Talk & table met Eke Mariën.

foto: cover Keukenlab.

Talk & table met Eke Mariën. Ik leerde foodstylist, kookboekenschrijver en culikunstenaar Eke Mariën kennen bij de boekpresentatie van Bakken met Kennis, een boek dat nog steeds prijkt in Gereons kookboekenhoek. Hierin verraste hij mij met de wetenschappelijke touch van het bakken. Ook maakte ik eens samen met Janneke Vreugdenhil  kimchi tijdens een vegan workshop, die hij con brio gaf in Oost. We hebben toen veel lol gehad. Maar nu is de aanleiding een geheel andere. Eind september verscheen zijn nieuwe kookboek Keukenlab, een boek over kookprocessen. Gereons Keuken Thuis heeft de PDF al mogen inzien. De grap is dat ik dus jarenlang moleculaire workshops heb gegeven volgens het principe van Eke Mariën en zijn kompaan Jan Groenewold. The Cook & the Chemist. Tijd dus om  Eke uit te nodigen als #herfstgast. Ik wil alles van hem en zij kooktechnieken weten en beloon deze onderlegde dan met een speciaal recept en een bijpassende wijntip.

foto: Eke en Joris brengen je de fijne vegan kneepjes bij.

Wie is Eke Mariën. Vertel eens iets over jezelf? Ik hou van mensen en van eten. Daarom ben ik gaan koken. Dan weet ik zeker dat ik altijd lekker eet en dat ik altijd leuke mensen om me heen heb. Bijna alle mensen die van lekker eten en drinken houden vind ik namelijk leuk. Die liefde verbindt.

Wat doe je op dit moment? Wat houd je bezig, naast je nieuwe boek en je bedrijf Het Kookkantoor? Ik ben druk bezig met de oprichting van de Kennisclub. Een online omgeving waarin ik leden meeneem in de wetenschappelijke wereld van het koken. Dit doe ik samen met mijn compagnon Jan Groenewold. Hij is fysische chemicus en tevens de ‘cook’ van ons duo ‘Cook & Chemist’. Verder hou ik er erg van om in de weekenden vrij te zijn om bezig te zijn met m’n gezin, familie en vrienden. En eten natuurlijk. En drinken ook. 😃

Vertel eens iets over je interesse in food? Hoe is die ontstaan? Ik zag dat je via een studie communicatie in de culischrijverij terecht bent gekomen. Ja dat klopt deels. De culischrijverij is er pas later bij gekomen. Ik wilde altijd al kok worden maar m’n ouders vonden dat ik met m’n hersens moest gaan werken. Beetje een generatie ding. Na m’n studie en een korte carrière als trainer (datacommunicatie en netwerken) heb ik het roer omgegooid en ben gaan koken op een groot zeilschip. Annemarie, mijn echtgenote en destijds mijn vriendin, heeft daar een grote rol in gespeeld. Eigenlijk is zij degene geweest die me genoeg lef gaf om m’n hart te volgen. De beslissing om te gaan koken is de beste beslissing geweest in m’n leven. Vanaf dag één voelde ik me thuis in de keuken. Op dat zeiljacht voeren wij door veel exotische gebieden en heb ik veel ingrediënten en smaken leren kennen. Eenmaal aan land heb ik van allerlei dingen gedaan: een restaurant, een cateringbedrijf en een winkel. Daarnaast heb ik altijd gewerkt als receptontwikkelaar en later ook als foodstylist.

Wat zou je doen als je één keuze had tussen schrijven en een ander beroep? Wat was je dan geworden? Geen compromis mogelijk. Ik ben eigenlijk niet echt een schrijver. Ik voel me meer een kok. Maar als ik iets anders zou moeten doen dan zou ik kiezen voor een ander creatief beroep waarin je werken met je hoofd combineert met je handen.

Bij jouw publicaties en in je kookboeken merk ik altijd dat jij heel gedegen en volgens bijna wiskundig kookt. Hoe doe je dat? Ik hou er van om precies te weten waarom je kookt zoals je kookt. Als ik begrijp wat de functie is van een bepaalde stap in een recept kan ik het ook makkelijker onthouden. Bovendien geeft het me zekerheid. Dat ik controle heb op wat ik doe. Uiteindelijk komt mijn drang naar kennis dus voort uit onzekerheid.

Wat is minst aantrekkelijke kant van het schrijven van een kookboek voor jou? Het bedenken van het concept. Nadenken over de fotografie, styling en vormgeving en het verzamelen van de theorie en receptuur.

En wat is de meest aantrekkelijke kant van het schrijven van een kookboek voor jou? Het concept vertalen naar een boek. Dus eigenlijk de productie van het boek zelf. Creëren is gewoon leuker dan produceren.

Staan er nog andere spannende projecten op stapel dit jaar? Ik vertelde net al over de Kennisclub. Dat vind ik een spannend project omdat ik heel erg benieuwd ben hoe die club gaat aanslaan bij het publiek. De volgers van Koken met Kennis, inmiddels zo’n 10.000 zijn natuurlijk de eerste doelgroep maar wie weet brengt de Kennisclub weer nieuwe onverwachte kansen met zich mee.

Wat vind jij een goddelijke maaltijd? Oef. Moeilijke vraag. Ik hou eigenlijk het meest van de Aziatische keuken. Zeker nu ik steeds minder vlees en vis eet vind ik deze keuken het interessantst. Met een goed gebruik van kruiden en specerijen kun je ook hartige en verzadigende smaken creëren zonder dierlijke eiwitten. Maar terug naar je vraag. Een goddelijke maaltijd: een verzameling van Asian streetfood denk ik. Lekker pittig en afwisselend.

Wat vind jij van vegan koken, is het een culinaire werkwijze, die je belangstelling heeft? En hoe ga je om met de moral supremacy van sommige vegans? Ik vind vegan interessant omdat het je uitdaagt tot innovatie. Je moet harder nadenken om hartige en verzadigende smaken te creëren in de keuken. Ook vind ik minder vlees en vis eten belangrijk uit oogpunt van milieu. Het is gewoon niet efficiënt om massaal dieren te voeden met eten dat we net zo goed zelf op kunnen eten. Dat kost minder ruimte, minder water en minder energie. Veganisme vereist veel discipline van mensen die al lang in een bepaald eetpatroon zitten. Ik kan er zelf in ieder geval niet in volharden. Maar gelukkig merk ik dat het voor jonge mensen veel makkelijker is om vegan te worden. Moral supremacy is een probleem voor iedereen die teveel opgaat in een bepaalde levensovertuiging. Je moet je altijd blijven openstellen voor andere ideeën en gewoonten. Dat is de voorwaarde voor een echt rijk leven.

En natuurlijk welke wijn(en), ik weet dat één keuze niet mogelijk is? Wijn is altijd een beetje een ondergeschoven kindje geweest, qua kennis dan. Wijn laat ik het liefst aan kenners over. Gelukkig heeft m’n zus een wijnhandel…

Wat lust je echt niet en waarom niet? Ik hou niet van lever. Vermoedelijk omdat m’n vader het vroeger zo lang bakte dat het gortdroog en taai werd. En het was geen optie om het te laten staan.

Waarheen ga je het liefst naar op reis? Momenteel staat Japan het hoogst op mijn verlanglijstje.

En misschien een rare vraag. Wat voor een nieuwe workshop van iets dat nog niet bestaat zou je willen vormgeven? Receptuur ontwikkeling. Ik denk dat ik mensen in een workshop kan leren hoe je een goed recept ontwikkeld. Daarbij gebruik makend van je eigen ervaring, klassieke recepten, trends, foodpairing en kennis over hoe wij smaak waarnemen.

Wil je nog iets anders vertellen….delen? Samen koken en eten is de beste manier om je met andere mensen te verbinden. Iedereen moet eten en er zijn maar weinig mensen die er niet van houden. Daar wil je dan ook liever niet samen mee eten. 😊

foto: snijbiet uit de Kinkerstraat

Dank je wel Eke voor je leuke antwoorden! Jij bent een basic koker, die veel met processen en uitgesproken smaken bezig is. Dus kreeg ik al snel het idee, om voor jou een plantbased pastarecept te maken, dat je al naar gelang het seizoen kunt uitbreiden met andere groenten en of  vlees. Een combinatie van zoet, zacht, pittig en crunch. Een hele modulaire manier van koken, waar ik vaak onder het mom van pasta van mijn tante Canasta over schrijf. Assembleren dus. Voor #herfstgast Eke zak ik af naar de dreven van Bourgondië en  maak ik een tagliatelle met snijbiet, met grof zout en chilivlokken  geroosterde pompoen uit de oven, druiven en geroosterde noten. Het fijne van dit basisrecept is dat je alle smaken combineert en het desgewenst kunt uitbreiden met wat gebakken spekjes, eigeel en boter, op vegetarische wijze met oude kaas of je laat het gewoon vegan. We drinken erbij een Mâcon chardonnay bij uit de zuidelijke Bourgogne, vieilles vignes van Cave Talmard uit Uchizy, met een neus van honing en een snuifje nootmuskaat voor bij dit herfstige gerecht.

foto: pompoenen in de tuinen van West

Het recept voor Eke Mariën.

Nodig:

300 g tagliatelle met of zonder ei

100 g witte druiven zonder pit, gehalveerd

1/2 pompoen in kleine blokjes

3 teentjes knoflook

2 tl chilivlokken

1 tl pimentón de la Vera

grof zeezout

75 gram gehakte hazelnoten

fijn gesneden snijbiet

EV olijfolie

peper & zout

additioneel: 50 g boter, eidooier en oude kaas.

Bereiding:

Snijd de pompoen in kleine blokjes en bestrooi deze met wat chilivlokken, zout en voor de rokerigheid wat pimentón de la Vera. Schenk er ruim olijfolie over. Zet de oven op 200 graden en rooster de pompoen 20 minuten. Prik er tussendoor met een vork in de pompoen moet niet te gaar worden. Snijd de pitloze druiven in tweeën en zet apart. Hak de teentjes knoflook fijn.  Bak in een droge pan kort de hazelnoten aan. Kook de tagliatelle volgens aanwijzing op het pak en laat uit lekken. Bewaar wat kookvocht. Verhit een beetje olie in de pan en fruit kort de knoflook, voeg de snijbiet en druiven toe toe en bak kort. Daarna kan het assembleren beginnen. Voeg de geroosterde noten toe, de pompoenstukjes en de tagliatelle. Meng het geheel goed, maak op smaak met wat peper en zout, voeg eventueel wat pastawater toe en serveer direct op borden met een flinke klont boter, kaas of eigeel uit een dop. Het laatste presenteert altijd vrolijk. Wil je het strikt vegan houden? Dan volstaat een flinke scheut olie.

Tip: de snijbiet kun je later in het seizoen vervangen door palm- of boerenkool.

foto: la presse silecncieuse, wit van Talmard.

Keukenlab, Eke Mariën & Jan Groenewold (ISBN 9789038805955) is een uitgave van Nijgh Cuisine en kost € 32,50

De volgende #herfstgast in mijn serie talk & table is Nadia Zerouali. Ben nu al benieuwd naar haar antwoorden.

Talk & table met Francis Kuijk.

foto: Francis Kuijk op haar homepage.

Talk  & table met Francis Kuijk. Ik ontmoette deze kook en schrijfster voor het eerst dit voorjaar tijdens de presentatie van haar Basisboek Indonesisch in restaurant Happy happy Joy joy in Amsterdam Oost. Gereons Keuken Thuis moet eerlijk zeggen, dat hij deze favoriet uit het programma HHB (Heel Holland Bakt) nooit eerder had ontmoet, noch haar andere (bak)boek had gelezen. Ligt vooral aan mij, ontdekte ik. Waarschijnlijk doordat veel afleveringen van HHB mij ontgaan. Maar dat terzijde. Ook tijdens de presentatie van het boek was er weinig tijd om elkaar te spreken. Wat doe je dan? Je nodigt een schrijver uit voor talk & table. Mijn interesse was gewekt door de Indische of moet ik zeggen Indonesische keuken van de Australisch/Nederlandse vedette met Indo roots. In haar boek legt ze voor leken zoals ik uit, hoe je snel een gezellige maaltijd maakt, want daar draait het om bij Francis. Allemaal samen aan tafel. Maar nu laten we Francis zelf aan het woord in als #herfstgast in een nieuwe aflevering van talk & table.  Ik wil alles van haar weten en beloon deze lieve vrouw dan met een speciaal recept voor haar met een bijpassende wijntip.

Wie is Francis Kuijk. Vertel eens iets over jezelf?

Wie ben ik? Een Nederlands-Indische-Aussie, helemaal thuis in ons prachtig kikkerlandje. Een levensgenieter. Ben een mensen-mens met een passie voor heerlijk eten, bakken en koken. Koken boeit mij, maar wat ik net zo boeiend vind is om mensen te zien die het beste uit zichzelf durven te halen.

Wat doe je op dit moment? Wat houd je bezig, naast je nieuwe boek en je nieuwe programma bij MAX?

Mijn nieuwe boek heeft mij tot de zomer behoorlijk bezig gehouden. Maar ik moet eerlijk zeggen dat deze zomer een beetje in het teken heeft gestaan van het verlies van mijn moeder en vooral mijn man. Tijd genomen om tot mezelf te komen. Tijd voor onszelf. De zomerpauze is nu voorbij en er staan allerlei leuke dingen op de agenda; de primeur van het “Basisboek Indonesisch: de Masterclass”, 50+ Beurs, allerlei foodie-evenementen en er komen nog een reeks boeksigneersessies aan. Daarnaast ….. ben ik volop bezig met een nieuw project waar ik nu niet al te veel over mag/kan verklappen 😊.

Vertel eens iets over je interesse in food? Hoe is die ontstaan? Ik las dat jij voorheen als managementassistente en event coördinator werkzaam was en HHB je een zetje in de culi richting gegeven heeft?

Mijn liefde voor koken en bakken is altijd een deel geweest van wie ik ben. Mijn moeder kookte altijd thuis. Ik ben de oudste van zes kinderen. Dus ik hield me altijd bezig met jongere zusjes en broertjes. Maar ik mocht altijd koken en vooral bakken gewoon omdat ik het leuk vond. ….. Ik had sowieso 6 gewillige proefkonijnen. HHB heeft me zeker een zetje gegeven. Ik ben zo’n kookgek, die ieder kookprogramma keek en met receptuur en ideeën aan de slag ging. “Wedstrijd diners” voor mijn gezin …. Gewoon omdat het kon. Ik kon me niets mooiers bedenken om een keer mee te mogen doen. Deelnemen aan het HHB heeft mij geholpen, om in mijzelf en mijn kunnen te geloven. Ik had me wel aangemeld, wilde uiteraard ver komen, maar dacht niet dat ik het kon. Maar ervoor vechten ging ik….. dat zeker. Het programma heeft mij vooral geleerd om lef te hebben om te doen wat in je hart ligt. En na het programma werd dit bevestigd omdat mijn werkgever (waar ik overigens nog steeds werk) mij de gelegenheid gaf om met mijn passie en talenten iets te doen binnen het bedrijf. Ik ben daarom ruim één jaar on tour geweest binnen DSM met de “Deliciously Healthy Roadshow”, waar we niets meer en niets minder deden dan laten zien dat je met kleine aanpassingen gezonder en lekker kan eten. Dit deden we met pop up workshoprestaurants waar we met 20 mensen tegelijk een 30 minuten workshop een paar keer op een dag deden, gevolgd door een Tasting Table. Hoe gaaf is het als je werkgever zo in je gelooft?! Helemaal geweldig.Tegelijkertijd bleef ik ook dicht bij mezelf en met de tijd werd het mij steeds duidelijker dat het geen wat ik echt wil delen toch de Indonesische keuken is. Waarom? Het hoort bij mij. Het is een prachtig exotische keuken en een waar het samen met elkaar zijn en eten delen de basis vormt.

foto: cover Basisboek Indonesisch uitgave van GoodCook.

Wil je iets vertellen over de support van wijlen je man, je steun en toeverlaat in deze carrièreswitch?

Mijn man is altijd mijn grootste fan geweest, in alles. En zo lang ik hem ken, bleef hij tegen mij zeggen, “Jouw talenten, en vooral je kooktalenten, daar moet je iets mee. Dat moet je met anderen delen.” En alsof het zo moest zijn, toen ik mee deed met HHB ging mijn man met pre-pensioen. Dus het was eigenlijk van begin af aan dat wij samen op pad gingen.

Wat zou je doen als je één keuze had tussen bezig zijn met koken en bakken en een ander beroep? Wat was je dan geworden? Geen compromis mogelijk.

Ooooh, daar kan ik kort over zijn. Ik ging tegelijk de keuken in. Ik heb een heerlijke en mooie afwisselend baan, maar mijn hart ligt echt in de keuken.

In je kookboeken merk ik altijd dat jij heel praktisch kookt. De basis moet worden gelegd en dan aan de slag Hoe doe je dat?

Een ding wat enorm helpt in de keuken is plannen. Als je goed over dingen na denkt en georganiseerd ben, dan is een recept volgen een stuk makkelijker. Daarnaast maakt een schone en opgeruimde werkplek koken niet alleen makkelijker maar ook overzichtelijker. Ook nog iets om in je achterhoofd te houden bij bakken en koken, is dat je over het algemeen anders met koken omgaat dan met bakken. Dit is zeker zo als je een kok bent die “een beetje van dit erbij doet en een beetje van dat”. Bij koken kan je dit namelijk best permitteren. (daarom is Gereons Keuken Thuis niet van het bakken) Ik stimuleer het zelfs, want iedereen kookt naar eigen smaak en kan creatief zijn met recepten. Maar als het om bakken gaat, dan raad ik aan om preciezer te werk te gaan. Bakken heeft vooral te maken met processen, technieken en reacties tussen ingrediënten en elementen. Volg een recept en leer de basistechniek van wat je wilt maken, voordat je met een recept creatief wordt.

video: Francis over haar boek bij Omroep Brabant.

Wat is minst aantrekkelijke kant van het schrijven van een kookboek voor jou?

Ik kan eerlijk zeggen dat ik geen minst aantrekkelijke kanten heb ondervonden. Alle fases zijn anders en kosten verschillende niveaus van inspanning. Het lastigste is misschien kwantificeren wat je uit de losse pols doet. Maar dat vind ik niet een “minst aantrekkelijk” iets.

En wat is de meest aantrekkelijke kant van het schrijven van een kookboek voor jou?

Ik vond het allerleukste, dat mijn receptuur door een team gemaakt werd en “A” het klopte gewoon, en “B” het werd zo mooi in beeld gebracht. Soms kon ik echt niet geloven dat de beelden mijn recepten waren.

Staan er nog andere projecten op stapel dit jaar?

Jaaaa ….. Maar daar kan ik nog niet veel over zeggen.

Wat vind jij een goddelijke maaltijd?

Ben gek op rendang, daar kan je mij voor wakker maken. Een bord witte rijst, met Rendang geserveerd met atjar komkommer, sajoer boontjes, een beetje bubuk gedelei en emping. Ben ook echt, echt dol op sambal goreng udang, sappige reuze garnalen zijn echt goddelijk inderdaad. Maar ik heb ook persoonlijke voorkeur voor “less is more” dus ik ben minstens zo blij met een bord witte rijst, gebakken tempe, sambal en schijfjes verse komkommer. Yummmmm, ik begin tegelijk te watertanden 😊

Je bent van Australisch/Nederlandse background, met Indische roots een mooie combi. Welke overeenkomsten zie je zelf tussen deze drie achtergronden?

Pffff …. Wat een lastige! Ik kan niet echt zeggen dat ik perse overeenkomsten zie. Wat ik wel kan zeggen is dat in Australië, wat me daar opvalt, is dat de Nederlands/Indische gemeenschap daar elkaar echt opzoekt. Op de een of ander manier zoeken ze de Nederlandse gezelligheid dat altijd gepaard gaat met de Indische saamhorigheid en eten delen met elkaar, in een “relaxed” atmosfeer met het ontspannenheid van de Aussie-Indisch levenswijze.

En natuurlijk welke wijnen, ik weet dat één keuze niet mogelijk is?

Welke wijnen ….. ja… ook weer een lastige. Ik heb hier wel mijn voorkeur over bij het eten. Zelf drink ik en serveer ik bij Indisch eten koud water. Ik vind dat er al zo veel smaken aanbod komen dat een slokje water verfrissend is. Maar ….. “that’s just me”. Mijn man dronk soms graag een biertje bij Indisch eten. Als het puur op wijnen aankomt heb ik toch een voorkeur voor een prosecco of zelfs een champagne, en bij rode wijnen kan ik genieten van een merlot, maar ook een prachtige volle Bordeaux. Ligt aan mijn bui.Ik ben een voorstander van het drinken van de wijn, die je vooral lekker vindt. Dat gezegd hebbende, als ik een meergangen diner van Franse keuken klaar maak, dan ga ik wel uitgebreid aandacht besteden aan welke wijn bij de ingrediënten of gerecht past. Dus …. Alles kan voor mij. (Gereons Keuken Thuis gaat eens nadenken)

Wat lust je echt niet en waarom niet?

Geitenkaas. Het is echt niet mijn ding.  Hier word ik ook echt onpasselijk van. Geen idee waarom.

Waarheen ga je het liefst naar op reis?

“First en foremost” naar Australië. Mijn familie woont daar nog en ik houd gewoon heel veel van het land. Vind het echt prachtig en de levensstijl is om van te genieten. Maar mijn volgende reis op mijn wensenlijst is Indonesië. Ik ben er wel eens eerder geweest, maar ik zou nu echt willen gaan om een culinair reis te maken gecombineerd met het opzoeken van de plaatsen waar mijn moeder vandaan komt.

En misschien een rare vraag. Is er een truc om Indisch eten niet te laten mislukken, bij mij wordt bijvoorbeeld de nasi goreng altijd te klef of sommige dingen te pittig?

Oooh, er zijn zo veel trucjes en op zo veel gebieden. Maar even antwoord op jouw vraag dan … Nasi: er zijn verschillende manieren om te zorgen dat je nasi niet klef word. De eerste-hulp oplossingen zijn, (a) gebruik koude rijst, (b) gebruik rijst met een lange korrel, (c) doe er geen taugé of vochthoudende groenten in, (d) zorg dat je wok goed heet is. Pittig ja/nee? Begin met je pepers proeven. Die zijn per seizoen en ras anders.

Wil je nog iets anders vertellen….delen?

Jazeker alleen is het niet iets culinairs; “You know all the things you’ve always wanted to do? Do them”.  Als ik iets mag doorgeven aan een ander, is dit het wel. Vind het geen waar je blij van word en doe dat. Een blij en gelukkig mens kan veel meer aan in het leven, en het leven heeft veel om van de genieten als we het maar durven.

foto: ribbetjes uit de oven met limoenrijst.


Het recept voor Francis Kuijk:

Dank je wel Francis voor de heerlijk openhartige antwoorden. En het delen van je visie. Inderdaad moet je soms doorzetten met je plannen. En… met de steun van je naasten. Natuurlijk nooit zonder lekker te eten. Look what has become of you. Een mix van waar jij voor staat. Het inspireerde mij mijn all time #alfresco favoriet te herzien en er een draai voor jou aan te geven. Mijn  ribbetjes kunnen zo op de BBQ, of je laat ze als het buiten in dit kikkerland te koud is, langzaam garen in de oven. De wijn erbij, hoe kan het ook anders is geen merlot rood, noch een bubbel, maar een volvette chardonnay van Hardy’s, Souteastern Territories, maar heerlijk biertje Tripel d’Anvers van brouwerij De Koninck met hints van koriander en citrus is ook een fijne match. 

Nodig:

1,5 kg ribbetjes of krabbetjes

4 el kikkoman sojasaus

3 el rijstazijn

3 el ketchup

3 el ketjap manis

1 el honing

2 tl gemberpoeder

2 tl korianderpoeder

2 tenen knoflook geperst

3 tl sambal badjak

3 el olie

peper en zout

koude rijst

1 limoen

Madras kerrie.

Bereiding:

Doe de ribbetjes in de oven op 180 graden en laat ze in 45 minuten gaar worden. Giet het overtollige vet en vocht af en laat afkoelen. Maak een marinade van alle ingrediënten hierboven en smeer de ribbetjes ermee in. Zet de oven op 180 graden en bak het vlees in een half uur of langer af. Barbecueën buiten mag natuurlijk ook. Als je de oven lager zet kun je de ribbetjes langer garen. Serveer de ribbetjes met wat curry spice limoenrijst. Gebruik hiervoor 4 koppen gekookte rijst de rasp en sap van een limoen en flink wat kerrie Madras poeder. Bak het geheel kort aan, maak op smaak met peper en zout en serveer bij de ribbetjes. Erg lekker bij deze ribs zijn pickles, die je maakt op de Japanse tsukémono wijze. Komkommer overnight gefermenteerd zou niet misstaan.

True Italian Taste.

foto: logo True Italian Taste.

True Italian Taste, ik heb het er al eens eerder over gehad op Gereons Keuken Thuis. Over wat nu wel en wat nu niet echt Italiaans is . Troost je dat weten de Italianen zelf soms ook niet. Maar als er één land is waar eten cultuur is in Europa, dan kun je wel stellen dat dit de Bel Paese is.( niet verder vertellen hoor, want dat vinden mijn Franse kompanen namelijk ook van hun cuisine) Dat vindt de Italiaanse Kamer van Koophandel in Nederland ook en daarom vlogen ze in juni chef Paolo Gramaglia van restaurant President in Pompei in. Tussen de overblijfselen van de  in 79 na Christus bedolven speelplaats van de rijke Romeinse burger aan de azuurblauwe Amalfikust zwaait hij de scepter in zijn met een Michelinster bekroonde restaurant, met een hele eigen filosofie: “Het succes van gastronomie is gebaseerd op traditie, die moet geïnterpreteerd zonder al te veel nostalgie” Een reis door de tijd en smaak maken zonder je in de tijd te verliezen. Geen à la recherche du temps perdu , maar koken vanuit verbinding met je terroir. En dat is nu waar deze chef zo goed in is. Hij verzamelt kennis over lokaal product, deed veel ervaring op tijdens reizen en kwam altijd terug op honk met nieuwe ideeën en gaf daarmee de Campanische keuken een twist, nogmaals zonder de tradities uit te schakelen. Hij voegt daar wel weer een stukje kennis uit het oude Pompeii aan toe.

foto: dolci van Da Braccini.

Even terug naar de middag resulteerde dit in een risotto op basis van gele tomatenessence en citroen. Want, onnodig te zeggen op de vruchtbare gronden van lava uit de Vesuvius groeien nu eenmaal de lekkerste citroenen en beste tomaten. Dat is denk ik de essentie van de keuken van Gramaglia.

True Italian Taste heeft als doel het eerlijke en heerlijk Italiaanse product te promoten. De gezondheidsaspecten van het mediterrane dieet te prolifereren en vriendschappen te doen bloeien. liefde en passie voor het eerlijke eten. Na zijn discours over eten, cultuur, liefde en vriendschap besloot voorzitter van de Italiaanse Kamer van Koophandel Paolo Pavan met drie suggesties voor een etentje: bij een formele afspraak kies je  risotto, een hang out vraagt om pizza en per amore, eet spaghetti op de wijze zoals in het Disney verhaal Lady & the Tramp.

foto: compsitie van olijf van Schatull en orange wine van Planeta Terra

Maar alle beeldspraak ten spijt gaat het om wat ik eerder schreef in dit voorjaar: “True Italian Taste wil consument wereldwijd vertellen over de Italiaanse producten en de plek waar zij vandaan komen. Het project wil de foodlover inspireren om nep eten te laten staan en the real thing te gebruiken in de keuken. Niche producten worden gepromoot. En alsof het niet genoeg is, het gezondheidsaspect te benadrukken. Ja inderdaad op sommige plekken in de laars worden mensen heel gezond heel oud!  Ik vind het een lovenswaardig streven, dat past in de trend van vandaag de dag. De consument is wijzer geworden en wil weten wat hij eet en waar het vandaan komt.”

Dat deden de andere aanwezigen ook tijdens dit evenement, de dolci  van restaurant da Braccini in Den Haag, de olijfolie en olijfcreaties van het Limburgse koppel, dat in Vaals ristorante Schatull runt en de creatieve pasta van Fabio Antonini van Pianeta Terra in Amsterdam Alle drie genoemden zijn bevangen door de True Italian Taste koorts! Moet je daar nog wat aan toevoegen. Ja misschien wat zout, zoals bij Toscaans brood of een dash EV olijfolie, maar Gereons Keuken Thuis raad je aan gewoon je ogen en vooral reuk- en smaakzintuig te gebruiken. Speciale grazie voor Nicoletta Brondi, die deze middag weer con brio had georganiseerd.

foto: risotto in giallo van Paolo Gramaglia.


RECEPT van Paolo Gramaglia voor risotto in giallo. Mijn interpretatie.

Nodig :


320 g risottorijst

4 viooltjes of andere eetbare bloemen

groene shiso mix 

100 g boter

glas witte wijn

olijfolie

zout & peper

40 g geraspte pecorino

4 grote gekookte gamba’s gepeld

zeeëgel pulp (facultatief)

wat gedroogde frambozen

500 g gele cherrytomaatjes

rasp van halve citoenschil

verse groentebouillon


Bereiding:


Snijd de tomaatjes doormidden en bak deze kort aan met wat olie. Wrijf door een zeef om een mooie gele tomatencrème te maken. Bak de risottorijst kort aan en blus af met de witte wijn. Voeg de tomatencrème toe, de schil van citroen en beetje bij beetje de bouillon totdat de risotto mooi al dente is en al het vocht heeft opgenomen. Proef en maak op smaak met zout en peper, ma non troppo. Roer als laatste de boter en kaas erdoor en zet apart onder deksel. Componeer de borden zoals Gramaglia. Schep een dot risotto op een diep bord, in het midden een warme gamba, een schepje zeeëgelpulp, de gehalveerde gedroogde framboosjes en wat shiso kers en als kers op de spreekwoordelijke taart, een bloemetje.


Italiaanse keuken 2.0. True Italian Taste.  Buon Appetito.

Daube de boeuf à la Provençale.

foto: zonnebloemen.

Daube de boeuf à la Provençale. Een rundvleesgerecht uit de Provence, origineel gemaakt in een stevige aardewerk schaal. Niet specifiek Provençaals, want stoofgerechten in aardewerken schalen uit de oven vind je ook in andere streken rond de westelijke Middellandse zee, Ligurië en Catalonië. Vaak konden deze gerechten worden gegaard in de nog nagloeiende oven van lokale bakkers. Bij kopen van brood bracht je je stoofgerecht mee en haalde het rond lunchtijd weer op. Ik denk, dat deze oud traditie allang vervlogen is. Maar de Provence blijft een bijzondere streek, waar Gereons Keuken Thuis heel wat mijlen heeft afgelegd. Door  kunststeden als Arles, Avignon en Orange, op bezoek bij het natuurverschijnsel van de Fontaine de Vaucluse, over de met platanen omzoomde dreef naar Saint Rémy, de Camargue met zijn stieren en witte paarden en op de burcht van Les Baux in de Alpilles. En naar de markten met zijn  olijven, zongedroogde tomaten, ail rose, lavendel en de heerlijke groentes uit Cavaillon. De kleuren, die van Gogh inspireerden. Op deze donderdagochtend zie ik het allemaal voor me. Mooie vakantieplaatjes. La douce Provence, net als in die film vol clichés, A good year, met Russell Crow met een beeld van hoe het allemaal niet is, maar hoe we het wensen. Peter Mayle terroir in full color. Maar who cares? Vandaag ben ik in een Provençaalse bui en daar hoort deze daube de boeuf à la Provençale bij. Gereons Keuken Thuis suddert gewoon nog even verder, tussen de gedroomde zonnebloemvelden. Heerlijk nazomeren. 

foto: les marchés de Provence

Daube de boeuf à la Provençale.

Nodig:

1,5 kilo runderstoofvlees/ riblappen

½ liter runderbouillon

2 grote wortels

4 tenen knoflook

2 grote tomaten

1 rode paprika

3 uien

1/2 Spaans pepertje

1 blikje tomatenpuree

1 glas rode wijn

olijfolie

peper en zout

2 el Dijon mosterd

zwarte pitloze olijven

3 tl paprikapoeder

bloem en boter voor beurre manié

2 laurierblaadjes

paar takjes verse tijm

4 tl Provençaalse kruiden

Bereiding:

Verhit een flinke scheut olijfolie in de braadpan en fruit hierin de ui, knoflook en Spaanse peper aan. Schep deze eruit en verhit weer olie in de pan. Bak dan ook het door wat bloem gewentelde rundvlees bruin in ongeveer 5 minuten. Voeg de wortel, paprika, tomaten en daarna de eerder gefruite uien, knoflook en Spaanse peper toe. Bak de tomatenpuree samen paprikapoeder kort in de braadpan mee. Blus af met een glas rode rode wijn en voeg de runderbouillon, mosterd, tijm, laurier en Provençaalse kruiden toe. Laat het geheel zo’n drie uur sudderen. Verwijder de laurier en tijmtakjes. Maak op smaak met peper en zout en bind het stoofgerecht met wat beurre manié. Voeg als laatste de zwarte olijven toe. Server de daube de boeuf met een salade en stokbrood. Of wat lintpasta.

We drinken er een rode Vacqueyras bij zonnig rood uit de Vaucluse.

video: trailer A good year, naar het boek van Peter Mayle.

Bonen van Wâldfarming.

foto: logo Wâldfarming

Bonen van Wâldfarming. Gereons Keuken Thuis loopt wat achter op schema. Dit voorjaar ontving ik een allersympatiekst pakket met bonen van een bijzondere producent uit Jistrum. Henk Huizinga van Wâldfarming teelt, op waar mogelijk biologische wijze, samen met 12 andere producenten bijzondere en vergeten groenten, aardappels en bonen. Deze worden verwerkt en verkocht op de markten van Leeuwarden en Groningen en niet te vergeten hun eigen webshop. Overheerlijke streekproducten, vol smaak en recht van het Friese land. Zoals je misschien weet zijn peulvruchten goede vleesvervangers. Bonen zijn duurzaam, goedkoop en niet zo milieubelastend. En Wâldfarming slaagt erin verloren historische soorten opnieuw te telen. Denk hierbij eens aan de talloze recepten, die culi vriendin en vega-optioneer Joke Boon met peulvruchten maakt in haar nieuwste boek De Vega Optie.

Laten we eens kijken wat er voor een bonen te vinden zijn daar bij Wâldfarming in Jistrum? Eén grote bonk Nederlands terroir. Naast aardpeer, aardappel, groenten verkopen ze Borlottibonen, Hollandse bruine bonen, Drentse kievitsbonen, biologische gele linzen en zoals in het recept van vandaag Stienser pronkbonen, die volgens mij prachtig staan in een stevige bonenschotel met gekonfijte eendenbout en een hint van zongedroogde tomaatjes, die ik kocht op de markt van Fréjus. Ik heb nog heel wat te ontdekken en ga dus aan de slag deze nazomer met grauwe erwt en andere bonen van Wâldfarming. Als wijntip bij onderstaand gerecht een rode La Clape uit de Languedoc.

foto; Stienser droogbonen

Nodig:

1 zak Stienser pronkbonen 500 g

4 eendenbouten uit blik

eendenvet uit het blik

12 zongedroogde tomaatjes

1 winterwortel

4 tenen knoflook

2 sjalotten

2 stengels bleekselderij

glas witte wijn

peterselie gehakt

tijm en rozemarijn geritst en gehakt.

peper en zout

Dijonmosterd

klont zoute boter

Bereiding:

Week de bonen 24 uur in water en kook ze daarna 50 minuten zonder zout. Giet af en zet apart. Week de zongedroogde tomaten in warm water en snijd deze in reepjes. Snijd de wortel in kleine blokjes, de selderij in fijne reepjes, snipper de sjalotten. Maak van de knoflooktenen en peterselie een persillade en zet apart. Zet de eendenbouten in een oven van 180 graden en bak ze krokant. Verhit in een pan wat eendenvet en bak hierin de gesneden groenten en gesnipperde sjalotten kort aan. Blus af met wat witte wijn. Voeg wat tijm, rozemarijn, tomaatjes en mosterd toe en laat kort sudderen. Voeg als laatste de Stienser pronkbonen toe en laat deze nog mee kort warmen. Maak op smaak met zout en peper. Serveer de bonenschotel op borden met de eendenbouten uit de oven, een klont zoute boter en bestrooi met de persillade. Geef er wat cornichons bij en vers stokbrood.

Dan ben je zo in de bonen…. van Wâldfarming!

Video: confit in de oven.

Wâldfarming, Miedwei 4, 9258 GR Jistrum, www.waldfarming.nl

Noot: de werden mij als proefpakket gestuurd door de Wâldfarming. De bespreking hier is mijn eigen mening. Lees ook de disclaimer

Talk and table met Janneke Vreugdenhil.

foto: Janneke Vreugdenhil in haar habitat.

Talk and table met Janneke Vreugdenhil. Ik leerde schrijfster en journaliste Janneke Vreugdenhil kennen bij de verschillende boekpresentaties en andere events, waar wij als culinair schrijvers regelmatig te vinden zijn. Zo was Janneke een keer mijn partner in crime tijdens het maken van kimchi tijdens een vegan workshop. We hebben toen veel lol gehad! De  goedlachse NRC kookrubriek journaliste is een multi getalenteerde schrijfster van kookboeken en kan één de kookboekendiva’s van Nederland worden genoemd.  Denk aan SOLO food, dat ook buiten onze grenzen een groot succes is en het ontzettend leuke feestboek Altijd feest, want met het laatste  is Vreugenhil wel behept. In mei verscheen haar nieuwe boek uit over groenten: We love groente, waarmee een nieuwe teerm #plantificeren het licht zag! Haar boek I love groenten uit 2014 werd verkozen tot het lekkerste vegetarische kookboek. Soms wordt Janneke “the Dutch Nigella” genoemd, las ik in een interview met een Britse krant. Hoe beleeft zij dat? Maar nu laten we Janneke zelf aan het woord in en nieuwe aflevering van talk and table. Als #zomergast. Ik wil alles van haar weten en beloon deze lieve vrouw dan met een speciaal recept voor haar met een bijpassende wijntip. 

foto: cover We love groente.

Wie is Janneke Vreugdenhil. Vertel eens iets over jezelf?

Nou zeg, wat een openingsvraag! Wat antwoorden jouw zomergasten daarop zoal? Oké, laat ik dit over mezelf vertellen: Ik kan een aardig potje koken, maar er ontploft evengoed regelmatig iets in mijn keuken. (Het zo’n flauwe gewoonte van culinair journalisten om net doen of ze alles weten en kunnen. Dan hebben we daar maar meteen mee afgerekend.)

Wat doe je op dit moment? Wat houd je bezig, naast je nieuwe boek en je kookcolumns?

Van je hobby je beroep kunnen maken is natuurlijk een groot voorrecht, maar het gevaar bestaat dat je voor je het weet geen hobby’s meer hebt. Dat alles wat je doet werk is geworden. Dat dreigde om eerlijk te zijn wel een beetje te gebeuren in mijn leven. Daarom ben ik een half jaar geleden begonnen met kleien. Ja echt, het klinkt kinderachtig maar ik vind het fantastisch om te doen, zo ontspannend. Ik las laatst in NRC een artikel met de kop: kleien is het nieuwe yoga. Ik doe aan allebei, hoe cliché wil je het hebben, ha! Maar goed, ik zit dus elke dinsdagochtend in het atelier van een bevriende kunstenares en keramiste met mijn handen in de klei. Maar hoewel ontspanning nog steeds het enige doel daarvan is, komen er toch weer als vanzelf werkgerelateerde dingen uit. Heb ik opeens een serie borden of schaaltjes gemaakt, of, zoals laatst, een kreeftenstaart geboetseerd.

Vertel eens iets over je interesse in food? Hoe is die ontstaan? Ik zag dat je jurist bent (ben ik ook) en in de culischrijverij terecht bent gekomen.

 Die interesse was er al vroeg. Ik kom uit een gezin waar veel aandacht was voor eten. Mijn moeder kookte (en kookt nog steeds) graag en was altijd bezig nieuwe recepten uit te proberen. Als klein meisje deed ik haar dat al na, dan stond ik aan het aanrecht te knoeien met koffiedik en Roosvicee en afwasmiddel en vond ik zogenaamd nieuwe drankjes uit. Vanaf mijn twaalfde kookte ik ongeveer een keer per week het avondeten. Heel vaak Aziatisch, dat was mijn favoriete keuken.

Na de middelbare school twijfelde of ik rechten zou gaan studeren of naar de school voor journalistiek. Het werd rechten, in die tijd een studie waarmee je alle kanten op kon. Dat blijkt ook wel uit het feit dat ik daarna alsnog de journalistiek in ben gerold. Het begon met een paar recepten en artikelen voor tijdschriften en voor ik het wist had ik een dagelijkse kookcolumn in NRC.next.

Wat zou je doen als je één keuze had tussen schrijven en een ander beroep? Wat was je dan geworden? Geen compromis mogelijk.

Als je het me lang geleden had gevraagd had ik gezegd: rechter of officier van justitie. Maar hoewel me dat nog steeds mooie beroepen lijken zeg ik nu: fotograaf en/of documentairemaker. Toch weer beroepen waarin je verhalen vertelt, alleen niet, zoals ik nu doe, met woorden, maar met beeld.

Bij jouw stukken en in je kookboeken merk ik altijd dat jij heel praktisch kookt. En op een feestelijke wijze.  Hoe doe je dat?

Praktisch en feestelijk? Goh, daar denk ik nooit zo over na omdat het nu eenmaal is zoals ik kook. Maar goed, ik denk dat dat wat jij ‘praktisch’ noemt, zit in het feit dat mijn recepten altijd gewoon in de keuken ontstaan. Al kokend, onder mijn handen. Ik zit ze niet achter mijn bureau te verzinnen, zeg maar. (Dat klinkt logisch, maar je moest eens weten hoeveel kookboeken geschreven worden zonder dat er ook maar íets wordt uitgeprobeerd.) Het is pas wanneer je ze echt maakt dat je erachter komt dat het handig is om het net even zus te doen, of net even zo. En dat schrijf ik dan ook op, zo duidelijk mogelijk.

Voor wat betreft dat feestelijke: ik word over het algemeen heel vrolijk van lekker eten, en van het proces daarnaartoe, het koken dus. Ik vermoed dat je dat kunt teruglezen in de stukje die ik bij zo’n recept schrijf, en dat dat is waar jij zo’n feestelijk gevoel bij krijgt. Klopt dat? Ja, klopt wordt er vrolijk van.

Wat is minst aantrekkelijke kant van het schrijven van een kookboek voor jou?

Het maken van het register. Dat laat ik altijd graag over aan een redacteur.

En wat is de meest aantrekkelijke kant van het schrijven van een kookboek voor jou?

Alles behalve het maken van het register, haha. Serieus, ik geniet enorm van elke fase van het proces. En niet in de laatste plaats van de fase waarin de fotografie tot stand komt. Ik werk bijna altijd met bevriende fotografen en het worden altijd zulke gezellige dagen. Superhektisch, heel vermoeiend, maar zo bevredigend.

Staan er nog andere projecten op stapel dit jaar?

Niks wat ik nu al aan jouw nieuwsgierige neus ga hangen, lieve Gereon! (Lees: er zit allerlei spannends in het vat, maar het is nog iets te vroeg om daarmee naar buiten te treden.)

Wat vind jij een goddelijke maaltijd?

Een kom Aziatische noedelsoep. Of het nu een Japanse ramen is of een hete Thaise soep, zo’n geurige, pittige soep met van die glibberige noedels die je met behulp van twee stokjes naar binnen laat slipperen is een van de fijnste dingen ter wereld om te eten.

Soms wordt jij de Nederlandse Nigella Lawson genoemd? Welke overeenkomsten zie je zelf?

Ach ja, als één journalist dat een keer heeft geroepen, staat het voor je het weet op je Wikipediapagina 😉 Maar goed, ik snap het ook wel eigenlijk. En dan heb ik het niet over Nigella’s looks, maar over het feit dat wij allebei schrijven over huiselijk eten. We zijn geen chefkoks, we zijn gepassioneerde thuiskoks die huiselijk eten koken voor hun kinderen en vrienden en daar verslag van doen. Daarbij houden we allebei wel van een klont boter en een scheut drank in de pan. Ook zijn we beiden journalist en bewaren we een zekere gezonde distantie tot al te hip voedsel en gekke trends.

En natuurlijk welke wijnen, ik weet dat één keuze niet mogelijk is?

Ik ben altijd meer een rood-drinker dan een wit-drinker geweest. Een van mijn favoriete druiven is de Pinot Noir. Maar de laatste jaren kom ik vaak in Spanje en daar drinken we vaak wat steviger rood.

Wat lust je echt niet en waarom niet?

Ik kan maar 1 ding verzinnen: gekonfijte gember. Dat vind ik al mijn hele leven vies. Terwijl ik van verse gember geen genoeg kan krijgen. Gek hè.

Waarheen ga je het liefst naar op reis?

Als het over eten gaat: Azië. Dat vind ik culinair gezien echt het spannendste continent. Neem nou China. Ik ben er nooit geweest, maar het land staat hoog op mijn verlanglijstje. Ze gebruiken daar heel andere kooktechnieken dan in het westen. Zoals eerst iets frituren en het daarna laten sudderen, of zoals het marineren van vlees met een schepje zetmeel, waardoor dat vlees zijdeachtig zacht wordt. Ik vind zulke dingen allemaal reuze inspirerend.

En misschien een rare vraag. Ik las dat jij en je novio in BCN gebakken graatjes aten? Is dat wat?

Haha, ja dat moet je echt eens proberen. Mijn verkering en ik aten dat tijdens onze eerste date in een oude vissersbar in Barceloneta. Ze weken die graten eerst in melk, halen ze daarna door de bloem en frituren ze. Een oeroud lokaal gebruik en tegelijkertijd helemaal van deze tijd want no waste!

foto: Altijd feest voor Janneke Vreugdenhil

Het recept en de wijn voor Janneke.

Dank je wel voor het meedoen aan talk and table en je leuke antwoorden, Janneke! Een mooie combinatie Oosters eten en Pinot Noir wijnen. Altijd een mooie tegenhanger voor pittige Aziatische smaken. Nu is Gereons Keuken Thuis daar niet zo mee behept, Omdat Janneke aangeeft niet van poespas te houden, maar wel van technieken ontdekken , combineer ik er een aantal. Ik maak voor haar gepaneerde kipdijfilet met geroosterde komkommer en lenteui en homemade gefermenteerde spitskool. Je kunt dit serveren met een dash Japanse soyasaus of ketjap manis en wat noedels in bouillon of, zoals ik deed, wat wilde rijst. Erbij geen Bourgogne, maar een rode Mount Riley Marlbourough pinot noir uit Nieuw Zeeland.

foto: Madras curry kip met gegrilde komkommer en spitskool pickles.

Nodig 2 personen:

4 kipdijfilets

1 ei

bloem

Madras curry of vadouvan.

paneermeel

zout & peper

1 komkommer in repen

4 lenteuitjes

1/2 chilipeper ter garnering (fac.)

Japanse soyasaus of ketjap manis.

1/2 spitskool fijngesneden

2 tl chilivlokken

zout

Bereiding:

Begin daags ervoor met de pickles van spitskool. Snijd de spitskool fijn en was deze laat uitlekken. weeg de gesneden kool en voeg 2% zout toe. Kneed het zout er goed door. Voeg naar smaak chilivlokken toe. Doe de kool in een tsukemonopers of als je die niet hebt in een bak waarin je een glas met water of iets anders zwaars zet. Laat het geheel 8 uur op kamertemperatuur trekken en  zet daarna in de ijskast tot gebruik. Voor gebruik de koolreepjes uit het fermentatievocht halen.

Meng op een bord bloem, 2 tl madras curry, peper en zout door elkaar en haal de kipdijfilets er doorheen. Kluts de eieren en laat de kipdijfilets hierin even baden, daarna haal je ze door paneermeel gemengd met 2 tl currypoeder. Wil je het sterker? Gewoon meer spice gebruiken. Verhit een flinke wat olie en bak het vlees krokant en bruin. Haal het vlees uit de pan en bedek met folie. Fruit in de olie snel wat ringetjes Spaanse peper. (facultaftief, want Gereons Keuken Thuis was het op de zaterdag van bereiding van dit recept spontaan vergeten)

Was de komkommer en snijd deze in de lengte door. Haal de zaadlijsten eruit en snij in smalle sticks. Haal het schutblad van de lenteui, was deze en kort iets in. Verhit een grillpan ingestreken met wat olie, maar niet te veel en gril komkommer en lenteui. Haal de groente van de grillpan en bestrijk met wat Japanse sojasaus of zoals ik deed met ketjap manis.

Griekse kip met boter en citroen.

foto; Griekse kip met boter en citroen.

Griekse kip met boter en citroen. Erbij grove hoemmoes zonder tahin. Lekker after beachday eten noem ik dat, want afgelopen weekend konden we na de koude meimaand eindelijk naar het strand. Het idee van Griekse boter en citroen kip komt eigenlijk door de ei-citroensaus, die bijvoorbeeld wordt geserveerd bij gevulde wijnbladeren of door de kippensoep gaat. Avgolemeno, ei-citroensaus, is een constante in de Grieks mediterrane keuken, de dooiers en citroen binden je soep en saus. In mijn Griekse kip met boter en citroen zet ik het ei anders in. Het ei is bedoeld om de kipdijen te paneren met een mix van ras al hanout en paneermeel of panko, zo gij wilt. Daarna bak ik deze aan in een ferme klont zoute boter met een scheut Peloponnesische olijfolie van mijn lieve vriendin S. Overigens ging die  groene feestelijke olijfolie afglopen zondag samen met een flinke dash chilipoeder ook over de hoemmoes. Feestelijk en makkelijk na een zonnige stranddag, We dronken er een frisse witte Chileense sauvignon bij.

Griekse kip met boter en citroen

Nodig:

8 kipdijfilets

2 citroenen

fijngehakte knoflook

4 tl ras al hanout

bloem

1 of twee eieren

boter

gehakte peterselie

zout en peper

olijfolie

witte wijn

paneermeel

Bereiding:

Meng op een bord bloem, 2 tl ras al hanout, peper en zout door elkaar en haal de kipdijfilets er doorheen. Kluts de eieren en laat de kipdijfilets hierin even baden, daarna haal je ze door paneermeel gemengd met 2 tl ras al hanout. Wil je het sterker? Gewoon meer spice gebruiken. Verhit een flinke klont boter en wat olie en bak het vlees krokant en bruin. Haal het vlees uit de pan en fruit de fijngehakte knoflook. Pers een citroen uit en blus de jus met het sap en wat witte wijn. Laat kort sudderen. Voeg eventueel nog wat klontjes boter met bloem ter binding van de saus toe. Serveer de kipdijfilets direct met gehakte peterselie en de saus apart in een kom. Lekker met warm Turks brood met sesam.

Binnenkort meer over de hoemmoes…..

Italië, mijn verhalen en recepten, Onno Kleyn.

foto: de gele cover van Italië door Onno Kleyn.

Het nieuwe boek Italië, mijn verhalen en recepten. Niet zo dik als het lichtblauwe culinaire compendium De Grote Kleyn, maar in ruim 400 pagina’s, met gele cover getooid met een vork met spaghetti, neemt culi- en wijnschrijver Onno Kleyn je mee op pad naar de Bel Paese, zijn  grote liefde, op culinair en vineus gebied dan.

Toen Onno en zijn geliefde Juliette in 1986 neerstreken in het Toscaanse dorp San Donato, kon hij nog niet bevroeden, dat dit zijn levensloop zou gaan veranderen. Conservatoriumstudent Onno ging naar Italië om bij te leren, de taal en zang. Maar gaandeweg het jaar dat ze doorbrachten kwam zijn nieuwe beroep, inmiddels doet hij dit al meer dan dertig jaar, dichterbij. Italië werd de basis van zijn culinair schrijverschap. Ondanks hun budget maakten Onno en Juliette kennis met het eten, de eetgewoonten en eigenaardigheden van het dorp en het Toscaanse land. Wat een smaken, wat een puurheid en genot. Na het jaar wilden ze helemaal niet weg en struinden voort door het Italiaanse land, via Umbrië, naar Napels, Ligurië en Bologna. In dit kook- en leesboek beschrijft Onno de keuken(s) en prodotti van de Bel Paese. Gelardeerd met zijn eigen avonturen en een derde laag, namelijk de rituelen en gebruiken van de Italiaan als het op eten aankomt. Want eten is in Italië het momentum van de dag, het gespreksonderwerp en vol smaak. Je zou het bijna een liturgie kunnen noemen. Pasta eet je zodoende (ork, ork, ork) alleen met een vork. Zo heurt het! Alleen hoe de Italiaan dan zijn kakelwitte overhemd schoon houdt is Gereons Keuken Thuis een raadsel. Niet getreurd, Onno Kleyn stelt dat oefening kunst baart. Er zijn overal sagre, want alleen of met zijn tweetjes opereren doe je niet in Italië, dat gaat in kuddes. Zie de trein tussen Schiphol en Amsterdam CS. Italianen houden van collectiviteit, ook aan tafel. Tussen de lakens is het een ander verhaal. Althans voor het gros van de Italianen.

Maar even terug naar dit boek. Dat Onno Kleyn een echte verteller is behoeft natuurlijk geen betoog. In Italië, mijn verhalen en recepten neemt hij de lezer mee van Toscaanse bonen met exquise olijfolie, naar de hammen van de stad Parma, die niet van Brabants varkensvlees worden gemaakt. Bij elk product vertelt hij over de essentie. Het verhaal van de pizza, die in Napoli moet kunnen worden opgevouwen en in Rome krokant is. Het truffelgebruik van de Umbriër. Colatura, waarom wordt dat niet veel meer gebruikt.? De tomaten inblik industrie van Noord Napels. Droge durum pasta versus verse pasta. Waarom kaas en vis nooit samengaan in de laars. Alles komt aan bod. De smaak van vriendin Ornella, die een pizza terugstuurde, omdat naar haar zeggen de mozzarella niet vers was. Het restaurantwezen en Italiaanse gerechten, die helegaar niet zo traditioneel zijn, als wordt beweerd. Maar juist van recente origine. En de ontdekking van hemelse spaghetti alle vongole met uitzicht op de Amalfikust.

Al deze onderwerpen maken, dat de Italiaanse keuken voor Onno numero uno is, pure eenvoud, weinig ingrediënten (maar wel van goede komaf) en geen maskerade van sauzen en frou frou zoals in Frankrijk. Overigens die maskerade vindt in de Italiaanse maatschappij op andere terreinen plaats, tijdens sagre, de mis op zondag en bijvoorbeeld de Palio van Siena. Bella figura hoort bij het wezen en de schrijver verhaalt erover.

Gereons Keuken Thuis heeft Italië van Onno Kleyn in één sospiro uitgelezen. De laatste acte van mijn  #italiaanseweken. Knalgeel met mooie zwart/wit illustraties in plaats van fotogeweld. Veel Italiaans eten zoals risotto en scaloppine is helemaal niet fotogeniek, vertelt Onno. Kortom, Italië, mijn verhalen en recepten is 414 bladzijden over de Bel Paese, tradities, de transitie van zanger naar schrijver van culinaire geneugten. Wat begon in San Donato als een coup de foudre (Sorry Onno, ken de Italiaanse term niet) is nu een vuistdikke gele mille miglia waarin maestro Onno Kleyn je meeneemt over de culineuze strade bianche en vinaire dreven van de laars in drie lagen. Bravissimo!

Italië, mijn verhalen en recepten, Onno Kleyn (ISBN 9789038806419)  is een uitgave van Nijgh Cuisine en is te koop voor € 32,50 in je kookboekenvakhandel of bij Onno zelf.


Noot: dit boek werd mij als recensie-exemplaar gestuurd door de uitgeverij. De bespreking hier is mijn eigen mening. Lees ook de disclaimer 



Witte wijn uit de Maremma.

Witte wijn uit de Maremma. In mijn leesboekenhoek staat een dun boekje, In Maremma, geschreven door David Leavitt. De schrijver, die furore maakte met het boek “Lost language of cranes” in de jaren tachtig van de vorige eeuw. Dit debuut was een coming of age boek over gay zijn in een middle class gezin in New York. Maar over dit boek ga ik het vandaag niet hebben. Leavitt kocht later samen met zijn man Mark een huis in Toscane. Wow, zou je denken, de kunststeden Siena, Firenze en Pisa, de Chianti vallei of het pittoreske Cortona van Frances Mayes. Welnee de twee heren uit Florida verhuisden naar de Maremma, het Wilde Westen van Toscane. Zij kochten een vervallen podere uit de jaren 50 en restaureerden die en schreven daar een boek over. Een tÿpisch “ik vertrek” werkje.

foto: cover In Maremma van David Leavitt & Mark Mitchell.

Maremma is een heel ander gebied dan de rest van Toscane. tegenwoordig een groot natuurreservaat. Er zijn sporen van het oude volk der Etrusken, die in de Oudheid het gebied drooglegden. Maar met het verdwijnen van de Etruskische cultuur werd het stil. Tot en met de jaren dertig van de vorige eeuw viel er weinig te beleven. Behalve dan het gezoem van de malaria mug. Het was een moeras. Er graasde wat wild vee, bij elkaar gedreven door butteri, de cowboys van Toscane. De drooglegging bracht een omslag. Vanuit de Veneto streken er wijnbouwers neer en sindsdien leveren de speciale bodem, het klimaat en de ligging aan de Tyrreense zee en mooi scala aan wijnen op. Wie kent nu niet de heerlijke rode DOCG’s morellino di scansano voor bij pasta met haas.

Witte wijn uit de Maremma. Van de heren van le bon BIB ontving Gereons Keuken Thuis, de Toscano bianco DOC van  Fattoria Mantellassi. Deze familie timmert al jaren aan de weg met hun mooie rode en witte wijnen. De Toscano bianco DOC wordt gemaakt van vermentino, trebbiano en een hint sauvignon blanc, die deze wijn net dat frisse geeft. Fris, fruitig en een tikje ziltig. Een prima zomerwijn. Ik zie het helemaal voor me tijdens de aankomende #alfresco zomer op Gereons Keuken Thuis. Een glas fris wit, gegrilde groenten van de barbecue. Hoemmoes erbij. Maar geen zoutloos Toscaans brood. De zomer kan starten. En vergis je niet een BIB is duurzaam, weinig sjouwen en je vult de karaf zo bij vanuit het pak. A tavola of tijdens de picknick!

foto: Acqua cotta van Saskia Balmaekers. (bron ciaotutti.nl)

Bij deze witte wijn uit de Maremma van Le bon BIB kies ik voor een klassiek gerecht uit deze streek, acquacotta. Gekookt water. Saskia Balmaekers van de Italië blog Ciaotutti is de bron van het recept vandaag. Alhoewel het zou Italië niet zijn,  als elke mama een eigen acquacotta versie had, vertelt Saskia.

Nodig:

(voor 4-6 personen)

125 ml extra vergine olijfolie

2 uien, gehakt

2 teentjes knoflook, gehalveerd

5 wortels, in stukjes

3 stengels bleekselderij, in stukjes

500 g ontvelde tomaten, in stukjes

zout en versgemalen zwarte peper

1-2 liter groentebouillon

8 sneden oud boerenbrood, in kleine stukjes

50 g pecorino, geraspt

4-6 eieren

Verwarm de olijfolie in een braadpan en laat de ui en knoflook op laag vuur zachtjes garen. Voeg na een paar minuten de in stukjes gesneden wortels, bleekselderij en tomaten toe roer alles goed door elkaar. Breng op smaak met een beetje peper en zout. Laat de groenten op laag vuur langzaam tot een dikke soep koken. Voeg dan de groentebouillon toe, net zoveel als nodig is om een vloeibare, maar dikke consistentie te krijgen. Warm het geheel goed door en laat eventueel nog een beetje inkoken. Week het oude brood in een beetje water en meng dit door de soep. Meng er ook de pecorino door.Breek vlak voor het serveren, als de soep de gewenste dikte heeft, de eieren boven de pan, zodat ze in de acquacotta garen. Zorg ervoor dat de eieren heel blijven en niet door de soep gemengd worden. Zodra het eiwit stevig is, is de soep klaar en kan iedereen aan tafel. Buon appetito!

Video: lettredelsangiovese op bezoek bij de makers van Mantellassi.

Noot: De witte wijn uit de Maremma werd mij als proefwijn gestuurd door de importeur. De bespreking hier is mijn eigen mening. Lees ook de disclaimer

De Grote Hamersma 2019

foto: cover van de vuistdikke Grote Hamersma.

De Grote Hamersma 2019. Even dachten de wijnschrijvers Harold Hamersma en Esmee Langereis brodeloos te worden door een slogan van het clubblad van de blauwe grootgrutter. Deze pakte met kerst uit met: “0% alcohol 100% feest.” Was het einde nabij voor de wijndrinker, die wel van een feestelijk glas wit, rood, rosé of bubbels houdt? Niets bleek minder waar, er stonden nog nooit zoveel wijnen in de Grote Hamersma. welgeteld 3657 wijnen, inclusief 910 supermarktwijnen (daar waar de consument het meest zijn wijn haalt).642 sterwijnen, 1763 nieuwe vondsten, 1015 biologische en 176 mousserende wijnen. Wat betreft de laatste categorie, de Nederlander blijft in de ban van bubbels. wellicht te verklaren uit de trend van regionale bieren en gin&tonics.

Een andere waarneming is dat het aantal Italiaanse wijnen groeit, net zoals wijnen, gemaakt van bijzondere druivenrassen. Er is sprake van een “eigen druif eerst” effect. Wijnen van lokale rassen uit Oost Europa doen het goed. Orange wines uit bakermat Georgië, die het verbluffend goed doen bij de Ottolenghi-achtige gerechten, waarvan hipsters geen genoeg krijgen. Frankrijk spreekt een aardig toontje mee en tot slot wijnen met een smaakje, zoals gember of yuzu. Volgens Hamersma leuke nouveautés, maar vooral voor de glasbak.

De Grote Hamersma start met de top honderd van sterwijnen uit speciaalzaken en top 50 uit de supermarkt.. Dat zijn wijnen, die opvallend goed zijn in soort, druif, regio en/of prijs. Ik vind zo’n overzicht altijd heel handig. Niet alleen voor mijzelf, maar ook om mee te nemen tijdens wijnproeverijen of onder aan een blog van mijn hand. Er wordt mij namelijk vaak gevraagd welke wijn bij welk gerecht of waar kan ik een huppeldepup kopen? Dat vind ik nu het fijne aan een wijngids als De Grote Hamersma 2019. In één oogopslag kun je zien, wat er te koop is. Gerangschikt op druivenras en daarna op aanbieder, van AH tot Zekvinos. Onderverdeeld in rood, rosé en wit en per land. Praktisch om op te zoeken. Tevens bevat de gids duidelijke registers achterin. Maar behalve de praktische indeling is het ook heerlijk grasduinen in de Oscaruitreiking, die Hamersma en Langereis dit jaar samenstelden. Ik kom wijnen tegen die ik niet kende en ik wellicht kan vermelden onderaan een recept van mijn hand. Want dat vind ik het allerbelangrijkste van de Grote Hamersma, het stelt je in staat mooie keuzes te maken. In die zin zou dit boek op de plank van elke zichzelf respecterende foodblogger, dan wel culischrijver moeten staan. En mocht je De Grote Hamersma teveel uitdaging vinden, is ernaast De Kleine Hamersma een optie. Santé!

De Grote Hamersma, Harold Hamersma & Esmee Langereis (ISBN 9789059569623) is een uitgave Fontaine en is on- en offline te koop voor € 27,00.

Noot: dit boek werd mij als recensie-exemplaar gestuurd door de uitgeverij. De bespreking hier is mijn eigen mening. Lees ook de disclaimer

Door de site te te blijven gebruiken, gaat u akkoord met het gebruik van cookies. meer informatie

De cookie-instellingen op deze website zijn ingesteld op 'toestaan cookies "om u de beste surfervaring mogelijk. Als u doorgaat met deze website te gebruiken zonder het wijzigen van uw cookie-instellingen of u klikt op "Accepteren" hieronder dan bent u akkoord met deze instellingen.

Sluiten