Bart’s Fish Tales

 foto: cover Bart’s Fish Tales

Bart’s Fish Tales, vis voor elke dag. Een reis om de wereld in vis met als resultaat dit dikke kookboek dat op Gereons keukentafel ligt. Vanaf zijn prille jeugd is Bart van Olphen begeesterd door vis. Dat begon in tijdens de jaarlijkse vakantie naar Parijs, waar hij als jongetje geen genoeg kon krijgen van de grote plateaus met zeevruchten. Bevangen van de vissersromantiek begon hij aan een culinair avontuur. Werken bij sterrenchefs. Het was hard werken, maar Bart leerde de fijne kneepjes van het bereiden van vis. Terug in Amsterdam startte hij een viswinkel. Hij had daardoor contact met leveranciers en ervoer veel misstanden. Bart ontdekte dat er veel te roekeloos wordt omgegaan met de visstand. Er wordt veel te veel verspild. Hierdoor ontstond zijn interesse voor duurzame visserij. En zijn inzet ervoor. Want vis is te lekker om in de toekomst te gaan missen. Dat laat hij op zijn site Bart’s Fish Tales zien. Met het boek Bart’s Fish Tales wil hij laten zien hoe leuk het is om te genieten van vis en hoe we dat kunnen doen zonder vissoorten uit te laten sterven. In de voetsporen van zijn vader vertoeft fotograaf David Loftus ook graag op zee. Het is dus ook geen wonder dat Bart en hij samen op pad gingen om de mooiste ontdekkingen op visgebied te doen. Bart uit culinair oogpunt en David als fotograaf.

De heren bezochten de eilandengroep Malediven voor lijngeviste skipjack– en geelvintonijn. Eén voor één gehengeld. Voor een Mas-Roshi, een Maledivische tonijnsalade. Van de warme wateren van de Indische Oceaan naar de koele wateren voor de Canadese kust. Dat betekent kreeft, krab en coquilles. Risotto met kreeft of krabbenpoten in dragonboter. Krijg er direct zin in ondanks het matinale uur. E viva España. Spaanse wateren voor ansjovis en pijlinktvis. Vissen met de hele familie. Gebakken ansjovis met knoflook. Een koele caña of glas fino erbij. Niets aan doen. Of pijlinktvis van de plaat. India is de volgende halte van de heren. Bart vertelt over tapijtschelpen en sardines, voetgedoken. een term die Gereons Keuken Thuis nog niet kende. Voor in de curry uit Kerala.

IJsland met zijn kabeljauw, schelvis en roodbaars. Lijngevangen, met 40.000 haakjes en toch duurzaam. Stokvis met appel en rode biet en gerookte schelvis. Mooie smaken uit het hoge Noorden.Engeland wordt aangedaan, heek , sardines en makreel. In Cornwall lust iedereen weer sardines. pittig geroosterd met een tomatensalade. Hoe basic.Exotisch Gambia voor tong en octopus. Stranden vol vis, aan wal gebracht in een spektakel vol bont kleurgeweld. Als recept een tong à la meunière.Een thuis wedstrijd in Nederland, met al het moois van de Zeeuwse slikken en schorren. Verse mosselen, oesters, scheermessen, kokkels en zeewier. Zo rauw op je bord. wat een mooi stukje terroir. Bart’s Fish Tales vertelt erover.

Het boek besluit met een verhaal over wilde zalm en een bezoek aan de vismarkt, waar dan ook ter wereld. vers gevangen, vers gekocht, bereid door Bart en gefotografeerd door David. Zo eindigt de reis om de wereld in vis. Nu gevangen in een kleurrijk boek met smakelijke verhalen en dito fotografie. Geen wonder dat Bart van Olphen zegt dat vis voor elke dag is.

Bart’s Fish Tales, Bart van Olphen met tekst van Joël Broekaert en fotografie van David Loftus (ISBN 9789048825882) is een uitgave van Carrera Culinair en kost € 29,99 

Caviar d’aubergine.

 foto: aubergines op de markt.

Caviar d’aubergine. Kaviaar voor arme mensen is een typisch Provençaals gerecht dat tijdens de #alfresco zomer in Gereons Keuken Thuis niet mag ontbreken. Het kost een fractie van echte kaviaar, die ik eens op een menukaart in Zuid Frankrijk zag.. De zomer is in aantocht en dan pluk ik graag het heerlijke kookboek van Nina Parker, Saint Tropez uit mijn kookboekenhoek. (Ik ben overigens ook heel benieuwd naar de kookavonturen van Nina op Capri, want dat kookboek is zojuist verschenen in Groot Brittannië) Instant zomer gevoel. Je hoeft er echt niet voor naar de Côte d’Azur te reizen. Kan natuurlijk wel. De kleuren, smaken en geuren van Saint Tropez. Niet voor niets geliefd bij schilders, filmmakers en gewone reizigers. Of kookfanaten zoals ik. Ik reisde met Nina onder de arm naar Saint Tropez. Het intense blauw van de zee, het groen op de heuvels en de pasteltinten van de dorpjes op het schiereiland. In deze immense kleurenpracht past natuurlijk ook het violet van een aubergine. Gegrild, in het zuur of zoals vandaag in de caviar d’aubergine Oh la la, op warm en knapperig stokbrood met wat zoute bieslookboter en zwarte olijven. Een glas koele en bleke rosé erbij en het apéro uurtje kan beginnen.

 foto: de pastel gevels van het stadje.

Nodig:

2 flinke aubergines

6 teentjes knoflook

2 takjes rozemarijn

2 el olijfolie

1 uitje gesnipperd

zeezout en zwarte peper

dressing van 1 el rode wijnazijn, 3 el olijfolie, peper en zout.

2 tl Provençaalse kruiden

1/2 pakje boter

bieslook

zwarte olijven zonder pit

Bereiding:

Verwarm de oven voor op 200 graden. Snijd de aubergines in de lengte doormidden. Bestrooi de delen met wat zeezout. Laat de aubergines een kwartiertje staan. dep ze daarna droog met papier. Maak een ruitpatroon in het vruchtvlees. Snijd de teentjes knoflook in stukjes en doe deze tussen de inkepingen. Doe hetzelfde met de naalden van de rozemarijn. Voeg zout en peper toe en schenk er wat olijfolie overheen. Wikkel de aubergines in aluminiumfolie en bak ze 45 tot 50 minuten in de oven tot het vruchtvlees helemaal zacht is.Haal de pakketjes uit de oven en laat iets afkoelen. Hak het vruchtvlees van de aubergines, de knoflooktenen en rozemarijn fijn en doe in een kom. Laat de caviar d’aubergine afkoelen in de ijskast. Snipper een uitje en meng dit door de caviar d’aubergine, Maak een dressing van azijn, olijfolie, Provençaalse kruiden, peper en zout en roer deze door de pasta.

Hak de bieslook fijn en roer deze samen met een el grof zeezout door een half pakje zachte boter. Serveer de caviar d’aubergine op vers stokbrood met de boter en olijven.

11215464_1641597936074443_2105096765_o foto: andere koek dan caviar d’aubergine

Risotto op zondag.

 foto: risotto op zondag.

Risotto op zondag. In stock cooking, in het Frans zo mooi un répas du frigo genoemd. Alles wat je nodig hebt is in huis. Bouillon in de vriezer van de kippenbotten, van dat onlangs afgekloven Label Rouge kippetje, een potje zongedroogde tomaatjes, wat restgroente in de ijskast. Wortel, selderij, wat verdwaalde champignons, een bosje groene wat slappe asperges. Een restje witte wijn. Een klont boter en een restje kaas. En een pot arborio rijst. Het lijkt potverdorie de schijf van vijf wel in een instock jasje gegoten. Het risotto op zondag festijn kan beginnen. Lekker roeren in de pan, goed voor de spierballen. Instant exercise en wat zen tegelijk. Maar nu dwaal ik af. Risotto op zondag, easy, #nowaste en het tovert vrolijke gezichten aan tafel. Ik zou zeggen wees een creatief en bouw een risotto met wat er in de ijskast ligt. Op deze mooie zondag schenk ik een koele chardonnay van Kellerei Kaltern uit Alto Adige.

Risotto alla primavera

Nodig 4 personen:

400 g arborio rijst
1 l kippenbouillon, getrokken van de afsnijdsels en botten
1 bundeltje groene asperges of andere (groene) groente
2 stengels bleekselderij
1 wortel
roomboter en kaas
2 sjalotjes
peterselie gehakt
peper en zout
1 glas witte wijn
3 el olijfolie

handje rucola en kaas voor de garnering

Bereiding:

Snijd de harde onderkanten van de groene asperges. Kook de asperges 3 minuten en laat ze afkoelen. Snijd de wortel in kleine blokjes en de stengels selderij in ringetjes. Snipper de sjalotjes fijn. Verhit in een pan de olie en fruit de sjalot. Bak de groente kort mee, Voeg alle afsnijdsels toe aan de bouillon. Voeg de rijst toe en bak deze mee totdat de rijst kleurt. Blus af met de witte wijn. Voeg beetje bij beetje de warme bouillon toe en blijf roeren totdat de rijst alles opneemt. Blijf de rijst tussentijd roeren. Na twintig minuten is de rijst klaar. Roer de aspergestukjes door de risotto (of een andere groene groente) Maak de risotto af met wat boter, peterselie, peper en zout. Serveer op borden met eventueel wat geraspte Parmezaanse kaas en handje rucola.

Pastéis de feijão.

 foto: een taartjespaleis in Lissabon

Pastéis de feijão. Helemaal in de bonen raak je van die taartjes in Lissabon. Normalerwijs is Gereons Keuken Thuis niet zo van de zoeterigheid, maar in dit walhalla vol zoetigheid is een taartje of twee per dag toch wel de norm. Overigens ook voor de Portugezen. Al in de ochtend staan ze bij de pasteileria in de rij voor een taartje. Een pastéis de nata, zoet bladerdeeg gevuld met vanille crème, een beetje warm nog,  met kaneel en poedersuiker. Een bolo Garibaldi, laagjes chocolade mousse tussen kokosdeeg. Beestjes gemaakt van marsepein uit de Algarve of allerlei éclairs op de hippe Time Out market. Met una bica, een sterk kopje koffie erbij. Logisch dat ik op onderzoek uitging welke varianten er waren. In de krant Correio de Manhà van dinsdag 24 mei vond ik een alleraardigst recept voor pastéis de feijão, of te wel een bonentaartje. Op basis van massa quebrada, Weens korstdeeg. (overigens is het filmpje in het Portugees, maar deze dame is goed te volgen) Hoe toepasselijk in dit bonenjaar. Makkelijk te maken en vol smaken voor bij dat hete kopje koffie. Of wat te denken bij een glaasje Moscatel uit Sétubal?  Hieronder mijn verkorte versie.

 foto: pastéis de nata met een koffietje

Nodig:

300 g korstdeeg (zie filmpje)

400 g gekookte witte bonen

450 g suiker

wat poedersuiker en kaneel

100 g gemalen witte amandelen

50 g geraspte kokos

2 eieren

4 eidooiers

1,5 dl water

12 vormpjes

Bereiding:

Op een met bloem bestrooid oppervlak het deeg met een roller uitrollen en er 12 rondjes uitsteken van ongeveer 8 cm. Maal de gekookte bonen door een passeerzeef tot een gladde puree. Verwarm het water in een pan en los de suiker op. Laat 2 minuten koken. meng de gemalen amandelen, kokos en de bonenpuree door het suikerwater. Laat het mengsel iets afkoelen en voeg de eieren en dooiers toe. Er ontstaat een gladde vulling. bestrijk 12 vormpjes met wat gesmolten boter.  Verwarm de oven voor op 200 graden.Vul de vormpjes met het deeg en de vulling en bestrooi met een beetje suiker. Bak de pastéis de feijão in 25 minuten af. Laat de taartjes iets afkoelen haal ze uit de vormpjes en bestrooi met poedersuiker en kaneel.

 foto: éclair walhalla in hipster foodhallen van Lissabon.

Nanban, Tim Anderson.

 foto: Nanban

Nanban, verwarmende gerechten uit Japan. Een kookboek, dat start met de slogan “voor alle japanofielen“. Niet dat ik dat direct ben, maar de cultuur en keuken van dit eilandenrijk boeien me mateloos. Dit geldt ook voor de chef en schrijver Tim Anderson, die op zijn geboortegrond in Winsconsin al gebiologeerd keek naar kookprogramma’s van Japanse chefs. Dat was nog eens iets anders dan de mac and cheese, danish of pierogi op de plains van deze staat. Tim ging zwerven. Via Californië, waar het voor hem te duur was om Japans te kunnen eten. Ramen was een ontdekking voor hem als een alternatief, dat niet een rib uit je lijf kostte. Anderson belandde in het zuiden van het eilandenrijk, waar door de eeuwen heen Portugezen, Hollanders (Decima) en later Amerikanen een duit in het zakje van de cuisine deden. Nanban, de zuidbarbaarse keuken. Tim dook onder in de smaken van Japan en meer nog in de smaken van Kyushu en Fukuoka. Het Japanse streetfood. Ramen paradijs en een zeer persoonlijke en diverse keuken. Zo deed de latere winnaar van Masterchef Britain zijn ervaring op. Gevolg een restaurant Nanban in Brixton, waar hij volgens deze tradities kookt. Een izakaya stond hem voor ogen, een restaurant waar alles tegelijk op tafel komt.

Maar nu over het eten uit deze zuidbarbaarse keuken. Ik heb altijd een vrij autarkisch beeld gehad van de Japanse keuken met strenge regels, soorten eten, bereidingswijzen en rituelen. Niets is minder waar. In dit kookboek neemt Anderson je mee op reis door de fusion keuken van Zuid Japan. De verschijningsvorm mag dan meegenomen zijn door de buitenlanders, de texturen en smaken zijn ontegenzeggelijk Japans.Het boek start met basisingrediënten, zoals misopasta, mirin en soyasaus. Anderson vertelt ook over de typische zuidelijke chilipeper yuzu. Daarna volgt een lange lijst van meer basisingredienten, groenten en verse kruiden.

Nu kunnen we aan de slag met nanban gerechten. Met basissauzen en smaakmakers. Dat kenmerkt toch de Japanse keuken, de smaken van de verschillende componenten. Gereons Keuken Thuis vindt dit altijd verrassend in een Japans restaurant. Het geheel fijngesneden en à  pointe gegaarde gerecht met een explosie van smaak. Anderson geeft tips voor pasta’s, oliën en zelfs kimchi. Veel aandacht is er voor dashi, de smaakmaker voor ramen. Tenslotte de manier van rijst koken.

 foto: dashi smaakmaker voor de ramen.

De basis ligt er. We kunnen verder op ontdekkingsreis met kleine gerechten, zoals zoete aardappel met yuzuboter uit de oven, onsen tamago (warmwaterbroneieren) of gebakken zwoerdjes uit Okinawa. Allemaal watertandend lekker op de gevoelige plaat gezet voor dit boek.Vervolgens de grote gerechten. Nadrukkelijk groot, omdat bij een izakaya maaltijd geen voor- of hoofdgerecht wordt geserveerd. Alle komt tegelijkertijd op tafel. Je deelt samen de smaken met een glas bier of kommetje sake. Een “carbonaraachtige pasta met mentaiko, tempura, kip Nanban en een stukje Tex Mex in de vorm van tacorijst. Anderson besteedt ook aandacht aan grillen. Hoe kan het ook anders in het land van de hibachi en teppanyaki? Geroosterde varkensbuik, in spek gewikkelde pimientos de Padrón (inderdaad Spaans)en kippenvelspiesjes. Zelf at ik ooit spiesje met knapperig zalmvel.

Bouillon mag niet ontbreken, de schrijver wijdt een heel hoofdstuk aan ramen in alle verscheidenheid. De bouillon als basis en de componenten om er een gerecht van te maken. De alkalische noedels en toppings. Je leest dat Anderson niet over één nacht ijs is gegaan. Verder met de desserts, van een Portugese Castella cake uit Nagasaki tot matchaboter voor koekjes. Een zoete afsluiter. Nanban sluit af met drankjes en praktische informatie voor als je in Japan bent.

Nanban, verwarmende gerechten uit Japan vind ik een heel plezierig boek, omdat het niet alleen recepten bevat. Het gaat mij ook om de achtergrond. Je leest duidelijk, dat het Tim Anderson er aan gelegen is je mee op reis te nemen door deze zuidelijke barbaarse keuken. Eens was nanban een scheldwoord, maar Anderson laat zien dat dit ver achter ons ligt. Een heerlijk boek in een gedurfde styling vol verhalen en smaak. Het nodigde Gereons Keuken Thuis uit direct aan de slag te gaan, Nanban: instant voer voor de japanofiel!

Nanban, verwarmende gerechten uit Japan, Tim Anderson (ISBN 9789095966606) is een uitgave van Fontaine en kost € 29,95

Noot: dit boek werd mij als recensieexemplaar gestuurd door de uitgeverij. De bespreking hier is mijn eigen mening. Lees ook de disclaimer

Mijn Griekse Keuken.

 foto: Mijn Griekse Keuken

Mijn Griekse Keuken. Je kunt mij er wakker vóór en mee maken. Homemade Greek soulfood. Zoals de giagia (grootmoeder) thuis maakt, een romige moussaka, imam bayildi of skordalia. Of van alles al fresco onder de wijnbladeren met een maatje retsina. #alfresco Ik denk hier niet alleen zo over Ook restaurant eigenaresse Efgenia Karampatakis uit Genk houdt van de keuken van het land van haar grootouders, die ooit als mijnwerkers naar Belgisch Limburg kwamen. Vader Karampatakis begon een kafeneio en moeder maakte de mooiste trouwjurken. Daarnaast kookte zij ’s avonds voor de Griekse gemeenschap. Een restaurant was geboren en nog steeds is het alle dagen feest in Orestis in Genk.

Nu is er het kookboek, in vrolijke tinten. Cycladisch blauw en het sepia van oude foto’s. Vol feestelijk Grieks eten. De schrijfster Efgenia houdt wel van feestjes. Doordat haar ouders vaak druk waren met het restaurant bracht Efgenia veel tijd bij haar giagia door. Van haar leerde ze naast levenslessen veel over de keuken van Noordoost Griekenland. Waar de de deur altijd openstaat. Καλως Ηλθατε!  Wees welkom! Het woord xenos betekent niet voor niets zowel vreemdeling als gast.

En als er gasten zijn moet er woorden gegeten met zijn allen aan tafel, veel en langdurig. Daar houdt de familie Karampatakis van. Voor deze gelegenheden schreef Efgenia dit boek vol zonnige recepten. Gerechtjes om te delen, zoals gebakken sprotjes, tzatziki of kipsouvlaki. De gerechten van giagia uit haar schriftjes, stevige aardse smaken. Soupa, wat is het leven zonder soep (overigens verraadt dit ook een Belgisch trekje)

Wat is een Grieks kookboek zonder een ode aan de zee? Met een stevige visserssoep, zwaardvis met pilav of mosselen saganaki. De zondagstafel met feestelijke gerechten zoals eendenborst met vijgen of kalfskroon met snijbonen. Eens wat anders dan alles van de grill. En Efgenia gaat naar buiten. Daarom is het zo’n leuk # alfresco boek. De temperaturen van afgelopen week zorgden ervoor dat Gereons Keuken Thuis vooral buiten kookte en dan staan er veel Griekse gerechten op het menu. Karampatakis geeft leuke suggesties voor snacks en salades. natuurlijk ontbreken de keftedakia niet. 

Wat zoet toe, zoals een taart met sinaasappel en kaneel. Een beproefd condiment in de zoete en hartige keuken van Griekenland. En natuurlijk de alom aanwezige. Φραππε. IJskoude koffie, die je overal in Griekenland aantreft. Al dan niet met een bougatsa erbij. Het boek geeft tot slot nog tips voor zelfgemaakte cadeautjes en wat basisrecepten.Mijn Griekse Keuken, gul en gastvrij is echt zomerboek. Met makkelijk te maken recepten en prachtige sfeervolle fotografie. Een instant korte vakantie. Je doet er inspiratie mee op voor het buiten koken en leert nieuwe, andere Griekse gerechten kennen. Een echt zomerboek. Laat nu de lange #alfresco dagen aan tafel maar komen. Καλη Ορεξη!  Eet smakelijk.

 foto: kipsouvlaki

Mijn Griekse Keuken, gul en gastvrij, Efgenia Karampatakis (ISBN 9789401430401) is een uitgave van Lannoo en is te koop voor € 24,99

Noot: dit boek werd mij als recensieexemplaar gestuurd door de uitgeverij. De bespreking hier is mijn eigen mening. Lees ook de disclaimer
 

Open Blue Cobia.

 foto: Open Blue Cobia

Open Blue Cobia, een nieuwe vis is aangespoeld. Gereons Keuken Thuis toog op deze warme maandag in mei naar het ROC aan de Elandsstraat, alwaar tien jonge koks onder leiding van Theo Rensch aan de slag gingen met Open Blue Cobia. Een nieuwe gekweekte vissoort uit de azuurblauwe Caraïbische wateren bij Panama. Een ferm beestje te zien aan het exemplaar, dat op ijs bij de mise en place lag. gekweekt in grote kooien 12 kilometer buiten de kust van Panama, met een constante zeewatertemperatuur. Noem het duurzame zeevisfarms, zoals oprichter Brian O’Hanlon ze ooit bedacht.

 foto: schoongemaakt en wel.

De cobia is een inheemse vis. Het andere witte vlees. Stevig vlees met een vetpercentage. Nadat ze eerst aan land  negen maanden aan wal worden opgekweekt, worden de vissen  in water van 70 meter diep uitgezet in kooien van 30 bij 30 meter. Daar groeit het dier in een veilige en gezonde omgeving met veel ruimte op.

Open Blue Cobia was niet eerder in Nederland te verkrijgen, maar daar heeft de kwekerij in samenwerking met Frische Paradies, een Duitse versmarkt wat op gevonden. Zij leveren sinds kort aan de betere horeca in Nederland met een grote versgarantie. Overigens zijn de vestigingen van Frische Paradies ook te bezoeken door consumenten. Na het zien van dit filmpje wil Gereons Keuken Thuis hier zekers eens een kijkje gaan nemen. Een walhalla voor foodies met al het moois wat vers van over de hele wereld is te krijgen.

 foto: sterklas aan het werk.

Maar eerst was het tijd om te proeven van de heerlijke bereidingen, die de leerlingen van de Sterklas in een uur klaar maakten.  Al dan niet met behulp van de aanwezige pers en bloggers. Bezield gingen de jonge koks in spe aan de slag met ceviche, poke, een big green egg gerecht, Japanse grill, smoren, een spiesje, sashimi of gewoon op de huid gebakken. De paella ging niet door.

 foto: cobia uit de oven

De resultaten mochten er zijn. Ze hadden zich op velerlei wijze laten inspireren door deze vis. Mooie staaltjes van opgemaakte borden en even belangrijk een parade van heerlijke smaken met één soort vis. De Open Blue Cobia.

 foto: cobia uit de pan.

Een heerlijk product voor deze temperaturen. Op de fiets door Oud West was Gereons Keuken er nog niet uit wat hij met deze moot meegekregen vis gaat doen. Gelukkig is het #alfresco seizoen in volle gang. Inspiratie niet ver te zoeken zijn.

 foto: uit de big green egg met mango.

Quick & Easy uit de Zilveren Lepel.

foto: cover Quick & Easy

Quick & Easy uit de Zilveren Lepel reeks. Ik heb het al eens over deze kookboekenreeks gehad. Over hun Pizzaboek. Nu is er het deel Quick & Easy. Makkelijke keuken met Italiaanse recepten voor door de week. Op tafel in minder dan 30 minuten. Of voor mijn #alfresco zomer op Gereons Keuken Thuis. Want zeg nu zelf je gaat na een lekkere stranddag niet nog eens een stevig robbertje koken? Ik niet althans! In Quick & Easy staan authentieke en overheerlijke recepten uit de Bel Paese. Ideaal voor een snelle lunch met een schotel vol antipasti zoals saliehapjes of Toscaanse panzanella. Of een snelle pappardelle met bloemkool en gorgonzola. Een zomers avondmaal met een zomerse rijstsalade of schelpdieren aan spiesjes. Ideaal voor op mijn buitengrill.

Als #alfresco recept koos ik de Romeinse saltimbocca, een snel te bereiden klassieker. Salieblaadjes pluk ik uit de kruidenbak naast mijn elektrisch pitje buiten. Er is maar één pan nodig. Salade erbij en de maagjes zijn weer gevuld. De laatste restjes wijnjus eten we met een stukbrood uit de pan. Als witte wijn een Est! Est!! Est!!! di Montefiascone en de zomerse avond kan niet meer stuk.

 foto: saltimbocca alla Romana

Nodig (4 pers.)

100 g rauwe ham in halve plakjes

500 g kalfsoesters

5-10 salieblaadjes

50 g boter

100 ml droge witte wijn

zout

Bereiding:

Leg eerst een plakje ham en vervolgens een blaadje salie op elke kalfsoester. Zet ze met een tandenstoker of cocktailprikker vast. Smelt de boter in een grote koekenpan en bak de oesters op hoog vuur aan beide kanten goudbruin. Bestrooi met wat zout, giet er de wijn bij en kook tot die verdampt is. Haal de prikkers uit het vlees en zet het gerecht op tafel.

De Zilveren Lepel, Quick & Easy (ISBN 9789000349302) is een uitgave van Unieboek/Het Spectrum  en is te koop voor € 24,99

Ben je ook geinspireerd geraakt door dit Italiaanse recept? Laat dan je leuke #alfresco recept achter als reactie op Gereons Keuken al fresco 2016 Wie weet win je dan een leuk zomers kookboek in september.

Surf & Turf.

foto: surf’s up!

Surf & Turf  is een overal ter wereld voorkomende term voor een gerecht dat uit vlees en vis bestaat. In het Catalaans noemen ze dat heel mooi “mar i muntanya”  Zee en gebergte. Er zijn eindeloos veel combinaties te bedenken, waar vlees een verbinding aangaat met iets uit zee. In de traditionele paella wordt vaak gebruik gemaakt van kip of konijn in combinatie met garnalen en zeevruchten.

Een bekend recept uit Catalonië is kip en gamba’s in de traditionele amandelsaus, picada geheten. Een mengsel van gebakken amandelen, knoflook en broodkruim. die samen met een flinke stoot kippenbouillon een krachtige saus vormen. Heerlijk Sea Spot food dus voor op zonnige dagen. Een echt al fresco gerecht dat makkelijk met bescheiden middelen buiten te maken is. Gereons Keuken Thuis kiest vandaag voor een variatie van spiesjes met garnalen en kipdijfilet, geroosterde paprika en een salsa van amandelschaafsel, broodkruim, knoflook en olie. We bestrooien het geheel met gehakte peterselie. Surf & Turf. We drinken er een witte koele Viña Sol van Torres bij. een witte wijn die gekoeld je glas met mediterrane zonneschijn vult.

Nodig:

500 g kipdijfilet

500 gepelde tijgergarnalen

2 rode paprika’s

zout en peper

1 tl pimentón de la Vera.

100 g amandelschaafsel

1 snee oud brood

4 tenen knoflook

1 dl extra vièrge olijfolie

sap van halve citroen

gehakte platte peterselie

satéprikkers

Bereiding:

Leg de satéprikkers in koud water. Dit om verbranden te voorkomen. Snijd de kipdijfilet in blokjes (niet te klein) en bestrooi deze met wat zout, peper en pimentón. Maak de tijgergarnalen schoon en verwijder het darmkanaaltje. Rijg om en om de kip aan de spiesjes. Snijd de rode paprika’s in brede repen. Rooster de spiesjes en paprika’s gaar op grill of barbecue. Rooster het amandelschaafsel kort in een droge pan. Let op dit gaat heel snel. Snijd de korst van de snee oud brood af en doe deze in een hoge smalle kom of beker met iets water. Voeg de gepelde knoflook, citroensap, een snufje zout, geroosterde amandelen en de olijfolie toe. Haal in één beweging de staafmixer erdoor. Indien de saus nog te stevig is kun je wat extra olie toevoegen. Serveer de spiesjes met de geroosterde paprika’s, wat gehakte peterselie en de saus.

 

Ragout op maandag.

  foto: ragout op maandag.

Ragout op maandag. Een hele boerenkip drie keer gebruiken. #nowaste  Zaterdag kocht ik een Franse label rouge kip. Altijd lekker om die in de oven te braden met wat aardappels, knoflook en Provençaalse kruiden. Meestal houd ik na zo’n feestmaal het karkas, een borstfilet en kippenbout over. Precies voldoende voor de volgende stap in het proces. Je zet het karkas met koud water op het vuur en laat het dan uren lang trekken, totdat je een stevige kippenbouillon hebt. Nu stond de zaterdag toch in het teken van bouillon trekken, want ik deed het zelfde met runderkluiven voor de groentesoep. Enfin daarover later meer. Laat de bouillon ’s nachts afkoelen. Dat kon gezien de “heerlijke” voorjaarstemperaturen prima op mijn Amsterdamse balkon. De volgende dag heb je dan een prima basis voor een ragout. Haal het karkas eruit, pluk de laatste restjes vlees eraf, schep het vet eraf en zeef de bouillon. Assembleren maar. Zo gebruik je één boerenkip drie maal. De rest van de bouillon vroor Gereons Keuken Thuis in voor risotto of een ander gerecht. We drinken een straffe trappist bij de ragout. Bijvoorbeeld de dubbel van Westmalle.

  foto: Assembleren maar!

Nodig:

3 kippenbouten

1 doosje champignons

75 g boter

bloem

peper en zout

snuifje nootmuskaat

1 teentje knoflook

fijngehakte peterselie

Bereiding:

Doe de kippenbouten in een pan met koud water met wat zout en peper. Breng aan de kook en laat circa 3 uur op laag vuur trekken. Haal de bouten eruit en pluk het vlees eraf. Zeef de bouillon. Zet apart. Borstel de champignons schoon en bak deze kort aan in weinig olie. Hak het teentje knoflook fijn en doe deze bij de champignons. Verhit de boter in een pan en voeg de bloem toe, bak deze tot er een klont ontstaat. Blijven roeren! Voeg beetje bij beetje de bouillon toe en klop met een garde tot gladde saus. Dit is precisiewerk waar je bij moet blijven. Voeg de stukjes kip en champignons toe en warm ze even mee. Roer als laatste de peterselie door de ragout. Maak op smaak met zout en peper en een snuifje nootmuskaat. Serveer met een vol au vent of wat gekookte rijst.

Door de site te te blijven gebruiken, gaat u akkoord met het gebruik van cookies. meer informatie

De cookie-instellingen op deze website zijn ingesteld op 'toestaan cookies "om u de beste surfervaring mogelijk. Als u doorgaat met deze website te gebruiken zonder het wijzigen van uw cookie-instellingen of u klikt op "Accepteren" hieronder dan bent u akkoord met deze instellingen.

Sluiten