Mannelijke foodbloggers vertellen, vandaag Rienk Andriessen. Wij kennen elkaar al heel lang, virtueel dan en wisselen wat gedachtegoed uit via de sociale media. Rienk is journalist, een levensgenieter, altijd optimistisch gestemd en zeker geen lemming. Doet graag zijn eigen ding! Hij (be)schrijft zijn kookervaringen op Keukenbrigade, zijn blog. Het concept is uit liefde geboren. omdat Rienk graag samen met en voor andere mensen kookt. Rienk wil zijn kookkunsten graag delen, pure en echte smaken zonder pakjes en zakjes. Je zou de foto’s van zijn mise en place voor ragú eens moeten bekijken.Koken doet hij thuis voor partner en kids, maar ook in de vrije natuur op het terrein van de Birk, gelegen aan de Soesterduinen. Een stek in de natuur waar Rienk graag vertoeft. Gereons Keuken Thuis geeft hem geen ongelijk, laten we buiten zijn en van de natuur en rust genieten een gedeelde passie noemen. Dit weekend zond Rienk onderstaande stoof in, een gerecht om je lekker aan te verwarmen na een flukse wandeling. Perfect gegaard, aldus Rienk. Hier drink je natuurlijk een bokbiertje bij.
Stew, slow-cooked to perfection!
Wat heb je nodig?
1 kg goede riblappen (op kamertemperatuur)
5 laurierblaadjes
2 el grove mosterd
2 el bloem
olijfolie
2 blokjes rundvleesbouillon
Worcestersaus, (zee)zout en peper uit de molen
3 flesjes bokbier
4 stengels bleekselderij
3 grote uien
3 grote winterpenen
2 blikjes tomatenblokjes
Vooraf wil ik iets zeggen over het stoven van vlees. Algemeen wordt aangenomen dat je vlees eerst moet aanzetten voordat het stoofvocht (water/wijn/bouillon/bier) erbij kan. Laat dat maar eens achterwege. Als je lang genoeg stooft is er geen verschil. Snijd het vlees in grote brokken van circa 3x3cm, de uien in grove, halve ringen, selderij in stukken van 1 cm. Halveer de wortel en snijd er dan halve maantjes van circa 5 mm dik, Doe alle groenten in een pan met olie en smoor dit laag een kwartiertje. Dan het vlees erbij en om scheppen, bloem erbij en een paar minuten roeren zodat de bloem gaart. Mosterd, tomaten en laurier erbij, even omroeren en dan langs de rand van de pan het Bokbier erbij gieten. Bouillonblokjes erbij, roeren en laat maar pruttelen. Zo af en toe een luchtbel die ‘blub’ zegt.
Deksel erop en ieder halfuur even roeren. Laat maar staan die pan, een uur of vijf. Het laatste uur de deksel eraf zodat de stoof wat kan indikken. Op smaak brengen met zout, peper en worcestersaus.
Het resultaat: Botermals stoofvlees en groenten met een lichte ‘bite’. Ik eet er het liefst aardappelpuree bij, maar gekookte aardappel, rijst of pasta: het kan allemaal!