Lekker lokaal, uienringen met romige dip. Gereons Keuken Thuis heeft nooit begrepen waarom de Amerikaanse fastfood-hit onion rings nooit de Atlantische Oceaan is overgestoken. Burgerbars en golden arches tenten genoeg zou je zeggen in Amsterdam, maar de uienring in beslag is nooit onderdeel geworden van het burgermenu. Daarom was ik verheugd te lezen, dat Laura de Grave een recept voor deze rakkers heeft opgenomen in haar nieuwe boek Lekker lokaal. Uienringen zijn het equivalent van calamares fritos, maar dan vegetarisch. Erbij een fris glas speciaalbier en je hebt een heerlijke appetizer.
Uienringen met romige dip van Laura de Grave.
Nodig:
2 middelgrote uien
110 g tarwebloem
2 tl gerookt paprikapoeder
2 tl chilipoeder
250 ml karnemelk
1 middelgroot ei
2 el maïzena
1 1/2 l frituurolie (koolzaadolie bak & braad)
1 teen knoflook
5 g platte peterselie
5 el crème fraîche
1 1/2 el mayonaise
1/2 el grove mosterd.
peper & zout
Bereiding:
Pel de uien en snijd ze in plakken van circa 1 cm. dik. Haal de ringen voorzichtig van elkaar. Meng de tarwebloem, het paprikapoeder, de chili, de karnemelk, het ei en een 1/2 tl peper en !/2 tl zout met een garde in een kom. Roer de maïzena met 4 el koud water in een kommetje tot een papje. Voeg al roerend met een garde het maïzenapapje toe aan het beslag. Verhit de olie in de frituurpan of een ruime pan tot 180 graden Celsius. Check met een stukje brood of de olie heet genoeg is (de olie begint dan rondom een stukje brood meteen te bruisen.) Haal de uienringen door het beslag en frituur ze in porties in 2-4 min. goudbruin en gaar. Keer halverwege om. Laat uitlekken op keukenpapier. Snijd de knoflook en peterselie fijn. Meng de crème fraîche, de mayonaise, de mosterd, de knoflook en de peterselie in een kom tot een romige dip. Breng op smaak met peper en zout. Serveer de uienringen met de dip.
Lekker lokaal, vegetarisch & simpel koken met Nederlandse producten. Laura de Grave (ISBN 9789401613354) is een uitgave van Xander en is te koop bij je lokale boekhandel voor €29,99.
WINACTIE: Denk je na het lezen van deze recensie: “dat kookboek wil ik hebben!” Dat treft. Op 2 december a.s. verloot ik een exemplaar van Lekker lokaal. Het enige wat je moet doen is in een reactie onder deze blogpost je lekkerste lokale recept delen.
Uit de Kookboekenkast van Gereons Keuken Thuis. Al snuffelend viel mijn oog op twee bij mij onbekende kookboeken, die bij het doorbladeren mijn aandacht vasthielden: Rijntjes Keukengeheimen van Lizet Kruyff en De smaken van de Griekse Zagori van Rita Berends.
Beide gaan over met liefde en passie koken, de seizoenen volgend. Historisch tegenover traditioneel, uit de moestuin en voor het hof tegenover de oogsten van soms nog ontoegankelijke berghellingen en voor een mediterraans restaurant. Rijntje is als kok en ‘cateraar’ al in de ban van fusion. Rita creëert desserts en taarten en verlegt haar kennis en kunde naar Griekse producten. Hun creaties zijn om van te genieten.
Mijn grootste passies in de keuken zijn fruit, groenten, groene kruiden en kazen. In een kookboek speur ik als eerste naar die recepten, want dan kan ik op mijn gevoel vertrouwen. In allebei staat een heel origineel recept met kweeperen, echt oktober fruit dat nog aan bekendheid kan winnen door toegankelijke en smakelijke recepten.
De Zagori blijkt het land te zijn achter de bergen van het Pindos gebergte in het Noorden, op 1000 meter hoogte achter de stad Ioannina, met ezelspaden die lang deel uitmaakten van de handelsroute van Igoumenitsa naar Constantinopel. Het telt zesenveertig bergdorpen, de Zachorochoria, omgeven door prachtige ruige natuur. De Vikoskloof in het natuurreservaat trekt de aandacht.
In de 20e eeuw zwierven wij jarenlang door zomers Griekenland: van de noordkust bij idyllisch Parga via Ioannina en de Meteora kloosters naar de Peleponnesos en meerdere eilanden. Ik leerde van onze studievriend een brabbelmond Grieks om mij op het platteland te kunnen redden. Het leven was er nog heel rustig en het land nog niet toeristisch.
Rita begon als puber met fruit uit haar Nederlandse omgeving te bakken en koken, maar verplaatst haar kookactiviteiten naar de Zagori als zij Yiannis ontmoet, die er een eigen restaurant heeft. De Griekse natuur bood heel andere producten, ze gaat op zoek naar wat er groeit en bloeit, hoe en waarvoor je het kunt gebruiken en wat je ervan kunt maken. En daarbij, hoe ga je er goed mee om zoals het plukken van bloesems, bloemen en kruiden.
Ruth de Ruwe doet de fotografie, maar kookt zelf ook graag met lokale producten. Naast het fruit is ook de verwerking van bloemen en kruiden in desserts bijzonder. Met mijn interesses kun je in dit boek je hart ophalen: van salie kruidenijs, granita’s en fruit in wijngelei tot merengue, gevulde vruchten, likeuren, marmelades, tempura en taarten. En wat denk je van cantharellenijs? Het maakt je nieuwsgierig en het ziet er allemaal verrukkelijk uit.
De foto’s van de natuur geven je er een gevoel bij; en de seizoens- en maandpagina’s geven een inkijkje op het fruit en de kruiden die dan groeien zoals vlier, granaatappel en citroen, kaneel, laurier en saffraan, de wildpluk en het destilleren van tsipouro uit druivenschillen en -pitten.
Rita maakte kweepeerbonbons, ze noemt het kweeperenzoet, heel gaaf om te doen. Je kunt ze serveren bij een high tea of als after dinner snoepgoed. Lekker met de donkere dagen in het vooruitzicht.
Ook Rijntje Biljardt is een puber als ze keukenmeid wordt, maar ze komt tot bloei op kasteel Heeze. Haar levensverhaal loopt door het kookboekje heen, het is deels ook een stukje geschiedenis, zowel van haar eigen ups en downs als van die tijd. Bij haar geboorte was Holland nog deel van het Franse Rijk. En in 1840 is de publicatie van een eigen kookboekje voor een vrouw uniek. Ze is dan 33 jaar oud en schopte het van keukenmeid tot kokkin en cateraar voor de adel, maar eindigde door tegenslag als wafelbakster.
Misschien gaat interesse voor bakken en koken op die leeftijd voor heel velen van ons op, ook ik begon toen te experimenteren in de vakanties en maakte compotes van de zomerse wildpluk. Onze studievriend miste zijn Griekenland en dus gingen we samen aan de slag met zijn moeders recepten.
Rijntjes Keukengeheimen is ook gericht op duurzaam koken met wat de moestuin en het land bieden. En het leuke is dat met de opbloei en de verkoop van landgoed producten dit opnieuw actueel is. Zeker nu wij de vergeten groenten en fruitsoorten opnieuw aan het ontdekken zijn, die deels weer goed voorradig zijn, en moestuinieren en eerlijke producten volop in de aandacht staan.
Rijntjes recepten zijn prachtig vorm gegeven, wel vertaald naar de huidige tijd. Het boekje biedt via seizoenstabellen inzicht in het wisselen van de groenten en kruiden in de moestuin. En via de keukenkalender ook in de verkrijgbaarheid van vlees, wild, vis en fruit. Heel praktisch voor de leek.
In die tijd was het vlees en de vis wel hoofdzaak maar de groenten en het fruit waren niet onbelangrijk. De keukengeheimen verklappen ook drankjes: van thee, chocolade en koffie naar limonades en punch.
Een heel aparte combinatie van een licht zoute amandelbloem korst, laagjes roergebakken kweepeer in een kruidige pruimenjam, die wordt geserveerd met lobbig geklopte slagroom. Daar voegde ik blijmoedig wat gepureerde abrikoosjes aan toe. Een heel leuke ervaring zo, die snuffeltour naar originaliteit op Cultfood.
Wie is Cora Meijer? Voeding, koken, keukengadgets, kookboeken, ze hebben al heel lang mijn belangstelling. Sinds ik op eigen benen sta, is het mijn gewoonte om vers en soms langdurig te koken. Ooit dacht ik een klein eethuisje te beginnen. Al vele jaren geleden richtte ik mijn eigen kruidentuintje met bessenstuiken in. Pas sinds ik mijn betaalde beroep in kennismanagement vaarwel zei, heb ik er veel meer tijd voor en startte ik mijn foodblog en bloggersactiviteiten. Cultfood.blog geeft mij veel plezier. Mijn voorkeur ligt bij de mediterrane en Europese keukens. Als ik op reis ben verdiep ik mij in lokale producten en gerechten. Daaruit volgt dan vaak weer de aanschaf van een kookboek. Mijn kennis heb ik verdiept via cursussen, workshops, door uit eten te gaan, via kranten en glossy magazines. Ik lees regelmatig recensies, interviews met chef-koks, voorbeeld menuconcepten en volg op TV-programma’s over smaken. Want smaak is super belangrijk, daar wil ik echt het één en ander van weten. Waar ik altijd op heb gelet is samenhang en balans.
Foodbloggersparade, wild à la Méditerranéenne. Het zijn nog steeds de wilde weken op Gereons Keuken Thuis. Bij veel foodbloggers en schrijvers is de mediterrane keuken vaak gelijk aan een zomerkeuken. Gereons Keuken Thuis viel het op, dat er weinig mediterrane wildrecepten worden gepubliceerd. Dat terwijl er in het Middellandse Zee bekken in deze tijd van het jaar heel wat afgeknald wordt. Ik was eens getuige in Roquebrune sur Argens van een pick up truck vol wild. Mannen, die uit de heuvels van de Estérel kwamen. La chasse était finie, dus tijd voor een biertje of twee bij het pompstation. Daarom deze “wilde weken” foodparade van foodbloggers, die op mediterrane wijze aan de slag gingen met wild. Het is tenslotte herfst.
Vinissima, wie kent haar niet van haar dagelijkse wijn- en spijscombinaties. Van haar hand een recept voor parelhoen met artisjok. Ben benieuwd welke wijn ze erbij schenkt?
Ministerie van Eten en Drinken serveert in de herfst een wildragout van haas, een gerecht, dat je vaak ziet in de Toscaanse Maremma. “In zijn kookboek Antonio Carluccio goes wild geeft hij een beschrijving van het recept. Sugo di lepre betekent zoveel als saus van hazenvlees. En pappardelle is de naam van de pasta, dat spreekt voor zich.“ Glas rode Morellino di Scansano erbij smaakt best.
Lizet Kruyff weet veel van historische gerechten en stuurde deze Napolitaanse duifjes in. De Napolitaanse adellijke keuken is veelal geïnspireerd op de Franse keuken, doordat de nobili en de heersende Boubons veelal een Franse kok hadden. Dit in tegenstelling tot de straatkeuken van deze oude stad. Zullen we bij dit lichte gerecht een Greco di Tufo schenken?
En daar is Esmée van Es Factory met gnocchi en ragu van wilde eend. Mooi op de gevoelige plaat gezet, rustiek, passend bij de herfst. Stevig rood uit de Rhône vallei als wijn.
Oesters en Uien zond een salade in van gerookte ganzenborst met vijgen en sinaasappeldressing. Mediterrane smaken. Ik ga voor een witte viognier uit Pays d’Oc.
Hanneke Culinea de Jonge maakte een mooi hoofdgerecht van duivenborst met zwarte knoflookjus. Het lijkt mij heerlijk om hier rood uit Catalonië bij te schenken.
Susan Aretz, schrijver van Borreltijd, weet dat het goed eten is nadat de borrelplank is verorberd. Zo’n wildstoofschotel gaat er in het weekend wel in. Een kloek glas Faugères uit de Languedoc doet de rest.
Opvallend is dat bij wild à la Méditerranéenne veel Italiaanse recepten werden ingezonden. Zo ook door Anne-Marie van My Happy Kitchen. Zij maakte een ragout van wild zwijn, die zij serveert met gnocchi di patate. Een glas sangiovese erbij.
Mijn bijdrage op deze vrijdag is een recept voor konijn met herfstgroente. A la provençale. De charme van het najaar. Met een glas Côtes du Rhône Villages.
Nodig:
4 tamme konijnenbouten 1/2 potje zilveruitjes uitgelekt 2 sjalotjes gesnipperd 2 knoflook tenen tijm gedroogd 2 laurierblaadjes 250 ml witte wijn 250 ml groentebouillon 75 g gerookte spekblokjes bloem boter peper en zout
2 winterwortels in stukken 2 zoete uien in kwarten gesneden 2 pastinaken in stukken 1/2 pompoen in stukken olijfolie zeezout grof zwarte peper 2 tenen knoflook rozemarijn naalden en gedroogde Provençaalse kruiden.
Bereiding:
Verhit de roomboter in een pan met een klein scheutje olie. Dep de konijnenbouten droog en bestrooi met wat zout en peper. Bak de bouten om en om bruin en haal uit de pan. Voeg de spekblokjes toe, daarna de sjalotjes. Bak deze mooi bruin en blus af met de witte wijn. Breng aan de kook en voeg daarna de warme groentebouillon toe. Laat de konijnenbouten 1 uur stoven. Bak intussen de zilveruitjes in een klontje boter mooi bruin en zet apart. Schil en snijd alle groenten en leg deze op de ovenschaal, strooi zout en peper erover en besprenkel met wat olijfolie. Verwarm de oven op 200 graden en laat de groenten een half uur garen in de oven. Prik er even in of ze mooi gaar zijn. Rol wat stukjes roomboter door de bloem en zet apart. Je gebruikt daarbij gelijke hoeveelheid boter en bloem. Dus op 25 g boter 25 g bloem. Dit heet beurre manié. Als het konijnenvlees gaar is, kan de saus worden gemonteerd. Haal de bouten uit de saus en voeg één voor één de klontjes boter met bloem toe. Roer langzaam door de saus. Dit doe je vlak voor het opdienen. Leg de groenten op een schaal, ertussen de konijnenbouten en schep wat saus erover. Garneer de schotel met de gebakken zilveruitjes. bestrooi met at extra gedroogde Provençaalse kruiden. Doe de rest van de saus in een kom. Serveer er in olijfolie gebakken aardappeltjes met wat persillade bij.
Dank aan alle foodbloggers, die meededen aan deze wild à la Méditerranéenne parade.
Volgende week in het kader van de wilde weken een mooi verhaal van gastblogger Cora Meijer, die in Gereons kookboekenhoek dook!
Hete bliksem met gebakken bloedworst uit de bijbel van de Nederlandse keuken. Het nieuwe boek dat Janneke Vreugdenhil maakte over de Nederlandse Keuken.
Van Zeeuwse bolus tot polderkreeftensoep en van knolselderijsteak tot hachee: in De bijbel van de Nederlandse keuken neemt journalist, schrijver en kookboekauteur Janneke Vreugdenhil je mee op culinaire reis door Nederland. Met naast het ultieme recept voor boerenkoolstamppot met alles dr’op en dr’an onder meer een tussenstop in Oisterwijk voor de worstenbroodjes van Robèrt en een welverdiende pauze in Amsterdam voor een gevulde koek van Holtkamp.
Hete bliksem met gebakken bloedworst uit de bijbel van de Nederlandse keuken van Janneke Vreugdenhil. Zondag besprak ik dit leuke boek op Gereons Keuken Thuis en noemde ik een gerecht dat vaak bij mijn Betuwse grootmoeder tussen de middag, ja want dan at je warm, op tafel stond. Het bliksem bestond volgens haar uit aardappel, zoet en zure appels en witte bonen. De zure sterappels kwamen van eigen boom en kleurden het gerecht, net als de appelmoes vaak lichtroze. Erbij kregen we vaak gebraden verse worst.
Hete bliksem met gebakken bloedworst volgens Janneke.
Een ouderwets Nederlands gerecht van gestampte aardappels met zoete en zure appels. Eventueel met kaantjes. Zoals bij veel stamppotten smaken spek en rookworst er goed bij. Maar vanwege de appeltjes in dit gerecht vindt Janneke bloedworst de fijnste combinatie, een heerlijk herfstgerecht.
Nodig:
1 1/2 kg kruimige aardappels, geschild en in gelijke stukken.
500 g zoete appels (Dijkmans Zoet of Jonagold), geschild in stukken
500 g zure appels (Sterappels of Goudrenetten)
* 2 zure appels extra geschild in schijven
1 ui fijngesneden
1 l runderbouillon
1 laurierblaadje
1 stukje foelie
zou
100 g boter
peper
4 dikke schijven bloedworst
Bereiding:
Doe de aardappels, de appels (houd de appelschijven apart) en ui in een grote pan. Voeg de bouillon, het laurierblaadje, de foelie en (bij ongezouten bouillon ) een snufje zout toe. Breng het geheel aan de kook, zet het vuur laag, leg een deksel op de pan en kook alles in 25-30 minuten gaar.
Laat een klontje boter smelten in een koekenpan en bak hierin de appelschijven aan beide kanten bruin. Bestrooi met een klein snufje zout,
Smelt een flinke klont boter in een andere koekenpan en bak hierin de schijven bloedworst tot ze vanbinnen gaar en vanbuiten krokant zijn.
Giet het kookvocht van de aardappels, ui en appels af en vang het op. Hal het laurierblaadje en de foelie uit de pan. Stamp alles fijn met een pureestamper, of houd de het bliksem iets grover door alleen stevig te roeren met een houten lepel. (laatste is lekkerder vindt GKT)
Meng de rest van de boter erdoor met voldoende bouillon om er een smeuïge stamppot van te maken maak hem op smaak met zout en peper.
Serveer de hete bliksem of in de pan waarin je hem hebt gekookt (dat mag best bij dit soort boerse kost) of in een grote schaal en schik er de gebakken bloedworst en appelplakken op.
Zullen we er een flukse Duitse Riesling bij drinken?
De BIJBEL van de Nederlandse keuken. Janneke Vreugdenhil (ISBN 9789048847341) is een uitgave in de culinaire bijbelreeks van Carrera en is te koop voor € 33,99
Noot: dit boek werd mij als recensie-exemplaar gestuurd door de uitgeverij. De bespreking hier is mijn eigen mening. Lees ook de disclaimer
Hoe leef je vegan zoals de jongens van BOSH? Een nieuwe andere levensstijl, veganisme, hoe ver wil je daar mee gaan? Waarom zou je eraan beginnen? Iedereen heeft daarvoor zijn eigen motieven. De één wordt veganist uit dierenliefde, de ander is begaan met de CO2 problematiek en is vegan, omdat de melk- en vleesindustrie een zware wissel trekken op ons milieu. Weer een ander doet het uit gezondheidsoverwegingen. Deze motieven zijn niet de drijfveer van Gereons Keuken Thuis. Ik vind vegan eten vooral interessant vanuit een kook-technisch oogpunt. En in deze tijden van Covid-19 denk ik ook meer na over gezonde voeding. Hoe kun je met plantaardige producten een lekkere en gezonde maaltijd maken? In ieder geval niet met prefab food uit de supermarkt, want als ik de declaraties bekijk zit daar net zoveel junk in als in andere processed food producten. Dus een voordeel valt hiermee niet te behalen. Vaak val ik terug op de jongens van BOSH, beiden enkele jaren geleden nog sceptisch over plantbased eten, maar nu dankzij hun succesvolle YouTube kanaal helemaal om. Regelmatig raadpleeg ik hun boeken als ik eens een dagje geen vlees wil eten.
Bosh! Hoe leef je vegan? begint met de persoonlijke verhalen van Henry Firth en Ian Theasby, die ieder op hun eigen wijze overstapten naar plantbased voedsel. De een, omdat hij in een sabbatical tot andere inzichten kwam en de ander, nadat hij zag, dat zijn overmatige dierlijke eiwitconsumptie uiteindelijk niet het hosanna was. BOSH! was geboren. En in tegenstelling tot vele andere vegan-orakels weten deze mannen Gereons Keuken Thuis wel te boeien. Waarom? Omdat zij geen moreel oordeel verbinden aan het al dan niet volgen van een vegan levensstijl.
Hoe leef je vegan? wil vooral een gids zijn, die je alle aspecten laat zien van de winst, die je kunt behalen voor onze planeet en jezelf. Het eerste gedeelte gaat om het waarom? Theasby en Firth leggen uit, waarom een vegan levensstijl geheel niet zo gek is en wat jij ermee voor jezelf kunt berieken. Daarna gaat het boek praktisch aan de slag, met ingrediënten, je boodschappen, koken en andere onderwerpen. Zit eigenlijk dat leren bankstel nog wel lekker in je vegan stulp?
In dit handzame kleine boek slagen de beide heren erin om je mee aan de hand te nemen in de wondere wereld van veganisme. Red de planeet met één verandering per keer. Geheel in de stijl van BOSH!, laid back en praktisch. Hoe leef je vegan? is een lekker naslagwerk voor de beginnende of al meer volleerde veganist.
BOSH! Hoe leeft je vegan? Ian Theasby & Henry Firth (ISBN 9789059566095) is een uitgave van Fontaine en is te koop voor € 20,00
N.B. In december 2020 verschijnt van de hand van deze plantbased boys een nieuw kookboek: Bosh! Healthy Vegan.
Noot: dit boek werd mij als recensie-exemplaar gestuurd door de uitgeverij. De bespreking hier is mijn eigen mening. Lees ook de disclaimer
De hele vis, het Kookboek. Josh Niland. Dit kookboek van Australiër Josh Niland zette Gereons Keuken Thuis aan het denken. Wij leven in Nederland aan, met en onder de zee. Waarom vind je dan alleen maar van die flauwe visfilets in de supers en doorgebakken kibbeling in karren? Zou het in Nederland te maken hebben dat de kost voor de baat uit gaat en het lekkerste vaak al verkocht is naar het buitenland? Of is vis als duurzame proteïne bron een brug te ver voor bereiding thuis? Desalniettemin valt er met de hele vis van huid tot graat, van filet tot orgaan, heel wat te beleven en dat wil deze chef laten zien in dit prachtige kookboek. Niland vindt, dat het juiste gebruik, kennis en de juiste kooktechniek bijdraagt aan een betere visbeleving.
Josh Niland begon in 2016 het visrestaurant Saint Peter in Sidney. Hij viel al vanaf het begin op door zijn grensverleggende aanpak in de bereiding van vis en zeevruchten. Alles #nowaste, want het ergerde Niland, dat er van de vis een groot deel werd weggegooid. Om deze reden opende hij ook een vishandel met de naam The Fish Butchery.
De hele vis, het Kookboek begint met een kennisgedeelte, alvorens reepten te delen. Gereons Keuken Thuis vindt de aanpak van Josh Niland heel leerzaam. Behalve de culinaire en creatieve mogelijkheden van vis vindt hij, dat er nog heel wat onaangeboorde potentie schuilt in dit ingrediënt. Waarschijnlijk maakt onbekend onbemind. Dat vormt de queeste van Niland. Na te hebben uiteengezet, waarom vis een moeilijke status heeft, gaat Josh Niland aan de slag met de theorie. Hoe koop je vis, waar let je op? Hoe bewaar je vis en laat je vis droog rijpen? Het ontschubben en leeghalen komen aan bod. Een karweitje, dat velen vaak niet makkelijk vinden. Het onderwerp vis als vlees komt aan bod, als eiwitbron. Waarom bedenken wel wel separate bereidingen voor rund- varkens- of lamsvlees en wordt dat bij de verschillende vissoorten veel minder gedaan? Korstje erom en klaar lijkt het credo. Niland bespreekt alle methoden van separeren, vlinderen en fileren. Net als het conserveren, denk eens aan ceviche met zuur of de oer-Hollandse manier van roken. Heel speciaal is dat deze chef ook de visorganen niet schuwt. In paté en andere gerechten. Dat doen we bij vlees ook niet. In mijn ogen propageert dit kookboek een kop tot kont methode voor vis.
We gaan koken, Na al deze theorie volgen de recepten. je zou door het eerste deel van De hele vis, het Kookboek bijna vergeten, dat Niland in eerste instantie een originele chef is. Verschillende bereidingsmethoden komen aan bod. Voor rauwe vis en pocheren, zoals de gepocheerde tandbaars met aardperen en knoflookmayo. Zwarte tandbaars valt moeilijk te krijgen, dus staat onder elk recect een in Nederland verkrijgbare equivalent. Heel apart vond ik, als uitgeweken Brabo, de zure zult gemaakt van vis. Dit recept ga ik snel eens maken en delen. Frituren mag niet ontbreken met tips voor een hyper krokant vel. En het is natuurlijk een Australisch boek, vis op de BBQ! En croûte wil ik nog de vissaucijzenbroodjes vermelden, wat een vondst. Tos slot schroomt Niland er niet voor om desserts te maken met vis. Helemaal niet gek want in een bavaroise gebruik je ook gelatine van runderbotten. Waarom dan niet van graat?
De hele vis, het Kookboek is een verrassend mooi gemaakt boek met oog voor detail. Sommige fotografie mag dan niet zijn weggelegd voor de faint at heart, maar ik vind het prachtig, net als de recepten van Josh Niland. Hij verdient dit jaar een plek in de 10 menu’s uit kookboeken voor de kerst op Gereons Keuken Thuis..
De hele Vis, het Kookboek, een nieuwe visie op koken en eten. Josh Niland. (ISBN 9789045216492) is een uitgave van Karakter en kost € 32,99
WINACTIE: Denk je na het lezen van deze recensie: “dat kookboek wil ik hebben”? Dat treft. Want op 28 november a.s. verloot ik een exemplaar van De hele vis, het Kookboek Het enige wat je moet doen is in een reactie onder deze blogpost je lekkerste visrecept delen.
Noot: dit boek werd mij als recensie-exemplaar gestuurd door de uitgeverij. De bespreking hier is mijn eigen mening. Lees ook de disclaimer
Joke Boons paté van linzen, sardien & tomaat. Begin oktober verscheen linzen van Joke Boon. Schrijfster van inmiddels 7 boeken over eten en haar persoonlijke verhaal. Joke kan niet ruiken en dat hebben ze zelfs in de States nu door. Joke verscheen op CNN en vertelde daar over anosmie en koken. Nu is er dan het originele boek Linzen, dat niet kon uitblijven als broertje van Bonen! Gereons Keuken Thuis mocht van deze linzenlady een recept uitzoeken.
“Dit is echt zo’n recept, dat je in no time maakt met ingrediënten, die je nog op voorraad kunt hebben. Het is een lekkere, grove paté, die het goed doet op toast of brood.”
Joke Boons paté van linzen, sardien & tomaat.
Aldus linzenlady Joke Boon in haar leuke nieuwe boek Linzen, dat ik vorige week besprak op Gereons Keuken Thuis. Ik beloofde een recept voor bij een heerlijke witte macabeo van oude wijnstokken uit DO Catalayud. (Joke binnenkort neem ik deze mee!)
Nodig:
75 g bruine linzen gewassen
1 teen knoflook
1 laurierblaadje
1 blikje sardientjes op olie à 125 g
50 g zongedroogde tomaat op olie, uitgelekt
2 el olie uit de pot zongedroogde tomaat
1 tl azijn of citroensap
1 el bieslook, fijngehakt
peper & zout
Bereiding:
Kook de linzen met de gepelde knoflookteen en het laurierblaadje gaar in ruim water. Controleer door er een te proeven. Giet af en laat uitlekken in een zeef. Verwijder het laurierblaadje en de knoflookteen. De knoflookteen gebruik je hierna nog.
Maak de sardientjes schoon: verwijder de graatjes. Snij of knip de zongedroogde tomaatjes in stukjes. Doe de linzen met het knoflookteentje in de keukenmachine en pulseer kort. Voeg de tomaat, sardientjes, olie, azijn en bieslook toe. Pureer tot een grove of iets fijnere paté. Proef en maak op smaak met peper en zout of een extra drupje azijn. Doe in een schaaltje of potje. In de ijskast 3-5 dagen houdbaar.
Linzen, meer dan 75 verrassende recepten voor ontbijt, lunch, diner en tussendoor. Joke Boon (ISBN 9789046824832) is een uitgave van Nw_ADAM en kost € 22,99
Noot: dit kookboek werd mij als recensie-exemplaar gestuurd door de uitgeverij. De bespreking hier is mijn eigen mening. Lees ook de disclaimer
The Amsterdam Canals. Aan de Amsterdamse grachten…. Wie heeft daar nu niet zijn hart aan verpand?
De grachtengordel, aangelegd in de 17e eeuw. Nog steeds is het heerlijk struinen langs de gevels. Vooral ’s avonds in de herfst, want dan branden de lampen in sommige stadspaleizen en zie je de mooi gedecoreerde plafonds, de rijkdom van de interieurs. In het stadsdeel Centrum wonen 80.000 mensen, zijn er acht duizend officiële monumenten, vooral patriciërshuizen aan het water met 1500 bruggen over de meer dan 200 grachten. Amsterdam Canals, de Amsterdamse grachten. Negentig kilometer aan kademuur, heel actueel nu, want veel van deze muren hebben dringend groot onderhoud nodig. Amsterdam gebouwd op palen. Veertig historische kerken als teken van de diversiteit in deze tolerante zone. Tegenwoordig vaak gebruikt voor andere doeleinden. Nog drie voormalige scheeptorens en maar één paleis, dat ooit als stadhuis werd gebouwd op de Dam en het epicentrum was van het welvarende Amsterdam. Allemaal dingen, die bijdragen aan de authenticiteit van Mokum. Wereldberoemd als stad gebouwd op het water, met meer waterwegen dan Venetië en meer bruggen dan Parijs.
De Ecuadoraanse fotograaf Cris Toala-Olivares legde het allemaal vast op de gevoelige plaat. In 2014 schetste hij een beeld van de stad, gezien door zijn lens. Nu is er inmiddels de vierde druk van dit lijvige boek. Een must have voor elke Amsterdammer, uitwijkeling zoals ik sinds dit jaar of liefhebbers van Amsterdam. Toala Olivares laat nog het beeld zien in zijn boek, dat wij kennen van voor de gebeurtenissen dit jaar. Een levendige stad, zoals het hoort. Covid-19 veranderde het Centrum in een spookstad in het voorjaar en wie weet gaat dat nu in november weer gebeuren. Eerst waren er te veel toeristen, nu niet één meer te bekennen. Bijna iedere inwoner van deze stad heeft een haat-liefde verhouding. Vervuiling, toeristen, geen woonruimte. Allemaal waar, maar uiteindelijk blijft, ook op afstand het je stad. Zoals bezongen in de grote hit, waarmee ik deze post begon.
The Amsterdam Canals is een must have! In de feestmaand editie van Gereons Mag, begin december, lees je er meer over, want het is een heerlijk eindejaarscadeau.
The Amsterdam Canals. De Amsterdamse grachten in 300 foto’s. Cris Toala Olivares (ISBN 9789089895592) is een uitgave van Terra en is te koop voor € 62,50
Noot: dit kookboek werd mij als recensie-exemplaar gestuurd door de uitgeverij. De bespreking hier is mijn eigen mening. Lees ook de disclaimer
Ontdek Valtellina. Che gusto! Dalla Valtellina alla tavola was het thema van een true Italian taste webinar met virtuele proeverij aan het begin van de herfst. Proef de geneugten van de Alpen. In het noorden van Lombardije, vlak boven het Comomeer ligt een verscholen vallei, omringd door hoge Alpentoppen. Een strikt bewaard geheim in het hart van de bergen. De provincie Sondrio, één en al natuur. Valtellina, een vallei van 200 kilometer lang, waar het goed toeven is. In de zomer en ’s winters. Land van niet alleen melk en honing, maar ook gedroogd rundvlees, appels en druiven voor de speciale wijnen.
Laten we eens beginnen met de lokale specialiteit. bresaola, een IGP product, gemaakt van speciaal geselecteerd en geïmporteerd rundvlees. (veelal uit Latijns Amerika) Ambachtelijk gepekeld en aan de lucht gedroogd. Met een licht zoete smaak. Heerlijk in een zelf gemaakte tartaar of als antipasto. Gereons Keuken Thuis serveert er een baslsamico dressing en zure augurkjes bij. De truc is om bresaola zo dun mogelijk te snijden. Italianen doen dat, zag ik via zoom, met zo’n Van Berckel slagerijmachine, maar met een scherp mes gaat het natuurlijk ook.
Waar koeien zijn, is melk en dus kaas. In Valtellina maken ze kazen, zoals ze elders ook in de Alpen doen. Koeien grazen ’s zomers op de alm en in de winter staan ze op stal in het dal. Dat geeft verschillende soorten kaas. Voor uit je vuistje, over de pasta en in je fonduta. Tijdens de Valtellina che gusto! presentatie werden twee kazen geproefd. Bitto, zomerkaas, rauwmelks, direct geproduceerd op de alm en Casera, gemaakt in het dal. Een BOB of in het Italiaans DOP kaas.
Bij de kazen proefde Gereons Keuken Thuis een rode Casa de la Gatta Valtellina superiore DOCG 2016. Gemaakt van de nebbiolo druif, die we ook kennen uit Piëmonte. La Gatta is een oud dominicaner klooster. De druiven worden op steile terrassen verbouwd, net als in het Zwitserse Rhônedal. De druiven zin vaak van latere oogst en zon gerijpt. De rode wijn macereert 12 tot 15 dagen op een precieze temperatuur van 27 graden. Daarna krijgt de wijn zijn opvoeding in eiken vaten gedurende twaalf maanden. Een echte bewaarwijn. Krachtig, robijnrood met een neus van veldbloemen, smaak van gerijpt fruit en zachte tannines. Heerlijk bij de bresaola en kazen uit Valtellina.
Ontdek Valtellina, che gusto! Wat een keuze aan smaken. Het recept met kool en kaas misstaat niet tijdens de wilde weken op Gereons Keuken Thuis.
Taroz op een bedje van savooienkool.
Nodig:
500 g krielaardappelen
200 g groene sperzieboontjes
100 g borlottibonen (geweekt en gekookt)
125 g boter
150 Valtellina Casera DOP kaas
500 g geblancheerde savooienkool*
50 gram grana Padano
1 klein uitje gesnipperd
peper en zout
Bereiding:
Snijd de sperziebonen in stukjes, de aardappeltjes in kwarten en kook ze apart gaar. Snijd de kaas in blokjes en snipper de ui. Prak de gare aardappeltjes fijn en voeg beide gekookte bonen kaas en ui toe. Doe dit mengsel in een pan wet gesmolten boter en roer. Bak alles kort aan, maak op smaak met peper en zout en serveer direct op geblancheerde savooienkool. Bestrooi met een beetje grana Padano.
Dank aan Nicoletta Brondi van de Italiaanse kamer van koophandel in Nederland voor de organisatie van deze leuke webinar.
* Ik heb het recept hier en daar aangepast, omdat het niet consistent was in de Engelse vertaling.
De wijnboer. Les vendanges zijn voorbij. Binnenkort komt er een pluk Beaujolais binnen. Tekenen, dat het buitenseizoen definitief over is. Binnen kunnen we dan smullen van het stijlvolle boek, dat Amsterdamse wijnman Olle Swets en fotografe Charlotte Marres maakten. Ze haalden hier zelfs de lange lijst voor het Gouden Kookboek 2020 van het CNPB mee. Want behalve begeesterd van wijn zijn beiden ook dol op koken tussen de vignes. Ze schreven er De Wijnboer over. Past prima in de wilde weken van Gereons Keuken Thuis bedacht ik opeens. Niet als recensie deze keer, want de uitgever weet, dat ik geen recensies schrijf op basis van een PDF. Ik moet een boek voelen. Des te blijer was ik dat Olle en Charlotte mij alle informatie stuurden en ik mij kon gaan verdiepen in hun verhaal.
Verhalen en recepten rond het vuur is de ondertitel. Om deze verhalen van het leven van de wijnboeren, die zij op hun reizen ontmoetten, te kunnen vertellen, bedachten de schrijvers om langs te gaan met een keukentje. Koken op hout dat bijeen gesprokkeld werd tijdens de reis. Niets nieuws voor Olle, want dat deed hij ook al in de oude boerderij in Frankrijk, waar hij samen met zijn ouders verbleef. Ik ken het verschijnsel uit de Bourgogne, de haard brandt en op het rooster liggen twee Charolais steaks te roosteren, terwijl de pinot noir uit de koelere kelder alvast opwarmt. Of ’s zomers buiten onder de appelbomen op een zelf van keien gefabriceerde BBQ de zomer vieren. Koude Mâcon Villages bij de hand. Wat een leuk idee, dat deze twee hadden. Want als jij kookt bij de wijnboer en hij brengt zijn keldervondsten mee, moet dat haast wel een symbiose zijn van smaak. En dan komen de verhalen vanzelf los. Met de voeten in de klei of kiezels.
Wijn en vuur als de grote verbinder in het boek De Wijnboer. Laat ik er één verhaal uittillen, dat van Weingut Max Ferd. Richter, waarbij Olle start met de details op de linker bladzijde. Jaar van oprichting, locatie Rheinland Pfalz, oorsprong Moezel, de bodem en methode van pluk en wijn maken. Olle Swets vertelt, dat hij zich zorgen maakte op de rit erheen, over de regenvoorspelling. De wijnboer antwoordt dat hij niet bang is voor een beetje motregen. Voor deze wijnfamilie wordt het een stevige lunch voor 8 personen. Olle gaat te rade bij Gilles (van der Loo?), vriend en begenadigd kok. Het worden boekweitpannenkoeken met geroosterde druiven en paddenstoelen. In dit geval cantharellen. Wat de wijnboer hiervan vindt, baart hem een beetje zorgen, want dit Weingut staat bol van de traditie. En waarschijnlijk gutbürgerliche Küche. Hierna volgt het verhaal over de Moezelstreek en de wijnen. Gemaakt van de rieslingdruif. Daarna is het tijd om aan tafel te gaan. Dirk merkt op dat er geen servetten zijn. Das kann doch gar nicht sein! Hij gaat op pad om servetten voor bij deze picknick te halen. De wijnboer komt terug, de cantharellen zijn klaar en de eerste pannenkoeken worden geserveerd. Dit had wijnboer Dirk nog nooit gegeten en al snel moeten er weer extra pannenkoeken worden gebakken. Hierna brandt de wijnmaker los met zijn verhaal. Zo gaat het overal in dit leuke boek, In Catalonië met een steak, in Piëmonte met Barolo of in de wijngaarden van Chianti. Olle Swets heeft niet alleen een neus voor wijnen, maar ook voor storytelling. Hij kookt als het ware de verhalen uit de wijnmaker. En Charlotte weet het allemaal op de gevoelige plaat vast te leggen.
Het is herfst en ik ga nog regelmatig bladeren door dit heerlijke boek en heb me voorgenomen weer eens snel eens te gaan kijken in de Runstraat, waar de trouvailles van deze begeesterde wijnkoopman zijn te bewonderen. Van mij had dit boek op de shortlist van de CNPB jury mogen staan. De wijnboer, het is mooi te lezen en zien wie hij is, Olle en Charlotte!
Recept voor Olle en Charlotte: worstjes van de wijnboer (uit mijn kook- en leesboek Gereons Keuken Thuis)
Een stevig recept om er na de druivenpluk weer tegenaan te kunnen: “Salsicce arrostite con uve al vinaio” In gewoon Nederlands geroosterde worstjes met druiven op de wijze van de wijnboer. We drinken bij dit gerecht een stevige Chianti.
Nodig (voor 6 pers.)
150 ml olijfolie 2 el verse rozemarijnblaadjes gehakt 2 tl anijszaad 2 tl venkelzaad gemalen peper 1 kg varkensworstjes 800 g druiven wit en blauw gemengd 250 ml rode wijn peterselie
Bereiding:
Verwarm de olie in een steelpan op laag vuur. Voeg hieraan de rozemarijn, de anijs- en venkelzaden toe. Een flinke hoeveelheid gemalen peper. doe een deksel op pan en laat 15 minuten trekken. Je krijgt zo een aromatische olie. Prik met vork de varkensworstjes in en wel deze 5 minuten in niet kokend water. Verwarm de oven voor op 200 graden. Doe de worstjes op een bakplaat en bestrijk deze met de aromatische olie, voeg de druiven toe. Rooster de worstjes 25 minuten in de oven, keer ze om. de druiven zullen barsten.
Als de worstjes gaar zijn kunnen ze van de bakplaat gehaald worden. Schraap de bakresten en de druiven van de bakplaat en doe deze in een pan. Voeg de rode wijn toe en kook deze saus iets in. Serveer de worstjes in een schaal met de druivensaus eroverheen en wat gehakte peterselie. Geef bij dit gerecht een lauwwarm boerenbrood.
Over de schrijvers
Olle Swets is ondernemer, eigenaar van De Wijnwinkel in Amsterdam en wijnimporteur van ongepolijste wijnen van Europese wijnmakers die zich richten op pure en terroir-gedreven wijn. De wijnproducten van deze generatie zetten zich in voor autochtone druivenrassen en produceren met respect voor historie, ambacht en hun omgeving wijnen van de hoogst haalbare kwaliteit. Zij denken en werken radicaal anders dan de industrie en nemen genoegen met lagere opbrengsten per hectare. Olle kookt sinds hij zich kan herinneren het liefst buiten op vuur. Zijn hart gaat sneller kloppen als dat ergens op een afgelegen plek is, midden in de natuur met een goed glas wijn in de hand.
Charlotte Marres is fotograaf. Naast haar commerciële werk, vertelt ze verhalen van mensen die op haar pad komen. Zo borduurde ze bijvoorbeeld met gedetineerde moeders waarover ze het boek ‘Mama komt zo’ schreef. Voor het boek ‘de wijnboer – Verhalen en recepten rondom het vuur’ bundelt ze haar krachten met die van haar man Olle, en gaan ze samen op avontuur.
Volgende halte tijdens de wilde weken op Gereons Keuken Thuis: Valtellina met bresaola, kazen van de Alpenwei en wijnen.
Reacties laden....
Door de site te te blijven gebruiken, gaat u akkoord met het gebruik van cookies. meer informatie
De cookie-instellingen op deze website zijn ingesteld op 'toestaan cookies "om u de beste surfervaring mogelijk. Als u doorgaat met deze website te gebruiken zonder het wijzigen van uw cookie-instellingen of u klikt op "Accepteren" hieronder dan bent u akkoord met deze instellingen.