Het is #fitforfun februari. Een mooie aanleiding om het eens te hebben over de masterclasses vegan koken met Eke Mariën en Joris Schildknecht. Ze staan weer voor de deur in maart, twee dagen koken met de kennis van deze heren in een gezellige ruimte aan de Zeeburgerdijk 54 in Amsterdam Oost. Op een novembermaandag toog Gereons Keuken Thuis naar de kookstudio alwaar hij Eke en Joris in full anticipation aantrof bij de voorbereiding van hun vegan masterclass. Ik schoof aan tussen de deelnemers en proefde van de wortelcake, die werd versterkt met wat matcha zout. Spelen met smaken.
Maar wat doe jij nu op een vegan masterclass? Dat zal ik uitleggen. Mijn belangstelling voor plantbased of vegan cooking ligt niet zozeer in de aspecten van diervriendelijk of gezond. Mij interesseert vooral de creativiteit om mooie gerechten te maken zonder dierlijke producten. Dat vergt enige aanpassing in je kooktechnieken. Niks modieus aan, in oudere tijden kenden velen al het principe van plantbased cooking, niet uit hipheid, maar gewoon omdat er niets anders voorhanden was. Dat is nog steeds zo voor een groot gedeelte van de wereldbevolking. Het merendeel van alle vleesconsumptie, bijbehorende teeltuitwassen en gezondheidsrisico’s vind je in de V.S., Europa, Zuid Afrika en Australië. Een paradoxale gedachte hierbij is, dat dit ook de ultieme droom is van de “not haves” Een vleesetend model als walhalla. Ik vind vegan koken daarom ook leuker dan vegetarisch koken, dat blijft hangen in een soort vis noch vlees modus. Ga dan voor goud. Vegan koken betekent voor mij kennis vergaren van processen en net zoals bij moleculair koken een creatief proces.
En met die kennis van koken zit het bij beide heren wel snor. Enkele jaren geleden smulde ik al van de theorie van Eke over bakken. Zijn kookboek staat nog steeds te prijken in mijn kookboekenhoek. Niet dat ik zo verschrikkelijk vaak bak, maar ik ben liefhebber van de duidelijke manier waarop Eke processen ontleedt en inzichtelijk maakt.
De masterclasses vegan koken van Eke en Joris bestaan uit een zoete en hartige dag. Smaken leren ontdekken. Zo worden je vegan baksels vaak zoeter en anders van textuur. De heren leren je op eerste dag hoe hier een draai aan te geven. Dag twee staat in het teken van hartige gerechten. Je leert om meer smaak te genereren. In eerste instantie mis je, als je vegan gaat koken de umami smaak, omdat je geen dierlijke producten gebruikt. maar er gaat een wereld voor je open als je weet wat er te koop is. Na de theorie ging ik samen aan de slag met culicollega Janneke Vreugdenhil. We maakten kimchi, pittige bonenburgers voor de lunch en leerden van Joris een leuk recept voor zuurkoolravioli. Alles homemade. Veel ga ik verder niet verklappen.
De volgende masterclasses vegan koken staan gepland op 4 & 18 maart en 11 & 25 maart. Wie weet schuif ik nog aan. Tenminste als dat mag van de heren. Meer informatie vind je op Facebook en Koken met Kennis
Het is #fitforfun februari in Gereons Keuken Thuis. Huh? Hoezo, jij bent toch helegaar niet van de sport, gezondheid en fitness? Dat is waar, maar ook onwaar. Het is zo, dat ik op mijn blog weinig aandacht besteedt aan diëten, sporten, healthfood en bijbehorende gezondheidsclaims. Ik ben wars van het goeroetoontje, dat vaak in deze adviezen zit. Het diskwalificerende en het “kiek mie nou toch” toontje. Onwaar is het, omdat ik sinds 2013 voor mijzelf een vrolijk, maar ook vrij precies sportprogramma heb bedacht. Als gevolg van versleten rugwervels raadde een fysiotherapeut mij aan te gaan hardlopen. Ik schoot in de lach en vertelde hem, dat ik dan dure verzekeringen zou moeten afsluiten, voor alle claims, die mij ten deel zouden vallen als gevolg van gescheurde gevels en gesprongen ramen, nadat ik voorbij was gedenderd. Met andere woorden, hardlopen past niet bij mijn motoriek, net zo min om te gaan wielrennen. Ik ben een beetje een dromer en dan hard gaan fietsen. Nou nee, dat zou niet bijdragen aan de nationale verkeersveiligheid. Ik ging zwemmen en dat bevalt de na vijf jaar nog steeds goed, zo’n twee à drie maal per week. Daarnaast ontwikkelde ik een matineus ritme van met name buik- bil- en borstspieroefeningen ter versterking van mijn rug. Gevonden in een heel oud boekje dat ik eens bij een inmiddels ter ziele gegane ramsjhandel in de Kalverstraat kocht, back in the eighties. En… incidenteel een yoga-uitstapje.
Maar nu over #fitforfun februari. Deze tweede maand van het jaar is meestal ook dry february, wat in mijn geval betekent geen wijn. Moeilijk vol te houden, welnee, maar als je geen zoete frisdrank-, smoothie-, thee- of ander knutseldingendrinker bent, moet je van deze maand een soort expeditie maken naar alternatieven. Niet alleen op drink-, maar ook op eet- en sport gebied. Voor mij is smaak namelijk heel belangrijk. Dat wordt mijn queeste voor februari en ik moet zeggen, dat ik nu al benieuwd ben wat ik tegen ga komen tijdens mijn #fitforfunweken.
In december ontving ik het boek #FitBody van Delphine Steelandt. Verstevig je lichaam in 100 dagen. Niet door aan de machines te gaan trekken in een sportschool, maar gewoon thuis. In je eigen tempo. Met toewijding.
Het boek begint met slanker, sterker, fitter en…. gelukkiger. Tja, sterker, fitter en eventueel wat kilo’s kwijt wil iedereen, zonder uren in de sportschool te moeten hangen. Maar de geluksclaim schuif ik graag terzijde. Daar kan ik niets mee. Volgens mij is er geen wiskundig verband te formuleren tussen het aantal kilo’s dat je weegt en je geluksgevoel. Daarin is de huidige tijd een beetje doorgeschoten. In die gelukscoëfficiëntcompetitie. Ik ben voor #bodypositivity, elk lichaam is uniek, net als het gevoel dat daar bijhoort.
Deze noot van kritiek gekraakt hebbende, bladerde ik verder. Via leefstijl, de theorie van William Cortvriendt ( die we al eerder in de boeken van Pascale Naessens voorbij zagen komen), honderd dagen of dedication en natural beauty. Hierna legt Steelandt de drie fases uit, vetverbranding, opbouwfase en onderhoudsfase. Een leuke methode voor mensen, die niet weten waar ze moeten starten. Veel theorie, over ontwenningsverschijnselen, sugarcravings etc. Ik ken het verschijnsel ook als ik weer eens een tijdje mijn eet- en drinkpatroon verander. Zo consumeer ik in dry february altijd meer zoete dingen. Steelandt geeft in het boek advies hierover. Interessante kost, die deze schrijfster positief brengt met makkelijke schema’s en recepten voor alledag.
Maar nu de hamvraag, waarom vindt Gereons Keuken Thuis dit boek nu leuk? Bij elke routine, die je voor jezelf ontwikkelt kom je op een zogenaamd dood punt. Er komt niets meer in snelheid bij tijdens het zwemmen, de buik-, borst- en bilspieroefeningen worden routineus en je dreigt af te haken. Maar nu is het #fitforfun februari en kan Gereons Keuken Thuis aan de slag met de 90 oefeningen, die voor iedereen haalbaar zijn. Gewoon thuis op het Perzische hipstertapijtje in de woonkamer. Ik ga er de komende weken mee aan de slag. #FitBody
#FitBody, verstevig je lichaam in 100 dagen, Delphine Steelandt (ISBN 9789401456555) is een uitgave van Lannoo en is te koop voor € 21,99
Noot: dit boek werd mij als recensie-exemplaar gestuurd door de uitgeverij. De bespreking hier is mijn eigen mening. Lees ook de disclaimer
Gereons Keuken Thuis start het nieuwe blogjaar met hagelslag & pindakaas. Wie is er niet groot geworden met dit beleg. Ik in ieder geval wel met hagelslag. Pindakaas op brood vind ik niet lekker, wel verwerkt in gerechten. Daarom zijn de twee kookboeken van Jennifer Foster en Lianne Koster zo leuk. Zij halen als foodlovers met een designachtergrond hagelslag en pindakaas uit hun oorspronkelijke context en doen er leuke creatieve nieuwe dingen mee.
Zo proefde ik op 9 november vorig jaar tijdens de launch van het Hagelslag boek combinaties van een iets te pittige soep met Hagelswag (dat leuke Dutch design flesje met hagelslag 2.0), een koekje van spek met hagelslag en blauwe kaas in combinatie met het chocolade goedje.
Hagelslag stamt uit de lange traditie van suiker en fondantwerk. Eerst waren er de anijsmuisjes, die we allemaal kennen van geboortebeschuit. Er zijn twee verhalen in omloop. Hagelslag werd bedacht door Dieperink van de het merk Venco, dat in 1919 al een allerlei muisjes maakte. Een ander verhaal rept van Hendrik de Vries, zoon van een Amsterdamse chocolade- en suikerwerkfabrikant, die het goedje in 1936 bedacht. De dames komen er niet uit. Gereons Keuken thuis gaat hier eens wat verder naar speuren. Los van de bedenker kan worden gezegd, dat in ons collectieve culinaire geheugen hagelslag in 100 jaar tijd er altoos is geweest. Niets is dus minder waar.
Foster & Koster starten met het zelf maken van hagelslag, helemaal niet moeilijk. Hierna gaan ze verder met hun trouvailles, hagelslag voor ontbijt, hagelslag in snacks en snoepgoed, heel bijzonder een hagelslagdiner, waarbij zelfs een bloemkoolrisotto wordt gepimpt met hagelslag. Fris en drinkbaar volgt en tot slot Wereldhagel!, waarin oh la la een chili con carne met hagelslag. Eigenlijk geen gek idee als je bedenkt dat de Azteken chilipepers toevoegden aan hun godendrank xocoatl. En er in diverse keuken wordt gekookt, zoals de Catalaanse, met cacao.
Ik maak een stap nu naar pindakaas, de Nutella van de lage landen. Natuurlijk niet helemaal waar. Wat jammer is dat Gereons Keuken Thuis een stukje geschiedenis mist van pindakaas en de verklaring waarom in veel landen pindakaas boter heet. Maar…. de dames van bureau Cookart hebben hun best gedaan om spannende recepten te vinden, zoals garnalenpakketjes met pindakaas, pindakip, een broodje aap, de nodige zoetigheden en een heuse pinda martini cocktail. Wat een originaliteit.
Zoals gezegd Jennifer Foster en Lianne Koster zijn niet bang om hagelslag en pindakaas te voorzien van een nieuwe connotatie in hun boeken. Gereons Keuken Thuis mist een beetje achtergrond, maar gezegd moet worden, dat deze twee kookboeken zeker nu de winter nog voor de deur staat, kunnen bijdragen aan een leuke experimentele middag met hagelslag & pindakaas.
Spread the hagel! Als je een leuke reactie achterlaat onderaan deze blogpost win je misschien één van de twee boeken. Inzenden kan tot en met 1 februari. Have fun.
Het Hagelslagboek, Jennifer Foster en Lianne Koster (ISBN9789463191302) en het Pindakaasboek (ISBN 9789463190480) zijn uitgaven van Scriptum en kosten € 16,00 per stuk.
Noot: dit boek werd mij als recensie-exemplaar gestuurd door de uitgeverij. De bespreking hier is mijn eigen mening. Lees ook de disclaimer
Smulpapen. Jaren geleden heb ik eens een stukje gestuurd naar Het Parool. Voor de rubriek Smulpapen, die dagelijks in deze krant staat, werden schrijvers gezocht ter vervanging van Hiske Versprille. Helaas viel de keuze niet op Gereons Keuken Thuis. Jammer! (maar wat niet is kan nog komen, ik houd me altijd aanbevolen) Ik lees de stukjes bijna altijd, van Merijn Tol, die over de arabisch-mediterrane keuken schrijft, van Samuel Levie, die lekker aanrommelt in zijn keukentje, Liesbeth Maliepaard, die kookt met en voor haar kroost en tot slot van Charlotte Kleyn, die food mengt met historie. Ook zijn de stukjes van Tom Kellerhuis me nooit ontgaan, omdat hij dezelfde Zweedse kok in zijn keuken heeft als ik. En waarvan ik weet dat hij een echte smulpaap is. Vergeet ik bijna het koppel Hamersma te vermelden. Hij van de wijntips, zij kookt er graag bij uit één van de boeken uit haar leuke kookboekenzaak in de Gerard Doustraat.
Ronald Ockhuysen, de tegenwoordige hoofdredacteur van Het Parool, vond het tijd om een selectie te maken uit het oeuvre van deze scribenten, waarvan de recepten uitblinken in eenvoud en eigenzinnigheid. Het laatste, dat eigenzinnige ben ik niet elke dag met Ockhuysen eens, maar het moet worden gezegd, de schrijvers proberen het wel. En al jaren lang. Tijd voor een hernieuwde kennismaking in boekvorm.
Laten we eens kennismaken met een paar smulpapen. Het boek start met Thomas Acda, die wel moest gaan koken, omdat hij als vader de verantwoordelijkheid kreeg om de mond van zijn zoon te voeden. Dat betekent bioscooppizza, reuzenravioli en hoe mooi in deze tijd, pesto voor de vrede. je kunt merken dat Acda ook zingt.
Charlotte Kleyn, foodhistorica, zoekt altijd naar gerechtjes uit le temps perdu. Weinig vlees, daar houdt ze niet zo van, zoals in het gerecht met kikkererwten en spinazie. Ik plaatste zelf zo’n recept eens toen ik uit het Museo Nestor kwam in Las Palmas. Leek me een uitstekende tapa. Of wat te denken van de mojos van Charlotte, die ze opduikelde op Gran Canaria.
Het duo Hamersma & Richter. In het dagelijks leven noemt de laatste zich bij haar artiestennaam Mevrouw Hamersma, tevens de naam van haar kookboekenwinkel. Elke zaterdag lees ik met plezier hoe zij kookt bij de wijnen van haar man. Pieper panzanella, friet met knoflook en tijm of pulled pork. Ik zie de twee zo staan daar in de keuken. Harold tussen de flessen en Karin achter de potten.
Hiske Versprille, nu Volkskrant passeert de revue, Eva Posthuma de Boer, Samuel Levie, die eens iets over cavia’s uit puglia schreef en zich zo wat boze brieven op de hals haalde. Jessica Ydo met haar manneneten, want zij houdt van stevige kost. Jet van Nieuwkerk, Xandra van Gelder en Liesbeth Maliepaard delen hun keukengeheimen. Rick Kempen praat de lezer wekelijks bij over bier.
Tot slot Tom Kellerhuis, de journalist, die besloot kok te worden. Kellerhuis organiseerde de leukste avondjes voor zijn gasten, maar uien snipperen kon hij niet. Hij ging op stage bij een Michelintempel in München en keerde later terug als hoofdredacteur bij HP/DeTijd. En Kellerhuis kan nog steeds koken. Pastadeeg à la Tantris, truffelrisotto en boeuf Bourguignon. Mooi klassiek.
Smulpapen is een heerlijke bloemlezing geworden van schrijvers, die je dagelijks trakteren op hun visie van eten. De 150 beste recepten uit deze rubriek bij elkaar. Een boek dat je eens in de zo veel tijd ter hand neemt om weer een stukje te lezen. Ronald Ockhuysen heeft een mooi staaltje kook- en leesboek neergezet. Winterkost!
Smulpapen, eenvoudige en eigenzinnige recepten voor het goede leven. (ISBN 9789026343469′ is een uitgave van Ambo/Anthos en kost € 29,99.
Noot: dit boek werd mij als recensie-exemplaar gestuurd door de uitgeverij. De bespreking hier is mijn eigen mening. Lees ook de disclaimer
Hoe dan?! Favoriete recepten van Maroeska Metz. Tijdens het Foodie Festival 2018 van Bijzondere Collecties UVA woonde Gereons Keuken Thuis de presentatie bij van het door veelzijdige kunstenares, designer en kookadept geschreven boek Hoe dan?! bij. Maroeska Metz, die we allen herkennen van de vioolkrul in haar ontwerpen heeft haar favoriete recepten gebundeld in dit kookboek. Tijdens haar presentatie vertelde deze, inmiddels ook deelneemster aan Heel Holland Bakt, hoe haar liefde voor voedsel is ontstaan en een rode draad in haar leven vormt. Metz wilde eigenlijk violiste worden, maar belandde op de Rietveld Academie. Saillant detail is dat zij daar onder andere afstudeerde met een eetbaar object, waarvoor zij een speciaal mesje had ontworpen. Omdat ze toch puik voor de dag wilde komen, racete ze naar huis om zich om te kleden. Bij terugkomst trof zij de genodigden aan, die zich al te goed hadden gedaan aan de eetbare objecten. Meer hierover gaat Gereons Keuken Thuis vragen, als hij Maroeska aan de tand gaat voelen als wintergast bij #talkandtable.
Hoe dan is een bijzonder vormgegeven kookboek, met de emblematische krul op de cover. Oorspronkelijk bedoeld als naslagwerk voor haar zoon en dochter. Metz heeft 7 favoriete keukens en deelt de recepten in naar soort gerecht van antipasti via brood, groente, vlees tot cake en koek. Haar is geïnspireerd op de Italiaanse, Kaukasische, Levantijnse keuken en heel belangrijk de kookkunsten van grande dame Claudia Roden.
Hoe dan?! is niet compleet zonder de 2.0 toevoeging aan dit boek. Je kunt Maroeska Metz alles zien doen als je de QR codes recepten scant. Ik vind dat een vondst. Zo wordt een statisch kookboek heel interactief. Maroeska is als designer natuurlijk dol op apparaten. Een boormachine als appelboor. Sommige dingen moet je thuis maar niet nadoen. Het koken uit dit vrolijke en prachtig vormgegeven boek juist wel.
Foto’s van Griekse dolmades, de geur van brood, easy hoemmoes, pesto’s, verwarmende soepen en Italiaans geïnspireerde polpette. Vis met een gekruide tentakels van octopus. want de vioolkrul komt ook terug in haar gerechten. Vlees, pasta, pizza en tot slot zoetigheden. Ik ga er niet verder over uitweiden. Hoe dan?! is een totaal concept, een langdurige queeste van Metz, waarin wordt gekookt, ontworpen en je eten ook nog eens kunt beleven live zo op je smartphone. Een heel mooi concept van MarkMedia&Art, de uitgever van Maroeska. Ze haalde er zelfs een nominatie voor Gouden Kookboek 2018 mee binnen. Need I say more? Nee gewoon Hoe dan?! lezen, eruit koken en beleven.
video: dit is wat je ziet als je de QR code bij zelf tahin maken scant.
Hoe dan?! Favoriete recepten uit de 7 keukens van Maroeska Metz. (ISBN 9789082889802) is een uitgave van MarkMedia&Art en kost € 34,95
Noot: dit boek werd mij als recensie-exemplaar gestuurd door de uitgeverij. De bespreking hier is mijn eigen mening. Lees ook de disclaimer
Het is bijna 4 december. Antipakjesavond, risotto voor Karin. 365 dagen koken zonder pakjes en zakjes en no waste, in het Frans zo mooi un répas du frigo genoemd. Dat is wat Koken met Karin heel 2018 deed op een speciale Facebook pagina. Als reactie op het gezin in Flevoland dat het hele jaar Honig pakjes gebruikt. Pakjes vol zout, suiker en smaakversterkers zijn helegaar niet nodig. Alles wat je nodig hebt is vaak in huis. Niente pakjes nodig, zoals ik laatst zag liggen van een Italiaans merk, een mix voor risotto met groene asperges of met champignons. Zelfs aan de alla Milanese was gedacht. Heet water erbij en roeren maar. Dat kan anders. Stel zelf een goed kruidenrekje samen. Houd je basisvoorraad op peil. Zorg voor bouillon in de vriezer van de kippenbotten van dat onlangs afgekloven Label Rouge kippetje, een potje zongedroogde tomaatjes, wat restgroente in de ijskast. Wortel, selderij, wat verdwaalde champignons of een bosje groene wat slappe asperges van mijn groenteman op de Ten Katemarkt. Een restje witte wijn. Een klont boter en een restje kaas. En een pot arborio rijst. Het risotto assembleren zonder pakjesfestijn kan beginnen. Lekker roeren in de pan, goed voor de spierballen. Helemaal niet moeilijk. Ik zou zeggen wees eens creatief en bouw een risotto met wat er in de koelkast ligt. Ik serveer er een koele chardonnay van Kellerei Kaltern uit Alto Adige bij. Fijne antipakjesavond.
Risotto zonder pakjes en zakjes.
Nodig:
400 g arborio rijst
1 l kippenbouillon, getrokken van de afsnijdsels en botten
1 bundeltje groene asperges, een restje champignons of ander groen uit de la van je koelkast
2 stengels bleekselderij
1 wortel
roomboter en kaas
2 sjalotjes
peterselie gehakt
peper en zout
1 glas witte wijn
3 el olijfolie
handje rucola of wat peterselie en kaas voor de garnering
Bereiding:
Snijd de harde onderkanten van de groene asperges. Kook de asperges 3 minuten en laat ze afkoelen. Snijd de wortel in kleine blokjes en de stengels selderij in ringetjes. Snipper de sjalotjes fijn. Verhit in een pan de olie en fruit de sjalot. Bak de groente kort mee, Voeg alle afsnijdsels toe aan de bouillon. Voeg de rijst toe en bak deze mee totdat de rijst kleurt. Blus af met de witte wijn. Voeg beetje bij beetje de warme bouillon toe en blijf roeren totdat de rijst alles opneemt. Blijf de rijst tussentijd roeren. Na twintig minuten is de rijst klaar. Roer de aspergestukjes door de risotto (of een andere groene groente) Maak de risotto af met wat boter, peterselie, peper en zout. Serveer op borden met eventueel wat geraspte Parmezaanse kaas en handje rucola of wat gehakte peterselie.
Foodiefestival 2018 met Alice Waters.Wat een heerlijke zaterdagmiddag bij de bijzondere collecties van de UVA. Een jaarlijks terugkerend evenement aan de Oude Turfmarkt. Bijzondere Collecties herbergt een schatkamer aan kookboeken en ander culinaire werken, waartussen het geweldig rondstruinen is. Een dag om te snuffelen aan boeken, schrijvers, culinaire grootheden als Claudia Roden en om te netwerken en plannen te smeden. Dat doen velen met mij. Een leerzame dag met één grote maar: de grote afwezigheid van foodies en foodbloggers! Daar begrijpt Gereons Keuken Thuis helegaar niets van. Deze dag moet gewoon volgend jaar rood in de agenda staan. Maar dat terzijde. Journaliste en kookboekhandel-eigenaar Jonah Freud interviewde Janny van der Heijden over het mooie kunst- en kookboek Dineren aan de gracht. Cees Holtkamp en HHB winnaar Rutger van den Broek vertelden van alles over koekjes en hun bakboeken. “Eetverleden”Manon Henzen en wijnkenner Mariëlla Beukers doken in de geschiedenis van wijn en spijs. Mariëlla publiceerde onlangs Wijnkronieken, over 2000 jaar wijn in Nederland. Ik luisterde naar design coryfee Maroeska Metz over haar 7 keukens in het boek Hoe dan?. Jigal Krant, schrijver van TLV vertelde alles over zijn prijswinnende kookboek en had een primeur. Charlotte en Onno Kleyn toonden de boeken die zij een jaar lang raadpleegden voor Luilekkerland. “Solitude” Jeroen Thijssen sprak over de biografie van Johannes van Dam, culinair journalist en naamgever van een jaarlijkse culinaire prijs.
foto: een historisch kookboek.
Tot slot heb ik met open mond zitten luisteren naar hoofdgast Alice Waters van Chez Panisse. Wat een charisma heeft deze dame en hoe simpel kan koken in je keuken zijn. Waters, oprichtster van het wereldberoemde restaurant in Berkeley in 1971, voedselactiviste en bedenkster van een schooltuinenprogramma met zelf geteeld eten voor zelfgemaakte lunches. (inmiddels al op 6500 scholen in de hele VS) was hoofdgast, omdat zij dit jaar de Johannes van Dam prijs kreeg toegekend voor haar culinary achievements. Alice Waters vertelde over het ontstaan van haar keuken en haar methodes. De chefs doen alles zelf, werken 3 dagen in de week, krijgen 5 dagen betaald. Er wordt geen mise en place gemaakt. Want het credo van Chez Panisse is dat tegen sluitingstijd alle verse waar op moet zijn. Je zou zelfs ijskastloos kunnen werken. Dag in, dag uit. Door zelf te werken met mooie lokale producten, te converseren en te creëren met elkaar. Geheel duurzaam. Alice Waters deed dit al voor dat duurzaam een modewoord werd. Daarom werken de koks maar drie dagen. Je hebt ook ruimte nodig om tussendoor te genieten met familie en vrienden en om op ideeën te komen. Dat is de formule van Alice Waters, die zij ook inzette voor haar Edible Schoolyard Project. Eigenlijk vreemd dat de boeken van Alice Waters nooit vertaald zijn in Nederland.
De negen principes van Waters vormen het begin en uitgangspunt van/voor het onlangs in het Nederlands verschenen boek De kunst van simpel koken. Voor Nijgh cuisine stelde eerder genoemde Jonah Freud een boek samen met 250 recepten uit twee boeken van Waters. Stap voor stap legt de schrijfster uit hoe je kookt, zo simpel mogelijk, met notities, lessen over voedsel en nadruk op smaak. Want daar draait het om bij het foodiefestival 2018 en bij kok Alice Waters. Smaak, smaak en nog eens smaak. Verwacht in dit nieuwe boek geen Instagrammable plaatjes, maar eenvoudige illustraties. Het draait om tekst en uitleg. Om al doende steeds beter te koken. Geen lange ingrediënten declaraties, maar stap voor stap door het recept heen. Wat kan ik er meer over zeggen? De kunst van simpel koken is een must voor elke foodie en foodblogger, net zoals het foodiefestival van Bijzondere Collecties van de UVA. Op de valreep wist Gereons Keuken Thuis Alice Waters nog uit te nodigen als voorjaarsgast in de serie #talkandtable. Vol inspiratie stapte ik op mijn fietsje richting West.
foto: cover Kunst van simpel koken.
De kunst van simpel koken, Alice Waters. (ISBN 9789038805597) is een uitgave van Nijgh Cuisine en kost € 39,99.
Meer info over het #foodiefestival vind je op Bijzondere Collecties UVA of ga gewoon eens kijken aan de Oude Turfmarkt 129 in Amsterdam.
Noot: dit boek werd mij als recensie-exemplaar gestuurd door de uitgeverij. De bespreking hier is mijn eigen mening. Lees ook de disclaimer
Wie kent Dolly Bellefleur nu niet? Deze struise, hooggehakte, langbenige beauty met vooral brains. De theaterdiva met een duidelijke boodschap en een stem als een klok. Theaterdier Ruud Douma creëerde alter ego Dolly 29 jaar geleden en sindsdien is deze grande vedette niet meer weg te denken uit de Amsterdamse gay scene en ver daarbuiten. Dolly is in tegenstelling tot andere travestie artiesten geen sterren parodiërende en playbackende, maar een zelf teksten schrijvende en zingende, ster. Dit jaar won zij met haar boot de derde prijs tijdens de Canal Parade. Hoewel blij ermee, stemde het gedrag van sommige toeschouwers aan wal haar droevig. Want Dolly heeft ook een boodschap, die zij verpakt in haar shows, in haar liedjes of tijdens een protest tegen de -pseudo- tsaar Poetin. Brains alom dus. Een ideale gast voor mijn serie Talk & table. Ik wil alles van haar weten en beloon deze veelzijdige vedette dan met een speciaal recept en een bijpassende wijnsuggestie.
Wie is Dolly Bellefleur. Vertel eens iets over jezelf?
Net zoals Geppetto Pinokkio heeft geschapen, Professor Higgins zijn Eliza Doolittle heeft geboetseerd heb ik als Ruud Douma op een dag, om precies te zijn 28 oktober 1989, mijn alter ego Dolly gecreëerd. Kiest de ene kunstenaar voor verf en een andere voor marmer voor mij bleek een vrouwelijk alter ego het ideale expressiemiddel. Het was liefde op het eerste gezicht. Dolly blijkt een toverstafje te zijn waarmee ik de meest uiteenlopende mensen met elkaar kan verbinden. Inmiddels trek ik al 29 jaar als een soort Frau Antje van het Verkeerde Kantje door ons kikkerlandje. En probeer ik in alles wat ik doe, of het nou gaat om mijn (lied)teksten, theatershows, columns of de webcomic Made in Dolland, een lans te breken voor alle buitenbeentjes die afwijken van de norm. Of je nu homo, hetero, lesbisch, transgender bent of (b)i? We are family. Let’s celebrate diversity!
Je bent niet vreemd Je bent uniek Je bent te gek Niet geestesziek Je bent apart Hoezo verward? Omdat je nu eenmaal De norm graag tart Je bent niet knots Ook niet geschift Omdat jij als man Graag je lippen stift Wie in de zaal Is er normaal? En wie bepaalt dat allemaal?
Wat doe je op dit moment, bijna twee maanden na de Gay Pride? Wat houd je bezig?
Na de Pride had ik een dipje. Ik ben er inmiddels aan gewend. Het blijkt bij het creatieve proces te horen. Wanneer je maandenlang naar iets toe hebt gewerkt lijkt het onoverkomelijk om daarna in een donker gat te vallen. Toch bleef ik er dit keer veel langer in hangen dan anders. Dat had alles te maken met het katerige gevoel dat ik aan de Canal Parade heb overgehouden. Ondanks de warme liefde en positieve energie die ik voelde aan boord en tussen het publiek aan de kade kijk ik met zeer gemengde gevoelens terug op deze editie van de Botenparade. Ik werd door vele malloten met Super XLL watergeweren beschoten. Je zag ze nota bene hun supersoakers vullen met grachtenwater en dan op mij richten. Soms recht in het gezicht. Zo respectloos. Het gaf me een heel onveilig en unheimisch gevoel. Sommige gedeeltes op de Prinsengracht waren echt de hel op aarde. Daar lagen drie rijen dik boten met daarop zeer asociaal volk. Die hadden een eigen DJ en hun muziek stond zo keihard dat je het gevoel had dat je tegen een muur van geluid moest opboksen. Ze waren louter bezig met hun eigen feestje. Wij waren als het ware de tv die op de achtergrond aan stond. Ik kon af en toe mijn eigen muziek niet meer horen. Zo werden wij overstemd door hun kabaal. Nadat ik mijn frustraties had geuit op Facebook kreeg ik, naast de inmiddels gebruikelijke haatmail, veel bijval. Gelukkig is mijn kritiek door de Gemeente Amsterdam heel serieus genomen. Ik werd direct uitgenodigd voor een gesprek. Ik verwacht dat men gaat adviseren om bepaalde zaken te gaan ‘verbieden’, maar dat we ook moeten kijken naar instrumenten om gedrag te beïnvloeden. Dit laatste is behoorlijk ingewikkeld.
En nu weer in volle vaart vooruit. Volgend jaar zit ik in dertig jaar in het vak en dat ga ik natuurlijk uitgebreid vieren!
Vertel eens iets over je interesse in theater? Hoe is die ontstaan? Wat deed je voor je tekst en liedjes ging schrijven en optreden?
Die interesse is eigenlijk al in mijn prille jeugd aangewakkerd door mijn extravagante Tante Annie. Ze kon werkelijk de meest uiteenlopende instrumenten bespelen. Van gitaar, piano, viool tot elektronisch orgel. Ze heeft haar hele leven bij haar ouders, mijn opa en oma, op een boerderij in Friesland gewoond. Ik vraag me wel eens af ‘Stel je voor dat mijn vader deze boerderij wel, zoals eigenlijk de bedoeling was, had overgenomen van zijn vader? Zou ik dan jaren later als ‘boerendochter’ de moed hebben gehad om mijn eigen weg te gaan’. Maar dit terzijde. Iedere zondag als we op bezoek gingen in Oldeholtpade musiceerde ik naar hartelust met Tante Annie. Zij stimuleerde mij ook om te gaan zingen bij het kinderkoor De Zendertjes in Huizen. Ik mocht als jongenssopraan al snel de solopartijen voor mijn rekening nemen. Nadat ik de baard in mijn keel kreeg heb ik lange tijd mijn theateraspiraties in de ijskast gezet. Na de nodige omzwervingen, ik werkte o.a. bij een reisburo, studeerde aan de Hogere Hotelschool in Den Haag, liep stage in Parijs bij Gerard Pangaud, een restaurant met twee Michelin sterren, en studeerde kunstgeschiedenis aan de UvA, bezocht ik in 1989 het intieme Anthony Theater in Amsterdam. Ik was meteen verkocht. De eigenaar vroeg ik of ik een keer een revue wilde presenteren als vrouw. Et voila Dolly was geboren.
Wat zou je doen als je één keuze had tussen Dolly zijn en een ander beroep? Wat was je dan geworden? Geen compromis mogelijk.
Dat is een lastige vraag. Ik ben dol op taal dus als Dolly niet op mijn pad was gekomen dan was ik wellicht bij een reclameburo gaan werken als copywriter?
Bij jouw stukken, op social media en in je songs merk ik altijd dat jij niet over één nacht ijs gaat, geduldig probeer jij alles uit en weet je een passende tekst te maken. Mijn inspiratie droogt regelmatig op? Hoe doe je dat?
Boven mijn buro hangt een uitspraak van Charles Baudelaire: ‘Inspiratie is: elke dag werken’. Ik ben iemand die zonder deadlines eigenlijk niet vooruit te branden is. Negenentwintig jaar praktijk heeft inmiddels wel geleerd dat in dit vak discipline van levensbelang is. Met name in periodes dat ik wat minder opdrachten heb. Dan dwing ik mijzelf toch om iedere ochtend om 9 uur braaf achter mijn computer te zitten en te gaan schrijven. Groot voordeel van sociale media is dat het een platform is waar ik mijn invallen en gedachtekronkels kan ventileren. Gevaar is wel dat het soms te veel afleidt. Twee Friese wandtegels houden mij bij de les. Op de een staat: ‘Doch dyn plicht en lit de lju rabje’. Doe je plicht en laat de mensen maar kletsen. Op de andere: ‘It is mei sizzen net te dwaan’. Praatjes vullen geen gaatjes. Of zoals Ru Paul zegt: You better work!
foto’s Dolly’s after dinner creativity.
Wat is de minst aantrekkelijke kant van Dolly zijn en optreden voor jou? Ik zie regelmatig kwinkslagen van de schaduwzijde voorbij komen.
Ik ben benieuwd op wat voor kwinkslagen jij doelt? Het is mij namelijk met de paplepel ingegoten om ‘je vuile was niet buiten te hangen’. Het is in deze tijd van sociale media natuurlijk heel verleidelijk om ook de schaduwzijde met iedereen te delen. Ik verbaas me steeds meer hoe schaamteloos mensen met drek kunnen gooien op bijvoorbeeld Facebook. Het lijkt wel de Rijdende Rechter in de overtreffende trap. That’s not my cup of tea. Ik houme behoorlijk in. Maar af en toe licht ik wel eens een tipje van de sluier op. Bijvoorbeeld als ik bepakt en bezakt een taxi instap en de chauffeur voor de zoveelste keer zegt: ‘Gaat u op vakantie’. Dan schrijf ik daar een stukje over. Of wanneer ik voor de zoveelste keer word opgebeld door een enthousiasteling die mij graag wil boeken voor een of ander evenement en ik voel, nadat ik met complimenten ben overladen, dat hij of zij op het punt staat om te zeggen ‘maar we hebben geen budget’. Dan steek ik mijn verbazing niet onder stoelen of banken en schrijf een gedichtje als:
Ik ga zo naar de Febo en zeg: ‘Ik wil dolgraag een kroket’. Als ik betalen moet: ‘Maar ik heb geen budget’. Dan naar de bakker: ‘Ik ben zo dol op uw baguette. Doe er maar maar tien… maar ik heb geen budget’. Bij de bloemist zeg ik beslist: ‘Graag tienmaal zo’n boeket… Maar ik heb geen budget Als hij dan zegt: ‘Daaraan doe ik niet mee!’ Antwoord ik: ‘Maar het is zo goed voor je c.v!’
Tenslotte is het door mijn onregelmatige werk bijna onmogelijk om vriendschappen op te bouwen. Doordat ik veel in de weekenden moet optreden is het moeilijk om etentjes en afspraken te regelen met dat handjevol echte vrienden dat ik heb. Hoe vaak ik niet op het allerlaatste moment moet afzeggen omdat ik onverwachts moet optreden.
En wat is de meest aantrekkelijke kant van being Dolly voor jou?
Ik kom als Dolly op de meest uiteenlopende plekken, waar ik zelf niet zo snel zou komen, en word ook met de meest diverse opdrachten uitgedaagd. Ik zal bijvoorbeeld nooit de dag vergeten dat ik een telefoontje kreeg van het Hubrecht Instituut of ik t.g.v. hun honderdjarig bestaan een lied wilde schrijven en dat wilde zingen in aanwezigheid van koning Willem-Alexander. Moest ik me ineens verdiepen in de wondere wereld van de stamcelbiologie en embryologie. Als dan het kwartje niet direct wil vallen ben ik niet te genieten en word ik vreselijk ongedurig maar als me dan ineens het gouden idee invalt… dat is zo’n onbetaalbaar gevoel. Benieuwd naar het lied:
Sinds een paar jaar mag ik ook mensen in de echt verbinden. Ook zo’n kadootje! Niet voor niets is mijn motto: Laat liefde regeren!
Was jij als kind verlegen of juist een extravert type?
Ik ben als kind ontzettend veel gepest. Ik trok me daarom het liefste terug op mijn slaapkamer. Daar voelde ik me veilig en kon ik urenlang mijn favoriete plaatjes draaien. Ik was in mijn jeugd meer dan ooit een buitenstaander. Het voordeel is dat ik toen noodgedwongen heb geleerd om goed te observeren. Een eigenschap die me later goed van pas is gekomen in het theatervak. To see or not to see? That’s the question!
Kun je wat vertellen over je geëngageerdheid? Je klimt vaak op de barricaden. Heb je dat altijd al gehad?
Ik kan niet tegen onrecht. Mijn ouders hebben me van jongs af aan geleerd dat je moet opkomen voor anderen. Ik moet wel toegeven dat dat in mijn jeugd niet altijd gelukt is. Toen hield ik me vaak op de vlakte. Ik wilde het liefst niet opvallen. De onvoorwaardelijke liefde die mijn ouders mij met de paplepel hebben ingegoten probeer ik nu als Dolly door te geven. Ik heb trouwens altijd het gevoel dat ik tekort schiet. Dat wat ik ook doe het een druppel op een gloeiende plaat blijft.
Noem me een oude zeur, maar ik heb goede herinneringen aan de jaren negentig, met de shows van Hellun Zelluf, de Roxy en mijn ontwakende gay bestaan. Ik mis vaak creativiteit. Soms vraag ik me af of niet alles veel vlakker is geworden en comformischer door social media? Heb jij dat gevoel ook?
Natuurlijk mis ik de Roxy maar ik ben ook aangenaam verrast door huidige initiatieven als bijvoorbeeld Superball. Dat is één explosie van creativiteit.
Je handelsmerk is blond haar, lange benen, korte jurkjes van Tycho Boeker, hoe is dat zo gekomen? En zal er ooit nog een stijlverandering komen?
Mag ik je meteen corrigeren? Jurkjes koop je bij de C & A. Alles wordt voor mij op maat gemaakt. Ik spreek daarom liever van robes. Vanaf het prille begin stond het voor mij vast dat ik wilde ‘afrekenen’ met het clichébeeld dat men vaak heeft als het gaat om travestietheater. Ik ga voor sophisticated en elegant. Niet voor niets zijn mijn stijliconen Audrey Hepburn en Jackie Kennedy. Zo lang mijn benen de weelde kunnen dragen 🙂 zal de roklengte kort blijven. Het is een verademing om al bijna 30 jaar samen te werken met een vakman als Tycho Boeker . De haute coiffure van John Gravemaker zorgt voor een fabulous finishing touch.
Wat vind jij een goddelijke maaltijd?
Mijn vriend en ik omschrijven onze smaak graag als ‘mondain primitief’. Ik kan net zo genieten van streetfood in een kleine warung op Bali, een vijf gangen diner in een restaurant waar een sterrenkok de scepter zwaait of Hollandse andijviestamppot thuis. Ik heb een voorkeur voor de Franse, Italiaanse en Oosterse keuken. Mijn favoriete troostvoedsel is gebakken uien en tomaat. Het doet me denken aan de zaterdagen in mijn jeugd. Dat was de enige dag in de week dat mijn moeder niet uitgebreid kookte. We aten dan brood en dus gebakken uien met tomaat. Alleen de geur al geeft me een warm nostalgisch gevoel.
En natuurlijk welke wijnen, ik weet dat één keuze niet mogelijk is?
Misschien lijd ik aan stemmingswisselingen? Want ik zou een reeks van de meest uiteenlopende witte wijnen kunnen opsommen. Van een lichte Vinho Verde tot een weelderige Grüner Veltliner. Een uitspraak die me is bijgebleven van de Hogere Hotelschool: ‘Le vin doit pleurer’. De mooiste wijnen ontstaan op de armste gronden.
Ik heb dus een voorkeur voor droge witte wijnen maar een rode wijn waarvoor je mij bij wijze van spreken kan wakker maken is een Fleurie. Deze plaats bevindt zich in het noorden van de Beaujolais. Ik herinner me van een wijnreis dat de bodem hier voornamelijk bestaat uit roze graniet. Tel daarbij op dat deze karmijnrode wijn wordt gekenmerkt door bloemige en fruitaroma’s zoals irissen, viooltjes, rozen, rood fruit en perziken en je begrijpt dat iemand met de achternaam Bellefleur dol is op Fleurie! (geweldig je geeft hiermee een geweldige hint)
foto: aan het werk in Alkmaar.
Wat lust je echt niet en waarom niet?
Ik ben niet dol op kaas. Ik schijn het als kind heel veel gegeten te hebben. Totdat ik tbc kreeg en heel veel medicijnen moest slikken. Een van de bijwerkingen was dat ik geen kaas kon verdragen. Vreemd genoeg lust ik kaas wel als het gesmolten is zoals op een pizza of een tosti. Maar kaas uit het vuistje of stokbrood met Brie. Daar maak je mij niet gelukkig mee. Dat heeft me er overigens niet van weerhouden om ooit als Frau Antje van het Verkeerde Kantje de Kaasmarkt in Alkmaar te openen. Iedere keer als de kaasmeester mij een stukje overhandigde om te proeven moffelde ik, zodra hij even niet keek, die kaas stiekem weg in mijn handschoenen.
Waarheen ga je het liefst naar op reis?
De vader van mijn man is geboren in Malang op Java. Op zoek naar zijn roots heb ik veel vakanties doorgebracht in het Verre Oosten en dan met name op Java en op het ‘Eiland der Goden’ Bali. Daarnaast kan ik ook met dolle teugen genieten van la dolce far niente in Bella Italia of een Spaanse rondreis.
Ik heb zelf wel wat ideeën hoe de Pride aan te pakken. Ik zag onlangs je oproep om voortaan wat respectvoller om te gaan met de boten tijdens de Canal Parade? Dat leverde veel aandacht op. Hoe is de respons?
Zie hierboven in het interview
Wil je nog iets anders vertellen….delen?
Zullen we dat doen bij een diner met kaarslicht? Ik kan niet wachten dat je de sterren van de hemel voor mij kookt!
foto: à table.
Het menu voor Dolly.
Wat een diversiteit in één persoon, Dolly komt uit de antwoorden over als een cornucopia vol ideeën, taalvirtuositeit en creativiteit. Dank je wel, Dolly voor de leuke antwoorden en de moeite, die je hebt genomen.. Vandaar dat ik voor haar een kleurrijk menu heb bedacht, vergezeld van wit uit de Mâconnais en rood -hoe kan het ook anders- de Beaujolais, specifieker een rode Fleurie. Als ik aan deze laatste wijn streek denk, zie ik ook de Franse schrijfster Colette zitten, die jarenlang vrolijke déjeuners organiseerde met gasten van allerlei pluimage. Als entree koos ik de prachtige roze soep van”vriendin, bonendiva en kleurenkook”ster” Joke Boon uit het mooie kookboek Koken met Kleur. Begeleid door een witte Mâcon van Talmard uit Uchizy. Daarna beenham in rode wijnsaus met een herfstssalade van haricots verts, noten en Oost Indische kers. Korst stokbrood erbij. En een rode Fleurie van domaine de la Rizolière. (daarvan houd je er eentje tegoed) Als finale een moelleux au chocolat, zo’n fluffy cakeje met een gesmolten hart van chocolade. Glaasje zoete madeira van Henriquez erbij. Een echte regenboog aan kleuren en smaken. Ik hoop dat het je smaakt. Bon appétit, ma chère Dolly.
foto: roze comfortsoep met mimosa.
Roze soep uit Koken met Kleur.
Nodig:
1 kipkarkas, restje gebraden kip of kippenpoot
zout en peper
1 laurierblaadje
1/2 el versgeraspte gemberwortel
sap van 1/2 citroen
2 à 3 aardappels in blokjes
1 middelgrote ui gesnipperd
1/2 appel (Jonagold of Elstar) in blokjes
125 g preiwit
1 kleine rode biet in blokjes
75 g zachte roomkaas
4 hardgekookte eieren
1/2 bosje krulpeterselie fijngehakt
Bereiding:
Begin met de bouillon. Doe de kip in een passende pan en giet er 750 ml koud water op. Doe er 1 tl zout, het laurierblaadje, de gember, versgemalen peper en citroensap bij en breng aan de kook. Laat op een heel zacht pitje trekken met het deksel op de pan. Doe de aardappels, ui, appel, preiwit, biet, en een flinke snuif zout samen met 500 ml water in een andere ruime pan en breng aan de kook. Laat 45 minuten zachtjes koken tot alles volledig gaar is.
Schep het aardappelmengsel in de kom van een keukenmachine en pureer met de roomkaas, helemaal glad. Doe terug in de pan. Giet de bouillon als hij lang genoeg heeft getrokken door een zeef. Pluis het vlees van de botjes en doe deze bij de bouillon.
Voeg de bouillon en kippenvlees bij het gepureerde aardappel-bietenmengsel en warm al roerend goed door. proef even en maak zo nodig op smaak met zout en/of peper.
pel voor de eiermimosa de eieren, doe in een kom en prak met vork goed fijn. Meng er 1 el gehakte peterselie door. Schep de soep in borden of ruime kommen Verdeel de eiermimosa erover en strooi er nog wat gehakte peterselie over.
foto: dwars door de tuin herfstsalade.
Beenham au vin.
Nodig:
4 dikke plakken beenham van goede kwaliteit. 2 dl bouillon (evt. blokje) 1 el bloem 2 el tomatenpuree 2 tenen knoflook 2 dl rode wijn boter olijfolie fijngehakte peterselie zout en peper
750 g sperzieboontjes
gehakte walnoten
peterselie
gehakte knoflook
olie en rode wijnazijn
Bereiding:
Smelt de boter in een pan, voeg de bloem toe en laat heel kort bakken. Blijf roeren. Voeg beetje bij beetje de bouillon toe en laat al roerend de roux indikken. Pers de tenen knoflook door de roux. Voeg de wijn en rest van bouillon toe. Roer de tomaten puree erdoor en laat nog even zachtjes pruttelen. Kook de haricots beetgaar in ruim gezouten water, stop het kookproces door ze onder koud water na te spoelen. Maak van de bonen, noten, gehakte knoflook en peterselie een salade en garneer deze met wat herfstbloemen van je balkon. Verhit in een koekenpan de olie en wat boter. Haal de plakken ham door wat bloem en bak de ham kort. Serveer de gebakken ham op schaal met saus erover. Garneer met wat gehakte peterselie.
foto: moelleux au chocolat.
Moelleux au chocolat
Nodig:
2 grote eieren
25 g suiker
snufje zout
100 g pure chocolade
100 g boter
30 g bloem
4 ramequins (ronde ovenschaaltjes)
boter om in te vetten
bloem om te bestuiven
poedersuiker ter decoratie
Bereiding:
Verwarm de oven voor op 200 graden. Eieren met de suiker schuimig kloppen. Meng de bloem en het snufje zout er doorheen. Boter en chocolade samen au bain marie smelten. Eiermengsel toevoegen en alles glad roeren. Ramequins invetten en met bloem bestuiven. mengsel over bakjes verdelen. De ramequins 12 minuten in de oven bakken en beslist niet langer. De ramequins op bordjes omkeren en bestrooien met poedersuiker. Eventueel garneren met gedroogde abrikozen in stukjes of ongezoete room.
SuriMAM cooking 2. Twee weken geleden was ik in Scheltema aan het Rokin te gast bij Moreen, Aretha & Martha Waal voor de presentatie van hun nieuwe boek SuriMAM cooking, hun tweede boek inmiddels, met 60 eigentijdse recepten. Waar zij in hun eerste boek SuriMAM terugkeerden naar het Suriname van hun moeder en traditionele recepten staat dit kookboek in het teken van eigentijdse recepten. Dwars door alle lagen, religies en groepen van het huidige Suriname heen. De altijd goedlachse zussen geven graag een moderne twist aan de recepten zonder de veelzijdigheid van Surinaamse tradities in de keuken te verliezen. Doorspekt met hun persoonlijke tories (verhalen) En met een flinke dosis soso lobi! Liefde, samenzijn en verbondenheid. En niet te vergeten gezelligheid, want daar weten de zussen Waal alles van. Ook op deze oktobermiddag in de boekhandel Scheltema.
Met liefde voor Moeder Natuur is de ondertitel. Niet vreemd als je bedenkt dat Suriname bijna geheel bestaat uit overweldigende natuur, vogels, oerwoud, zwarte panters en jaguars, een uitbundige flora en fauna. het land brengt ook de lekkerste vrucht- engroentesoorten voort. Basis voor hun keuken, want in SuriMAM hebben de schrijfsters veel groenten, kruiden en vruchten verwerkt in diverse vegetarische, vlees- en visgerechten, met achtergrondverhalen over deze ingrediënten. Moreen vertelt het verhaal over het met haar voeten in de aarde staan op het kostgrondje. Daarna is het tijd voor ontbijt of lunch met bacove pannenkoekjes, een papajasmoothie of klaroentaart.
foto: #momentje met Moreen.
Ramadan is een belangrijke gebeurtenis in Suriname, vasten, bewust met eten bezig zijn is het verhaal van zus Martha. Feesten worden gezamenlijk gevierd, ongeacht religie, gastvrijheid staat hoog in het vaandel. Proeven dus van traditionele gerechten, vertelt ze, om vervolgens te gaan shoppen op de wereldmarkt. Zoveel invloeden. Voor een tropische salade met verse groenten, kip en pindasaus of zachte vanillebolletjes als ontbijt. En wat te denken van energiebooster sopropo, met een enigszins bittere smaak.
Ik maak een stap naar het diner, schol met gember, Javaanse rendang of Surinaamse nasi koening met kousenband. Zo veelkleurig als de keuken is, is de traditionele dracht dat ook, vertelt Moreen hierna. De zussen tooien zich vaak met de angisa, een hoofdbedekking om het haar te bedekken, ontstaan in de slavernijperiode. De dames dragen altijd de kleuren groen (wijsheid), rood (passie) en geel (zon)
Het derde deel gaat over traktaties, want Surinamers houden van feest, geld of geen geld. er moet worden gegeten en gedronken. Daarvoor is het instituut kas money bedacht. Aretha legt in SuriMAM uit, dat er wordt gespaard totdat er geld genoeg is voor een feestje. En iedereen is uitgenodigd. Met kokosijs, gepofte bakbanaan en Hindoestaanse bara’s
foto’s: bara’s & loempia’s
Moet ik nog meer vertellen? Welnee, dit tweede boek van de zussen Waal is een feest, net zo als de presentatie twee weken geleden. In januari 2019 nodigt Gereons Keuken Thuis de zussen Waal uit hun verhaal te doen in een aflevering van #talkandtable. Tot dan heb ik tijd genoeg me onder te dompelen in het warme bad van SuriMAM. Soso Lobi!
SuriMAM, 60 eigentijdse recepten. Moreen, Aretha & Martha Waal (ISBN9789024582952) is uitgegeven door Luitingh-Sijthoff en is in de boekhandel te verkrijgen voor € 24,99
Noot: dit boek werd mij als recensie-exemplaar gestuurd door de uitgeverij. De bespreking hier is mijn eigen mening. Lees ook de disclaimer
Wild zwijn? Vorige week vertelde ik op Gereons Keuken Thuis nog over de jagers, die ik tegenkwam in de heuvels tussen Mancey en Tournus. Mannen in oranje hesjes, die op zaterdag een robbertje achter de wilde zwijnen aan gaan rennen. In de hoop, als waren zij Asterix en Obelix, een wild zwijn te verschalken. Ik vroeg me direct af of Théo erbij was? Die oranje hesjes zijn er voor het geval ze elkaar per ongeluk in de bil schieten. Uitstappen uit de auto voor foto’s was derhalve geen optie. Het bracht me meteen op het idee, om weer een karbonaadjes te maken met een wildsmaak. Het verschil tussen varken en zwijn is dat de laatste erop los scharrelt en veel meer dingen zoals jeneverbessen, wilde kruiden en ander natuurlijk spul eet. En…, voegde een Facebook vriendin, die voorheen in de Bourgogne woonde, eraan toe, veel meer spiermassa heeft. Dus roder vlees. Natuurlijk is het geen wild zwijn, maar niet getreurd, met kruiden en specerijen in een marinade kun je een heuse wilde stoof van varkensvlees maken. Dat leerde ik van mijn tante Doubs, juist ja, die van de soep, uit de Morvan. Lekker stevig glas rood erbij en smikkelen maar.
foto: de jachtvelden rond Tournus.
Nodig:
1,5 kg schouderkarbonaden
2 sjalotten
1 prei in ringen
1 winterwortel
1 tak rozemarijn geritst
2 laurierbladeren
3 tenen knoflook
genoeg rode wijn om het vlees onder te laten staan
2 cm gember
8 kruidnagels
15 gekneusde jeneverbessen
1 el Dijon mosterd
bloem
peper en zout
boter
Bereiding:
Maak een marinade van de wijn, grof zout peper, mosterd, gehakte knoflook, gember in dunne reepjes, de jeneverbessen, laurier en rozemarijnnaalden. Leg de ontbeende schouderkarbonaden in deze marinade en dek af. Laat het geheel minimaal 24 uur in de ijskast staan. Haal het vlees uit de marinade, dep het droog en haal het door de bloem met wat zout en peper. Verhit boter en bak het varkensvlees aan. Snijd ondertussen de prei, sjalot en wortel fijn. Breng in een steelpan de marinade aan de kook. Haal de karbonades uit het vet en zet apart. doe de groenten in de pan en zet ze kort aan. Blus af met de warme en gezeefde marinade. Doe de karbonaden terug en laat het geheel een uur stoven op heel zacht vuur. Bind de saus met wat beurre manié.
Serveren met fluffy aardappelpuree en geroosterde pompoen uit de oven.
Door de site te te blijven gebruiken, gaat u akkoord met het gebruik van cookies. meer informatie
De cookie-instellingen op deze website zijn ingesteld op 'toestaan cookies "om u de beste surfervaring mogelijk. Als u doorgaat met deze website te gebruiken zonder het wijzigen van uw cookie-instellingen of u klikt op "Accepteren" hieronder dan bent u akkoord met deze instellingen.