De makkelijke Franse keuken. Alweer het veertiende boek van Koken met Karin, de onbetwiste diva van het koken zonder zakjes en pakjes. En een culischrijfster, die laat zien hoe je met weinig moeite groot effect sorteert. Naast haar man (die zij in Parijs ontmoette) en koken heeft Karin een andere grote liefde. La douce France in al haar facetten, ontstaan toen ze als au pair in Zwitserland opereerde, om vervolgens deze taal te gaan studeren. Je kunt bijna zeggen, dat Karin zich heeft ondergedompeld in een Frans bad. De taal, Proust, de films, les chansons en naturellement la cuisine. Koken met Karin kan er geen genoeg van krijgen. Haar liefde voor Frankrijk en de keuken was eens een coup de foudre, maar blijkt nog steeds geen verbleekte liefde. Dus het lag op haar pad om dit fijne Franse kookboek te gaan schrijven.
De makkelijke Franse keuken is een ode van Karin aan de gewone Franse dis. In tegenstelling tot wat velen denken is de keuken van de zeshoek helemaal geen ingewikkelde. Natuurlijk zijn er de culinaire pausen, de extreme oh la la gerechten tijdens een concours of ingewikkelde gemonteerde sauzen. Maar er is ook een ander aspect aan de Franse keuken, een pure en eenvoudige, met mooie producten die je te kust en te keur bij elkaar kunt scharrelen. Cuisine du (hyper) marché. In Frankrijk bien sûr, maar tegenwoordig ook in Nederland. Ga eens voor eendenbouten naar de Franse slager Alain Bernard op de Albert Cuyp of koop een blik confit bij de blauwe grootgrutter. Voor Frans brood en de lekkerste croissants moet je op de Stadionweg zijn bij Fournil de Sébastien. En regelmatig bezoek ik de kraam met Bretonse specialiteiten van Bruno Béchard van Souvenirs de France.
Maar nog leuker is het om, als je in Frankrijk bent, op zoek te gaan naar al die leuke lokale ingrediënten en keukenhulpjes en daarna hopperdepop zelf koken in je gehuurde of geleende huisje. Een belangrijk detail is dat ik bij het huren van vakantiehuizen in Frankrijk altijd kijk hoe de keuken geoutilleerd is.
Maar terug naar de gerechten en verhalen van De makkelijke Franse keuken. De apéro is een belangrijk ritueel alvorens aan tafel te gaan, een glaasje bruis met een zoetige likeur hint, zoete witte wijn of een pastis in de Midi. Erbij allerlei lekkere knabbels, -ook de in Nederland obsolete pepsels- zoals gougères en tartines met radijsjes of zuidelijker fougasse. Soep volgt, een belangrijk onderdeel van de Franse keuken, zoals de onovertroffen vissoep uit de oudste stad van Frankrijk, Marseille of uiensoep. Koken met Karin vertelt ook over de bereiding van soupe à la bonne femme, no waste koken avant la lettre.
Koken met Karin heeft kosten noch moeite gespaard om voor het hoofdstuk entrées de lekkerste groenterecepten te maken. Tevens prima geschikt voor de lunch. Natuurlijk de panier de crudités, van Club 55 in Saint Tropez, maar dan de betaalbare versie. Easy does it: ga naar de markt en koop verse groente. Serveer deze met anchoïade en aioli. Instant succes. Of het Bourgondische fuifnummer oeufs en meurette. Vlees- en visgerechten volgen. Het is herfst, dus een mooie Franse stoofpan met boeuf bourguignon of poulet Basquaise mogen niet ontbreken. Net zo min al vis, Karin maakt zelfs plaats voor de klassieke sole Véronique, tongrolletjes.
Verder gaat het met kaas, voor na het eten natuurlijk, maar ook voor een croque monsieur tres onctueux. Of een stevige tartiflette. De makkelijk Franse keuken besteedt nog aandacht aan groente, zoals aardappels met het mooie verhaal van arts Parmentier, die de Fransen aardappels leerde eten. Desserts sucrés zoals îles flottantes en daarna gaan we aan de bak. Want zeg nu zelf, als je in Frankrijk bent mag je toch elke dag un petit gateau? Wat zou la belle vie Française zijn zonder réligieuses en Paris Brest om op te peuzelen? Tot slot vind je basisrecepten en menu’s voor elke gelegenheid. En…., ik zou het in mijn enthousiasme bijna vergeten, bij elk recept staat een wijnsuggestie. Dat zie je niet vaak in Nederlandse kookboeken.
Wat een heerlijk thuiskomgevoel geef dit kookboek Gereons Keuken Thuis als verstokte francofiel. Koken met Karin laat als volleerd Franse keukenprinses zien dat “cuisiner sans boïtes et sachets est plus facile que on croit”. Op zijn Hollands: De makkelijke Franse keuken.
De makkelijke Franse keuken, Karin Luiten (ISBN 9789046826133) is een uitgave van Nw_ADAM en is bij je lokale kookboekenvakhandel en offline te koop voor € 27,99.
Noot: dit boek werd mij als recensie-exemplaar gestuurd door de uitgeverij. De bespreking hier is mijn eigen mening. Lees ook de disclaimer
Keukenlab, Eke Mariën en Jan Groenewold. Begrijpen, wat er tijdens het kookproces gebeurt, de wetenschap van het koken. Dat zijn onderwerpen, die Eke Mariën en Jan Groenewold mateloos interesseren. Deze twee heren vormen samen het tweetal Cook & Chemist. Groenewold als consultant voor de hightech industrie en Mariën als culinair contentmaker.
De beide heren willen met Keukenlab 15 processen inzichtelijk maken. Of het nu gaat om sauzen, het bakken van vlees of frieten. Elk proces in de keuken is een scheikundige reactie van moleculen. Gereons Keuken Thuis krijgt er een beetje het jongensachtige scheikundedoos gevoel bij. Zelf thuis proefjes doen. Een hele bijzondere gedachte als je het zo bekijkt. Elk hoofdstuk begint met een stuk theorie en wordt vervolgens uitgelegd met praktijkvoorbeelden en recepten. Deze wijze ken ik ook van Eke tijdens zijn vegan workshops. Ik vermoed, dat hij dol is op de Maillard reactie en onderzoeken. Dat gaat Gereons Keuken Thuis morgen allemaal beleven in Oost. Ik verheug me er nu al op.
Terug naar Keukenlab, met de ondertitel: Word een betere kok door te koken met kennis. Wat eens begon als een update van hun eerdere boek Koken met Kennis, werd gaandeweg het proces een geheel nieuw boek. Jan wilde een periodiek systeem maken voor de keuken, een systematisch overzicht, waarin alle aspecten van het koken konden worden georganiseerd. Denk eens aan de kaarten, die vroeger in het scheikundelokaal hingen. (Ja aan de wand, zo oud ben ik) Al snel bleek, dat zulks een periodiek systeem te abstract zou worden voor de lezer. Het idee werd verlaten en in plaats ervan gingen zij voor een universele procesmatige benadering. Keukenlab is daar het resultaat van.
Er schuilt een enorme kracht in al deze processen. Keukenlab, deel 1, start met reacties, het hoe en waarom van het veranderen van smaak en kleur tijdens het bereiden van voedsel. Deze reacties in je pan, door enzymen of schimmels worden schematisch verklaard. Denk aan karamelliseren en de eerder genoemde Maillard reactie. De geur van koffie, een langzaam getrokken bouillon of het verschil tussen slappe en knapperige friet. Allemaal veroorzaakt door een reactie van ingrediënten onderling. Denk enk eens aan dulce de leche, gecondenseerde melk, die karamel wordt. Keukenlab gaat verder met oxidatie, ranzige boter kan lekker zijn (smen) en pindakaas moet rijpen. Nu is het niet bedoeling om alle processen hier te gaan opsommen, maar ik wil nog stilstaan bij fermentatie, een belangrijk proces van koken met micro-organismen. Hoe ontstaat eigenlijk wijn? Het woord fermentatie komt van het Latijnse woord voor koken, fervere. Een veel gebruikt procedé in de Oudheid, voor kaas, garum en wijn. In november vorig jaar maakte ik, tijdens een vegan workshop van Eke, kimchi.
Vooruit nog eentje dan uit Keukenlab, textuur, bepalend voor je mondgevoel. waarom is het ene gerecht knisperend knapperig en het andere gerecht zalvend en filmend in je mond, allemaal gevolgen van het maken en breken van structuren. In zijn boek Bakken met kennis vertelde Eke Mariën ook al over fysische en chemische reacties tijdens het bakproces. En vertelde daar tijdens de presentatie heel beeldend over. Ik ga het morgen allemaal beleven tijdens de presentatie van Eke en Jan, want één ding staat als paal boven water: met dit boek van deze twee heren doorgrond je de processen in je keuken en word je een betere kok. Koken met Kennis!
Keukenlab, Eke Mariën & Jan Groenewold. (ISBN 9789038805955) is een mooie uitgave van Nijgh Cuisine en is on- en offline te koop voor € 32,50.
Noot: dit boek werd mij als recensie-exemplaar gestuurd door de uitgeverij. De bespreking hier is mijn eigen mening. Lees ook de disclaimer
Nederland Kookboek, Laura de Grave. Op de fiets deed ze met haar debuut enkele jaren geleden een rondje Mokum. Voor haar tweede kookboek stapte Laura op de elektrische motor en maakte samen met fotograaf Hans de Kort een ware culineuze ronde door ons land. Niet om nostalgische redenen, om het het land van stamppot, snert en stroopwafels te tonen. Nee, Laura wil juist laten zien met hoeveel passie er producten worden geteeld en gemaakt. Waarom zou je je eten laten invliegen, als om de hoek er elke dag boeren, vissers, slagers, bakkers en anderen de mooiste dingen produceren? Er ging een wereld voor haar open. En gaat nu open voor Gereons Keuken Thuis, wat een lekkers allemaal.
De sjeklade bol -wie is er niet groot mee gebracht-, beter bekend als de Bossche bol van De Groot. Zoervleis van café Sjiek aan de Maastrichtse Sint Pietersstraat. Ansjovis van Bergense weervissers. Scheermessen uit Zijpe. Echte Leidse hutspot ter ere van het ontzet van deze stad op 3 oktober. Balkenbrij van biet door Nel Schellekens. Ik zie mijn Betuwse oma nog staan roerend in de pan met Gelderse balkenbrij, alvorens het werd gestort on cakeblikken. Spritzen uit Utrecht, kaas voor de soep van Hof van Sonoy uit Alkmaar en koolzaadolie uit Overijssel.
Flevoland met een visgerecht van het eiland Urk, waar zowel de zoet- als zoutwatervisserij springlevend is. Daar kon geen Afsluitdijk tegenhouden. Drenthe, land van Bartje, de armste streek van Nederland, met tegenwoordig heidelam. Wat een rijkdom. Kokkels vissen op het Friese kwelder. De gefrituurde eierbal van Piloersemaborg in het Groningse Den Ham.
Tot slot bezocht Laura de, wat zei de 13e provincie noemt, onze Waddeneilanden. mooier dan je je kunt voorstellen, van Texelse schapen, cranberry’s van Terschelling tot de oesterbanken in zee. Uitleg van Laura over al deze speciale producten en erbij heerlijke recepten opgetekend uit de monden van de koks en bakkers, die het hoge niveau van onze cuisine dagelijks laten zien. Laura ontfutselde geheimen uit elke regio. We zouden er veel meer van moeten genieten. Om je het gemakkelijk te maken, heeft Laura achterin het boek de bezochte adressen en een tabel van seizoensgroente en -fruit opgenomen. Dan is het makkelijker keuzes maken.
Gereons Keuken Thuis vindt dit tweede boek van Laura, Nederland Kookboek een knap staaltje werk, want Laura de Grave is niet over een nacht ijs gegaan. In haar voorwoord parafraseert zij mijn jeugdheldin Pippi Langkous: “Ik heb het nog nooit gedaan, dus ik denk dat ik het wel kan” Daarmee formuleert ze meteen een volgende uitdaging. Lokaal koken met al het moois van dichtbij. En mocht je daar geen zin in hebben, ga op pad, al dan niet gemotoriseerd met Nederland Kookboek onder de arm langs al het lekkers, dat ons land biedt. Overigens voor expats is er geen excuus. Er is ook een Engelstalige versie. (No excuse dear expats living in The Netherlands, there’s also an English version)
P.S. Deze winter hoop ik de schrijfster aan de tand te voelen over haar ronde door het land als #wintergast in mijn serie talk&table.
Nederland Kookboek/ Dutch Cookbook, Laura de Grave (ISBN 9789492037879) is een uitgave van Brandt en is bij je lokale kookboekenvakhandelaar te koop voor € 30,00
Noot: dit boek werd mij als recensie-exemplaar gestuurd door de uitgeverij. De bespreking hier is mijn eigen mening. Lees ook de disclaimer
Donna Hay, KERST, het kookboek Voor veel mensen betekent kerst stress. Wat te eten, schenken, dragen en hoe gedraagt de familie zich, als engeltjes of duivels? Boodschappenlijsten zolang als een roman van 400 bladzijden. Uren in de keuken, terwijl je dat normaliter nooit doet. Dat heet kerststress. Zo niet bij Donna Hay, de culinaire prima donna van Australië. Onlangs lag in Gereons Keuken Thuis haar nieuwe boreling KERST het kookboek op de mat. Vol met, zoals we bij haar gewend zijn, sprankelende recepten om de feestdagen ongehavend door te komen. Met praktische en snelle gerechten, goede tips en geconcentreerd rond twee topics. Het eerste deel heet FEEST en bevat vooral feestelijke voor- bij- en hoofdgerechten. Het tweede deel heet VERWENNERIJ, waarin we Hay niet als kok, maar als patissier aan het werk zien. Nu weten veel van mijn lezers, dat ik niet zo van het bakken ben, dus gaat deze recensie vooral over de feestelijke voor-, hoofd- en bijgerechten van de hand van Donna Hay. Ik zeg hand, omdat er toch een stijlverschil in kerstkoken is met ons op het Noordelijk Halfrond.
Kerst betekent voor Donna Hay een matineuze duik in de Pacific, om daarna aan de slag te gaan met de kerstdis, die aanmerkelijk lichter is dan wij gewend zijn. Het is immers zomer op het Zuidelijk Halfrond. Je ziet het bijna voor je zo’n al fresco kerstlunch. Weliswaar met traditionele gerechten zoals geglaceerde ham en kalkoen, maar ik stel me zo voor dat het op de veranda toch anders eten is dan binnen onder de boom. De easy going Australian touch maakt, dat als je de aanwijzingen van Hay volgt er totaal geen kerststress om de hoek komt kijken. Je houdt dus tijd over en zit niet met de vlekken in je nek in je nieuwe pak of robe aan het jaarlijkse kerstdiner.
KERST het kookboek van Donna Hay start met hapjes, zoals mini quiches met ui, brie en rozemarijn, een paté van gerookte zalm, mascarpone en dragon. De gefrituurde courgettebloemen vallen helaas af, want die zijn in Europa niet in het seizoen. (die kun je een keer in de zomer maken) Oesters op zijn Japans met miso en hoemmoes met geroosterde kekers. Is dat allemaal niet ideaal? Lekker glas cava erbij en het feest of KERST kan beginnen. Onder het kopje: Hoe bereid ik? laat Hay verscheidene manieren zien om een ham te glaceren, te lakken op een makkelijke manier. Zonder elk half uur de oven in te moeten duiken om te bedruipen. No worries!
Dat geldt ook voor de kalkoen, de kip en kreeft. Easy does it en kerststress verdwijnt onder de Australische zon. En….. Hay zou Hay niet zijn als er ook nog de lekkerste groentegerechten bij werden geserveerd. Allemaal in de voor haar kenmerkende styling. En in een wip klaar. Gereons Keuken Thuis vindt de aardappel-kruidenkrans een plaatje.
Onder de noemer VERWENNERIJ gaat de bakster Donna Hay aan de slag. Taarten, koekjes, appels gedoopt in chocolade en kaneel. Van dit soort zoetigheden zou ik dus kerststress kunnen krijgen, maar als je goed tussen de regels doorleest zijn de recepten voor iedereen te doen. Een trifle met brandy, eggnog en panettone is ook voor mij te doen. Echte bakkers kunnen hun hart ophalen ook met de eetbare decoraties achterin het boek.
Concluderend, Donna Hay, KERST het kookboek is voor degenen, die met kerst stressvrij willen genieten van de feestdagen. En als je net als Gereons Keuken Thuis niet kookt tijdens deze feestdagen, biedt dit kookboek genoeg speciale gerechten voor andere feestelijke momenten door het jaar heen.
Kerst het kookboek. Donna Hay (ISBN 9789000378276) is een uitgave van Unieboek Het Spectrum en te koop voor € 24,99
Noot: dit boek werd mij als recensie-exemplaar gestuurd door de uitgeverij. De bespreking hier is mijn eigen mening. Lees ook de disclaimer
St. JOHN het kookboek. De moderne Britse keuken van kop tot staart. Tegenwoordig, mede door duurzaamheidsbewustzijn wordt er in veel restaurantkeukens gewerkt volgens de methode van kop tot staart, nose to tail in mooi Engels. Nel Schellekens doet dat al jaren en de jongens van Breda en Guts & Glory in Amsterdam zijn er ook mee behept. Eigenlijk helemaal niet zo’n raar streven, want als je dan toch een dier doodt, eet het dan helemaal op. Dat gebeurt in de natuur ook. Maar wij in de westerse wereld zijn verwend geraakt en verslaafd aan magere lapjes vlees, geen botjes en oh nee geen orgaanvlees. Fergus Henderson en Trevor Gulliver, al 25 jaar uitbaters van restaurant St. JOHN in Londen, koken al sinds de start van kop tot staart. Fergus licht in zijn voorwoord toe, dat voor hem keuze om van kop tot staart te koken niets met aanstellerij of opschepperij te maken heeft. Hij wil in St. JOHN degelijk Brits eten koken en niets verspillen.
Fergus kookt anders dan zijn vader, die een echte gourmet was en van chic eten hield. Koken is een passie voor Henderson en een avontuur. Het uitdokteren van nieuwe gerechten. Hij volgde een opleiding tot architect, maar de drang te componeren met eten was sterker. Dus hij werd kok en restaurateur. Met succes, want de filosofie van St. JOHN sloeg aan en zijn nose tot tail koken werd door de Londenaren omarmd.
Trevor Gulliver is van de wijn. Vaak wordt gezegd, dat Fergus de borden en Trevor de glazen vult. Trevor is vanaf dag één in St. JOHN langs allerlei wijnmakers gegaan, want de heren wilden niet afhankelijk zijn van importeurs. Dat leidde tot de mooie combinaties in wijn en spijs. Maar er ging ook wel eens wat mis. Zoals de Bourgogne wijnen, die stonden te stoven in zomers Dover. Uiteindelijk niet eens geschikt meer om mee te koken. Maar met de wijn kwam het goed en de heren lunchen nog dagelijks met een mooi gerecht en een kloeke Franse wijn.
St. JOHN het kookboek start met een ode aan het varken. Een dier en zijn vlees met een centrale rol in de keuken van Henderson en Gulliver. De noodzaak van een goed hakblok, de verfijning van het schoonmaken van de belangrijkste spier, het hart. Het bereiden van hersenen. Allemaal technieken, die je goed onder de knie moet hebben om van kop tot staart te koken. Bouillon speelt een grote rol in de keuken van deze heren net als pekel en vet. Vet om te konfijten en pekel om smaak te geven aan vlees. Dat levert stevige, maar ook verfijnde gerechten op, zoals rundergehakt op in rundvet gebakken brood of zeer krokante eendenbout met zuurkool en pruimen.
Bij St. JOHN denken ze ook aan voorraad. Gepekelde walnoten, dressings, tafelzuren, sauzen, chutney’s, geleien en gedroogde producten. Alles van de plant net als van het dier wordt verwerkt. Trevor Gulliver noemt de gepekelde walnoten van het restaurant de essentie van een bord. Zonder deze walnoten is het bord als een ansichtkaart van een mooie zonsondergang, maar een echte zonsondergang is mooier. Wat volgt is een hoofdstuk vol bijzondere bereidingen. Botten zijn ook zo’n ding, denk alleen maar aan de gelei van varkenspootjes in dit boek. Ik maak een grote stap naar desserts, want de dessertkaart van St. JOHN is net zo uitgebreid als de andere gerechten. Bread pudding, Iles flottantes of een peren-trifle met sherry.
Het boek sluit af met bijzondere menu’s, zoals een diner voor wijnboeren en feestelijke gelegenheden van ontbijt tot Kerst, wanneer de heren los gaan met good old traditionals. Van kop tot staart.
St. JOHN, het kookboek is niet for the faint at heart. Bij het zien van sommige foto’s moest ik ook soms even slikken. Want een bak vol snuiten en oren is een niet alledaags voorkomend iets in mijn keukentje. Fergus Henderson en Trevor Gulliver slagen erin door duidelijke uitleg en opwindende creatieve gerechten in een mooie setting kop tot staart koken te promoten zoals ze dat al 25 jaar doen in St. JOHN. Eigenzinnige mannen met originele gerechten, St. JOHN het kookboek, de moderne Britse keuken van kop tot staart is een bijzonder leerzame aanwinst in mijn keuken.
St. JOHN, het kookboek. Fergus Henderson & Trevor Gulliver. (ISBN 9789059569867) is een uitgave van Fontaine en te koop bij je lokale kookboekenhandelaar of online. Het kost € 35,00
Noot: dit boek werd mij als recensie-exemplaar gestuurd door de uitgeverij. De bespreking hier is mijn eigen mening. Lees ook de disclaimer
INDOROCK, een kookavontuur met Vanja van der Leeden. Keukens, die door migranten in een ander land belanden, krijgen vaak een nostalgische status. Zo ook de Indische of Indonesische keuken, daar wil Gereons Keuken Thuis als leek op dit gebied vanaf zijn. De Indo keuken kent een hoog tempo doeloe gehalte. Een soort Pasar Malam (voor millennials Tong Tong fair) gevoel. Eten, dat je terug brengt naar de verloren tijden. Met liedjes van Wieteke van Dort en veel wierook. Het heeft bijna iets Proustiaans. Vanja van der Leeden, die samen met haar man Remko Kraaijeveld INDOROCK maakte, had altijd een broertje dood aan de keuken van haar voorvaderen. Voeg daarbij, dat haar oma niet kon koken en het hebben een serieuze pinda allergie. De Indo keuken was duidelijk niet voorbestemd voor Vanja. Overigens vond zij dat niet erg, totdat zij een trip maakte naar de Gordel van Smaragd. Het resulteerde in haar moderne fusion stijl van Indonesisch koken. Een fenomeen, dat we eerder dit jaar zagen bij Pascal Jalhay met Baru Belanda. Maar dat is een ander genre. Waar Jalhay de Indonesische keuken herontdekte vanuit zijn professionele vak als kok, ging Vanja op zoek naar de wat wildere rock kant van het eten. Niet vreemd als je bedenkt dat haar schoonvader nog steeds een fervent Indo-rocker bij de Bintangs is. Voor van der Leeden geen rijsttafels, geen recepten met een hoog nostalgisch gehalte, maar smaken, die swingen. Net als de muziek.
Een klasgenote van mij en samensteller van de tentoonstelling “De Indische keuken, een wereldkeuken”, Florine Koning, verwoordt het zo op de achterkant:
“De eeuwenoude Indische keuken is beïnvloed door vele keukens, waaronder de Portugese, Nederlandse, Chinese, Indiase, Britse en Franse. juist dit gemengde karakter van de Indische keuken maakt dat de kok als geen ander de richting bepaalt. Waar de ene kok teruggrijpt op oude familierecepten, is de ander op zoek naar nieuwe combinaties….”
Vanja van der Leeden hoort met INDOROCK in de tweede categorie thuis en gaat op zoek naar nieuwe combinaties. Ook schuwt zij en dat vindt Gereons Keuken Thuis bijzonder, wijn niet. Want de alom heersende gedachte is: water of bier bij Indonesisch eten. Helemaal niet waar. Esmee Langereis laat leuke smaakcombinaties zien in INDOROCK.
Taal-virtuoze Vanja, ik vind het woord taalnazi niet zo, begint alvorens te koken met de uitspraak en spelling. Zij kiest voor de hedendaagse Indonesische spelling. Dat zal voor sommigen wennen zijn, maar uitgesproken blijven de klanken hetzelfde. Na uitleg over de gehanteerde receptuur, een zijstraatje over het vervangen van pinda’s door amandelen, de vijzel en het gebruik ervan, gaan we shoppen in de toko. Want soms kan het voor niet-stedelingen best moeilijk zijn de juiste ingrediënten te vinden. Geen nood, stelt de schrijfster, er is tegenwoordig online veel te krijgen.
Vanja ontmoette Indonesische sterchef William Wongso, pleitbezorger voor de keukens van de Indonesische archipel. Hij bracht Vanja in contact met de juiste mensen tijdens haar reis. Want het zou zonde zijn als mooie familierecepten mee in het graf werden genomen. Een groot deel van de inspirerende koks, die Vanja ontmoette, zijn een tip van deze maestro Wongso. Zijn bijdrage is substantieel voor INDOROCK.
Genoeg nu, we gaan eten! Soto, soep natuurlijk in vele eigentijdse varianten, zoals soto betawi met empal en geroosterde cherrytomaatjes. Of een chique bisque udang peteh. Een mooie variant op het garnalengerecht in kokokssaus dat je vindt in veel toko’s. Groenten en vega komen aan bod, heel mooi met een jackfruit curry. Van der Leeden noemt de jackfruit de natte droom van veel vegans. Of wat te denken van spicy boerenkool met avocado en fris boerenkoolsap. Tussendoor lees je verhalen van koks, waarmee Vanja sprak en samenwerkte tijdens haar reis. Vlees komt aan bod, de schrijfster wast een varkentje voor Balinese porchetta. Gevuld met één van de bumbu’s, die allemaal achterin in het boek worden vermeld. Het zou anders een te lange ingrediëntenlijst per recept opleveren.
Vis, zelf sambal maken is zo gepiept en het voordeel is dat je je eigen draai aan je eigenste sambal kunt geven. Vanja maakt daar dankbaar gebruik van voor bijvoorbeeld makreel met kecap-lak. Menu’s in plaats van rijsttafels. Met de laatste heeft Vanja niets. Zij twijfelde of zij dit in het boek zou zetten, maar uiteindelijk deed ze het. Met een steuntje in de rug van een Brits-Sumatraanse schrijver. Uiteindelijk is een rijsttafel natuurlijk bedacht in de koloniale tijd. Niet echt rock ‘n roll dus. INDOROCK besluit met allerlei basisrecepten voor sambal, rijst en bumbu’s.
Wat een spannend boek is INDOROCK, een kookavontuur met Vanja van der Leeden. Hoe inspirerend is het te zien, hoe een non Indische keuken-adept samen met haar man Remko Kraaijeveld, die de smakelijke fotografie verzorgde, een hele nieuwe schwung aan de Indo keuken geeft. “Bintang” biertje en -muziek erbij en koken maar.
INDOROCK, Indonesische smaken in een nieuwe jas, Vanja van der Leeden (ISBN 9789038806761) is een uitgave van Nijgh Cuisine en is te koop voor € 34,99
Noot: dit boek werd mij als recensie-exemplaar gestuurd door de uitgeverij. De bespreking hier is mijn eigen mening. Lees ook de disclaimer
WILD van Bruno Doucet, 85 recepten en alle technieken, die je nodig hebt voor de bereiding. Het is oktober, wildmaand op Gereons Keuken Thuis en dan ontvang ik van uitgeverij Terra dit prachtige boek. Het begin: opgroeiend in een boerenfamilie mocht de vader van Bruno Doucet, Claude, als 10- of 12-jarige mee op jacht met zijn vader. Een niet ongebruikelijk coming of age ritueel op de Franse campagne. Na het gewone werk op de boerderij trokken de jagers eropuit en keerden dan voor de lunch terug met een weitas vol klein wild. De jacht herhaalde zich daarna in de middaguren. Toen Claude Doucet volwassen was werd het kleinwild ingeruild voor grootwild. Een andere tak van sport zullen we maar zeggen en later hij gaf zijn passie voor de jacht door aan zijn zoon Bruno. Voor zover Bruno Doucet zich kan herinneren zag hij zijn grootvader en vader jagen. Elk weekend vanaf kinds af aan jaagden zij op WILD op het terrein van ouders Doucet, kwekers in de buurt van Tours. Hier werd de basis gelegd voor zijn culinaire carrière. Bruno ging naar de hotelschool en werd chef-kok. Hij haalde tevens zijn jachtvergunning en is sindsdien een culinair- en jachtexpert in Frankrijk.
Geen seizoen wordt meer overgeslagen. Doucet beleeft veel plezier aan het bereiden van eigen geschoten wild in de keuken. Je zou kunnen zeggen, dat wild in wezen duurzamer vlees is dan het vlees, dat op grote schaal wordt gefokt en geslacht, nadat de dieren zijn gemest, met mais en andere gewassen. WILD betekent een minder grote belasting voor het milieu. Alhoewel, als iedereen nu gaat jagen, hoeveel stikstof produceren de kruitdampen?
WILD begint met de geschiedenis van de jacht in Frankrijk en Nederland, de verscheidene jachtmethodes en geschiedenis van de wildkeuken. Er zijn namelijk verschillen tussen het jagen op klein- of grootwild. En of je werkt met een staander hond of speurhonden meute. Het stuk over jacht en de keuken is ook interessant. Doucet beschrijft in WILD verschillende kookboeken vol technieken om wild te bereiden. Daarna volgt een catalogus van veder- en haarwild. Van patrijs via Schotse sneeuwhoen tot wintertaling. Gelardeerd met prachtige terroirfotografie en illustraties. Per vogelsoort verteld Bruno Doucet over de kenmerken. Dan volgt het kleine haarwild, in Europa betekent dat veelal haas of wild konijn.
Het derde deel bestaat uit groot- of grofwild, het ree, hert of everzwijn. Heel Frans vind ik ook, dat de gems een rol krijgt. Tot slot besteedt de schrijver aandacht aan specifiek wild, dat in Nederland niet meer wordt bejaagd, zoals de gaai en hotsnip. Het slotstuk gaat over de “clandestiene”jacht op de ortolaangors. Een vogeltje omringt met mythes. In het tweede deel van WILD gaat Bruno Doucet koken. Paté en croute van zomertaling of een nougat van haas uit de Beauce (departement Eure et Loir). Watersnip uit de Camargue of lijsters uit de Var. Boerenterrines komen aan bod. Alles op een rustieke wijze gefotografeerd door Louis Laurant Grandadam.
Alle recepten in WILD zijn gewoon likkebaardend lekker en het terroir spat van de plaatjes af. Naast kleinwild gaat Bruno Doucet in WILD aan de slag met hert, ree en zwijn. al dan niet gecombineerd met ganzenlever, stevige sauzen. Ik noem het gewoon France profonde eten. Zoals een gebraad van reebout. Het boek sluit af met bijgerechten, fonds, marinades en boters. Wat zal het in de keuken van Doucet heerlijk aards ruiken.
In ieder geval vindt Gereons Keuken Thuis, dit vuistdikke boek WILD van Bruno Doucet over jacht en het bereiden van wildgerechten een must have en één bonk terroir. Al kook je er niet uit, dan nodigt dit prachtige boek de lezer uit om mee op pad te gaan door de campagne, die chef-kok en jager Doucet zo koestert. Lekker mijmeren met een glas rode Chinon… instant herfstgevoel!
WILD, Bruno Doucet (ISBN 9789089897985) is een uitgave van Terra en is te koop voor € 45,00
Noot: dit boek werd mij als recensie-exemplaar gestuurd door de uitgeverij. De bespreking hier is mijn eigen mening. Lees ook de disclaimer
Foodbloggersparade WILD. Het najaar en wild zijn voor Gereons Keuken Thuis onlosmakelijk met elkaar verbonden. Ik heb in mijn kookboekenhoek heel wat wildboeken staan. Wist je dat jacht duurzamer is dan we denken? Want bij jacht op haar- en vederwild wordt er geen voeding geproduceerd om de dieren eerst vet te mesten. Dat scheelt heel wat. Maar dit terzijde, daar gaat het helemaal niet om. Voor de Foodbloggersparade WILD van deze maand oktober vroeg ik de leden van Foodbloggers Benelux hun lekkerste wildgerechten in te zenden. Onderstaand tref je een bloemlezing aan.
Thomas culinair Hertenbiefstuk met biersaus Een mooi klassiek gerecht zeker nu de bruine bieren weer in het seizoen zijn.
Ingrid van Vinissima Uienjus met zwarte knoflook. Ingrid weet mij altijd te verrassen met haar trouvailles op eet- en wijngebied.
Anne-Marie in happy keuken met wild zwijn ragout Ja wild zwijn hoort helemaal bij de herfst of bij tagliatelle.
Elsa maakt konijn op de wijze van Alice Konijn is ook zo’n runner up in Gereons Keuken Thuis. Lekker stoven met bier.
Marjolein zond een recept in voor raspberry duck breast Eendenborst mag niet ontbreken met een zoet accent van framboos. Wist je dat je eendevetjus lekker kunt afblussen met frambozenazijn?
Christien uit Zeeland wildpaté zelf maken Tot slot paté uit Zeeland, Christien legt het allemaal uit.
Mijn bijdrage aan deze Foodbloggersparade WILD.
Wild zwijn? Vorig jaar oktober vertelde ik op Gereons Keuken Thuis nog over de jagers, die ik tegenkwam in de heuvels tussen Mancey en Tournus. Borden langs de weg: “Attention chasse en cours!” Mannen in oranje hesjes, die op zaterdag een robbertje achter de wilde zwijnen aan gaan rennen. In de hoop, als waren zij Astérix en Obélix, een wild zwijn te verschalken. Ik vroeg me direct af of Théo erbij was. Die oranje hesjes zijn om te voorkomen, dat ze elkaar per ongelijk in de bil schieten. Uitstappen uit de auto voor foto’s was derhalve geen optie deze ochtend. Het bracht me meteen op het idee, om weer een karbonaadjes te maken met een wildsmaak. Het verschil tussen varken en zwijn is dat de laatste erop los scharrelt en veel meer dingen zoals jeneverbessen, wilde kruiden en ander natuurlijk spul eet. En…, voegde een Facebook vriendin, die voorheen in de Bourgogne woonde, eraan toe, veel meer spiermassa heeft. Dus roder vlees. Natuurlijk is het geen wild zwijn, maar niet getreurd, met kruiden en specerijen in een marinade kun je een heuse wilde stoof van varkensvlees maken. Dat leerde ik van mijn tante Doubs, juist ja die van de soep, uit de Morvan. Lekker stevig glas rood erbij en smikkelen maar.
Nodig:
1,5 kg schouderkarbonaden
2 sjalotten
1 prei in ringen
1 winterwortel
1 tak rozemarijn geritst
2 laurierbladeren
3 tenen knoflook
genoeg rode wijn om het vlees onder te laten staan
2 cm gember
8 kruidnagels
15 geneusde jeneverbessen
1 el Dijon mosterd
bloem
peper en zout
boter
Bereiding:
Maak een marinade van de wijn, grof zout peper, mosterd, gehakte knoflook, gember in dunne reepjes, de jeneverbessen, laurier en rozemarijnnaalden. Leg de ontbeende schouderkarbonaden in deze marinade en dek af. Laat het geheel minimaal 24 uur in de ijskast staan.
Haal het vlees uit de marinade, dep het droog en haal het door de bloem met wat zout en peper. Verhit boter en bak het varkensvlees aan. Snijd ondertussen de prei, sjalot en wortel fijn. Breng in een steelpan de marinade aan de kook. Haal de karbonades uit het vet en zet apart. doe de groenten in de pan en zet ze kort aan. Blus af met de warme en gezeefde marinade. Doe de karbonades terug en laat het geheel een uur stoven op heel zacht vuur. Bind de saus met wat beurre manié. Serveren met fluffy aardappelpuree en geroosterde pompoen uit de oven.
Talk & table met Eke Mariën. Ik leerde foodstylist, kookboekenschrijver en culikunstenaar Eke Mariën kennen bij de boekpresentatie van Bakken met Kennis, een boek dat nog steeds prijkt in Gereons kookboekenhoek. Hierin verraste hij mij met de wetenschappelijke touch van het bakken. Ook maakte ik eens samen met Janneke Vreugdenhil kimchi tijdens een vegan workshop, die hij con brio gaf in Oost. We hebben toen veel lol gehad. Maar nu is de aanleiding een geheel andere. Eind september verscheen zijn nieuwe kookboek Keukenlab, een boek over kookprocessen. Gereons Keuken Thuis heeft de PDF al mogen inzien. De grap is dat ik dus jarenlang moleculaire workshops heb gegeven volgens het principe van Eke Mariën en zijn kompaan Jan Groenewold. The Cook & the Chemist. Tijd dus om Eke uit te nodigen als #herfstgast. Ik wil alles van hem en zij kooktechnieken weten en beloon deze onderlegde dan met een speciaal recept en een bijpassende wijntip.
Wie is Eke Mariën. Vertel eens iets over jezelf? Ik hou van mensen en van eten. Daarom ben ik gaan koken. Dan weet ik zeker dat ik altijd lekker eet en dat ik altijd leuke mensen om me heen heb. Bijna alle mensen die van lekker eten en drinken houden vind ik namelijk leuk. Die liefde verbindt.
Wat doe je op dit moment? Wat houd je bezig, naast je nieuwe boek en je bedrijf Het Kookkantoor? Ik ben druk bezig met de oprichting van de Kennisclub. Een online omgeving waarin ik leden meeneem in de wetenschappelijke wereld van het koken. Dit doe ik samen met mijn compagnon Jan Groenewold. Hij is fysische chemicus en tevens de ‘cook’ van ons duo ‘Cook & Chemist’. Verder hou ik er erg van om in de weekenden vrij te zijn om bezig te zijn met m’n gezin, familie en vrienden. En eten natuurlijk. En drinken ook. 😃
Vertel eens iets over je interesse in food? Hoe is die ontstaan? Ik zag dat je via een studie communicatie in de culischrijverij terecht bent gekomen. Ja dat klopt deels. De culischrijverij is er pas later bij gekomen. Ik wilde altijd al kok worden maar m’n ouders vonden dat ik met m’n hersens moest gaan werken. Beetje een generatie ding. Na m’n studie en een korte carrière als trainer (datacommunicatie en netwerken) heb ik het roer omgegooid en ben gaan koken op een groot zeilschip. Annemarie, mijn echtgenote en destijds mijn vriendin, heeft daar een grote rol in gespeeld. Eigenlijk is zij degene geweest die me genoeg lef gaf om m’n hart te volgen. De beslissing om te gaan koken is de beste beslissing geweest in m’n leven. Vanaf dag één voelde ik me thuis in de keuken. Op dat zeiljacht voeren wij door veel exotische gebieden en heb ik veel ingrediënten en smaken leren kennen. Eenmaal aan land heb ik van allerlei dingen gedaan: een restaurant, een cateringbedrijf en een winkel. Daarnaast heb ik altijd gewerkt als receptontwikkelaar en later ook als foodstylist.
Wat zou je doen als je één keuze had tussen schrijven en een ander beroep? Wat was je dan geworden? Geen compromis mogelijk. Ik ben eigenlijk niet echt een schrijver. Ik voel me meer een kok. Maar als ik iets anders zou moeten doen dan zou ik kiezen voor een ander creatief beroep waarin je werken met je hoofd combineert met je handen.
Bij jouw publicaties en in je kookboeken merk ik altijd dat jij heel gedegen en volgens bijna wiskundig kookt. Hoe doe je dat? Ik hou er van om precies te weten waarom je kookt zoals je kookt. Als ik begrijp wat de functie is van een bepaalde stap in een recept kan ik het ook makkelijker onthouden. Bovendien geeft het me zekerheid. Dat ik controle heb op wat ik doe. Uiteindelijk komt mijn drang naar kennis dus voort uit onzekerheid.
Wat is minst aantrekkelijke kant van het schrijven van een kookboek voor jou? Het bedenken van het concept. Nadenken over de fotografie, styling en vormgeving en het verzamelen van de theorie en receptuur.
En wat is de meest aantrekkelijke kant van het schrijven van een kookboek voor jou? Het concept vertalen naar een boek. Dus eigenlijk de productie van het boek zelf. Creëren is gewoon leuker dan produceren.
Staan er nog andere spannende projecten op stapel dit jaar? Ik vertelde net al over de Kennisclub. Dat vind ik een spannend project omdat ik heel erg benieuwd ben hoe die club gaat aanslaan bij het publiek. De volgers van Koken met Kennis, inmiddels zo’n 10.000 zijn natuurlijk de eerste doelgroep maar wie weet brengt de Kennisclub weer nieuwe onverwachte kansen met zich mee.
Wat vind jij een goddelijke maaltijd? Oef. Moeilijke vraag. Ik hou eigenlijk het meest van de Aziatische keuken. Zeker nu ik steeds minder vlees en vis eet vind ik deze keuken het interessantst. Met een goed gebruik van kruiden en specerijen kun je ook hartige en verzadigende smaken creëren zonder dierlijke eiwitten. Maar terug naar je vraag. Een goddelijke maaltijd: een verzameling van Asian streetfood denk ik. Lekker pittig en afwisselend.
Wat vind jij van vegan koken, is het een culinaire werkwijze, die je belangstelling heeft? En hoe ga je om met de moral supremacy van sommige vegans? Ik vind vegan interessant omdat het je uitdaagt tot innovatie. Je moet harder nadenken om hartige en verzadigende smaken te creëren in de keuken. Ook vind ik minder vlees en vis eten belangrijk uit oogpunt van milieu. Het is gewoon niet efficiënt om massaal dieren te voeden met eten dat we net zo goed zelf op kunnen eten. Dat kost minder ruimte, minder water en minder energie. Veganisme vereist veel discipline van mensen die al lang in een bepaald eetpatroon zitten. Ik kan er zelf in ieder geval niet in volharden. Maar gelukkig merk ik dat het voor jonge mensen veel makkelijker is om vegan te worden. Moral supremacy is een probleem voor iedereen die teveel opgaat in een bepaalde levensovertuiging. Je moet je altijd blijven openstellen voor andere ideeën en gewoonten. Dat is de voorwaarde voor een echt rijk leven.
En natuurlijk welke wijn(en), ik weet dat één keuze niet mogelijk is? Wijn is altijd een beetje een ondergeschoven kindje geweest, qua kennis dan. Wijn laat ik het liefst aan kenners over. Gelukkig heeft m’n zus een wijnhandel…
Wat lust je echt niet en waarom niet? Ik hou niet van lever. Vermoedelijk omdat m’n vader het vroeger zo lang bakte dat het gortdroog en taai werd. En het was geen optie om het te laten staan.
Waarheen ga je het liefst naar op reis? Momenteel staat Japan het hoogst op mijn verlanglijstje.
En misschien een rare vraag. Wat voor een nieuwe workshop van iets dat nog niet bestaat zou je willen vormgeven? Receptuur ontwikkeling. Ik denk dat ik mensen in een workshop kan leren hoe je een goed recept ontwikkeld. Daarbij gebruik makend van je eigen ervaring, klassieke recepten, trends, foodpairing en kennis over hoe wij smaak waarnemen.
Wil je nog iets anders vertellen….delen? Samen koken en eten is de beste manier om je met andere mensen te verbinden. Iedereen moet eten en er zijn maar weinig mensen die er niet van houden. Daar wil je dan ook liever niet samen mee eten. 😊
Dank je wel Eke voor je leuke antwoorden! Jij bent een basic koker, die veel met processen en uitgesproken smaken bezig is. Dus kreeg ik al snel het idee, om voor jou een plantbased pastarecept te maken, dat je al naar gelang het seizoen kunt uitbreiden met andere groenten en of vlees. Een combinatie van zoet, zacht, pittig en crunch. Een hele modulaire manier van koken, waar ik vaak onder het mom van pasta van mijn tante Canasta over schrijf. Assembleren dus. Voor #herfstgast Eke zak ik af naar de dreven van Bourgondië en maak ik een tagliatelle met snijbiet, met grof zout en chilivlokken geroosterde pompoen uit de oven, druiven en geroosterde noten. Het fijne van dit basisrecept is dat je alle smaken combineert en het desgewenst kunt uitbreiden met wat gebakken spekjes, eigeel en boter, op vegetarische wijze met oude kaas of je laat het gewoon vegan. We drinken erbij een Mâcon chardonnay bij uit de zuidelijke Bourgogne, vieilles vignes van Cave Talmard uit Uchizy, met een neus van honing en een snuifje nootmuskaat voor bij dit herfstige gerecht.
Het recept voor Eke Mariën.
Nodig:
300 g tagliatelle met of zonder ei
100 g witte druiven zonder pit, gehalveerd
1/2 pompoen in kleine blokjes
3 teentjes knoflook
2 tl chilivlokken
1 tl pimentón de la Vera
grof zeezout
75 gram gehakte hazelnoten
fijn gesneden snijbiet
EV olijfolie
peper & zout
additioneel: 50 g boter, eidooier en oude kaas.
Bereiding:
Snijd de pompoen in kleine blokjes en bestrooi deze met wat chilivlokken, zout en voor de rokerigheid wat pimentón de la Vera. Schenk er ruim olijfolie over. Zet de oven op 200 graden en rooster de pompoen 20 minuten. Prik er tussendoor met een vork in de pompoen moet niet te gaar worden. Snijd de pitloze druiven in tweeën en zet apart. Hak de teentjes knoflook fijn. Bak in een droge pan kort de hazelnoten aan. Kook de tagliatelle volgens aanwijzing op het pak en laat uit lekken. Bewaar wat kookvocht. Verhit een beetje olie in de pan en fruit kort de knoflook, voeg de snijbiet en druiven toe toe en bak kort. Daarna kan het assembleren beginnen. Voeg de geroosterde noten toe, de pompoenstukjes en de tagliatelle. Meng het geheel goed, maak op smaak met wat peper en zout, voeg eventueel wat pastawater toe en serveer direct op borden met een flinke klont boter, kaas of eigeel uit een dop. Het laatste presenteert altijd vrolijk. Wil je het strikt vegan houden? Dan volstaat een flinke scheut olie.
Tip: de snijbiet kun je later in het seizoen vervangen door palm- of boerenkool.
Keukenlab, Eke Mariën & Jan Groenewold (ISBN 9789038805955) is een uitgave van Nijgh Cuisine en kost € 32,50
De volgende #herfstgast in mijn serie talk & table is Nadia Zerouali. Ben nu al benieuwd naar haar antwoorden.
Vegan Party. Op Gereons Keuken Thuis komen de termen vegan en party een beetje over als contradictio in terminis. Niet vanwege het leuke boek van avant-garde vegan Gaz Oakley, dat ik vandaag wil bespreken, maar vanwege de moral supremacy van veel vegans op social media. Hen raad ik een lesje #LUBM aan: “Sinds vegan de rol van religie heeft aangenomen, is het het nieuwe opium voor het volk geworden. Met foodpausen als stuurmannen aan het roer. Weinig humor, weinig relativeringsvermogen. En alle veganistische bisschoppen deinen graag mee over de woelige baren van de foodzee.“ Zo, die is eruit, want dat vegan koken heel leuk kan zijn en uiterst geschikt voor feestjes laat deze vrolijke Britse snuiter in zijn nieuwe kookboek zien. Veganistisch koken is een grote passie van deze chef-kok en hij bedacht 70 recepten om er een jolly good British Xmas van te maken. Brexit of niet. Gereons Keuken Thuis vindt het een uitdaging. Recepten om alvast te proberen voor de kerstdagen, of je nu vegan bent of overtuigd vleesetend persoon.
Gaz is altijd dol geweest op feestjes en zijn vader kookte tijdens feestdagen de sterren van de hemel. Oakley nam het stokje over en voerde een verandering door. Het vlees verdween van tafel en Gaz begon zo te koken, dat zijn familie niet door kreeg, dat ze iets misten. Een hele toer, omdat juist de Britse keuken verzadigd is van stevige vleesgerechten tijdens de kerstdagen.
Vegan party begint met een feestelijk ontbijt met spek. Spek? Ja de veganversie van Gaz. Er volgen tofoe Benedict. Ben benieuwd of ik als niet ei-eter dat lust? En wafels van bataat. Het feest kan beginnen in deel twee met hapjes van gerookte zalm, pastinaak vanillesoep en gebarbecuede ribs. Ik hoor mijn lezers nu al denken. Maar er komt geen vlees aan te pas.
We gaan aan de kerstdis, waar een echte nepkalkoen niet ontbreekt, verpakt in ontbijtspek. Of niet alleen voor kerstmis, een wintergebraad, nauwgezet legt Oakley het allemaal uit in Vegan Party. Er zijn gevulde aubergines, paddenstoelen-linzenpakketjes en een notenkrans. Er zijn extra’s voor bij dit feestelijke maal. Ik moet nogmaals zeggen dat het er allemaal jolly en feestelijk uitziet. Kom ik toch terug op het punt, dat vegan en party echt wel verenigbaar zijn. Lees dit kookboek vegans!
Vegan Party gaat verder met, inderdaad heel #nowaste op derde kerstdag, met restjes en verwerking daarvan. Een kalkoen-preitaart, een after party korma en hoe Shakespeareaans, bubble & squeak burgers. (ik zie de heksen uit Macbeth al voor me) Het kookboek sluit af met zoetigheden, glühwein en cocktails.
Vegan Party, niks contradictio in terminis, maar een heerlijk vegan kookboek van jolly chap Gaz Oakley. Dat worden leuke feestdagen, zonder ethische bezwaren en moreel geneuzel. Vrolijk en heel erg #LUBM. Gereons Keuken Thuis weet nu al wat één van de 10 menu’s wordt tijdens de rap aanstormende kerstrally van 2019.
Vegan Party, van avant-garde vegan Gaz Oakley (ISBN 9789045217444) is een uitgave van Karakter uitgevers en is te koop voor € 19,99
Noot: dit boek werd mij als recensie-exemplaar gestuurd door de uitgeverij. De bespreking hier is mijn eigen mening. Lees ook de disclaimer
Reacties laden....
Door de site te te blijven gebruiken, gaat u akkoord met het gebruik van cookies. meer informatie
De cookie-instellingen op deze website zijn ingesteld op 'toestaan cookies "om u de beste surfervaring mogelijk. Als u doorgaat met deze website te gebruiken zonder het wijzigen van uw cookie-instellingen of u klikt op "Accepteren" hieronder dan bent u akkoord met deze instellingen.