De wijnkaart asjeblieft. 8000 jaar wijngeschiedenis in 95 getekende kaarten van 58 verschillende landen, waaronder ook ons relatief nieuwe wijnland. Een heuse wijnatlas ligt er hier op Gereons keukentafel, om moet ik zeggen kelderplank. Adrien Grant Smith-Bianchi en Jules Gaubert-Turpin maakten een atlas vernoemd naar een aantal reisgidsen en wijnposters, die deze mannen eerder maakten. De schrijvers van De Wijnkaart asjeblieft misten fraai gevormde media op het gebied van oenologie en bundelden hun krachten, Jules schreef de wijnteksten en Adrien tekende de mooie kaarten van de wijngebieden. Het resultaat mag er zijn, een atlas die gaat over al die landen en mensen, waaraan wij ook heden ten dage deze heerlijk drank aan danken. Want wijn beurde Romeinse soldaten in de Oudheid op en bevordert tegenwoordig de sociale cohesie in chique wijken van San Francisco. Grant Smith-Bianchi en Gaubert-Turpin (ben trouwens wel benieuwd hoe zij aan die dubbele namen komen?) nemen je mee op een wereldreis langs wijn in geografie, druivenrassen, hectoliters en in tijdlijnen met dit boek.
Laten we eens kijken waar de heren ons naartoe leiden. De tijdlijn begint in 6000 voor Christus. Ja, dan denkt Gereons Keuken Thuis direct aan Georgië. Bakermat van de wijnbouw. De schrijvers stellen dat je eigenlijk het gehele bassin van Zwarte Zee en Kaukasus als bakermat moet rekenen, want het huidige Turkije en Armenië deden ook al ver voor onze jaartelling een duit in het zakje. En overbodig te zeggen, het Midden Oosten, van Egypte tot aan Mesopotamië. Ik maak een sprongetje naar 1500 voor Chr. Roemenië en Moldavië trappen af, het Oostelijk Middellandse Zeegebied, Griekenland, Cyprus en Macedonië. Daarna gaat het snel en verspreid in 1000 jaar tijd de wijnbouw zich over geheel Zuid Europa. Van Italië tot Portugal. Van de Maghreb tot ver in Frankrijk. Denk bij de laatste aan de enorme bronzen Griekse urn uit 600 voor Chr., die gevonden werd in Vix. Allemaal per land weergegeven in kaarten, met aanduidingen van druivenrassen en terroir.
We belanden in de Middeleeuwen, het tijdperk dat wijnbouw vooral een bezigheid was van de clerus. Je ziet op de kaarten, dat in heel Europa wijn wordt gemaakt, ook in noordelijker streken zoals Duitsland, Engeland en Oostenrijk. Maar via onderzoek ontdekten Jules en Adrien, dat ook Oezbekistan en China al een geduchte wijncultuur kenden. Vanaf ongeveer 1500 gaat het huidige België een toontje meezingen en na 1800 zie je de proliferatie van wijnbouw naar de nieuwe landen, van Argentinië tot Madagskar en van Californië tot Australië. Nederland is een relatieve nieuwkomer, net als India, Polen, Zweden en Thailand. Ach met de moderne technieken kun je op veel plaatsen wijn maken. Oenoloog Michel Rolland beweerde eens stellig dat dat ook op de maan mogelijk moet zijn. Tot slot besteden de schrijvers aandacht aan de herkomst en verspreiding van bekende druivenrassen.
De wijnkaart asjeblieft is een heerlijk snuffelboek, een eye opener- en een “oh juist zo zat het”wijnboek vol weetjes en mooi vormgegeven kaarten. Een must have voor wino’s zoals ik. Gereons Keuken Thuis gaat er zijn voordeel mee doen tijdens wijnpraatjes.
De Wijnkaart asjeblieft. door Adrien Grant Smith-Bianchi en Jules Gaubert-Turpin (ISBN 97890215773274) is een uitgave van Kosmos en is te koop voor € 25,00.
Noot: dit boek werd mij als recensie-exemplaar gestuurd door de uitgeverij. De bespreking hier is mijn eigen mening. Lees ook de disclaimer
foto: entree zomertentoonstelling Van Gogh en de zonnebloemen.
Van Gogh en de zonnebloemen. In veel gevallen associëren we de schilder Vincent van Gogh met zijn emblematische schilderijen van zonnebloemen. Twaalf hadden het er moeten worden, uiteindelijk werden het er zes in totaal. Eén stilleven ging verloren door een brand in WO II. De overgebleven vijf hangen nu in verschillende musea in de wereld. Vincent van Gogh vond zijn zonnebloemschilderijen zijn beste werk. Ook vriend en collega-schilder Gauguin was onder de indruk van de zonnebloemen. Net als broerTheo en de critici. Na zijn dood op jonge leeftijd kregen deze schilderijen al snel een sterstatus. Van Gogh was de eerste schilder, die zonnebloemen ging schilderen.
foto: zonnebloem in tuin Montmartre.
Verschillende kunstenaars gingen Van Gogh voor met andere bloemstillevens, maar al in zijn tijd in het Parijse Montmartre koos Vincent voor deze bloem, die voor hem een bijzondere uitstraling had. Na zijn vertrek uit Parijs, schilderde hij in Arles diverse stillevens met een vaas met zonnebloemen. Geel op geel, maar de zonnebloem stak ook af tegen de azuurblauwe luchten van de Provence. Van Gogh decoreerde zijn gele huis ermee. Gauguin was onder de indruk. Hij portretteerde Vincent al zonnebloemen schilderend. De vriendschap tussen Van Gogh en Gauguin kreeg door zijn psychose een dramatische wending. Vincent probeerde de vriendschap te herstellen en schilderde speciaal voor Gauguin een stilleven, dat nu na een periode van onderzoek en restauratie, weer is te bewonderen in het Van Gogh museum, aan de voorzijde, maar nog bijzonderder ook aan de achterzijde.
foto: de wereldberoemde vaas met zonnebloemen terug op zijn plek.
De schilder kwam namelijk wat ruimte te kort en verlengde het doek aan de bovenkant met een latje. Nu is duidelijk deze ingreep te zien tijdens deze tentoonstelling. Reden voor het onderzoek was tweeledig. Het schilderij is 130 jaar oud nu en vertoonde de nodige verkleuringen. Ten tweede wilde het Van Gogh museum onderzoeken, wat eerdere restauraties en retouches hebben gedaan met de zonnebloemen. Hiervoor was apparatuur nodig. Het bijzondere feit, dat de zonnebloemen niet en nooit meer kunnen reizen, maakte dat de benodigde mobiele apparatuur naar Amsterdam reisde. UVA hoogleraar conservering Ella Hendriks maakte dankbaar gebruik van de techniek en haar bevindingen zijn te zien tijdens deze zomerexpositie.
foto: collage van zonnebloemen wereldwijd.
Naast de zonnebloemen zijn er tussen de 23 getoonde werken bijzondere, niet eerder geëxposeerde bruiklenen te zien. Zinnias in een majolica kan (1888) uit een particuliere collectie en Vrouw in profiel voor ‘Zonnebloemen’ van Isaac Israëls (1916-1920), uit de collectie van de Fundatie in Zwolle. Verder is te zien hoe Van Goghs beroemde stillevens van zonnebloemen andere kunstenaars hebben beïnvloed, zoals Edvard Munch met zijn Bloedende man en zonnebloem. Tot slot is op de derde verdieping een werk uit 2015 van kunstenaar Matthew Day Jackson te zien. Het heet Verwoest door vuur en gaat over het zonnebloemenstilleven, dat tijdens het bombardement van Osaka werd verwoest.
foto: Vrouw in profiel voor “Zonnebloemen”
Van Gogh en de zonnebloemen is een fijne zomertentoonstelling om te bezoeken, vanwege het geel en de schilderijen, maar ook vanwege de schat aan informatie, die voortkwam uit de recente onderzoeken en restauratie. De tentoonstelling is te zien van, hoe kan het ook anders, 21 juni, begin van de zomer, tot en met 1 september 2019, als de meteorologische zomer eindigt. En de zonnebloemen in het veld vaak het mooist zijn.
foto: het gele huis in Arles.
Meer informatie over deze tentoonstelling vind je op de website van het Van Gogh museum
foto: Is de zonnebloen niet de zomerbloem bij uitstek?
HET RECEPT
Gereons Keuken Thuis kan het natuurlijk niet nalaten om bij de zonnebloemen een recept te plaatsen voor sardines met Antiboise en geroosterde zonnepitten. Om het zomers te houden, drinken we er een Tavel rosé bij.
Sardines met Antiboise:
Nodig:
4 sardines schoongemaakt
1 citroen
zout
peper
1 el peterselie gehakt
aluminium folie
2 ontvelde tomaten
50 g gehakte zwarte olijven
3 el zonnebloemolie
2 tenen knoflook
1 el kappers
1 el rode wijn azijn
2 el gehakte peterselie
4 el zonnepitten
Bereiding:
Kruis de tomaten met een mesje in en leg in heet water. Daarna laten schrikken in koud water. Ontvel de tomaten en haal de zaadlijsten eruit. Snijd fijn. Hak de knoflooktenen fijn. Verhit wat zonnebloemolie en fruit de knoflook kort. Laat niet aanbranden, want dan wordt de saus bitter. Voeg de tomaten toe en laat kort sudderen. Als laatste de olijven. Schep uit pan in kommetje voeg peper, zout, peterselie.kappertjes en rode wijnazijn toe. Rooster de zonnepitten kort.
Snijd de citroen in acht partjes. Houd vier partjes apart. Vul de buik van de sardines met een partje citroen, peterselie, zout en peper. Pak de sardines in folie en zet ze in oven van 180 graden. Na ongeveer 10 tot 15 minuten zijn ze klaar, al naar gelang de grootte van de vis. Serveer de vis met wat Antiboise saus, bestrooi met wat geroosterde zonnepitten en een partje citroen.
BOSH! Ik val op deze woensdagmorgen maar meteen met de deur in huis. Ik begin het dreinende toontje van veel veganisten een beetje zat te worden. Niet vanwege het feit, dat ik een nog vleesetende omnivoor ben of vegan food niet lekker vind. Ik heb vaak moeite met de competitie- en zendingsdrang van veel vegans. Alsof je leven ervan afhangt. En alsof het je een beter mens maakt dan iemand anders. En dan vergeet ik nog de badinerende, licht diskwalificerende toon, die veel vegans aannemen op de social media. Jammer, want vegan of plantbased eten is in mijn ogen technisch een verrijking van je keukenrepertoire. Al dan niet uitgebreid met een stukje vlees of vis. Of juist eens niet? Laten we afspreken, dat als het voortaan over plantaardig eten gaat de farizeeër-modus wordt uitgezet. Tot zover mijn matineuze vermaning.
Want ik wil het vandaag over BOSH!, simpele recepten, ongelooflijke resultaten, helemaal plantaardig. hebben. Het nieuwe vegan kookboek van Henry Firth en Ian Theasby. Als je deze heren uit Sheffield drie jaar geleden had gevraagd, wat zij van vegan food vonden, had je dat waarschijnlijk komen te staan op een driewerf HUH? De lads begonnen Bosh.tv en werden in no time vegan celebs in heel Blighty. Gereons Keuken Thuis denkt, dat dit komt door het afwezig zijn van dat pruilende millennial toontje. Vegan eten is leuk en dat stralen deze mannen uit. Geen ingewikkeld gedoe, gewoon lekker koken en knutselen met plantaardig eten.
Video: de creamy carbonara.
BOSH! begint met wat essentials, zoals keukenspullen, ingrediënten en wat heel leuk is, feestelijke menu’s voor weekendkoks. Doordeweeks gaan Henry en Ian voor snel, maar voor gasten pakken ze graag uit. Zo is er de romige carbonara als binnenkomer, een uitdaging om de umamismaak van spek en de creaminess van ei te evenaren. De guacaroni zou niet misstaan tijdens de #dagvandepastasalade. Of de puttanesca zonder vis. De twee heren schuwen ook het grotere werk niet, zoals een Guinness champignonpie (wat zou je daar nu bij drinken?), onweerstaanbare risotto of het topgerecht Pettigrews vegan paella. Alles in een setting waar je vrolijk van wordt, net als de knaloranje binnenkaft van dit boek. Gereons Keuken Thuis wil wel eens aanschuiven voor hun big roast. Of #alfresco voor de BBQ coleslaw of Buffalo wings, gemaakt van bloemkool. De vrolijkheid spat ervan af. Uiensoep ontbreekt niet, met een mooi alternatief voor vleesbouillon. En tot slot, het is zomer, de cocktails. want vegan betekent niet dat je je drinks veronachtzaamt. Dat is wat ik bedoel met dit kookboek, het is vegan food zonder het H woord, zonder hel en verdoemenis. En gezondheidsclaims. Eigenlijk heel LUBM .
Hoofdredacteur Francis Wehkamp van Fontaine had het bij het juiste eind, toen ze me in april tipte over dit kookboek. Want of je nu minder vlees wilt eten, of helegaar de transitie naar plantbased wilt maken, Firth en Theasby koken erop los in BOSH! Gereons Keuken Thuis zou zeggen, kijk hun video’s en lees hun kookboek, dan verdwijnt alle ballast, die om vegan food heen hangt als sneeuw voor de zon! BOSH! wordt een zomerhit in mijn keukentje.
BOSH!, simpele recepten, ongelooflijke resultaten, helemaal plantaardig. Henry Firth & Ian Theasby (ISBN 9789059569089) is een uitgave van Fontaine en is te koop voor € 27,00.
Noot: dit boek werd mij als recensie-exemplaar gestuurd door de uitgeverij. De bespreking hier is mijn eigen mening. Lees ook de disclaimer
Talk and table met Janneke Vreugdenhil. Ik leerde schrijfster en journaliste Janneke Vreugdenhil kennen bij de verschillende boekpresentaties en andere events, waar wij als culinair schrijvers regelmatig te vinden zijn. Zo was Janneke een keer mijn partner in crime tijdens het maken van kimchi tijdens een vegan workshop. We hebben toen veel lol gehad! De goedlachse NRC kookrubriek journaliste is een multi getalenteerde schrijfster van kookboeken en kan één de kookboekendiva’s van Nederland worden genoemd. Denk aan SOLO food, dat ook buiten onze grenzen een groot succes is en het ontzettend leuke feestboek Altijd feest, want met het laatste is Vreugenhil wel behept. In mei verscheen haar nieuwe boek uit over groenten: We love groente, waarmee een nieuwe teerm #plantificeren het licht zag! Haar boek I love groenten uit 2014 werd verkozen tot het lekkerste vegetarische kookboek. Soms wordt Janneke “the Dutch Nigella” genoemd, las ik in een interview met een Britse krant. Hoe beleeft zij dat? Maar nu laten we Janneke zelf aan het woord in en nieuwe aflevering van talk and table. Als #zomergast. Ik wil alles van haar weten en beloon deze lieve vrouw dan met een speciaal recept voor haar met een bijpassende wijntip.
foto: cover We love groente.
Wie is Janneke Vreugdenhil. Vertel eens iets over jezelf?
Nou zeg, wat een openingsvraag! Wat antwoorden jouw zomergasten daarop zoal? Oké, laat ik dit over mezelf vertellen: Ik kan een aardig potje koken, maar er ontploft evengoed regelmatig iets in mijn keuken. (Het zo’n flauwe gewoonte van culinair journalisten om net doen of ze alles weten en kunnen. Dan hebben we daar maar meteen mee afgerekend.)
Wat doe je op dit moment? Wat houd je bezig, naast je nieuwe boek en je kookcolumns?
Van je hobby je beroep kunnen maken is natuurlijk een groot voorrecht, maar het gevaar bestaat dat je voor je het weet geen hobby’s meer hebt. Dat alles wat je doet werk is geworden. Dat dreigde om eerlijk te zijn wel een beetje te gebeuren in mijn leven. Daarom ben ik een half jaar geleden begonnen met kleien. Ja echt, het klinkt kinderachtig maar ik vind het fantastisch om te doen, zo ontspannend. Ik las laatst in NRC een artikel met de kop: kleien is het nieuwe yoga. Ik doe aan allebei, hoe cliché wil je het hebben, ha! Maar goed, ik zit dus elke dinsdagochtend in het atelier van een bevriende kunstenares en keramiste met mijn handen in de klei. Maar hoewel ontspanning nog steeds het enige doel daarvan is, komen er toch weer als vanzelf werkgerelateerde dingen uit. Heb ik opeens een serie borden of schaaltjes gemaakt, of, zoals laatst, een kreeftenstaart geboetseerd.
Vertel eens iets over je interesse in food? Hoe is die ontstaan? Ik zag dat je jurist bent (ben ik ook) en in de culischrijverij terecht bent gekomen.
Die interesse was er al vroeg. Ik kom uit een gezin waar veel aandacht was voor eten. Mijn moeder kookte (en kookt nog steeds) graag en was altijd bezig nieuwe recepten uit te proberen. Als klein meisje deed ik haar dat al na, dan stond ik aan het aanrecht te knoeien met koffiedik en Roosvicee en afwasmiddel en vond ik zogenaamd nieuwe drankjes uit. Vanaf mijn twaalfde kookte ik ongeveer een keer per week het avondeten. Heel vaak Aziatisch, dat was mijn favoriete keuken.
Na de middelbare school twijfelde of ik rechten zou gaan studeren of naar de school voor journalistiek. Het werd rechten, in die tijd een studie waarmee je alle kanten op kon. Dat blijkt ook wel uit het feit dat ik daarna alsnog de journalistiek in ben gerold. Het begon met een paar recepten en artikelen voor tijdschriften en voor ik het wist had ik een dagelijkse kookcolumn in NRC.next.
Wat zou je doen als je één keuze had tussen schrijven en een ander beroep? Wat was je dan geworden? Geen compromis mogelijk.
Als je het me lang geleden had gevraagd had ik gezegd: rechter of officier van justitie. Maar hoewel me dat nog steeds mooie beroepen lijken zeg ik nu: fotograaf en/of documentairemaker. Toch weer beroepen waarin je verhalen vertelt, alleen niet, zoals ik nu doe, met woorden, maar met beeld.
Bij jouw stukken en in je kookboeken merk ik altijd dat jij heel praktisch kookt. En op een feestelijke wijze. Hoe doe je dat?
Praktisch en feestelijk? Goh, daar denk ik nooit zo over na omdat het nu eenmaal is zoals ik kook. Maar goed, ik denk dat dat wat jij ‘praktisch’ noemt, zit in het feit dat mijn recepten altijd gewoon in de keuken ontstaan. Al kokend, onder mijn handen. Ik zit ze niet achter mijn bureau te verzinnen, zeg maar. (Dat klinkt logisch, maar je moest eens weten hoeveel kookboeken geschreven worden zonder dat er ook maar íets wordt uitgeprobeerd.) Het is pas wanneer je ze echt maakt dat je erachter komt dat het handig is om het net even zus te doen, of net even zo. En dat schrijf ik dan ook op, zo duidelijk mogelijk.
Voor wat betreft dat feestelijke: ik word over het algemeen heel vrolijk van lekker eten, en van het proces daarnaartoe, het koken dus. Ik vermoed dat je dat kunt teruglezen in de stukje die ik bij zo’n recept schrijf, en dat dat is waar jij zo’n feestelijk gevoel bij krijgt. Klopt dat? Ja, klopt wordt er vrolijk van.
Wat is minst aantrekkelijke kant van het schrijven van een kookboek voor jou?
Het maken van het register. Dat laat ik altijd graag over aan een redacteur.
En wat is de meest aantrekkelijke kant van het schrijven van een kookboek voor jou?
Alles behalve het maken van het register, haha. Serieus, ik geniet enorm van elke fase van het proces. En niet in de laatste plaats van de fase waarin de fotografie tot stand komt. Ik werk bijna altijd met bevriende fotografen en het worden altijd zulke gezellige dagen. Superhektisch, heel vermoeiend, maar zo bevredigend.
Staan er nog andere projecten op stapel dit jaar?
Niks wat ik nu al aan jouw nieuwsgierige neus ga hangen, lieve Gereon! (Lees: er zit allerlei spannends in het vat, maar het is nog iets te vroeg om daarmee naar buiten te treden.)
Wat vind jij een goddelijke maaltijd?
Een kom Aziatische noedelsoep. Of het nu een Japanse ramen is of een hete Thaise soep, zo’n geurige, pittige soep met van die glibberige noedels die je met behulp van twee stokjes naar binnen laat slipperen is een van de fijnste dingen ter wereld om te eten.
Soms wordt jij de Nederlandse Nigella Lawson genoemd? Welke overeenkomsten zie je zelf?
Ach ja, als één journalist dat een keer heeft geroepen, staat het voor je het weet op je Wikipediapagina 😉 Maar goed, ik snap het ook wel eigenlijk. En dan heb ik het niet over Nigella’s looks, maar over het feit dat wij allebei schrijven over huiselijk eten. We zijn geen chefkoks, we zijn gepassioneerde thuiskoks die huiselijk eten koken voor hun kinderen en vrienden en daar verslag van doen. Daarbij houden we allebei wel van een klont boter en een scheut drank in de pan. Ook zijn we beiden journalist en bewaren we een zekere gezonde distantie tot al te hip voedsel en gekke trends.
En natuurlijk welke wijnen, ik weet dat één keuze niet mogelijk is?
Ik ben altijd meer een rood-drinker dan een wit-drinker geweest. Een van mijn favoriete druiven is de Pinot Noir. Maar de laatste jaren kom ik vaak in Spanje en daar drinken we vaak wat steviger rood.
Wat lust je echt niet en waarom niet?
Ik kan maar 1 ding verzinnen: gekonfijte gember. Dat vind ik al mijn hele leven vies. Terwijl ik van verse gember geen genoeg kan krijgen. Gek hè.
Waarheen ga je het liefst naar op reis?
Als het over eten gaat: Azië. Dat vind ik culinair gezien echt het spannendste continent. Neem nou China. Ik ben er nooit geweest, maar het land staat hoog op mijn verlanglijstje. Ze gebruiken daar heel andere kooktechnieken dan in het westen. Zoals eerst iets frituren en het daarna laten sudderen, of zoals het marineren van vlees met een schepje zetmeel, waardoor dat vlees zijdeachtig zacht wordt. Ik vind zulke dingen allemaal reuze inspirerend.
En misschien een rare vraag. Ik las dat jij en je novio in BCN gebakken graatjes aten? Is dat wat?
Haha, ja dat moet je echt eens proberen. Mijn verkering en ik aten dat tijdens onze eerste date in een oude vissersbar in Barceloneta. Ze weken die graten eerst in melk, halen ze daarna door de bloem en frituren ze. Een oeroud lokaal gebruik en tegelijkertijd helemaal van deze tijd want no waste!
foto: Altijd feest voor Janneke Vreugdenhil
Het recept en de wijn voor Janneke.
Dank je wel voor het meedoen aan talk and table en je leuke antwoorden, Janneke! Een mooie combinatie Oosters eten en Pinot Noir wijnen. Altijd een mooie tegenhanger voor pittige Aziatische smaken. Nu is Gereons Keuken Thuis daar niet zo mee behept, Omdat Janneke aangeeft niet van poespas te houden, maar wel van technieken ontdekken , combineer ik er een aantal. Ik maak voor haar gepaneerde kipdijfilet met geroosterde komkommer en lenteui en homemade gefermenteerde spitskool. Je kunt dit serveren met een dash Japanse soyasaus of ketjap manis en wat noedels in bouillon of, zoals ik deed, wat wilde rijst. Erbij geen Bourgogne, maar een rode Mount Riley Marlbourough pinot noir uit Nieuw Zeeland.
foto: Madras curry kip met gegrilde komkommer en spitskool pickles.
Nodig 2 personen:
4 kipdijfilets
1 ei
bloem
Madras curry of vadouvan.
paneermeel
zout & peper
1 komkommer in repen
4 lenteuitjes
1/2 chilipeper ter garnering (fac.)
Japanse soyasaus of ketjap manis.
1/2 spitskool fijngesneden
2 tl chilivlokken
zout
Bereiding:
Begin daags ervoor met de pickles van spitskool. Snijd de spitskool fijn en was deze laat uitlekken. weeg de gesneden kool en voeg 2% zout toe. Kneed het zout er goed door. Voeg naar smaak chilivlokken toe. Doe de kool in een tsukemonopers of als je die niet hebt in een bak waarin je een glas met water of iets anders zwaars zet. Laat het geheel 8 uur op kamertemperatuur trekken en zet daarna in de ijskast tot gebruik. Voor gebruik de koolreepjes uit het fermentatievocht halen.
Meng op een bord bloem, 2 tl madras curry, peper en zout door elkaar en haal de kipdijfilets er doorheen. Kluts de eieren en laat de kipdijfilets hierin even baden, daarna haal je ze door paneermeel gemengd met 2 tl currypoeder. Wil je het sterker? Gewoon meer spice gebruiken. Verhit een flinke wat olie en bak het vlees krokant en bruin. Haal het vlees uit de pan en bedek met folie. Fruit in de olie snel wat ringetjes Spaanse peper. (facultaftief, want Gereons Keuken Thuis was het op de zaterdag van bereiding van dit recept spontaan vergeten)
Was de komkommer en snijd deze in de lengte door. Haal de zaadlijsten eruit en snij in smalle sticks. Haal het schutblad van de lenteui, was deze en kort iets in. Verhit een grillpan ingestreken met wat olie, maar niet te veel en gril komkommer en lenteui. Haal de groente van de grillpan en bestrijk met wat Japanse sojasaus of zoals ik deed met ketjap manis.
Hilton haringparty 2019. Donnerwetter, wat viel er veel regen de hele dag, maar precies toen Gereons Keuken Thuis op zijn fietsje richting de Apollolaan werd het droog, althans tot op de hoogte van de Koninginneweg. Tijd voor de haringparty 2019 van Hilton Amsterdam, het jaarlijkse spektakel in de tuin van dit heerlijke hotel in Zuid. Geen zonnetje dit jaar tijdens de 27e editie en de honderdste verjaardag van Hilton, maar dat mag de pret niet drukken. A propos als je toch aan de Apollolaan vertoeft neem dan ook even de mooie beeldenroute mee van Art Zuid 2019. De beelden staan er nog tot en met 19 september en zijn zeker de moeite waard.
foto: met vriendin en vega-optioneer Joke Boon #fotomomentje
De haringparty wordt georganiseerd in samenwerking met vishandel Jan van As, die al meer dan 65 jaar gaat voor smaak en kwaliteit. De 800 gasten wachten elk jaar in de tuin aan het Amstelkanaal, tot om half zeven het eerste vaatje Hollandse nieuwe wordt gepresenteerd. Deze keer met een heus waterballet van een bevallige nimf. Waarmee het nieuwe haringseizoen de jaarlijkse aftrap beleeft, om maar in sporttermen te blijven. Daarna is het smullen geblazen van deze heerlijke Hollandse delicatesse. Navraag leerde dat de kwaliteit dit jaar zich nog moet ontwikkelen, de ene haring was vet, de andere minder, maar we hebben nog een zomer te gaan. De haringparty gasten zijn een mooie mix van zakenmensen, sterretjes, journalisten, influencers, mensen uit de reis- en hotelwereld, BN’ers en hoe kan het ook anders diva Marijke Helwegen, deze editie in blauw met een hoedje met witte voile.
foto: Roberto Payer neemt het eerste vaatje in ontvangst.
Gereons Keuken Thuis liet het zich goed smaken in gezelschap van vega-optioneer Joke Boon, architect Cees Dam, Shyama culinair Hopman, Mara Grimm en vele anderen, die ik gedurende dit evenement sprak. Veel bekende gezichten, funky muziek en gezelligheid onder Amsterdamse wolkenhemel. Met een rond buikje vertrok Gereons Keuken Thuis weer westwaarts na deze editie van de Hilton haringparty. Dank aan Roberto Payer, team van het Hilton en Marieke Klosters voor de gastvrije ontvangst. Ik heb weer genoten. Tot de volgende keer!
foto: als uit het niets duikt een schone nimf het eerste haringvaatje op.
Om in de sfeer van Hilton haringparty 2019 te blijven bedacht ik een haringsalade. Wat roggebrood, een lik zilte boter en een glaasje Corenwijn erbij en en het is heerlijk toeven in de tuin, op het balkon of aan het strand. Fijn weekend!
Nodig:
500 g sperziebonen.
4 hardgekookte eieren
4 nieuwe haringen
2 el rode wijnazijn
4 el olijfolie
1/2 el mosterd
1 grote gekookte aardappel
1 rode ui
peper en zout
paar takjes dille
gehakte peterselie
Bereiding:
Maak de sperziebonen schoon en snijd deze in stukjes. Kook ze kort in water met ruim zout. Giet af en koel de bonen met wat koud water. Kook de eieren en pel ze. Schil de van te voren gekookte aardappel en snijd deze in stukjes. Snipper de rode ui fijn. Doe de sperziebonen, ui en aardappel in een kom en meng deze door elkaar. Maak een dressing van de olie, azijn, peterselie, mosterd. meng deze door de salade. Maak de salade op smaak met wat peper en zout. Snijd de nieuwe haringen in tweeën. Snijd de hardgekookte eieren in parten. Verdeel de salade over vier borden, leg de haringfilets en eieren er bovenop. Garneer met een takje dille.
foto: cover 150 restaurants you need to visit before you die.
Try before you die, 150 Restaurants, het nieuwe boek van influencer en tastehunter The Foodalist alias de in Brussel woonachtige Amélie Vincent. Juriste van opleiding -wat ruilen toch veel juristen hun carrière in voor een foodbestaan- , maar tegenwoordig baasje van haar eigen bureau, dat gespecialiseerd is in wereldwijde gastronomie, mensen en culturen. Vincent heeft zich altijd aangetrokken gevoeld door mensen. Als kind wilde ze verpleegster of sociaal werkster worden. Eigenlijk is ze dat uiteindelijk geworden als The Foodalist. Behalve dat zij in haar dagelijks bestaan niet te maken krijgt met patiënten of cliënten, maar wereldwijd de vinger aan de pols houdt in restaurants en bij chefs. Met het boek 150 Restaurants, you need to visit before you die wil ze een hommage brengen aan al die fijne en leuke mensen, die zij ontmoette all over the world. Ik noem het een privilege, want wie, zoals een Facebook contact van mij opmerkte, heeft de tijd en het geld om dat te doen? In haar voorwoord geeft Amélie Vincent hierop het antwoord. Natuurlijk zijn haar keuzes subjectief en moet je haar boek meer zien als een soort bucketlist. Zo zag ik het ook: lekker weglezen en -dromen bij al die mooie restaurants, die zij bezocht. Gereons Keuken Thuis was er wel zoet mee. Het boek start in Noord en Zuid Amerika, van Astrid & Gaston in Lima. (zeg nou zelf wie wil daar nu niet naartoe?) Via mooie adressen zoals Pujol in Mexico DF naar Eleven Madison, het meest stijlvolle restaurant in New York, volgens Vincent. Culi-adressen in San Francisco komen aan bod en DOM van Alex Atala in São Paulo mag niet ontbreken. Gek dat er geen enkel adres in LA instaat. Wie weet is de schrijfster daar nog niet aan toegekomen. Tot slot, ook een wens van mij om eens te bezoeken, Hartwood in Tulum, één groot culinair avontuur op Yucatán.
We steken de Atlantische Oceaan over naar ons continent. Vincent noemt de Kas in Watergraafsmeer, naast Pure C en Librije. De eerste vind ik een beetje bijzondere keuze, omdat er wel meer te vinden is op culinair gebied in Mokum en Nederland. Antwerpen is vertegenwoordigd door Nick Brils The Jane, je treft verscheidene Baskische restaurants aan, zoals Etxebarri en Mugaritz. Disfrutar in Barcelona ontbreekt niet. Kopenhagen wordt gecoverd. Vincent brengt diverse bezoekjes aan de adressen van Alain Ducasse in Monaco en Parijs. Die andere Alain, Passard passeert de revue en ik wil nog de Osteria Francescana vermelden. Allemaal adressen in de hitparade van 150 restaurants. Met deze twee continenten is bijna 4/5 van het boek gevuld. (200 van de 250 pagina’s) Het Afrikaanse continent komt er bekaaid vanaf met slechts één vermelding in Kaapstad. Dat, terwijl Kiran Jethwa met zijn Seven Grill & Lounge in Nairobi, ook vermeld had kunnen worden. Maar nogmaals het is de bucket list van The Foodalist. Tot slot bezoekt de schrijfster Azië en Oceanië, Van Tawlet in Beiroet via het modern Chinese 120 Mott 32 in Hong Kong, om uiteindelijk via het restaurant van Michel Bras in Tokio, down under te eindigen bij het eco-friendly restaurant Brae in Victoria.
En daarmee is het kringetje rond. Amélie Vincent heeft haar best gedaan een leuke wereldwijde restaurantgids te schrijven. want een goed restaurant vinden in een vreemde stad kan soms tegenvallen. Een soort try before you die, noem ik 150 Restaurants, een leuk boek voor frequent travelers, want als je er dan toch bent….. Do as The Foodalist does!
150 restaurants, you need to visit before you die. Amélie Vincent (ISBN 9789401454421) is een uitgave van Lannoo en is te koop voor € 25,99
Noot: dit boek werd mij als recensie-exemplaar gestuurd door de uitgeverij. De bespreking hier is mijn eigen mening. Lees ook de disclaimer
Zomerkost van Jeroen Meus. Je zou het, als je vandaag naar buiten kijkt, bijna niet geloven, maar de zomer zit er echt aan te komen. Gereons Keuken Thuis noemt dat altijd de #alfresco zomer. Lekker buiten koken en eten. Zomerse gerechten. Een TV kok en kookboekenauteur, die daar ook mee behept is, is Jeroen Meus. Vorige jaar waren zijn creaties voor de zomer vanuit een duinpan te zien. Ben benieuwd welke zomerse locatie deze keer op EEN figureert voor Dagelijkse Kost? We gaan het zien. In ieder geval zal de Leuvense keuken van Meus vol zomerkost staan, eten voor buiten en, ja als het dan eens regent, onder de veranda. Maar zomers is dit nieuwe boek van Jeroen in ieder geval. Geheel in zijn eigen stijl.
Zomerkost, 75 recepten voor de lekkerste zomer ooit. In het geheim maakt Meus weleens een vreugdesprongetje, hij doet zijn ogen toe, maakt een pirouette en besluit met een volmondige kreet. Een nieuw seizoen staat voor de deur. Eigenlijk is elke wisseling naar een nieuw seizoen de start van het mooiste seizoen. Ik begrijp dat wel. Niet voor niets popelde ik deze week om het startschot te geven voor de #alfresco zomer op Gereons Keuken Thuis. Zomer betekent voor Meus een Volkswagenbusje, om mee op vakantie te gaan. Verse baguettes kopen op uit de kofferbak van een oude Peugeot. Dit brood dan verslinden aan de campingtafel, lunchpakketten mee naar het strand, pensen rijgen aan stokken voor boven het vuur en vooral de zomer beleven en plezier hebben. Met food als verbindende factor. Jeroen kan er nog steeds een vreugdesprong van maken.
Het kookboek Zomerkost is heel makkelijk van opzet. Jeroen Meus geeft recepten voor de apéro, zoals gezellige tapas, Catalaanse escalivada, bocadillos con albóndigas, maar ook een leuke appetizer in de vorm van vega sushi van rode biet en granny Smith appel. De toon is gezet tijdens de borrel. Picknicken volgt, ook een hobby hier in huis. De paden op en lanen in met lekkere dingen voor onderweg of op het strand, zoals een Marokkaans brood gevuld met vlees, een lekkere fles icetea met perzik en jasmijn of een pastasalade Niçoise. (dat wordt mijn inspiratiebron voor 1 juli a.s. dag van de #pastasalade)
Er wordt geluncht met een vegetarische koude schotel, een broodje met entrecote en pico de gallo. Weet wel een broodje bij onze Zuiderburen is wat anders dan boven de lijn Cadzand – Vijlen! Er wordt natuurlijk gedineerd, lange avonden, zwoel en loom vragen om lekkere avondkost. Een mooi klassiek koninginnenhapje met zalm, schelvis en grijze garnalen, zeebaars komt voorbij en een mooie stoof van kip gamba’s en picada! Wat ik leuk vind aan de keuzes, die Jeroen Meus maakt is dat hij bij zomers eten snel denkt aan Iberische gerechten i.p.v. de tegenwoordig alom aanwezige Italiaanse zomerkost. Geeft een mooie Ibero Vlaamse touch. Jeroen Meus laat op eenvoudige wijze zien hoe hij klassieke dagelijkse kost een all over the world twist geeft. En natuurlijk ontbreekt een paella niet in dit boek. Dat vindt Gereons Keuken Thuis zomerkost optima forma. Overigens is de bouillabaisse een pagina verder dat ook. Je leest het op deze grijze zaterdag. Ik kan niet kiezen, maar één ding staat als paal boven water, met Zomerkost van Jeroen Meus binnen handbereik, is voor mij het #alfresco seizoen nu echt geopend. Gereons Keuken Thuis maakt alvast een vreugdesprongetje. Kom mee naar buiten allemaal!
Zomerkost, 75 recepten voor de lekkerste zomer ooit, Jeroen Meus. (ISBN 9789022336175) is een uitgave van Manteau en kost € 19,99
Noot: dit boek werd mij als recensie-exemplaar gestuurd door de uitgeverij. De bespreking hier is mijn eigen mening. Lees ook de disclaimer
Hoemmoes uit Gereons Keuken Thuis. Ik postte dit weekend twee foto’s op social media van Griekse kip met boter en citroen en mijn grove hoemmoes. Echt after beach #alfresco eten, want in het weekend waren de weergoden ons gunstig gezind. Zo niet de afgelopen twee nachten. Afgelopen dinsdag kon je het recept voor de “avgolemono” kipdijen met citroen en boter lezen. Vandaag, belofte maakt schuld, is het tijd voor de hoemmoes uit Gereons Keuken Thuis. Iets grover, met meer kruiden en veel look. Het kan me wel op reprimandes van hummus puristen komen te staan. Who cares? Ik vind het gewoon lekker zo. Ik noem het hoemmoes, terwijl ik in tegenstelling tot de traditionele kikkererwtenemulsie, geen tahin of techina gebruik en de olie er meteen door guts. Ik vind het weglaten van tahin een frissere smaak geven aan de hoemmoes uit Gereons Keuken Thuis, die deze reis een flinke dot peterselie en een flinke guts Peloponnesische olijfolie kreeg. Nostimo! zouden ze op dat schiereiland zeggen.
Hoemmoes uit Gereons Keuken Thuis.
Nodig:
1 pot/blik kikkererwten of zelf geweekt en gekookt
sap van 1 citroen en wat rasp
3 tenen knoflook
half bosje peterselie
2 tl komijnpoeder
1/2 tl chilipoeder
wat grof zout
olijfolie
wat lauw water
Bereiding: Doe alle ingrediënten, de kikkererwten, peterselie, knoflooktenen, citroensap en -rasp met de specerijen en zout in een hoge kom en maal fijn met de staafmixer terwijl je langzaam de EV olijfolie erbij giet en wat lauw water. Afhankelijk van de gewenste structuur kun je hard op zacht mixen. Doe in een schaal en bestrooi met wat rode paprikapoeder en een drizzle olijfolie.
Natascha bakt zonder suiker en tarwe. Op 17 mei jl ging Gereons Keuken Thuis met de metro naar de Boekhandel van Noord, om de boekpresentatie van het nieuwe bakboek van Natascha van der Stelt bij te wonen. Niet een gewoon bakboek, maar net als haar eerdere boreling Bakken met Haver, een boek waarin deze kleindochter van een bakker op zoek gaat naar alternatieven voor suiker en tarwe. Want daar voelt deze schrijfster zich gezonder bij. Door trial en error wist zij heel veel recepten om te zetten naar baksels zonder suiker en tarwe. Vooral suiker is een dingetje, want veel mensen denken dat je alleen witte geraffineerde bietensuiker moet vervangen. Maar helaas, helaas honig, agavesiroop, dadels en andere suikers zijn net zo hard suiker. Dat heeft gevolgen voor de techniek van het bakken en je keuzes. Dat maakt Natascha zo’n originele schrijfster en receptenbedenker. Deze uitdaging blijkt haar wel toevertrouwd.
Twee weken later zag ik Natascha weer, nu achter haar kraam met op de Pure Markt in Frankendael met haar boeken en bijzondere bakproducten. Want zij is een actieve vogel, gaat graag op pad om haar vondsten te tonen en delen. Zo is dit boek Natascha bakt zonder suiker en tarwe,al dan niet met een beetje styling hulp, een soloproductie. Recepten bedenken, testen, schrijven en fotografie. Natascha doet alles zelf. Gereons Keuken thuis weet hoeveel werk dat is. Maar ze is erin geslaagd. Want precies bakken is één ding, maar om zonder gebruik van de bouwstenen suiker en tarwemeel een mooi product neer te zetten is een tweede. Dat vraagt om kennis en doorzettingsvermogen. Het levert een eindresultaat op van minder zoete, edoch smakelijke baksels. Ik vind dat wel fijn, omdat ik niet zo een zoetekauw ben. Anderen zullen er misschien wat meer aan moeten wennen. Maar…vergis je niet… zoete smaak en suikerconsumptie is aangeleerd.
Nu heeft dominee Gereon genoeg georeerd. Wat maakt Natascha zoal zonder suiker en tarwe? Het boek start met veel gestelde vragen, alvorens met het eerste hoofdstuk KOEK te beginnen. Amerikaanse dubbele chocoladekoekjes, cantuccini voor in je zwarte koffie of glaasje vin santo, stroopwafels en de Fryske dûmkes ontbreken niet.
GEBAK mag er ook wezen in de vorm van appelbollen, brownies met hazelnoot (erg lekker, Gereons keuken Thuis vindt brownies vaak te zoet) en een heuse Groninger poffert. CAKE is een echte uitdaging, want je moet toch die luchtigheid zien te maken. Let wel Natascha bakt is geen vegan boek, dus eieren en boter behoren gewoon tot haar repertoire. Via TAART kom ik bij BROOD. De kleine chique haverbroodjes, zoute boter, Epoisses en glas pinot noir erbij maken mij heel gelukkig. Tot slot FEEST, hierin behandelt zij feestelijke baksels, een heus Paasbrood, taai taai en voor oud jaar oliekoecken.
En zo is dit tweede bakboek van Natascha van der Stelt weer een mooi persoonlijk document geworden. Natascha bakt zonder suiker en tarwe is een technisch goed geschreven boek, voor degenen, die willen bakken zonder suiker en tarwe, of dat nu uit noodzaak is of uit nieuwsgierigheid. Gewoon eens proberen!
Natascha bakt zonder suiker en tarwe, Natascha van der Stelt (ISBN 9789492086990) is een uitgave van Orlando en is te koop voor € 22,50.
Noot: dit boek werd mij als recensie-exemplaar gestuurd door de uitgeverij. De bespreking hier is mijn eigen mening. Lees ook de disclaimer
Griekse kip met boter en citroen. Erbij grove hoemmoes zonder tahin. Lekker after beachday eten noem ik dat, want afgelopen weekend konden we na de koude meimaand eindelijk naar het strand. Het idee van Griekse boter en citroen kip komt eigenlijk door de ei-citroensaus, die bijvoorbeeld wordt geserveerd bij gevulde wijnbladeren of door de kippensoep gaat. Avgolemeno, ei-citroensaus, is een constante in de Grieks mediterrane keuken, de dooiers en citroen binden je soep en saus. In mijn Griekse kip met boter en citroen zet ik het ei anders in. Het ei is bedoeld om de kipdijen te paneren met een mix van ras al hanout en paneermeel of panko, zo gij wilt. Daarna bak ik deze aan in een ferme klont zoute boter met een scheut Peloponnesische olijfolie van mijn lieve vriendin S. Overigens ging die groene feestelijke olijfolie afglopen zondag samen met een flinke dash chilipoeder ook over de hoemmoes. Feestelijk en makkelijk na een zonnige stranddag, We dronken er een frisse witte Chileense sauvignon bij.
Griekse kip met boter en citroen
Nodig:
8 kipdijfilets
2 citroenen
fijngehakte knoflook
4 tl ras al hanout
bloem
1 of twee eieren
boter
gehakte peterselie
zout en peper
olijfolie
witte wijn
paneermeel
Bereiding:
Meng op een bord bloem, 2 tl ras al hanout, peper en zout door elkaar en haal de kipdijfilets er doorheen. Kluts de eieren en laat de kipdijfilets hierin even baden, daarna haal je ze door paneermeel gemengd met 2 tl ras al hanout. Wil je het sterker? Gewoon meer spice gebruiken. Verhit een flinke klont boter en wat olie en bak het vlees krokant en bruin. Haal het vlees uit de pan en fruit de fijngehakte knoflook. Pers een citroen uit en blus de jus met het sap en wat witte wijn. Laat kort sudderen. Voeg eventueel nog wat klontjes boter met bloem ter binding van de saus toe. Serveer de kipdijfilets direct met gehakte peterselie en de saus apart in een kom. Lekker met warm Turks brood met sesam.
Binnenkort meer over de hoemmoes…..
Door de site te te blijven gebruiken, gaat u akkoord met het gebruik van cookies. meer informatie
De cookie-instellingen op deze website zijn ingesteld op 'toestaan cookies "om u de beste surfervaring mogelijk. Als u doorgaat met deze website te gebruiken zonder het wijzigen van uw cookie-instellingen of u klikt op "Accepteren" hieronder dan bent u akkoord met deze instellingen.