SLOW van Louise Franc. “Slow down brother, slow down brother…” Elke keer als Gereons Keuken Thuis de sneeuwvlok op de cover van dit boek ziet, zingt in zijn hoofd Douwe Bob. Want zeg nu eerlijk, lekker sudderen is toch helemaal da bomb….. Lekker binnen je potten op het vuur of in de oven. Australo-française Louise Franc weet er wel raad mee. Slow food, daar is Gereons Keuken Thuis ook zo dol op. Zeker nu de decembermaand zich aandient en we node zijn opgehokt. En we geen groots kerstgedruis kunnen verwachten. De geur van een gebraden kip, een rundergoulash, romige viscurry of bonensoep. De geur van de winter. De temperaturen dalen en het is binnen lekker aanschuiven aan de gedekte tafel. Vandaar ook die warme cover met sneeuwvlok. (ik denk dat je sneeuw niet vaak ziet Down Under) Franc houdt het in dit boek simpel, geen lange inleidingen, maar kort en bondig over kookgerei, de basics van gevogelte- en vleesbereiding.
SLOW. En dan kunnen we aan de slag met soepen, met een klassieke Franse uiensoep, vissoep met pappardelle of wat te denken van een hartverwarmende cannellinibonensoep? Groenten komen aan bod, curry van pompoen, langzaam gegaarde bonen of , hoe leuk voor Kerstmis, een Wellington met paddenstoelen & wintergroenten. Visgerechten ontbreken niet. Gekonfijte zalm of vis met tomaten & chorizo uit de oven. Gevogelte komt aan bod, zoals een klassieke dragonkip uit de oven of kip gebraden op z’n Frans. Franc blijft natuurlijk Française. Ze schuwt ook exotische variaties niet zoals kip in kokosmelk. Tevens maken gans, kwartel en kalkoen hun opwachting. En wat in een winters sudderboek niet mag ontbreken: cassoulet met eend en varkensworstjes. Varkensvlees voor een lasagne met buikspek of taco’s met pulled pork & ananassalsa. Een knaller voor Oudjaarsavond. Rundvlees in de vorm van osobuco. Lamsvlees ontbreekt niet, het blijft een Australisch boek, in de vorm een Griekse lamsschouder of West Indische lamscurry met kokosrijst. Franc haalt haar inspiratie overal vandaan. Het boek sluit af met SLOW bijgerechten en desserts.
SLOW, meer dan 140 recepten voor langzaam gegaard comfort food, is een boek wat Gereons Keuken Thuis een spekkie voor zijn bekkie noemt. Sudderen, stoven en gerechten uit de oven zijn de essentie van de winter. Het boek SLOW draagt daar instant aan bij. Er zal tijdens de ophok nog heel wat afgeprutteld worden in SeaSpot. Laat de meteorologische winter maar beginnen morgen!
Geroosterde rodekool met een vijgenglaze.
Nodig:
100 g gedroogde vijgen, fijngehakt 2 el rode wijnazijn 125 ml zoete sherry (liefst Pedro Ximénez (PX) of een andere zoete sherry van goede kwaliteit) een paar takjes rozemarijn, naaldjes eraf gehaald ½ rodekool, in 4-6 parten 2 teentjes knoflook, fijngehakt 125 ml olijfolie
Bereiding:
Meng voor de glaze de vijgen, rode wijnazijn, sherry, rozemarijn en 60 ml water in een kleine steelpan en voeg zout en versgemalen zwarte peper toe. Kook dit 10 tot 12 minuten op middelhoog vuur, tot het is ingedikt tot een siroop. Zet opzij. Verwarm intussen de oven voor tot 160 °C. Bekleed een grote bakplaat met aluminiumfolie. Leg de parten rodekool op de bakplaat. Bestrooi ze met de knoflook, sprenkel de olijfolie erover en strooi er zout en peper over. Rooster ze 10 tot 15 minuten, of tot de randen knapperig worden. Draai de koolparten om en schep de vijgenglaze erover. Zet ze weer in de oven en rooster ze nog 10 tot 15 minuten, of tot de kool gaar is en de glaze borrelt. Serveer warm.
Meer SLOW recepten vind je half december in mijn Kerstmenu uit kookboeken parade.
SLOW, 140 recepten voor langzaam gegaard comfort food. Louise Franc (ISBN: 9789461432469) is een uitgave van GoodCook en is nog voor de winter start te koop voor € 32,50
Noot: dit boek werd mij als recensie-exemplaar gestuurd door de uitgeverij. De bespreking hier is mijn eigen mening. Lees ook de disclaimer
ELLE à Table. Get the party started! Een nieuw magazine voor de feestdagen. Vol hemelheerlijke gerechten voor onvergetelijke diners. Want, dat is Gereons Keuken Thuis met ELLE à Table eens, hebben we in dit rampjaar wel verdiend. Weliswaar niet aan met veel mensen aan tafel thuis, maar een begin is er. Je dekt de tafel mooi, als een heus sprookje en duikt de keuken in. En dat koken is met de feestelijke recepten in dit bookazine geen straf. Indorock en -stok Vanja van der Leeden verkende het Hollandse platteland voor de lekkerste knollen. Wat je van onder de grond haalt is heul lekker. Van knolselderij Anna tot aardpeersoep en met rode bietjes in de vorm van tartaar. Het EI komt aan bot, zilt en zalig met zeewier, door de volromige polenta of in een sauce béarnaise voor bij de kreeft.
Elle à Table doet de suggestie om je gasten eens te verrassen met een tafel, die is gedekt als curiositeitenkabinet. Doe eens gek, hal alles van de zolder en uit de kast. Maak er een echt tableau vivant van. Hierna komen de showstoppers, fruit, vlees en croute, desserts en kaas, maar dan uitbundig. Veel aandacht besteedt Elle à Table aan foodparing met mooie ingrediënten. Tot slot worden de lezers verguld met bladgoud en gepamperd à la crème. Praat ik nu ineens wartaal na al dit food geweld? Welnee, ik hoop jullie aan te sporen snel dit mooie magazine te scoren. Dat rijmt, want het is tenslotte Sinterklaastijd. Alles om je feestmaand tot een sprankelende tijd te maken. Aan Elle à Table zal het niet liggen.
Het bookazine Elle à Table, get the party started. Issue no. 1 is te koop voor € 7,99 bij je bladenman, de supermarkt of online.
California Dreamin’. Onlangs plofte dit zonnige kookboek op mijn deurmat en in mijn directe enthousiasme deelde ik een foto op social media. Er werd direct op gereageerd door culi radiomaakster Sara de Leeuw (geen familie) uit LA met de vraag: “Wat is dat, de Californische keuken?” Ik moest haar het antwoord schuldig blijven. Maar nu heeft Gereons Keuken Thuis California Dreamin’ op de keukentafel liggen en terwijl ik uitkijk over een door de ochtendzon beschenen Noordzee, met in de branding een matineuze surfista, bekruipt mij dat Californische gevoel. Toegegeven, clichés buitelen in deze frontierstaat over elkaar heen, maar dat maakt Amerika juist zo authentiek. Net als de Californische keuken, een melting pot van culturen, de bakermat in de seventies van local produce (dank aan Alice Waters), zonovergoten wijngaarden en leisure. Want van het leven genieten hoort bij Californië. Net als fitness en health. California Dreamin’ is geschreven door receptenontwikkelaar en foodstylist Vivian Lui. Opgegroeid in Californië en schrijver voor de NY Times en foodmagazines. Een expert op het gebied van al het moois dat deze grote staat biedt.
In California Dreamin’ heeft Lui het over het paradijs, besneeuwde bergtoppen, goudgele stranden, zinderende steden, uitgestrekte wijngaarden, moderne technologie en vooral de gastronomie. Dankzij de vele zonuren, de vruchtbare grond en inventiviteit van de inwoners is een heerlijk zomerse keuken ontstaan. De nieuwsgierigheid naar nieuwe dingen speelt daarbij een voorname rol. Net als de foodtrucks en biomarkten, die eerder regel dan uitzondering zijn. Zo deed elke immigratiegolf een duit in het zakje. En dan de POTUS maar muren willen bouwen. De kracht van de Californische keuken zit hem in de diversiteit en dingen net iets anders doen dan anders.
California Dreamin’ start met ontbijt en een niet onbelangrijk en hip ingrediënt is natuurlijk de avocado voor toast. Ook taco’s ontbreken niet als ontbijt of een echt surfersontbijt, om krachten op te doen voor riding the waves. Drankjes nemen een bijzonder kleurvolle plaats in, in de vorm van shakes, ijsthee en lattes. De wijnen ontbreken, maar wie weet kan Lui daar nog een ander boek over schrijven.
Lunchen is in Californië een feest, met salades, nu in het seizoen in Gereons Keuken Thuis, maar ook bowls, slawraps en een BLT sandwich. Inpakken die hap en meenemen naar het strand. Californiërs zijn graag on the road, dus dit kookboek besteedt aandacht aan gerechten om mee te nemen. Repen voor de sportschool of een frisse meloen-komkommersalade. Van de laatste weet ik nu al dat deze een hit gaat worden bij de BBQ hier in SeaSpot. De zon gaat onder in de Pacific en het wordt tijd voor dinner. In de Golden State doen ze dat met een carbonarasaus met voorjaarsgroenten, een bowl met gebraden pompoen of runderribben van de barbecue.
Ik word er op deze ochtend gewoon vrolijk van. Al die zonnige ingrediënten verpakt in heerlijke gerechten. California Dreamin’ is een kookboek, dat de zomer inluidt en waar ik in SeaSpot met zicht op de (kite) surfers heel wat uit ga eten. En voor Sara: “Het blijft niet bij dreaming, de Californische kitchen is the real thing”
California Dreamin’, culinair Californië. Vivian Lui (ISBN 9789461432292) is een uitgave van GoodCook en is te koop voor € 25,95
Toegift: The Mamas and the Papas.
Noot: dit kookboek werd mij als recensie-exemplaar gestuurd door de uitgeverij. De bespreking hier is mijn eigen mening. Lees ook de disclaimer
The Lemon Kitchen kookboek. Citroen als een onmiskenbaar fijne smaakmaker. Wist je dat je met deze zuidvrucht vele kanten op kunt? Dat citroensap of -rasp nu net dat “je ne sais quoi” kan geven aan je gerechten? Jadis Schreuder vertelt er van alles over in haar nieuwe kookboek. Over deze eigenzinnige gele rakker, bij voorkeur van Sicilië en natuurlijk biologisch, want dan verpest het dunne waslaagje de fijne eigenschappen van deze vrucht niet. Jadis is behept met wat Gereons Keuken Thuis het kook- en eetgen noemt. Van jongs af aan heeft zij een sterke fascinatie voor eten en boodschappen doen. Niks geen kindermenu voor haar, maar zalm met citroen of slakken met boter en persillade. Geen ijco toe maar een kaasbordje. Schreuder komt uit een bonte bohémien familie, waar altijd wel iets te vieren was. Aan tafel. De stap naar de middelbare hotelschool was dus snel gezet, gevolgd door een opleiding food- en receptenontwikkeling. Resultaat: tegenwoordig werkt Jadis met The Lemon Kitchen als fotograaf, foodstylist en receptenontwikkelaar. Met de hoofdrol voor inderdaad de citroen.
The Lemon Kitchen kookboek start met de filosofie van Jadis in de keuken en tijdens het koken. Gebruik goede producten en koop zoveel mogelijk biologische waar. Ze beschrijft de citroentools, aan de hand van leuke illustraties. En dan is het tijd voor de hoofdact: DE CITROEN! Een duizenden jaren oude vrucht, die via verschillende handelsroutes vanuit China de wereld veroverde en tegenwoordig in vele soorten, maten en rassen is te verkrijgen. Een heilzame vrucht ook. Zo drinkt Gereons Keuken Thuis elke ochtend een glas citroensap met wat lauw water om de dag te starten en de organen op te starten. Een soort superfood dus. Jadis vertelt het verhaal over de supercitroen, de Femminello Siracusano, top of the bill citroen qua smaak en parfum.
Daarna gaat The Lemon Kitchen kookboek verder met recepten. Gerangschikt per seizoen en dat levert leuke en spannende combinaties op. Het is vandaag Bevrijdingsdag en de lentezon jubelt. Een dag om te vieren met bijvoorbeeld een zalmceviche met passievrucht en citroen of kokkels met pittige chorizo en citroensap, -zest en schijfjes. Hierna volgende andere seizoenen met in de hoofdrol citroen. The Lemon Kitchen kookboek vormt een mooie combinatie van informatieve achtergrond, fijne zonnige fotografie en vrolijke originele recepten. Ik ga er eens mee aan de slag in Gereons Keuken Thuis aan zee. Want zeg nu zelf: “Citroen kun je eigenlijk overal bij doen!”
The Lemon Kitchen kookboek, Jadis schreuder (ISBN 978902458805) Is een uitgave van Luitingh-Sijthoff en is te koop voor € 20,00.
Noot: dit kookboek werd mij als recensie-exemplaar gestuurd door de uitgeverij. De bespreking hier is mijn eigen mening. Lees ook de disclaimer.
NB: meer over citroen lees je begin juni in Gereons Mag al fresco!
Talk & table, Mariëlla Erkens. In november 2019 verscheen het mooie boek THEE, de nuchtere neef van wijn. Gemaakt door theesommelier Mariëlla Erkens. Een vrolijke en spontane vrouw, die al haar kunnen op dit gebied nu heeft gebundeld in een prachtig boek. Ze crowdfundde het boek helemaal zelf..Gereons Keuken Thuis vindt dat een uitgever een mooie kans heeft laten liggen. Behalve theesommelier is Mariëlla ook actief als kunstenaar. Ik zie vaak haar foto’s van de kunst, die op straat ligt voorbijkomen op social media. Ik laat haar zelf aan het woord in en nieuwe aflevering van talk & table. Als #wintergast. Ik wil alles van haar weten en beloon deze lieve vrouw dan met een speciaal recept voor haar met een bijpassende dranktip. In haar geval thee.
Wie is Mariëlla Erkens. Vertel eens iets over jezelf? Ik ben nieuwsgierig, leergierig, avontuurlijk, recht voor zijn raap, verre van diplomatiek, ongeduldig, impulsief, spontaan, extravert en nog veel meer. Dat is trouwens allemaal goed terug te zien in mijn levensloop. Ik heb een carrière als een flipperkast. Opgegroeid in Haarlem, dat toen nog dodelijk saai was, waardoor ik vanaf mijn 17e zoveel mogelijk bij mijn Amsterdamse vriendje zat. Vanaf mijn 19e woonde ik op mezelf in Amsterdam, mijn favoriete stad ooit. (En ik heb heel wat steden gezien.) Na het Atheneum richting de Rietveld, kunstacademie te Amsterdam, waar ik het na drie jaar voor gezien hield omdat ik het niet eens was met de geestdodende manier van lesgeven van de leraren. Na weer een jaar hard werken, drie baantjes tegelijk, ging ik voor een jaar naar Australië. Alleen. Gouden tijd gehad, was er graag gebleven. Maar dat mocht niet, ik kreeg geen verblijfsvergunning, want ik sprak geen Chinees. (!! In 1983 was China dus al expansie-gericht. Tja, ze hebben natuurlijk ook vrijwel geen ruimte zelf…) Terug in Amsterdam hing ik een jaartje de kunstenaar uit, alle dagen schilderen op 1 hoog achter, maar dat maakte me zwaar depressief. Ik miste mensen. Daarom maar de reclame in gerold, eerst als receptioniste, toen als secretaresse, vervolgens als junior art director bij Ogilvy & Mather. Ik stortte me dusdanig in het vak dat ik alleen nog maar leefde voor mijn werk. Daar wordt een mens niet leuker van, kan ik je vertellen. Dus na drie jaar het roer maar weer eens omgegooid: ik werd parttime stewardess bij KLM en part time illustrator-schilder. Dat beviel een stuk beter: ik heb het 10 jaar volgehouden.
Maar ja, ik was inmiddels 38 en zag me dit toch niet tot mijn 65e doen. Tijd voor reflectie. Ik gaf het grootste deel van mijn spullen weg, verkocht mijn appartement, investeerde de overwaarde in aandelen en obligatiefondsen (waar ik de ballen verstand van had overigens), kocht een rugzak en vertrok voor onbepaalde tijd naar Midden Amerika. Die vrijheid was fantastisch en mijn fondsen deden het bijzonder goed, want het was hoog conjunctuur. (1998 – 2000). Ik trok van land naar land, van werelddeel naar werelddeel en had de tijd van mijn leven. In 2000 zette ik, (dankzij een bankier die ik toevallig tegenkwam en mij waarschuwde dat er een krach op komst was), net op tijd al mijn aandelen en obligaties om naar een spaarrekening, waardoor ik geen geld meer maakte, maar gelukkig ook niet verloor. Na 5 jaar Swiebertje spelen kwam de bodem van mijn schatkist in zicht. Wat te doen? Doorgaan tot het laatste duppie of het laatste beetje investeren in vastgoed? Het werd het laatste: ik kocht een krot op een beeldschone plek op het strand van Itacaré, een vissersdorp ontdekt door surfers in het Noord Oosten van Brazilië. Ik was toen erg van het surfen, dus daar wilde ik wel een gokje wagen. Met mijn laatste geld liet ik het krot vervangen door een mooie houten cabana, trouwde mijn Braziliaanse lover (anders kreeg ik geen verblijfsvergunning) begon er een restaurant (vis en vegetarisch) en heb helaas nooit meer gesurfd. Ik had het vak van restaurateur behoorlijk onderschat, bleek. Het strand zag ik alleen nog vanuit mijn keukenraam en live op zondagmiddag, want dan was het restaurant dicht en deed ik ’s ochtends de administratie. De echtgenoot ging gelukkig op de grote vaart werken, want die liep in het restaurant alleen maar in de weg en zoop al mijn voorraad op. Later bleek hij ook nog eens een gay-in-de-kast. Dat schiet dus niet op, zo’n man als echtgenoot. Hij kon wel erg goed dansen, dat was dan wel weer fijn.
Het was een geweldige ervaring, maar na 5 jaar jungle (ook in figuurlijke zin: de maffia zat me constant op de huid en ik gaf geen strobreed toe. Ben zelfs een rechtszaak tegen ze begonnen) had ik het er wel gezien. Geen spatje sociaal leven meer en ondanks heel goede recensies, ook in internationale reisgidsen en in nationale tijdschriften en kranten, was het toch stevig sappelen daar, aan de rand van het oerwoud. Het restaurant verkopen bleek moeilijk, dus vroeg ik begin 2008 een scheiding aan, verhuurde de tent, pakte mijn koffertje (de rugzak was allang gestolen) en ging terug naar Amsterdam. Gelukkig had ik daar vrij snel een baan te pakken (receptioniste bij Christie’s) en kon ik het huis huren van een vriendin die bij haar vriend was ingetrokken. Na een jaar aanpoten had ik de boel weer op de rails, het restaurant inmiddels voor goed geld verkocht aan een Duitse en had ik mijn eigen flatje gekocht in Amsterdam West. Ik nam ontslag bij Christie’s en begon voor mezelf als freelance kokkie,volgde chocoladecursussen en andere culinaire workshops, gaf al snel bonbonworkshops en kookworkshops en kwam in 2010 tijdens een workshop bij De Kweker Groothandel in aanraking met de veelzijdige wereld van thee, en hoe goed dat gaat bij het eten. De rest lees je in de inleiding in mijn boek. In 2012 kwam ik Willem tegen, mijn huidige echtgenoot.
Wat doe je op dit moment? Wat houd je bezig, naast je nieuwe kookboek? Professioneel koken is inmiddels zo goed als verleden tijd, dat doe ik alleen nog voor onszelf, familie, en vrienden. En heel soms als een bepaalde opdracht daar om vraagt, bijvoorbeeld een tea & foodpairing workshop. Ik geef advies op het gebied van thee aan thee-gerelateerde bedrijven, geef cursussen en trainingen over thee en tea & foodpairing en word soms ingehuurd door particuliere groepen of bedrijven voor theeproeverijen, al dan niet samen met hapjes, chocola of kaas. En ik wil me weer gaan bezighouden met kunst.
Vertel eens iets over je interesse in thee? Hoe is die ontstaan? Hoe ben je in de thee terecht gekomen? Ik dronk altijd al thee. In de jaren 70 kwamen smaakjestheeën in de mode: mangothee enzo. Ik was een puber en had een hele collectie van die thee, in kleine Chinese blikjes. Dat was helemaal de bom, toen. Ik had natuurlijk geen idee van goed theezetten, maar bij smaakjesthee geeft dat niet. Tot een jaar of zes geleden dronk ik nooit koffie, dat vond ik ronduit smerig. Pas toen ik koffie te drinken kreeg die goed gezet was, van goede kwaliteit, handmatig gezette filterkoffie, was ik om. Nu drink ik dagelijks koffie. Hoe ik in de thee terecht ben gekomen staat uitgebreid vermeld in het voorwoord van mijn boek.
Wat zou je doen als je één keuze had tussen theesommelier en een ander beroep? Wat was je dan geworden? Geen compromis mogelijk. Theesommelier.
Thee is voor mij een onontgonnen gebied. Ik ga dit voorjaar proberen mijn kennis wat te vergroten. Hoe doe je dat? Begin met het juiste water. Welke thee je drinkt maakt niet uit, als je die maar goed zet. En goed zetten begint met het juiste water, want thee is water. Dus: vers water, wat niet al eens heeft gekookt, dat zo zacht mogelijk is, bij voorkeur omgekeerd osmosewater, maar Spa Blauw of Mont Calm mag ook (geen andere merken, want die zijn hard, alleen Spa Blauw en Mont Calm zijn zacht genoeg voor thee). Ga vervolgens experimenteren: met zakjes, losse thee (nooit in een thee-ei, altijd los in de pot of anders in een heel groot filter, maar liever los) met soorten thee, trektijden, temperaturen. Jij bent degene die de thee gaat drinken, dus zet het zoals jij het lekker vindt. Als dat betekent dat je het maar 30 seconden laat trekken, of juist 5 minuten: prima, als dat jouw smaak is. De rest lees je in mijn boek.
Wat was de minst aantrekkelijke kant van het schrijven van dit boek voor jou? Het eindeloos corrigeren, schrappen, toevoegen, opnieuw lezen, en weer en weer. De eindfase dus.
En wat is de meest aantrekkelijke kant van het schrijven van een boek voor jou? Het schrijven zelf, dat vind ik heerlijk, en het maakproces: recepten bedenken, overleggen over de vormgeving, infographics bedenken, de fotografiesessies, en natuurlijk het delen van mijn kennis.
Staan er nog andere projecten op stapel dit jaar? Ja, ik ben nu bezig met de Engelse vertaling en ik wil me weer gaan bezighouden met mijn KunstLigtOpStraat-project. Dat is er helaas finaal bij ingeschoten de laatste twee jaar.
Kun je wat meer vertellen over de kunst, die jij maakt? Het gaat me om onopvallende beelden, die spontaan in mijn blikveld komen, een soort muurbloempjes, die eigenlijk beeldschoon zijn, als je er maar even bij stilstaat. Ik ga er niet bewust naar op zoek. Terwijl ik wandel, of fiets, kijk ik rond, maar niet zoekend, wel bewust. Ik zie dan heel veel mooie dingen, bloemen, bomen, afval, schroot, straatmeubilair, details en soms levert dat een erg mooie foto op. Vaak ook meteen al de titel. Die foto’s ga ik thuis bewerken: uitsnijden, kleuren afvlakken of juist intensiveren, meer/minder contrast geven, meer/minder licht etc. Heerlijk om te doen, ik ga er helemaal in op, net als vroeger met schilderen.
Wat vind jij een goddelijke maaltijd? Alles wat met liefde, vakmanschap en aandacht is gemaakt, mooi van kleur en compositie, verfijnd. Daar hoeven geen dure ingrediënten voor aan te pas te komen. Een goed gemaakt gerecht van biet en aardpeer als hoofdbestanddeel kan volkomen goddelijk zijn.
En natuurlijk wat je graag drinkt, behalve thee, ik weet dat één keuze niet mogelijk is? Ik vind wijn heerlijk, maar ik kan er helaas niet meer tegen. Hetzelfde geldt voor speciaalbier. Dus nu hou ik het bij eraan ruiken en af en toe een klein slokje.
Wat lust je echt niet en waarom niet? Gekookte witlof. Jeugdtrauma. Maar gekaramelliseerd kan nu wel weer.
Waarheen ga je het liefst naar op reis? Taiwan en Japan
Ik heb erg veel bewondering voor de wijze waarop jij je boek hebt gecrowdfund, heb jij tips voor mensen, die jouw voorbeeld willen volgen? Standvastig blijven en je niet laten ompraten tot compromissen. Er al je tijd, geld en energie insteken en vooral: je donateurs overal in betrekken. Neem ze mee in de ontwikkeling van het boek of het project.
En…. kunnen we van jou ooit nog een theeroman in de trant van Chocolat of Rode rozen & tortilla’s verwachten? Zeg nooit nooit.
Wil je nog iets anders vertellen….delen? Aan iedereen die zijn neus ophaalt voor thee: zet het nu eens niet weg als suffig mutsendrankje, maar geef het een kans. Stap over je vooroordelen heen. Zet het voor de verandering echt goed, niet met kraanwater (want nee, in Nederland hebben we geen goed water, voor bier en koffie moet het ook worden gefilterd, dus waarom zou dat voor niet hoeven?), maar met zacht water, bij voorkeur omgekeerd osmose water, maar anders met Spa blauw of Mont Roucous. Zet tegelijkertijd thee zoals je het gewend bent, met kraanwater. Ruik aan beide theeën, kijk ernaar, proef het met aandacht. Proef het verschil. Bevalt je de goed gezette thee? Proef ook eens andere theesoorten. Als je niet van zwarte thee houdt: probeer eens wit, of een licht geoxideerde oolong, of een zachte groene.
Dan dit nog: smaakjesthee is uitgevonden om de slechte smaak van de thee te maskeren. En dan met name de slechte smaak die wordt veroorzaakt door het water. Al is de thee die voor smaakjesthee gebruikt wordt als basis, uiteraard van lage kwaliteit. Daar ga je geen hoge kwaliteit thee mee verknoeien. Je drinkt per slot van rekening ook geen VSQP met cola. Of Barolo in de sangria.
Het recept:
Het is geweldig te lezen, dat na de rollercoaster van baantjes, beroepen, reizen, experimenteren, Mariëlla zich als een vlinder ontpopte in de wereld van de thee. Aan Gereons Keuken Thuis de taak om daar een spannend gerecht bij te verzinnen. Japans en Aziatisch zijn haar voorkeur, maar al verder denkende kwam ik uit bij Jambalaya. Een easy does it recept uit het boek van een andere #talkandtable gast Bill Smith. Stevige cajun smaken en pit. Wijn drinkt Mariëlla met mate, dus moest ik opsnorren welke thee bij deze creoolse dish kan worden geschonken. Dank Mariëlla voor je mooie verhaal. Wat een avonturen!
Jambalaya is rijstgerecht uit de Mississippi delta.Van oorsprong ging er van alles in dit rijst gerecht. Alles wat men in de bayou kon vangen. Van konijn via alligator tot kikker. Mijn eenvoudige spicy versie gaat uit van rijst, garnalen en wat zeevruchten. Maar variëren kun je eindeloos. Als wijntip zou je aan een ferme viognier uit de Languedoc of een stevige chenin uit Zuid Afrika, zoals l’Avenir kunnen denken, maar voor Mariëlla denk ik aan een witte moonlight thee uit China of een Oolong ding dong uit Taiwan.
Nodig voor 4 personen:
1 rode ui
1 wortel
1 prei in ringen
3 stengels bleekselderij
8 grote rauwe garnalen
bakje rivierkreeftjes
zakje kokkels of scheermessen
1 tl cayennepeper
1 groene paprika
1 Spaans pepertje
3 tenen knoflook
blik gepelde tomaten
tijm
peper en zout
1 liter groente- of visbouillon
300 g langkorrel rijst
arachideolie
koriander
tabasco
Bereiding:
Verhit de olie in een grote pan en voeg de ui, knoflook, wortel in blokjes , preiringen, bleekselderij, paprika en Spaanse peper toe en bak kort aan. Blus alles af met de helft van de bouillon, voeg het blik gepelde tomaten toe en laat een kwartier op laag vuur sudderen. Voeg de tijm en cayennepeper toe. Voeg de rijst toe en wat bouillon en breng op nieuw aan de kook. (het gerecht dient onder te staan) Laat ongeveer 15 minuten sudderen. Roer tussentijds en als de rijst te droog is kan wat water of bouillon worden toegevoegd. Bak in een andere pan snel de garnalen, kokkels of scheermessen en rivierkreeftjes aan en voeg deze toe aan het gerecht. Laat de zeevruchten nog 3 minuten mee garen. Maak op smaak met peper, zout en what else tabasco? Serveer de jambalaya op een grote schaal met wat gehakte koriander.
THEE, de nuchtere neef van wijn, Mariëlla Erkens (ISBN 9789090322308) is voor € 35,00 te bestellen op www.theesommelier.me
Volgende keer in mijn serie Talk & table: Tsukémono Peter van Berckel.
Tafels vol liefde. Zo vlak voor deze vijfde december plofte er bijzondere #culipost op de mat in Gereons Keuken Thuis. Het kookboek van Thuis in Oss, een groep, die sociale coherentie tussen Ossenaren en nieuwkomers wil bewerkstelligen. Schrijvers Manjo van Boxtel en Kitty Schaap zetten zich daar graag voor in. Want zeg nu zelf, de herkomst en achtergrond van vele nieuwkomers mag dan wat verder weg gelegen zijn, maar Oss met zijn industrie heeft altijd nieuwkomers gekend. Van Scheveningen tot Angola en van Friesland tot Suriname. En wat verbindt deze mensen het meest? Juist samen aan tafel met elkaar, eten. Niets nieuws volgens de burgemeester van Oss, die zegt dat juist aan tafel riten ontstaan, ongeacht je religieuze of andersoortige afkomst. Zo was de burendag in ons Amsterdamse gebouw dit jaar een groot succes mede door de inbreng van allerlei nieuwe exotische gerechten van alle expats. Deze gedachte gaf voor Manjo en Kitty de doorslag om aan de slag te gaan met dit boek vol verhalen en recepten van over de hele wereld. En verdient vandaag, ondanks mijn kookboekenreviewreces aandacht.
Tafels vol liefde, de reden dat ik er tijdens mijn kerstrally over begin is, dat het een echt kerstboek is. Net zoals in veel plaatsen in Nederland leidt de globalisering van de wereld, al dan niet in positieve zin, van expat millennials tot oorlogsvluchteling tot een zekere weerstand. Dat is zeker zo als de lokale inwoners het als een bedreiging zien. Niets nieuws onder de zon, dat was in deze periode van het jaar iets meer dan 2000 geleden hetzelfde -toen koning Herodes een volkstelling uitschreef- en is een menselijke reactie op het onbekende. Onbekend kan onbemind maken. Tafels vol liefde wil het omgekeerde bewerkstelligen, daarmee sluit dominee Gereon vandaag zijn preek af: vrede begint aan tafel en begrip met een volle maag. Let’s eat!
Manjo van Boxtel en Kitty Schaap gingen niet over één nacht ijs. Beide dames zijn journalisten met een passie voor koken en helpen vanaf het eerste moment onbezoldigd mee aan de projecten van Thuis in Oss. En met succes, want het bleek een leuke wijze om elkaar te leren kennen en samen te zijn. De gastvrijheid van andere culturen speelt daarbij, naast lekker eten, een grote rol. Maar ook de recepten, ik noem Marokkaanse bisarra, Scheveningse scharrolletjes, Amerikaanse chicken pot pie of Sallandse kniepertjes. Vergeet ik nog de Griekse pastitsio, die gisteren op tafel stond in Gereons Keuken Thuis. Hartverwarmende winterkost. Ik heb genoten van de liefde, waarmee dit boek is geschreven, bij elkaar gekookt en op de gevoelige plaat is gezet. Een treffer voor de komende kerstdagen. Act global!
Gereons Keuken Thuis hoopt dat de Sint vandaag nog gezwind langsdraaft bij boekhandel Derijks in Oss of op de site van Thuis in Oss. Tafels vol liefde is een boek, waarmee je thuis kunt komen en niet alleen in het Osse. Ik wens allen een fijne pakjesavond.
Tafels vol liefde, kookboek van Thuis in Oss. Manjo van Boxtel en Kitty Schaap (ISBN 9789090320175) is een uitgave van Thuis in Oss en voor € 14,95 te koop bij boekhandel Derijks in Oss.
TLV, de culinaire stadsgids. Gereons Keuken Thuis las een boek, dat één grote bonk vibes is. Het is het verhaal van een plaats in het oostelijke Middellandse Zeegebied, een oase voor buitenbeentjes, een bubbel, een plaats van rust in roerige dagen, een dance till you drop stad. Met een bijzondere culinaire cultuur. Waar vind je zoveel vegans? Ik ben er zelf nooit geweest (ken Tel Aviv alleen van Youtube filmpjes van Eliad Cohen), maar alleen al het lezen van deze culinaire stadsgids werkt magnetiserend. Het is verbazingwekkend dat de heuvel van de lente zo lang het geheim van de reiswereld is gebleven en schrijver Jigal Krant tilt voor de lezer de sluier op.
Jigal Krant heeft een grote liefde voor de Heuvel van de Lente, Tel Aviv. Zo gauw hij voet aan de grond zet op het vliegveld gaat zijn hart een tandje harder kloppen. Niet voor niets schreef hij vorig jaar een prachtig kookboek, Het Gouden Kookboek van 2019, TLV, met verhalen en recepten uit deze stad. Het was het begin van de ontdekking door den Hollander van Tel Aviv als citytrip bestemming. Velen ging met TLV onder de arm op pad en Jigal ontving, als ware hij een reisagent, dagelijks mailtjes over praktische zaken, zoals wisselkoersen, overnachtingsplekken en tattoo parlors.
Het daagde hem uit, om TLV, de culinaire stadsgids te schrijven. Geen alles omvattende reisgids, maar een boek met de plekken, die Jigal na aan het hart liggen. Vergeet niet dat de laatste jaren Tel Aviv zich tot een geduchte gastronomische concurrent heeft ontwikkeld ten opzichte van andere steden. Eat your heart out, NYC, Parijs of Londen! De stadsgids begint met een korte beschrijving van Tel Aviv, de historie en cultuur. Want het is een stad, hoewel niet zo heel groot, die heel kosmopolitisch aandoet, laid back is en gastvrij tegenover welke bevolkingsgroep dan ook. Joden, expats uit de ICT sector, LGBT Arabieren en vegans. Allen vinden een plekje onder de Telavivaanse zon. Jigal behandelt hierna FAQ, van veiligheid tot je verplaatsen. Hij legt uit dat Tel Aviv een oase is in tijden van politieke onrust en geweld. Een stad, waarin iedereen op adem komt. Of lucht te kort door het tempo, waarmee het leven wordt gevierd.
Jigal Krant neemt de lezer mee op pad van ontbijt, via streetfood, van choemoes & sjaksjoeka naar restaurants. Hij vertelt in een apart hoofdstuk over de status van Tel Aviv als vegan capital, drinkt koffie, eet ijsjes. Er zal gedronken worden, l’chaim, en natuurlijk gedanst. Gefietst wordt er langs Bauhaus iconen. Jigal als vinyl liefhebber laat zijn favoriete platenzaken zien. Tot slot nog wat graffiti. Er valt heel wat te beleven in een paar dagen TLV. De culinaire stadsgids besluit met verklarende woordenlijsten.
Anyway, nadat Jigal ons het koken van Tel Aviv leerde, neemt hij ons nu mee naar de plek waar hij zich zo senang voelt. Dus wat let je: ga eens naar The Bubble, met TLV, de culinaire stadsgids onder de arm en dompel je onder in deze stad net als Jigal Krant en vele anderen dat doen.
TLV, de culinaire stadsgids. Jigal Krant (ISBN 9789038808048) is een uitgave van Nijgh Cuisine en kost € 20,00
Noot: dit boek werd mij als recensie-exemplaar gestuurd door de uitgeverij. De bespreking hier is mijn eigen mening. Lees ook de disclaimer
Herfstige bloemkoolsoep met La Chouffe. Iedereen weet dat ik naast een wijn- en spijsblog ook regelmatig verhalen schrijf op Gereons Verhalen over mijn “sprookjes”vrienden Knøbbig, Madeleine, Pelle, Bart en vele anderen. Een mooi bruggetje op deze vrijdag naar de bieren van La Chouffe in de rokerige en soms mistige Ardennen. Daar ontspint zich ook een sprookje. In het dal der feeën wordt, zoals ze het zelf zeggen, het kabouterbier van Achouffe gebrouwen. Met de bekende nain (Frans voor kabouter) op het etiket. Bijna 40 jaar geleden begonnen 2 zwagers Pierre Godron en Chris Bauweraerts bier te brouwen in de garage van de schoonmoeder van Chris. het bleef niet bij hobby-brouwen en in 1986 was Achouffe hun werk geworden. Ze hadden ruimte nodig en maakten van de hoeve hun eerste brouwerij. In eerste instantie produceerden de mannen enkel 75 cl flessen van La Chouffe, pas in mei 2009 kwamen de nu bekende 33 cl flesjes op de markt.
Samen met de uitbreiding van de brouwerij breidde zich ook de kabouterfamilie van Marcel (La Chouffe) uit met Malcolm (Mc Chouffe), Matthew (Houblon Chouffe) en kabouterin Micheline (Cherry Chouffe). Het leuke hieraan is, dat, net als in mijn sprookjes, elke kabouter zijn specifieke karakter steekt in het bier, dat hij of zij vertegenwoordigt. (Ideetje voor Pelle of Knøbbig?)
Kabouter Marcel wist met zijn La Chouffe de hele wereld te veroveren. Een blond Ardens Bier van 8% vol. met citrusnoten en een licht hoppige smaak. Fris en luchtig, maar ook een mooie tegenhanger van de wat stevige en herfstige bloemkoolsoep op deze vrijdag. De wolligheid van de velouté met de frisheid van La Chouffe. Santé!
Herfstige bloemkoolsoep met La Chouffe.
Nodig:
4 grote kruimige aardappels
1/2 bloemkool in stukken
1 groentebouillonblokje
3 stengels bleekselderij
3 tenen knoflook
1 grote ui gesnipperd
peper & zout
boter
water
gehakte peterselie
nootmuskaat
rookworst geweld
water
Bereiding:
Kook de bloemkool, selderij,knoflook ui en aardappels gaar in heet water met het groentebouillonblokje. Laat het geheel 25 minuten doorkoken. Laat iets afkoelen, voeg een scheutje La Chouffe bier toe en pureer de soep met een staafmixer. Breng op smaak met peper en zout. Voeg de boter in blokjes en verse nootmuskaat toe. Als de soep te dik wordt kun je nog wat heet water toevoegen. Schep in voorverwarmde soepkoppen en garneer met peterselie. In deze versie voegde ik wat plakjes overgebleven rookworst toe en boter, wil je het vegan houden laat je deze weg.
Lees ook mijn herfstrecepten voor waterkersstamppot met Tripel d’Anvers en Brabants reestoofje met Duvel.
Noot: Dit is het laatste deel van mijn serie over Belgische karakterbieren. Dit bier werd mij als sample gestuurd door Duvel Moortgat NL. De bespreking hier is mijn eigen mening. Lees ook de disclaimer
Nederland Kookboek, Laura de Grave. Op de fiets deed ze met haar debuut enkele jaren geleden een rondje Mokum. Voor haar tweede kookboek stapte Laura op de elektrische motor en maakte samen met fotograaf Hans de Kort een ware culineuze ronde door ons land. Niet om nostalgische redenen, om het het land van stamppot, snert en stroopwafels te tonen. Nee, Laura wil juist laten zien met hoeveel passie er producten worden geteeld en gemaakt. Waarom zou je je eten laten invliegen, als om de hoek er elke dag boeren, vissers, slagers, bakkers en anderen de mooiste dingen produceren? Er ging een wereld voor haar open. En gaat nu open voor Gereons Keuken Thuis, wat een lekkers allemaal.
De sjeklade bol -wie is er niet groot mee gebracht-, beter bekend als de Bossche bol van De Groot. Zoervleis van café Sjiek aan de Maastrichtse Sint Pietersstraat. Ansjovis van Bergense weervissers. Scheermessen uit Zijpe. Echte Leidse hutspot ter ere van het ontzet van deze stad op 3 oktober. Balkenbrij van biet door Nel Schellekens. Ik zie mijn Betuwse oma nog staan roerend in de pan met Gelderse balkenbrij, alvorens het werd gestort on cakeblikken. Spritzen uit Utrecht, kaas voor de soep van Hof van Sonoy uit Alkmaar en koolzaadolie uit Overijssel.
Flevoland met een visgerecht van het eiland Urk, waar zowel de zoet- als zoutwatervisserij springlevend is. Daar kon geen Afsluitdijk tegenhouden. Drenthe, land van Bartje, de armste streek van Nederland, met tegenwoordig heidelam. Wat een rijkdom. Kokkels vissen op het Friese kwelder. De gefrituurde eierbal van Piloersemaborg in het Groningse Den Ham.
Tot slot bezocht Laura de, wat zei de 13e provincie noemt, onze Waddeneilanden. mooier dan je je kunt voorstellen, van Texelse schapen, cranberry’s van Terschelling tot de oesterbanken in zee. Uitleg van Laura over al deze speciale producten en erbij heerlijke recepten opgetekend uit de monden van de koks en bakkers, die het hoge niveau van onze cuisine dagelijks laten zien. Laura ontfutselde geheimen uit elke regio. We zouden er veel meer van moeten genieten. Om je het gemakkelijk te maken, heeft Laura achterin het boek de bezochte adressen en een tabel van seizoensgroente en -fruit opgenomen. Dan is het makkelijker keuzes maken.
Gereons Keuken Thuis vindt dit tweede boek van Laura, Nederland Kookboek een knap staaltje werk, want Laura de Grave is niet over een nacht ijs gegaan. In haar voorwoord parafraseert zij mijn jeugdheldin Pippi Langkous: “Ik heb het nog nooit gedaan, dus ik denk dat ik het wel kan” Daarmee formuleert ze meteen een volgende uitdaging. Lokaal koken met al het moois van dichtbij. En mocht je daar geen zin in hebben, ga op pad, al dan niet gemotoriseerd met Nederland Kookboek onder de arm langs al het lekkers, dat ons land biedt. Overigens voor expats is er geen excuus. Er is ook een Engelstalige versie. (No excuse dear expats living in The Netherlands, there’s also an English version)
P.S. Deze winter hoop ik de schrijfster aan de tand te voelen over haar ronde door het land als #wintergast in mijn serie talk&table.
Nederland Kookboek/ Dutch Cookbook, Laura de Grave (ISBN 9789492037879) is een uitgave van Brandt en is bij je lokale kookboekenvakhandelaar te koop voor € 30,00
Noot: dit boek werd mij als recensie-exemplaar gestuurd door de uitgeverij. De bespreking hier is mijn eigen mening. Lees ook de disclaimer
St. JOHN het kookboek. De moderne Britse keuken van kop tot staart. Tegenwoordig, mede door duurzaamheidsbewustzijn wordt er in veel restaurantkeukens gewerkt volgens de methode van kop tot staart, nose to tail in mooi Engels. Nel Schellekens doet dat al jaren en de jongens van Breda en Guts & Glory in Amsterdam zijn er ook mee behept. Eigenlijk helemaal niet zo’n raar streven, want als je dan toch een dier doodt, eet het dan helemaal op. Dat gebeurt in de natuur ook. Maar wij in de westerse wereld zijn verwend geraakt en verslaafd aan magere lapjes vlees, geen botjes en oh nee geen orgaanvlees. Fergus Henderson en Trevor Gulliver, al 25 jaar uitbaters van restaurant St. JOHN in Londen, koken al sinds de start van kop tot staart. Fergus licht in zijn voorwoord toe, dat voor hem keuze om van kop tot staart te koken niets met aanstellerij of opschepperij te maken heeft. Hij wil in St. JOHN degelijk Brits eten koken en niets verspillen.
Fergus kookt anders dan zijn vader, die een echte gourmet was en van chic eten hield. Koken is een passie voor Henderson en een avontuur. Het uitdokteren van nieuwe gerechten. Hij volgde een opleiding tot architect, maar de drang te componeren met eten was sterker. Dus hij werd kok en restaurateur. Met succes, want de filosofie van St. JOHN sloeg aan en zijn nose tot tail koken werd door de Londenaren omarmd.
Trevor Gulliver is van de wijn. Vaak wordt gezegd, dat Fergus de borden en Trevor de glazen vult. Trevor is vanaf dag één in St. JOHN langs allerlei wijnmakers gegaan, want de heren wilden niet afhankelijk zijn van importeurs. Dat leidde tot de mooie combinaties in wijn en spijs. Maar er ging ook wel eens wat mis. Zoals de Bourgogne wijnen, die stonden te stoven in zomers Dover. Uiteindelijk niet eens geschikt meer om mee te koken. Maar met de wijn kwam het goed en de heren lunchen nog dagelijks met een mooi gerecht en een kloeke Franse wijn.
St. JOHN het kookboek start met een ode aan het varken. Een dier en zijn vlees met een centrale rol in de keuken van Henderson en Gulliver. De noodzaak van een goed hakblok, de verfijning van het schoonmaken van de belangrijkste spier, het hart. Het bereiden van hersenen. Allemaal technieken, die je goed onder de knie moet hebben om van kop tot staart te koken. Bouillon speelt een grote rol in de keuken van deze heren net als pekel en vet. Vet om te konfijten en pekel om smaak te geven aan vlees. Dat levert stevige, maar ook verfijnde gerechten op, zoals rundergehakt op in rundvet gebakken brood of zeer krokante eendenbout met zuurkool en pruimen.
Bij St. JOHN denken ze ook aan voorraad. Gepekelde walnoten, dressings, tafelzuren, sauzen, chutney’s, geleien en gedroogde producten. Alles van de plant net als van het dier wordt verwerkt. Trevor Gulliver noemt de gepekelde walnoten van het restaurant de essentie van een bord. Zonder deze walnoten is het bord als een ansichtkaart van een mooie zonsondergang, maar een echte zonsondergang is mooier. Wat volgt is een hoofdstuk vol bijzondere bereidingen. Botten zijn ook zo’n ding, denk alleen maar aan de gelei van varkenspootjes in dit boek. Ik maak een grote stap naar desserts, want de dessertkaart van St. JOHN is net zo uitgebreid als de andere gerechten. Bread pudding, Iles flottantes of een peren-trifle met sherry.
Het boek sluit af met bijzondere menu’s, zoals een diner voor wijnboeren en feestelijke gelegenheden van ontbijt tot Kerst, wanneer de heren los gaan met good old traditionals. Van kop tot staart.
St. JOHN, het kookboek is niet for the faint at heart. Bij het zien van sommige foto’s moest ik ook soms even slikken. Want een bak vol snuiten en oren is een niet alledaags voorkomend iets in mijn keukentje. Fergus Henderson en Trevor Gulliver slagen erin door duidelijke uitleg en opwindende creatieve gerechten in een mooie setting kop tot staart koken te promoten zoals ze dat al 25 jaar doen in St. JOHN. Eigenzinnige mannen met originele gerechten, St. JOHN het kookboek, de moderne Britse keuken van kop tot staart is een bijzonder leerzame aanwinst in mijn keuken.
St. JOHN, het kookboek. Fergus Henderson & Trevor Gulliver. (ISBN 9789059569867) is een uitgave van Fontaine en te koop bij je lokale kookboekenhandelaar of online. Het kost € 35,00
Noot: dit boek werd mij als recensie-exemplaar gestuurd door de uitgeverij. De bespreking hier is mijn eigen mening. Lees ook de disclaimer
Door de site te te blijven gebruiken, gaat u akkoord met het gebruik van cookies. meer informatie
De cookie-instellingen op deze website zijn ingesteld op 'toestaan cookies "om u de beste surfervaring mogelijk. Als u doorgaat met deze website te gebruiken zonder het wijzigen van uw cookie-instellingen of u klikt op "Accepteren" hieronder dan bent u akkoord met deze instellingen.