1 juli, dag van de pastasalade, lustrumeditie.

foto: is pastasalade een specialité Niçoise?

Het is maandag 1 juli, dag van de pastasalade, de lustrumeditie. Wat een feest toch elke keer weer zo aan het begin van de zomer. Het enthousiasme, waarmee iedereen zijn recept voor pastasalade deelt en dat al voor de vijfde keer! Deze reis gaat Gereons Keuken Thuis vloeken in de kerk, zowel in de Italiaanse als die van de stad Nice. Want pasta wordt nooit koud gegeten en in een salade Niçoise gaat wel aardappel maar geen pasta. Ik maak deze keer een pastasalade à la Niçoise op mijn eigen wijze. En fotografeer deze creatie niet. Kan allemaal aanstoot geven, maar what the heck, het is maar één dag per jaar dag van de #pastasalade. Laten we aan de slag gaan!

foto: yellow funky pastasalade

Eerst even wat terugblikken: In 2015 begon ik op de dag van de pastasalade met een knalgele funky pastasalade met spek en ras al hanout, de 2016 editie was geïnspireerd op de vlag van Portugal met groene olijven en het rood van chorizo. Een daverend succes gedurende een beachdag in SeaSpot. In 2017 ging ik met de Franse slag te werk. Het werd uiteindelijk een half warme pastasalade, van volkoren penne, sinaasappel, noten, een dressing van rode wijnazijn en notenolie en snel gegrilde eendenborst, op een bedje van veldsla, sur un lit de mâche. Een bord en een mond vol zullen we maar zeggen.

foto; pastasalade Portugaise met pit tijdens beachday SeaSpot


Van geheel andere orde was de pastasalade op 1 juli 2018 met vis in de hoofdrol. Bart van Olphen zou blij zijn met zoveel vis uit blik gebruik! En… tatarata: voor de lustrumeditie dit jaar ga ik voor een pasta salade à la Niçoise. We drinken er koude rosé bij, uit de VAR, heerlijk verkoelend als de temperaturen de 30+ aantikken. 1 juli, dag van de pastasalade. Be a good sport en deel zoveel mogelijk de creaties van je collega foodbloggers op Facebook, Twitter en Instagram.

Nodig:

300 g gekookte penne afgekoeld

250 gekookte sperziebonen

1 rode ui in ringetjes

2 tenen knoflook fijngehakt

2 vastkokende aardappels gekookt en in blokjes (fac.)

1 blikje ansjovis

2 el kappertjes

2 tenen knoflook fijngehakt

citroensap

olijfolie

zwarte peper

zout

gehakte peterselie

4 hard gekookte eieren in kwarten

Bereiding:

Kook de penne al dente en laat deze afkoelen. Spoel goed af met koud water en zet even ter koeling in wat gezouten water. Kook de aardappels en eieren. Snijd de aardappels in blokjes en de w=eieren in kwarten. kook de sperziebonen in ruim kokend gezouten water. Laat de ansjovis uitlekken, net als de kappertjes op wat keukenpapier. Hak de tenen knoflook zeer fijn en rasp wat schil van de geboende citroen. hak wat peterselie fijn. Men alle ingrediënten goed door elkaar in een schaal. Maak een dressing van peper, zout, olijfolie en citroensap. Meng de dressing door de pastasalade. Serveer de salade op borden met als garnering de partjes hard gekookt ei.

foto: de -visuitblik_ pastasalade

Tot slot een korte bloemlezing van pastasalades van andere foodbloggers:

Sophie van Wijnen met een Pastasalade zomerfeest uit 2018.

Italiaans koken met Antoinette met een Lauwwarme pastasalade met pesto alla Trapanese uit 2015.

Marleen van Es maakt een pastasalade uit haar volkstuin, een pastasalade met asperges en saffraan uit 2017.

en last but not least: Miss Foodiemoods met een pastasalade met zalm uit 2016.

Meer recepten op 1 juli, dag van de pastasalade vind je op de speciale Facebook pagina Succes!

The Grand Blogger Dinner 2019.

foto: het menu met hoe attent je naam erop!

The Grand Blogger Dinner 2019. De Amsterdam editie. Dit jaar in het West Indisch Huis aan de Herenmarkt, een mooie locatie uit de Gouden Eeuw, vol geschiedenis, wist Peter Stuyvesant, nog niet met houten been, ons in zijn welkomstwoord te melden. Stuyvesant vertelde over zijn aankoop van het eiland Manhattan, het latere Nieuw Amsterdam, een kolonie, waar in 1674 met de komst van de Engelsen node werd afstand gedaan. De voormalig gouverneur keerde terug en is tot op heden te bewonderen als beeld op de binnenplaats van deze Mokumse plek. Met houten been. Het West Indisch Huis herbergde ook de zilverschat van Piet Hein, zo’n slordige 11 miljoen gulden. Maar dat is natuurlijk allang opperdepop. Ik hoefde dus niet te gaan schatgraven, aldus Stuyvesant.

foto: IJwit van Mokumse stadsbrouwer Het IJ.

Maar terug naar de avond van gisteren. Het jaarlijkse Grand Blogger Dinner, dat met brio wordt georganiseerd door Mister Goodiebag, waar een keur van merken zich via een 5 gangen menu presenteren aan het aanwezige (food)bloggersvolk. De tafels stonden feestelijk gedekt klaar met styling van CASA in geel koper. Mooi voor bij deze 17e eeuwse setting. Bij binnenkomst verraste biersommelier Brecht Terryn, opgeleid aan de hotelschool van Koksijde en nu werkzaam bij Duvel, Gereons Keuken Thuis met een struis glas IJwit van Amsterdamse brouwerij Het IJ, ja die van de molen in Oost en tegenwoordig ook het Blauwe Theehuis in het Vondelpark.

foto: Brecht Terryn schenkt in en vertelt.

Brouwerij Het IJ maakt tegenwoordig deel uit van het Duvel-Moortgat consortium. Met in hun bierrepertoire Liefmans, van de kriek, De Koninck van het bolleke, La Chouffe uit Houffalize, Maredsous, het hippe Vedett en natuurlijk den straffe Duvel. Een mooi palet om uit te kiezen. Dit had hij gedaan voor het menu, want anders dan vorig jaar waren de gerechten gecomponeerd voor bij de geschonken bieren. Je moet dan natuurlijk wel bierdrinker zijn, maar voor mij een mooie kans om op deze avond in plaats van wine & food pairing, eens bier en eten te degusteren.

foto: carpaccio van ananas met garnaal voor bij de Vedett IPA.

We startten met een Vedett extra IPA, fris met een zuurtje en wat hoppigheid voor bij een carpaccio van ananas met warme garnaal. Een goede match, mooi gekozen door Brecht. Het tweede bier kwam in een mooi glas met de skyline van onder andere de Noordkaai in Antwerpen. Stad, waaraan Gereons Keuken Thuis heel wat bierherinneringen heeft. Niet in de laatste plaats aan het stadsbier van De Koninck met zijn bollekes. Terryn serveerde een tripel van deze brouwer, vol in de mond, voor bij de op lage temperatuur gegaarde zomerzalm met coeur de boeuf pommodori en majoraanschuim. Een puike combi. Wat een heerlijk bier. Gereons Keuken Thuis gaat snel uitvinden waar dit bier, laten we het een chardonnay in bierland noemen verkrijgbaar is.

foto: op lage temperatuur gegaarde zalm voor bij de Tripel d’Anvers.

We kregen bij de derde gang een Duvel geschonken, stevige smaak, mijns inziens ietsje te bitter voor bij de “Toma”chef tomatensalade met prima jonge  kaas op een coulis van groene kruiden. De alom aanwezige smaak van spinazie deed het bier niet goed, de romige kaas wel.

foto: een tussengerecht geserveerd met Duvel.

Verder ging het met mossels, hoe kan ook anders, daags na de opening van het mosselseizoen, met een glas Tank zeven van het Amerikaanse Boulevard Brewery. Want bieren uit de VS timmeren danig aan de weg. Wat zonde was, dat het op zich smakelijke gerecht van Aziatische stijl mosselen met kerrie op parelgort van rijstkoning Lassie de tafels bijna koud bereikte.

foto: gerecht van kerrie mossel en parelgort voor bij Amerikaans bier.

Tot slot presenteerde Brecht Terryn een Duvel tripel extra hop, met een frisse hint voor bij de selectie kazen van Willig. Ik vind dat een leuke keuze, om juist geen zwaar bier bij kaas te drinken.

En zo vloog de avond in het goede gezelschap van mijn tafeldames Francine en Marjolein en tafelheer Luuk in rap tempo om. Want het is toch vooral bijkletsen met collega bloggers zoals Rory Blokzijl en Anne-Marie Otter. The Grand Blogger Dinner vloog om en voor Gereons Keuken Thuis het wist zat hij op de fiets westwaarts met een goedgevulde Mister Goodiebag. Dank Alwin Jager en zijn team voor wederom een genoeglijke avond.

foto: #momentje met collega blogger Rory.

The Grand Blogger Dinner 2019 werd mede mogelijk gemaakt door Filippo Berio olijfolie, West Indisch Huis, a matter of taste, Stoffels tomaten, Lassie altijd goed, Henri Willig kazen, Duvel Nederland, San Pellegrino & Acqua Panna en tot slot CASA shops.

Try before you die, 150 Restaurants.

foto: cover 150 restaurants you need to visit before you die.

Try before you die, 150 Restaurants, het nieuwe boek van influencer en tastehunter The Foodalist alias de in Brussel woonachtige Amélie Vincent. Juriste van opleiding -wat ruilen toch veel juristen hun carrière in voor een foodbestaan- , maar tegenwoordig baasje van haar eigen bureau, dat gespecialiseerd is in wereldwijde gastronomie, mensen en culturen. Vincent heeft zich altijd aangetrokken gevoeld door mensen. Als kind wilde ze verpleegster of sociaal werkster worden. Eigenlijk is ze dat uiteindelijk geworden als The Foodalist. Behalve dat zij in haar dagelijks bestaan niet te maken krijgt met patiënten of cliënten, maar wereldwijd de vinger aan de pols houdt in restaurants en bij chefs. Met het boek 150 Restaurants, you need to visit before you die wil ze een hommage brengen aan al die fijne en leuke mensen, die zij ontmoette all over the world. Ik noem het een privilege, want wie, zoals een Facebook contact van mij opmerkte, heeft de tijd en het geld om dat te doen? In haar voorwoord geeft Amélie Vincent hierop het antwoord. Natuurlijk zijn haar keuzes subjectief en moet je haar boek meer zien als een soort bucketlist. Zo zag ik het ook: lekker weglezen en -dromen bij al die mooie restaurants, die zij bezocht. Gereons Keuken Thuis was er wel zoet mee. Het boek start in Noord en Zuid Amerika, van Astrid & Gaston in Lima. (zeg nou zelf wie wil daar nu niet naartoe?) Via mooie adressen zoals Pujol in Mexico DF naar Eleven Madison, het meest stijlvolle restaurant in New York, volgens Vincent. Culi-adressen in San Francisco komen aan bod en DOM van Alex Atala in São Paulo mag niet ontbreken. Gek dat er geen enkel adres in LA instaat. Wie weet is de schrijfster daar nog niet aan toegekomen. Tot slot, ook een wens van mij om eens te bezoeken, Hartwood in Tulum, één groot culinair avontuur op Yucatán.

We steken de Atlantische Oceaan over naar ons continent. Vincent noemt de Kas in Watergraafsmeer, naast Pure C en Librije. De eerste vind ik een beetje bijzondere keuze, omdat er wel meer te vinden is op culinair gebied in Mokum en Nederland. Antwerpen is vertegenwoordigd door Nick Brils The Jane, je treft verscheidene Baskische restaurants aan, zoals Etxebarri en Mugaritz. Disfrutar in Barcelona ontbreekt niet. Kopenhagen wordt gecoverd. Vincent brengt diverse bezoekjes aan de adressen van Alain Ducasse in Monaco en Parijs. Die andere Alain, Passard passeert de revue en ik wil nog de Osteria Francescana vermelden. Allemaal adressen in de hitparade van 150 restaurants. Met deze twee continenten is bijna 4/5 van het boek gevuld. (200 van de 250 pagina’s) Het Afrikaanse continent komt er bekaaid vanaf met slechts één vermelding in Kaapstad. Dat, terwijl Kiran Jethwa met zijn Seven Grill & Lounge in Nairobi, ook vermeld had kunnen worden. Maar nogmaals het is de bucket list van The Foodalist. Tot slot bezoekt de schrijfster Azië en Oceanië, Van Tawlet in Beiroet via het modern Chinese 120 Mott 32 in Hong Kong, om  uiteindelijk via het restaurant van Michel Bras in Tokio, down under te eindigen bij het eco-friendly restaurant Brae in Victoria.

En daarmee is het kringetje rond. Amélie Vincent heeft haar best gedaan een leuke wereldwijde restaurantgids te schrijven. want een goed restaurant vinden in een vreemde stad kan soms tegenvallen.  Een soort try before you die, noem ik 150 Restaurants, een leuk boek voor frequent travelers, want als je er dan toch bent….. Do as The Foodalist does!

150 restaurants, you need to visit before you die. Amélie Vincent (ISBN 9789401454421) is een uitgave van Lannoo en is te koop voor € 25,99

Noot: dit boek werd mij als recensie-exemplaar gestuurd door de uitgeverij. De bespreking hier is mijn eigen mening. Lees ook de disclaimer

Gereons keuken thuis alfresco 2019.

foto: gereons keuken thuis alfresco, zoals het begon.

Gereons Keuken Thuis alfresco 2019. De lustrum-editie. Voor de vijfde keer gaan we buiten koken, buiten grillen, picknicken en op het strand borrelen. Ik noem het nu al 5 jaar mijn #alfresco zomer. Ik nodig dan foodbloggers, maar ook niet bloggers uit om hun leuke buitenkook- en eetrecepten in een reactie hieronder te delen. In september organiseer ik dan een tombola, waarbij twee leuke zomerse boeken zijn te winnen. Dat is op 15 september. Maar eerst gaan we de zomer in. Gelukkig voorspellen de weermannen stijgende temperaturen. Eindelijk, want mei was niet veel soeps. De grill en het kookplaatje op mijn Amsterdamse balkon kunnen weer aan. De strandborrel- en picknickmand staat klaar. Er lekker op uit. Genieten van de lange dagen.

Gereons Keuken Thuis alfresco 2019. Wie weet heb jij (ook) wel een hele buitenkeuken waar de hele zomer wordt gekookt en gegeten? Of picknick je vaak in het park? Of je gaat graag spelevaren op de gracht? Er komen speciale zomergasten langs zoals Janneke Vreugdenhil en Anas Atassi. Er is plek voor Zomerkost van de hand van Jeroen Meus en we verkennen de leukste gerechten uit Catalonië en Portugal. EIVI embracement wines van Ibiza. Anyway, vanaf 1 juni gaat Gereons Keuken Thuis in de alfresco stand. Laat je leuke vondsten weten! Ik heb er zin in. Alvast een fijne zomer!

foto: easy salad

Doe eens gek! Stuur als reactie op deze blog je favoriete recept of leuke al fresco verhaal op. Ik publiceer deze op mijn blog en voor de twee fijnste inzendingen  heb ik op 15 september weer een kookboek klaarliggen. Als prijs. Inzenden kan tot en met zaterdag 14 september.

La douce Paris, met Janny langs de lekkerste bakkers van Parijs.

foto: wat een heerlijke réligieuse.

La douce Paris, een woordspeling op la douce France, land van het zoete verrukkelijke leven. En dan la capitale Parijs, ville lumière, stad van knisperende baguettes, boterige croissants, smeltende pains au chocolat en taartjes. Want à Paris on prend la mésure en de grande dame, die je in dit boek langs al dat lekkers loodst, is niemand minder dan Janny van der Heijden. Als een volleerd randonneuse verkende zij de arrondissements, op zoek naar de lekkerste dingen van patissiers. En route dus met Janny.

La douce Paris is een ode van Janny aan deze stad, de elegantie, die zich ook laat zien in alle patisseriecreaties, sommige bijna te mooi op te eten. De schrijfster is dol op Parijs en bezoekt graag de bakkers, die bijna 24 op 24 Parijs bedienen van het heerlijkste op brood- , maar ook op patisseriegebied. Dat 24/24 is niet helemaal waar, want tussen 10 en 4 is het verboden te bakken. Maar tijdens de andere uren worden de heerlijkste broden en zoetigheden vervaardigd. Je kunt er een tour van maken. En dat is nu precies het leuke aan La douce Paris. Janny neemt je mee langs haar favoriete adressen.

We beginnen in de buurt van les Halles, tot 1962 Rungis het overnam, het culinaire hart van Parijs. Deze buurt werd getransformeerd tot cultureel centrum van de stad, maar raakte in de jaren negentig in verval. Nu is mede door ingrijpen met nieuwe Hallen de buurt weer sterk in opmars. Wat echter altijd bleef waren de gerenommeerde adressen, zoals Stohrer met zijn puits d’amour of maison Kayser met baguette mongue, vernoemd naar de eerste bakkerij. Janny verklapt hierna het recept om de heerlijke tarte au caramel van het laatste huis zelf te maken.

foto: cover La douce Paris

We belanden in de Rue Saint Honoré, een chique straat met bodyguards voor de merkwinkels. Een vriendin uit mijn studietijd woont daar en schreef over deze buurt een mooi boek. Der Himmel neben dem Louvre. Over haar leven in Parijs en in de salons du thé. Want dat kenmerkt deze buurt tussen Louvre en Place Vêndome, met de grote hotels en joailliers.  Je drinkt hier geen koffie, maar vlijt je neer voor een kop of kannetje thee. Ook vind je hier de grote huizen als Ladurée met de beruchte macarons, het chocolat chaud adres Angelina en le patisserie du Meurice, waar vrais objets d’art worden gemaakt. Te mooi om op te eten. Als je dat doet, doe zoals Janny en peuzel je taartje op in de fijne tuin van het Palais Royal. Een van de favoriete plekjes van Gereons Keuken Thuis in Parijs, ver van de stad, maar er ook middenin. La douce Paris gaat verder langs de bakkers en patissiers van de buurt rond boulevard Haussmann en Opéra. Daar zitten enkele pareltjes en favorieten van Janny, ook Japanse. Lunchen doe je bij  Galéries Lafayette of op het dak van Printemps. Montmartre en Pigalle, ontbreken niet aan de voet van de bute met de suikerzoete roomsoezenkerk, de Sacré Coeur. Een levendige buurt, met wederom een mooie route. De Marais, Rue des Rosiers, het hart van Joods Parijs, waar ze in de rij staan voor de falafel. Het leuke aan deze buurt is dat alles nog kleinschalig is rond de Place des Vosges. En wat te denken van de pretzels en apfelstrudel van Asjkenazische en koosjere bakkerij van Florence Kahn?

foto: stap in de Russische 19e eeuw bij Pouchkine.

Ik verlaat de rive droite, want aan de andere kant van de Seine ontdekte Janny ook veel moois. Studentenbuurt Quartier Latin. Vergeet niet bij Berthillon op Ile St. Louis een ijsje te eten, alvorens je tour te starten op de Place Saint Michel. Bezoek eens de Tunesische bakkerij in de Rue de la Harpe, score een boek, net als Alice B. Toklas of  Hemingway bij de Shakespeare Company en peuzel je zoete waar al lezend op in de tuinen van het Luxembourg. Of in de tuinen rond de Romeinse opgravingen in deze buurt. Terwijl ik nu zit te typen zie ik het allemaal voor me. Last but not least, gaan we BCBG naar Saint Germain des Prés, wieg van het rive gauche gevoel, met warenhuis Au Bon Marché en befaamde brasserieën. Ik ben door dit boek er wel achter dat taartjes ook iets existentialistisch hebben. Klassieke patisserie in optima forma, zoals de meesterlijke macarons van Pierre Hermé.

Inmiddels is het een wat lange recensie geworden en dan ben ik nog niet eens op de helft. La douce Paris is een smul- droom- en reisboek ineen. Zelfs op deze vrijdagochtend aan zee waan ik me even ailleurs. Volgende keer live op pad met dit heerlijke boek onder de arm. Want, als je in Frankrijk of Parijs bent verdien je elke dag een taartje, een stukje joie de vivre.  Chapeau Janny!

La douce Paris, Janny van der Heijden (ISBN 9789018045166) is een uitgave van ANWB boeken en te koop voor € 23,95 (leden) of € 24,95 (niet leden)

Noot: dit boek werd mij als recensie-exemplaar gestuurd door de uitgeverij. De bespreking hier is mijn eigen mening. Lees ook de disclaimer

Urban Jungle, Igor Josifovic & Judith de Graaff.

foto: cover Urban Jungle.

Urban jungle, wereldwijde trend, je zou zelfs kunnen zeggen, dat deze trendstatus is overgegaan in een blijvertje. Ik schreef dat al eens eerder in een blog. Want groene planten zorgen voor frisse en gezonde lucht, een fijn klimaat in je huis. Meer en meer citydwellers weten dit en voegen de daad bij het woord. Ook ik ben zo’n #greenhappiness plantaddict, zowel buiten als binnen, jaarrond. Lekker bezig zijn met groen om je heen. Interieurstilisten Igor Josifovic en Judith de Graaff troffen elkaar in 2013 op een terras in Parijs en ontdekten dat zij ook plantaddicts waren. Het resulteerde in een samenwerking, een maandelijks topic over groen en de blog urbanjunglebloggers. Velen sloten zich aan bij deze community en nu is er Urban Jungle, het boek, vol inspiratie voor een huis vol groen. In leuke settings, met fijne ideeën en tips van plantenliefhebbers uit verschillende steden. Igor en Judith hopen, dat het boek meer is dan een koffietafelboek en het je aanzet tot actie. Ik sprak gisteren op Gereons Keuken Thuis over #plantificeren van voeding. Dit mooie neologisme kan natuurlijk ook gebruikt worden voor je woonruimte N’est ce pas?

foto: greenscape at SeaSpot

Aan de slag met groen in je huis. Ik noem het meestal de kantoortuin, want als je veel vanuit huis werkt zoals wij beiden doen, is het fijn groen om je heen te hebben. Urban Jungle was op bezoek bij  Marij en Evert uit Alphen aan de Rijn, twee creatieve Nederlanders, die van hun standaard Hollandse woning een groene oase maakten. Planten in grappige potten van de kringloopwinkel, hangplanten en Marij vertelt hoe je zelf een plantenhanger van touw macrameet. Bij elk interview vind je handige tips voor styling en verzorging. Via cactussen en vetplanten gaat het verder naar Hastings (van de slag in 1066, maar dat terzijde), waar Jeska en Dean een groen juweeltje bewonen aan het Kanaal. Een huis vol vintage en groene planten. Alles is doelbewust verzameld. Ook de planten. Jeska laat als stylingtip zien, hoe je je eigen terrarium maakt.

In Urban Jungle mag de monstera of vingerplant niet ontbreken. Deze echte seventies knakker is back on track, net zoals de koning van het oerwoud de monstera deliciosa. We belanden bij een jong gezin nabij Heidelberg, Hier leven de Schmidts tussen het groen. Dit Duitse stel vindt het heerlijk de natuur in huis te halen. Als meisje vond Pepper het al heerlijk om buiten te zijn en met groene planten haalt zij de natuur naar binnen. Net zoals vondsten uit de natuur, geplaatst in een minimalistische setting.

De ficus elastica komt aan bod. Ik heb zelf twee robusta’s in SeaSpot staan, een donkerkleurige en een bicolor. Heerlijk stoere en mannelijke planten. Die tegen een stootje kunnen. Wisten jullie, dat een groot deel van groene planten door mannen wordt gekocht? Via de multifunctionele calathea, die tegenwoordig in allerlei schakeringen te koop is, o.a. bij Cuki in de Amsterdamse De Clerqstraat beland ik bij de creatieve Morgane uit Toulouse. Deze creatieve plantenliefhebster woont met haar zoontje in een groen nest. Never a dull moment bij deze Française, want zij tovert oude glaasjes met een likje verf om in plantenpotjes. De wekelijkse verzorging  van het groen is haar time out.

En zo gaat Urban Jungle van Igor Josifovic en Judith de Graaff verder. De populaire pannenkoekplant ontbreekt niet, net als de pilea. Het boek eindigt in een oase van groen in Istanboel. Het boek geeft als extra een register vol blogs, winkels en handige internetadressen. Urban Jungle is een heerlijk boek om inspiratie op te doen voor je eigen groencollectie, maar wat ik nog leuker vind aan dit boek is dat mijn groene vingers nu jeuken om aan de slag te gaan vandaag. Ter illustratie een kiekje van mijn eigen urban jungletje.

foto: mijn Mokumse urban jungletje

Urban Jungle, inspiratie voor een huis vol groen, Igor Josifovic en Judith de Graaff. (ISBN 9789059567719) is een uitgave van Fontaine en is te koop voor € 22,00.

Noot: dit boek werd mij als recensie-exemplaar gestuurd door de uitgeverij. De bespreking hier is mijn eigen mening. Lees ook de disclaimer

Italië, mijn verhalen en recepten, Onno Kleyn.

foto: de gele cover van Italië door Onno Kleyn.

Het nieuwe boek Italië, mijn verhalen en recepten. Niet zo dik als het lichtblauwe culinaire compendium De Grote Kleyn, maar in ruim 400 pagina’s, met gele cover getooid met een vork met spaghetti, neemt culi- en wijnschrijver Onno Kleyn je mee op pad naar de Bel Paese, zijn  grote liefde, op culinair en vineus gebied dan.

Toen Onno en zijn geliefde Juliette in 1986 neerstreken in het Toscaanse dorp San Donato, kon hij nog niet bevroeden, dat dit zijn levensloop zou gaan veranderen. Conservatoriumstudent Onno ging naar Italië om bij te leren, de taal en zang. Maar gaandeweg het jaar dat ze doorbrachten kwam zijn nieuwe beroep, inmiddels doet hij dit al meer dan dertig jaar, dichterbij. Italië werd de basis van zijn culinair schrijverschap. Ondanks hun budget maakten Onno en Juliette kennis met het eten, de eetgewoonten en eigenaardigheden van het dorp en het Toscaanse land. Wat een smaken, wat een puurheid en genot. Na het jaar wilden ze helemaal niet weg en struinden voort door het Italiaanse land, via Umbrië, naar Napels, Ligurië en Bologna. In dit kook- en leesboek beschrijft Onno de keuken(s) en prodotti van de Bel Paese. Gelardeerd met zijn eigen avonturen en een derde laag, namelijk de rituelen en gebruiken van de Italiaan als het op eten aankomt. Want eten is in Italië het momentum van de dag, het gespreksonderwerp en vol smaak. Je zou het bijna een liturgie kunnen noemen. Pasta eet je zodoende (ork, ork, ork) alleen met een vork. Zo heurt het! Alleen hoe de Italiaan dan zijn kakelwitte overhemd schoon houdt is Gereons Keuken Thuis een raadsel. Niet getreurd, Onno Kleyn stelt dat oefening kunst baart. Er zijn overal sagre, want alleen of met zijn tweetjes opereren doe je niet in Italië, dat gaat in kuddes. Zie de trein tussen Schiphol en Amsterdam CS. Italianen houden van collectiviteit, ook aan tafel. Tussen de lakens is het een ander verhaal. Althans voor het gros van de Italianen.

Maar even terug naar dit boek. Dat Onno Kleyn een echte verteller is behoeft natuurlijk geen betoog. In Italië, mijn verhalen en recepten neemt hij de lezer mee van Toscaanse bonen met exquise olijfolie, naar de hammen van de stad Parma, die niet van Brabants varkensvlees worden gemaakt. Bij elk product vertelt hij over de essentie. Het verhaal van de pizza, die in Napoli moet kunnen worden opgevouwen en in Rome krokant is. Het truffelgebruik van de Umbriër. Colatura, waarom wordt dat niet veel meer gebruikt.? De tomaten inblik industrie van Noord Napels. Droge durum pasta versus verse pasta. Waarom kaas en vis nooit samengaan in de laars. Alles komt aan bod. De smaak van vriendin Ornella, die een pizza terugstuurde, omdat naar haar zeggen de mozzarella niet vers was. Het restaurantwezen en Italiaanse gerechten, die helegaar niet zo traditioneel zijn, als wordt beweerd. Maar juist van recente origine. En de ontdekking van hemelse spaghetti alle vongole met uitzicht op de Amalfikust.

Al deze onderwerpen maken, dat de Italiaanse keuken voor Onno numero uno is, pure eenvoud, weinig ingrediënten (maar wel van goede komaf) en geen maskerade van sauzen en frou frou zoals in Frankrijk. Overigens die maskerade vindt in de Italiaanse maatschappij op andere terreinen plaats, tijdens sagre, de mis op zondag en bijvoorbeeld de Palio van Siena. Bella figura hoort bij het wezen en de schrijver verhaalt erover.

Gereons Keuken Thuis heeft Italië van Onno Kleyn in één sospiro uitgelezen. De laatste acte van mijn  #italiaanseweken. Knalgeel met mooie zwart/wit illustraties in plaats van fotogeweld. Veel Italiaans eten zoals risotto en scaloppine is helemaal niet fotogeniek, vertelt Onno. Kortom, Italië, mijn verhalen en recepten is 414 bladzijden over de Bel Paese, tradities, de transitie van zanger naar schrijver van culinaire geneugten. Wat begon in San Donato als een coup de foudre (Sorry Onno, ken de Italiaanse term niet) is nu een vuistdikke gele mille miglia waarin maestro Onno Kleyn je meeneemt over de culineuze strade bianche en vinaire dreven van de laars in drie lagen. Bravissimo!

Italië, mijn verhalen en recepten, Onno Kleyn (ISBN 9789038806419)  is een uitgave van Nijgh Cuisine en is te koop voor € 32,50 in je kookboekenvakhandel of bij Onno zelf.


Noot: dit boek werd mij als recensie-exemplaar gestuurd door de uitgeverij. De bespreking hier is mijn eigen mening. Lees ook de disclaimer 



De Grote Hamersma 2019

foto: cover van de vuistdikke Grote Hamersma.

De Grote Hamersma 2019. Even dachten de wijnschrijvers Harold Hamersma en Esmee Langereis brodeloos te worden door een slogan van het clubblad van de blauwe grootgrutter. Deze pakte met kerst uit met: “0% alcohol 100% feest.” Was het einde nabij voor de wijndrinker, die wel van een feestelijk glas wit, rood, rosé of bubbels houdt? Niets bleek minder waar, er stonden nog nooit zoveel wijnen in de Grote Hamersma. welgeteld 3657 wijnen, inclusief 910 supermarktwijnen (daar waar de consument het meest zijn wijn haalt).642 sterwijnen, 1763 nieuwe vondsten, 1015 biologische en 176 mousserende wijnen. Wat betreft de laatste categorie, de Nederlander blijft in de ban van bubbels. wellicht te verklaren uit de trend van regionale bieren en gin&tonics.

Een andere waarneming is dat het aantal Italiaanse wijnen groeit, net zoals wijnen, gemaakt van bijzondere druivenrassen. Er is sprake van een “eigen druif eerst” effect. Wijnen van lokale rassen uit Oost Europa doen het goed. Orange wines uit bakermat Georgië, die het verbluffend goed doen bij de Ottolenghi-achtige gerechten, waarvan hipsters geen genoeg krijgen. Frankrijk spreekt een aardig toontje mee en tot slot wijnen met een smaakje, zoals gember of yuzu. Volgens Hamersma leuke nouveautés, maar vooral voor de glasbak.

De Grote Hamersma start met de top honderd van sterwijnen uit speciaalzaken en top 50 uit de supermarkt.. Dat zijn wijnen, die opvallend goed zijn in soort, druif, regio en/of prijs. Ik vind zo’n overzicht altijd heel handig. Niet alleen voor mijzelf, maar ook om mee te nemen tijdens wijnproeverijen of onder aan een blog van mijn hand. Er wordt mij namelijk vaak gevraagd welke wijn bij welk gerecht of waar kan ik een huppeldepup kopen? Dat vind ik nu het fijne aan een wijngids als De Grote Hamersma 2019. In één oogopslag kun je zien, wat er te koop is. Gerangschikt op druivenras en daarna op aanbieder, van AH tot Zekvinos. Onderverdeeld in rood, rosé en wit en per land. Praktisch om op te zoeken. Tevens bevat de gids duidelijke registers achterin. Maar behalve de praktische indeling is het ook heerlijk grasduinen in de Oscaruitreiking, die Hamersma en Langereis dit jaar samenstelden. Ik kom wijnen tegen die ik niet kende en ik wellicht kan vermelden onderaan een recept van mijn hand. Want dat vind ik het allerbelangrijkste van de Grote Hamersma, het stelt je in staat mooie keuzes te maken. In die zin zou dit boek op de plank van elke zichzelf respecterende foodblogger, dan wel culischrijver moeten staan. En mocht je De Grote Hamersma teveel uitdaging vinden, is ernaast De Kleine Hamersma een optie. Santé!

De Grote Hamersma, Harold Hamersma & Esmee Langereis (ISBN 9789059569623) is een uitgave Fontaine en is on- en offline te koop voor € 27,00.

Noot: dit boek werd mij als recensie-exemplaar gestuurd door de uitgeverij. De bespreking hier is mijn eigen mening. Lees ook de disclaimer

True Italian Taste.

foto: bruschette tricolore, is dat wel Italiaans?

De ware smaken van de Bel Paese. True Italian Taste. In februari bezocht ik Little Italy evenement in de Westergasfabriek, om aldaar Onno Kleyn te horen vertellen over nep en echt Italiaans eten, te proeven van de Parmaham van dat lieve duo uit Groningen, te lunchen alla Pioppi bij Franz Condé van Roberto’s Restaurant en de aangeboden Italiaanse waar te aanschouwen. Want wat nu de echte Italiaanse smaak is, daar kun je over twisten. Als er namelijk één keuken is, waarbij het moeilijk is de authenticiteit te bepalen is dat de keuken van de Bel Paese. Zo’n 150 jaar geleden bestond Italië niet eens, noch de definitie van hun nationale keuken. Het was een aaneenschakeling van regionale keukens, waarin homecooking de basis vormde. Met recepten uit de overlevering, uit schriftjes van moeders, oma’s en tantes. Denk bij authenticiteit eens aan de burgemeester van Bologna, die zich uitermate opwindt over de spaghetti bolognese. De saus uit deze stad eet je niet met spaghetti. Deze pastasoort komt uit Napels. Tagliatelle is het antwoord in la Grassa. En dan heeft de sindaco van deze stad het nog niet eens over die vermaledijde Francesi, die de saus “bolognaise”noemen en serveren met geraspte gruyère.

foto: rasverteller Onno Kleyn verhaalt.

De pizza is ook zo’n dingetje, oorspronkelijk een gerecht uit Napels, meegenomen door de emigranten naar de V.S., om na de Tweede Wereldoorlog in het kielzog van Amerikaanse soldaten de rest van Italië te veroveren. Met een biertje erbij, want zo heurt het. Tot zover de situatie in de Bel Paese zelf. Het moet worden gezegd, dat de Europese voedingsgiganten, inclusief de Italiaanse, er wat van kunnen. Het produceren van nep Italiaanse producten. De markt vraagt erom. Ook om potjes “Italiaanse” waar van TV- of restaurantchefs. Dat is nu eenmaal zo. Zo herinner ik me eind jaren tachtig de vlinderoni van een Zaanse fabrikant. We hebben Parrano kaas voor op de pasta en er zijn vele mooie sugi in glazen flessen, van carbonara met room tot fancy tomatenbereidingen. Alles onder het mom van ambachtelijk Italiaans te koop in de supermarkt. Er is mediterrane olie met een Italiaanse twist. Al dan niet geproduceerd in de laars. Italiaans eten is nu eenmaal hot en dan bedoel ik niet pittig.

foto: brute pizza uit 1820 magazine, de showcase van Italiaanse gastronomie.

Eigenlijk geeft het allemaal niets, dat nep Italiaanse eten, maar er valt één ding op af te dingen. De smaak! Als Italianen met één ding behept zijn is het, dat bij de keuze van hun ingrediënten de smaak vooropstaat. Verse zongerijpte tomaten voor de pastasaus, goede kwaliteit olijfolie, artisanale pasta en verse groenten. De basis van de cucina casalinga. Het gebruik van echte Italiaanse producten. Om deze vero gusto te promoten en al het moois dat de Bel Paese biedt onder de aandacht te brengen is het Italiaanse Ministerie van Economische Ontwikkeling in 2016 een project gestart om de authenticiteit van  Italiaanse producten onder de aandacht te brengen onder de vlag True Italian Taste.

foto: al mercato met al dat lekkers.

Voeding en wijn, gemaakt door gepassioneerde producenten en dat zijn er nogal wat. True Italian Taste wil consument wereldwijd vertellen over de Italiaanse producten en de plek waar zij vandaan komen. Het project wil de foodlover inspireren om nep eten te laten staan en the real thing te gebruiken in de keuken. Niche producten worden gepromoot. En alsof het niet genoeg is, het gezondheidsaspect te benadrukken. Ja inderdaad op sommige plekken in de laars worden mensen heel gezond heel oud!  Ik vind het een lovenswaardig streven, dat past in de trend van vandaag de dag. De consument is wijzer geworden en wil weten wat hij eet en waar het vandaan komt. Gereons Keuken Thuis bezoekt regelmatig expo’s met Italiaanse waar. Ziet dan mooie en lekkere dingen, maar met een kanttekening. Het betreft meestal niche producten, in kleine aantallen van kleine producenten. Meestal moet de exposant mij het antwoord op de vraag, waar is je product te koop, schuldig blijven. Zo ook bij de heerlijke knoflook uit Rovigo, die ik meekreeg tijdens de horecava. Of de spannende olijfolie met smaak van Sancin uit Friuli. Daar valt nog een slag te slaan. In die zin hoop ik dat True Italian Taste een steentje kan bijdragen aan de penetratie van authentieke Italiaanse waar op de Nederlandse markt. Handen uit de mouwen dus voor de Italiaanse producent, de marketeer en de consument. Ik zou zeggen: kies voor True Italian Taste, what else?

foto: creatie van Giorgio Locatelli in Roberto’s Restaurant.

En.. wil je deze regionale smaken van de Bel Paese zelf maken? Kijk dan eens naar de recepten op http://europe.trueitaliantaste.com/en/ricette

foto: logo il vero gusto….

VROUWVOLK, fameuze recepten voor fantastische vrouwen.

Vorige week zondag gebruikte ik, gezien de temperatuur de apéro buiten, in het gezelschap van Vrouwvolk, een heel mooi kunst- en kookboek, dat ik ontving van Nijgh Cuisine. Vol fameuze recepten voor fantastische vrouwen. Ik wist al lang dat Colette er wat van kon en schreef op Gereons Keuken Thuis eens over George Sand en haar déjeuners., maar de schrijfsters Marianne Pfeffer Gjengedal & Klaudia Iga Pères nemen je in dit boek mee langs de tafels van Marie Antoinette, Jane Austen, Anna Pavlova, Björk en La Loren. Wat een boek!

foto: cover VROUWVOLK, fameuze recepten voor fantastische vrouwen.

VROUWVOLK, fameuze dames eten ook. Dat was het uitgangspunt voor de vijf jaar durende queeste van foodstyliste Marianne Pfeffer Gjengedal en portretfotografe Klaudia Iga Pérès. Beiden werkten in de reclamewereld en bedachten om hun creatieve talenten te gebruiken voor het kunstzinnige kookboek, dat op deze Stille Zaterdag naast mijn laptop ligt. Een ode aan het dagelijkse leven met ups & downs, die ook bekende vrouwen kennen. De schrijvers deden onderzoek naar de te portretteren vrouwen, hun eetgewoonten en historische recepten. Je kunt nu eenmaal niet verwachten dat een Russische ballerina uit de twenties van de vorige eeuw quinoa at of smoothies dronk. Björk daarentegen wel, want zij is een vrouw van dit tijdsgewricht. Een interessant uitgangspunt, dat mij niet geheel vreemd is, want herhaaldelijk komen ook op Gereons Keuken Thuis beroemde vrouwen voorbij, zoals George Sand, la Loren of Madame du Barry. Dat is meteen de reden waarom ik onder de indruk ben van VROUWVOLK. Deze twee dames kropen letterlijk en figuurlijk in de huid van bekende vrouwen en hebben zo een heel kunstzinnig kookboek gemaakt vol prachtige gerechten. Laten we het een soort feminien sprookjeskookboek noemen. Vol heldinnen en feeën. Vanwege de verhalen, maar ook gevangen in prachtig beeld.

Marie Antoinette, de vrouw van Louis XVI, trapt af  met oh la la haar rococo recepten in poederroze en met veel frou frou. De toon van het boek is direct gezet. Gjengedal en Pérès kruipen in de huid van deze Oostenrijkse, die haar onzekerheid verstopte onder een flinke wolk van barok en parfum. Ze speelde graag herderinnetje in het Trianon, ver van die boze wereld. En de aanstaande Revolutie. Je kunt je deze Franse koningin niet voorstellen zonder een Charlotte Russe, confisserie of macarons.

Jane Austen is een hele andere categorie vrouw, een sterke schrijfster op het Engelse platteland uit de “landed gentry”, iets wat wij denk ik herenboeren zouden noemen. Rijk geworden door pachtinkomsten. Een mannenwereld, waar huwelijk met of zonder liefde een uiterst gecompliceerde toestand was. Thematiek te over dus voor de jonge Jane. Bij Austen horen een robuust en geglaceerd varkensgebraad en hoe kan het ook anders Yorkshire pudding. Landelijk eten.

Ik maak en sprong in de tijd naar Coco Chanel, de couturière, bekend van de little black dress, het topless zonnebaden in Deauville en heel erg stout het dragen van een broek. Chanel woonde een groot deel van haar leven in het Ritz hotel en zal dus niet vaak hebben gekookt. De mare gaat dat zij leefde van een gepofte aardappel met kaviaar en een glas champagne. Ach zulke gekkigheden hoorden bij de Parijse beau monde in de années folles. Het inspireerde de schrijfsters tot zoetigheden à la Ladurée of van andere Franse patissiers.

Het is niet de bedoeling alle vrouwen hier op te gaan sommen, waarvan je leven en eten in dit boek kunt lezen, beleven en proeven. Vooruit nog eentje dan, Norma Jeane Mortenson, beter bekend als Marilyn Monroe, beroemde actrice met een minder vrolijk leven. Marianne Pfeffer heeft zich in de zelfde wulpse pose op bed laten fotograferen. de schrijfsters kwamen erachter dat sexy spelen helemaal niet zo makkelijk is. Dat was dus echt een talent van Marilyn. Voor VROUWVOLK dichten ze deze actrice pancakes, granola en smoothies toe. Ontbijteten voor een moviestar en haar lovers. Roomservice.

Dit kunst- en kookboek van Marianne Pfeffer Gjengedal en Klaudia Iga Pérès mag met recht een poëtisch album worden genoemd aan verschillende generaties fameuze vrouwen uit allerlei disciplines. Een ode aan hun talenten, maar ook aan de manier waarop deze bijzondere en wilskrachtige vrouwen leefden en aten. Ik vind VROUWVOLK een heerlijk boek om uit te lezen tijdens de komende Paasdagen en om te gebruiken, als ik weer eens op Gereons Keuken Thuis een bekende dame wil portretteren.

VROUWVOLK, fameuze recepten voor legendarische dames, Marianne Pfeffer Gjengedal & Klaudia Iga Pérès. (ISBN 9789038806747) is een uitgave van Nijgh Cuisine en is on- en offline te koop voor € 39,99

Noot: dit boek werd mij als recensie-exemplaar gestuurd door de uitgeverij. De bespreking hier is mijn eigen mening. Lees ook de disclaimer

Door de site te te blijven gebruiken, gaat u akkoord met het gebruik van cookies. meer informatie

De cookie-instellingen op deze website zijn ingesteld op 'toestaan cookies "om u de beste surfervaring mogelijk. Als u doorgaat met deze website te gebruiken zonder het wijzigen van uw cookie-instellingen of u klikt op "Accepteren" hieronder dan bent u akkoord met deze instellingen.

Sluiten