel meer. Isabel heeft goede herinneringen aan deze keuken. Lamskoteletjes met komijn en fideos, een Iberisch pastagerecht. Meniño vergeet nooit het gekrijs van het varken dat vroeg op de binnenplaats werd geslacht. Het geslachte dier werd door oma van kop tot kont gebruikt. Het werd verwerkt en de familie kon er dan een jaar van eten. Van de ribben werd op het houtvuur een caldo, bouillon getrokken. Voor de al verhollandste kinderen een gruwelmaal. Voor vader Manolo een feest.

Met bouillon kun je de beroemde caldo gallego maken, eens stevige boerengerecht met kikkererwten en kool. Of wat te denken van ropa vieja, vieze kleren, een stoofpot, die de Galiciërs leerden kennen op de Canarische Eilanden. Gereons Keuken Thuis vindt het leuk dat de schrijfster ook iets in dit boek vertelt over wijn. Galicië is de bakermat van de albariñodruif, die in het vochtige zeeklimaat groeit op de rijke gronden van graniet en lei. Deze wijnen hebben een knisperend en fris karakter. Het is een goed gebruik van de Gallegos om een gast te verwelkomen met een taza de vino, een kommetje wijn. Het boek besluit met wat tapas en natuurlijk dulces.

Mijn keuken van Galicië is een spannend boek, met ingetogen foto’s van de gerechten en het knalblauwe water op de foto’s van de oceaan. Hiermee creëert Isabel Meniño een sfeervol geheel, waarin de tamelijk basic Spaanse keuken goed gedijt. Ik heb er in ieder geval van genoten en zou wel eens een kijkje in de rias willen nemen. Wie weet kan de schrijfster mij een goed plekje wijzen om kokkels te rapen.

Mijn keuken van Galicië, Isabel Meniño (ISBN 9789089897350) is een uitgave van Terra en kost € 29,99

Noot: dit boek werd mij als recensieexemplaar gestuurd door de uitgeverij. De bespreking hier is mijn eigen mening. Lees ook de disclaimer

Meet & Greet bij restaurant Blauw.

  foto: Meet & Greet

Meet & Greet bij restaurant Blauw. Ik loop er zo vaak langs, dat restaurant met het rode uithangbord, maar was er eerlijk gezegd nog nooit binnen geweest. Restaurant BLAUW aan de Amstelveenseweg 158 in Amsterdam. (en ook in Utrecht, Springweg 64). Gereons Keuken en Route en een groep andere food- en lifestylekornuiten waren uitgenodigd door het team van dit Indonesische adres om te komen proeven van hun dis en te luisteren naar hun verhaal. Een verhaal dat op de Amstelveenseweg startte in 2008. Het idee van Indisch eten in een modern jasje. In een eigentijds interieur met rode accenten. En het grote portret als eyecatcher bij binnenkomst. Ik kon niets blauws ontdekken, behalve dan hun geuzennaam. Eigenaar Henk van Hees hield een presentatie over het restaurant, de gerechten en heel belangrijk het teamwork. Zo is de klant verzekerd van kwaliteit van eten, maar ook belangrijk service. En nu gaan ze met iets nieuws beginnen. Dit voorjaar zul je op een aantal foodfestivals hun rode, ja rode! foodtuck tegenkomen met allerlei heerlijkheden van hun chefkok. Het gezelschap, dat op maandag aanwezig tijdens deze meet & greet bij restaurant Blauw was mocht vast voorproeven. En dat was niet mis. Kijk eens wat ze allemaal gaan serveren vanuit hun rode van:

  foto: rijsttafel

Loempia Semarang

Loempia gevuld met garnalen, wortel, soe-oen, bamboescheuten. Geserveerd met een saus van gula jawa en ketjap.

Sate Kambing

Malse geitenhaas gemarineerd in gember, knoflook en ketoembar. Gegarneerd met rode ui, rode peper, atjar en limoen.

Bakso

Een rundvleesbouillon met balletjes van rund, knoflook en diverse kruiden. Gegarneerd met noedels en selderij.

Tahu Gejrot

Gebakken Aziatische tofu met een vegetarische, pittige ketjapsaus met sjalotjes, knoflook, groene pepers en tamarinde.

Ketoprak

Een frisse vegetarische salade van mihoen, selderij en vegetarische kroepoek met een sausje van pinda’s, tamarinde, knoflook, gula jawa en rawit.

Rudjak

Een fruitsalade van mango, granny smith, ananas en komkommer. Geserveerd met een saus van ketjap, gula jawa, tamarinde en rawit.

 foto: één van de wanden.

Het was allemaal het proeven waard, dat belooft nog wat op de foodfestivals van dit voorjaar. Details vind je op de Facebookpagina.  Kun je daar niet op wachten bezoek dan hun restaurant in Amsterdam of Utrecht. Kijk eens op de site van Blauw en laat je verrassen.

Koken van pagina 53, de Vrolijke Tafel.

 foto: cover De Vrolijke Tafel.

Koken van pagina 53 op deze zaterdagmorgen. Uit Gereons Kookboekenhoek pakte ik De Vrolijke Tafel, feestelijke recepten voor elke dag van Karin Luiten, de antipakjes- en zakjesdiva. Maar, verhip, op pagina 53 trof ik drie juichende en voetbal kijkende (neem ik aan) mannen aan in plaats van een recept. Dus voor deze editie van deze serie op Gereons Keuken Thuis (geen voetballiefhebber) wordt uitgeweken naar bladzijde 52, alwaar ik merguez-hapjes met yoghurt aantrof. Een recept, dat ontstond als een soort kliekjessnack, en zowaar, het zijn heel party-waardige hapjes. Aldus Koken met Karin. Een prima snack voor deze zonnige zaterdag. Dus hopperdepop naar de Kinkerstraat voor de ingrediënten. We doen er fris glas koele witte Spaanse albariño erbij. Laat ik het de eerste #lentevibes noemen.

Nodig:

4 merguez worstjes

250 ml Turkse yoghurt

2 pitabroodjes

2 takjes verse munt

1 tl pikant paprikapoeder (of pimentón hot)

2x scheut olijfolie

Bereiding:

Oven voorverwarmen op 160 graden. Roer 1 theelepel paprikapoeder door 4 eetl. olijfolie. Meng de helft hiervan door de yoghurt, zodat deze lichtoranje kleurt. Laat de yoghurt uitlekken in een koffiefilterzakje in een zeef. (dat vind ik praktisch) Snij alvast de munt in reepjes. Snij de merguez-worstjes in 4 stukken en bak ze gaar in wat olie in een koekenpan. Verwarm de pitabroodjes in de oven. Snij doormidden en vervolgens elke schijf in kleine partjes. Leg die op een platte schaal. Schep de uitgelekte yoghurt erop. Leg overal een stukje merguez op en steek er een prikkertje in. Sprenkel de rest van de oranje paprikaolie erover, en als je hebt, vooral ook wat bakvet uit de pan. Bestrooi met de munt.

Door de site te te blijven gebruiken, gaat u akkoord met het gebruik van cookies. meer informatie

De cookie-instellingen op deze website zijn ingesteld op 'toestaan cookies "om u de beste surfervaring mogelijk. Als u doorgaat met deze website te gebruiken zonder het wijzigen van uw cookie-instellingen of u klikt op "Accepteren" hieronder dan bent u akkoord met deze instellingen.

Sluiten