Talk & table met Lizet Kruyff.

 foto: met Lizet en Carin op pad in het Rijks.

Talk & Table met Lizet Kruyff.  Ik leerde Lizet in eerste instantie kennen als “Rijntje Biljardt“, in een mooi boek dat ik van een vriendin uit Haarlem kreeg. Maar dat was niet alles, ik bleek haar ook al als schrijfster van de berichten van het blog Mededelingen van land- en tuinbouw te kennen. En via de bruine bonenbende op Twitter. Onze eerste live kennismaking volgde op het eerste Internationale Symposium on Food in de Lutherse Kerk aan het Spui, waar culinair historica Lizet sprak over eten aan het hof. Over de service à la Russe en oranje toetjes. Vele ontmoetingen volgden, tussen de zakken piepers, in het oude Bossche Bethanieënklooster, waar zij Puntneuzen & kersenpitten ten doop hield en soms aan tafel zoals bij Rijks®. Tijd dus voor een indringende talk & table met deze tegenwoordig  -in het stadje van fabelschrijver Fontaine wonende-  grande dame de Champagne, een woordspeling op de tekst van de leuke kaart die zij mij uit haar woonplaats stuurde. (foto) Maar nu laten we Lizet zelf aan het woord in een nieuwe aflevering van gesprekken en gerechten. Ik wil alles van haar weten en beloon deze lieve vrouw dan met een speciaal recept voor haar met een bijpassende wijntip.

 foto: een kaart, die Lizet mij stuurde.

Wie is Lizet Kruyff? Vertel eens iets over jezelf?

Nee, wie en wat ik ben blijkt uit wat ik doe en wat ik vertel!

Wat doe je op dit moment? Waar ben je mee bezig?

Het afgelopen jaar was een jaar van transitie. We verkochten onze heerlijke boerderij in de Bommelerwaard en vestigden ons – definitief – in Frankrijk. Natuurlijk nog wel met een pied-à-terre in Nederland. Dat vinden we voor onderzoek, lezingen en ander werk, vrienden- en familiebezoek onmisbaar. Dat onderzoek is langlopend. Zoals een ander postzegels spaart, verzamel ik bij voorkeur Franse, maar eigenlijk alle koks in en om het hof in Den Haag in vorige eeuwen. Met alle daaruit voortvloeiende verhalen en onderzoeksthema’s. Op dit moment specifiek de laatste decennia van de 19de eeuw, de periode dat een piepjonge koningin Wilhelmina uitgroeit tot ingehuldigd vorstin en jonge echtgenote. Die periode is cruciaal voor de koninklijke keuken. Het is het thema van mijn volgende boek.

Ter afwisseling zijn we bezig met het inrichten van de Franse tuin, waarbij we geïnspireerd worden en ter zake kundig bijgestaan door tuinarchitecte Carien van Boxtel. Haar creativiteit, kennis en smaak past goed bij onze wensen. Ook dat is een project met lange adem. Het behouden van de Franse sfeer, de omgeving aanpassen aan onze woonwensen, het temmen van de wildernis met behoud van biodiversiteit en natuurlijke aspecten. Het zal je niet verbazen dat er al de nodige sneeuwklokjes, narcissen en tulpen in staan.

Vertel eens iets over je interesse in de geschiedenis food (ik weet dat je archeologe bent)? Hoe is die ontstaan?

Lang geleden studeerde ik Geschiedenis en Prehistorische Archeologie in Leiden. Dit jaar is het vijftig jaar geleden dat ik daar ‘aankwam’ zoals dat toen heette. We vieren het lustrum daarvan met de VVSL (Vereniging van Vrouwelijke Studenten te Leiden) en onze nog steeds heel gezellige jaarclub. Wie archeologie studeert graaft op. Bijvoorbeeld oude bewoningssporen. En je leert dus over hoe men vroeger de boel organiseerde. Vanzelfsprekend wil je dan ook weten wat deze vroege bewoners van ons land aten: jagen, verzamelen, akkerbouw, veeteelt. Wat voor spulletjes konden ze maken met de techniek en materialen van toen. Hoe kookten ze en hoe smaakte dat?

Eigenlijk alle archeologen die ik ken zijn dol op lekker eten, koken redelijk fanatiek en drinken daar graag iets prettigs bij. Studie en hobby lopen dan al gauw in elkaar over. Ik herinner me nog hoe bij het schervenpracticum (het bestuderen en coderen van vondstenmateriaal van een opgraving) een beloning (natuurlijk een fles wijn) werd uitgeloofd voor wie in de klei van de aardewerken potscherven de afdruk van een graankorrel vond. Dat gebeurde helaas maar zelden. De methoden en technieken die ik tijdens de studie heb geleerd komen mij nu goed van pas. Vanuit alle disciplines die het onderzoek naar de prehistorie ten dienste staan.

      foto’s: covers boeken Lizet Kruyff uit Gereons kookboekenhoek.

Wat zou je doen als je één keuze had tussen schrijven en een ander beroep? Wat was je dan geworden? Geen compromis mogelijk. 

Als kind wilde ik al archeoloog worden. Ik vond dat superspannend en schreef toen ik tien, elf was al een ‘encyclopedie van prehistorische dieren’. Ook op de middelbare school ging mijn eindscriptie voor het vak biologie over de prehistorische mens. Is er een alternatief? Kosmonaut of operazangeres zou ik ook prachtig hebben gevonden. Maar het verleden trok me meer.

Bij jouw stukken en in je kookboeken merk ik altijd dat jij niet over één nacht ijs gaat, geduldig bestudeer jij alles en pluis je archieven uit. Heel inspirerend. Hoe doe je dat?

Doorzoeken nét zolang tot je de vraag achter de vraag hebt kunnen beantwoorden. Zie het als een hooiberg waarin je naar spelden zoekt. Vind je een speld? Waarom dan dié speld en niet een andere? En wat betekent het dan, dat je juist dié speld vindt? Zie het als een in de war zittende kluwen wol. Je trekt aan een draadje en kijkt wat er uit komt rollen. Gaat het verhaal ergens heen? Of is de knoop onontwarbaar? Even wegleggen, later nog eens proberen, misschien vanaf de andere kant. En altijd proberen of je nóg een bron voor wat je ontdekt hebt kunt vinden. Niet gauw tevreden zijn. Hulp vragen aan mensen met aanpalende kennis is ook belangrijk. Maar vooral: taai doorzettingsvermogen, geduld, discipline, inspiratie en bovenal: luisteren naar wat de primaire bronnen je vertellen.

Wat is minst aantrekkelijke kant van het schrijven van een (kook)boek voor jou?

Het corrigeren van de drukproeven en het wachten tot het boek van de drukkerij is gekomen. Zenuwslopend kan ik je melden! En dan het wachten op de eerste fout die er in staat. Want echt, dat gebeurt altijd. Ook is er altijd iets dat je er nog graag bij had willen vertellen, maar ja, helaas, te laat.

video: Lizet vertelt het verhaal achter één van mijn favoriete schilderijen in het Rijksmuseum.

En wat is de meest aantrekkelijke kant van het schrijven van een kookboek voor jou?

De research, het vinden van een stem die het verhaal vertelt, het vinden van de speld in de hooiberg, het speuren in de oude kookboeken naar spannende receptuur, het delen van al die geweldige verhalen met je lezers.

Hoe is jouw fascinatie voor de tafels en diners van de Oranjes ontstaan?

Die fascinatie voor het eten aan ons hof is eigenlijk toevallig gekomen. Rijntje Biljardt is daar debet aan, vandaar mijn grote dank aan haar. Rijntje, een vrouw van vlees en bloed, de eerste vrouw in ons land, die met haar eigen naam en haar gezicht en haar stem een kookboek heeft uitgegeven in 1840. In haar inleiding schrijft ze dat ze in 1837 gekookt heeft voor de ‘geliefde koning’ – dat is dan Koning Willem I  – en voor de kroonprinses, Anna Paulowna, op Paleis Soestdijk. Met die gegevens gewapend heb ik het Koninklijk  Huisarchief benaderd met het verzoek onderzoek te mogen verrichten. En dat mocht. Van de ene vraag rol je dan naar de volgende. Het is één van de prachtigste archieven van ons land en ik ben dankbaar dat ik toegang krijg tot de voor mij belangrijke stukken. Vergeet niet: het is wel een privé-archief van de familie! Ik vind het een voorrecht daar te mogen werken. Mijn focus ligt dus op de koks, de keuken en de maaltijden.

  foto: cover Puntneuzen & kersenpitten.

Staan er nog andere projecten op stapel?

Wie weet….  Soms is het goed om niet te hard voor de troepen uit te lopen! Maar er zijn altijd nieuwe vragen, nieuwe puzzels, nieuwe bronnen.

Wat vind jij een goddelijke maaltijd? Waar moet die aan voldoen?

Een goddelijke maaltijd vind ik moeilijk te omschrijven. Het hangt van zoveel af. Gezelschap, gelegenheid, jaargetijde, omgeving. Ik kan volmaakt gelukkig zijn en genieten van het eten tijdens een spontane picknick in een prachtig buitengebied op een zomaar zonnige zomerdag. Spijbelen met de man. Aan de andere kant van het spectrum staat natuurlijk een maaltijd bij Joris Bijdendijk, die wat mij betreft als weinig anderen in staat is om smaken en texturen te combineren tot een bijzonder en verrassend geheel. Mijn mond, mijn gehemelte, mijn neus begrijpen wat hij doet. Er zijn meer sterrenchefs waar ik met plezier gegeten heb. Maar eigenlijk doe ik dan andere koks onrecht. Want oh, wat hebben we ooit – aangespoeld in een minidorpje in de Elzas – op een binnenplaatsje verschrikkelijk lekkere kraakverse forel zitten eten met een heerlijk glaasje wijn van de lokale wijnboer. Dat was met recht een goddelijke maaltijd. Forel met amandeltjes en een glaasje (toen nog tokay) pinot gris. In een pril lentezonnetje. Een goddelijke maaltijd is een geschenk, een verrassing, die zich niet echt laat plannen.

En natuurlijk welke wijnen, ik weet dat één keuze niet mogelijk is?

Heel lastige vraag, Gereon. Ook daar weer geldt: gelegenheid, gezelschap, geografie. Ik heb heerlijke Frascati gedronken in Italië, die het in Nederland helemaal niet deed. We dronken verrukkelijke Oostenrijkse wijn, die prima smaakte bij het diner in Krems, maar niet in Nederland. We kregen ooit op een terrasje in St Romain een meer dan heerlijke witte Bourgogne, die echt altijd heerlijk bleef, ook in Nederland. Champagne, ja, ook, maar niet iedere dag. Loire, ook heerlijk. En niet te vergeten, de prachtige traditionele witte wijnen uit Stellenbosch (Groot Constantia). Ja, zo kan ik dus nog wel doorgaan. Meestal word ik minder blij van een rode wijn van het type Merlot enzo. Maar af en toe een glas Beaujolais, of Bourgogne kan ik waarderen. Ach, het hangt er allemaal van af. Tegenwoordig kies ik vooral voor biologische wijnen, en daarin is ook voldoende keus gelukkig.

Wat lust je echt niet en waarom niet?

Ik houd niet van haring. In geen enkele vorm. Het ruikt niet lekker, het is te vet, en ook al neem ik maar één hap ik boer nog de hele dag haring. Bleh.

Waarheen ga je het liefst naar op reis?

Het liefst gaan we gewoon een beetje op avontuur. Ergens is een leuke tentoonstelling, of een congres, of een plantenmarkt, ergens zijn vrienden neergestreken: hét excuus om de koffers te pakken en eens een reisje te maken.

Wat pluis jij in de bibliotheken van Parijs uit? Kun jij wat meer daarover vertellen?

Dat heeft weer met het grote onderzoek naar de koks te maken. Bibliotheken en archieven in Parijs zitten vol met spannende informatie die óók iets vertellen over wat er in Nederland aan de hand is. En meer zeg ik nog niet. Wacht maar geduldig af.

             foto’s: het gele schriftje uit mijn jeugd.

Het gerecht voor Lizet.

Het opvallende na het lezen van de antwoorden van Lizet was, dat mij meteen een dessert uit begin jaren tachtig te binnen schoot. Ik knipte het als dertienjarige uit het tijdschrift Avenue en plakte het in mijn gele kookschriftje. Het is een oranje toetje met vier verschillende bereidingen, dat wijlen Cas Spijkers op de kaart had staan in de Swaen in Oisterwijk. De pudding, gelei en sorbet heb ik jarenlang in vele varianten gemaakt. Op zoek dus naar het gele schriftje in de dozen, die opgeslagen staan in Zandvoort. Dit weekend heb ik het herlezen, wat kookte ik al veel dingen als tiener. Ik begrijp nu waarom het voor Lizet zo spannend is om in archieven te vorsen en dingen over eten uit vervlogen tijden te ontdekken. Zij brengt mij op het idee om dat zelf ook eens meer te gaan doen. Anyway, het oranje toetje voor Lizet Kruyff is geworden “les quatres assorties d’agrumes de la saison”, een mooie titel voor een mandarijnenpudding, een theegelei en sorbet. En vergeet vooral de vlinder niet van twee kleuren grapefruit. Ja zo ging dat in 1981. Je kunt bij dit dessert natuurlijk een glas demi sec Champagne drinken of homemade vin aux oranges.

Mandarijnenpudding.

Nodig 6 personen:

6 mandarijnen

250 ml mandarijnensap

250 ml room

7 g gelatine

2 eidooiers

50 g suiker

Bereiding:

Snijd de kapjes gekarteld van de mandarijnen. Schep het vruchtvlees eruit, pureer, zeef en maak er sap van. Breng het sap met suiker aan de kook, voeg de geweekte en uitgeknepen gelatine toe en laat licht afkoelen. Klop de eidooiers en room schuimig en spatel dit door het “hangende” en afgekoelde sap met gelatine. Vul de uitgelepelde mandarijnenschil met pudding en zet dakje erop en laat verder opstijven in ijskast.

Theegelei met sinaasappel.

Nodig:

6 sinaasappels

500 ml sinaasappelsap

15 g gelatine

10 g orange pekoe thee

5 g gunpowder thee

wat frambozen of ander klein contrasterend fruit

Bereiding:

De sinaasappels  schillen en in partjes snijden (voor mooi resultaat ook het vlies verwijderen) Breng het sap aan de kook en laat hierin de theesoorten lang trekken. Zeef het getrokken thee/sinaasappelmengsel en los de gelatine erin op. Leg in 6 vormpjes onderin de frambozen en zet de sinaasappelpartjes rechtop. Giet de gelei eroverheen en laat opstijven in de ijskast. Stort de gelei na kort in warm water te hebben gehouden uit de vorm op bordje.

Grapefruitvlinder.

Nodig:

2 gele grapefruits

2 roze grapefruits

1 borrelglas Bourbon of andere whisky.

2 el honing

Bereiding:

De grapefruits schillen en ontvliezen. In parten snijden en circa 1 uur laten weken in whisky/honingmengsel. De partjes als vlinder op het dessertbord leggen en wat marinade erop lepelen.

Sorbet van bloedsinaasappel.

Nodig:

500 ml +

250 ml bloedsinaasappelsap (totaal ca. 10 stuks)

50 g suiker

200 g glucosestroop

2 luchtig geklopte eiwittten

Bereiding:

Een kwart liter sap koken met suiker en glucosestroop. Mengen met het overige sap. Laten afkoelen in de vriezer, onder telkens roeren zodat er geen ijskristallen ontstaan. Twee eiwitten tot schuim kloppen en dit door de bevroren massa roeren. Op het laatste moment met spuitzak mooie torentjes maken bij serveren.

Fit for fun weken (slot)

 De fit for fun weken naderen hun einde, zijn aan de laatste etappe bezig. Voor 2018 is het dan weer gedaan met een maand lang geen alcohol drinken, balansdagen, minder suikers en gezond proberen te eten. Maar niet heus…. Ik ben daar jaarrond mee bezig. De meeste mensen kennen door mijn blogs mijn dagelijkse routine wel. Zo niet, kun je het altijd nalezen in mijn blogs over afslanken en goede voornemens. De kunst is gelegen in ritme ontdekte ik al eerder. Van nature ben ik niet zo’n snoepkees, maar dit jaar verving ik geen alcohol drinken toch door de nodige snoepmomenten. En de balansdagen schoten er ook bij in, behalve als het de boekhouding van 2017 betrof. Snoepen, het paard achter de wagen spannen, als je het in het licht van Het Suikerboek van Damon Gameau ziet. Meer aandacht was er tijdens de #fitforfun weken ook voor vegan eten. Ik sprak erover bij June Hoogcarspel van NH Radio en bezocht de olijke tweelingbroers van Happy Pear. Soms is de vegan variant prima te doen. zonder al dat vlees. Wat niet werkt, zijn melkvervangers. Gereons Keuken Thuis kwam erachter dat amandelmelk een ware caloriebom is in je pap in de morgen. Gewoon weer halfvolle melk dus na 25 februari. Ik had het over ritme, daar ga ik dit voorjaar weer mee verder. Maar alles op #LUBM wijze. In onderstaand citaat lees je meer over mijn dagelijkse régime. (dat was in januari 2016 zo en ook in 2018)

Een dag, die er eet-technisch gesproken als volgt uitziet. Ik start de dag met een glas citroensap met lauw water. Wakkert de organen aan hun werk te gaan doen. Daarna doe ik 75 sit ups en wat andere lichte oefeningen. Dan is het tijd voor ontbijt. Een kom pap of wat knäckebröd met beleg. Een mok met zwarte koffie en de dag gaat van start. Twee à drie keer in de week met een stevige sessie in het zwembad van tussen de 1250 en 1500 meter. (mijn voornemen is om in 2016 mijn techniek te gaan verbeteren) Tijdens de lunch is het tijd voor een kom soep, wat broodjes en fruit. In de middag maak ik dan vaak een fikse wandeling. Naar de markt of de stad in en uit. Dan heb je zo heel wat stappen in de benen zitten. Daar heb ik geen stappentelapp of mevrouw Bakker voor nodig. Gewoon common sense. Geen gesnack tussendoor, soms een taartje. Ik heb het geluk dat ik niet zo’n zoetekauw ben. Het avondeten is een verse warme maaltijd met wijn. Geen verboden vrucht in Gereons Keuken Thuis. En vooral eten met aandacht. En zo is de dag rond.

In de Facebook groep Foodbloggers Benelux vroeg ik naar sport- en voedingsgewoontes om te plaatsen in deze post en tijdens mijn wekelijkse #tweetup. Ik had, moet ik zeggen, op een daverende respons gerekend, gezien het grote aantal fitboys en -girls met dito blogs, dat deze groep bevolkt. Nou, dat viel vies tegen. Ik vermeld in ieder geval wel de twee dappere inzenders, die de handschoen aan namen. Omelet met boerenkool werd ingestuurd door Elisabeth van der Ark. Judith Pagrach verblijdde mij met een pindakaas smoothiebowl. Dank dames voor jullie bijdragen. Helaas aan mij niet besteedt, daar ik gruwel van eieren en je mij met pindakaas ook niet blij maakt. Maar dat terzijde.

De fit for fun weken lopen ten einde. Weer wat dingen geleerd, wat kilootjes kwijt, een maand alcohol-loos en nu weer aan de bak. In maart komt er veel nieuws op de weg van Gereons Keuken Thuis. Van workshop worst maken, via bio-wijnen, kleur in je eten, TLV? en een spannend oranje toetje voor een gast in Talk & Table.  De week zonder vlees van 5 tot en met 11 maart a.s. sla ik over.

 Stay tuned en fit for fun zou ik zeggen.

Recepten uit WENEN.

 foto: cover recepten uit WENEN.

Recepten uit WENEN, eine Spaziergang durch die Stadt an der schönen blauen Donau. Veel Weners zullen beamen, dat wandelen door deze romantische en veelzijdige stad al een belevenis an sich is, maar een culinaire wandeling laat een smakelijk Wenen zien. De stad van de Kaffeehäuser, Heuriegen en Backhendler. Stad van de onovertroffen schnitzel Wiener Art, Sachertorte en Kaiserschmarren. Eten is het lust en leven van de Wener. De hoffelijke en tegelijk bucolische stad. Dat is Wenen op de scheidslijn van West en Oost. Klassiek & hoffelijk mengt met avant-garde & rebels. Eten langs het Donaukanaal, district 1 rond de Stephansdom verkennen en nassen op de Naschmarkt. De laatste stek heet niet voor niets zo.

Antonia Kögl, van oorsprong Beierse, verpandde haar hart aan deze stad en maakte samen met Arnold Poschl een kookboek vol klassieke en moderne recepten uit Wenen. Gestyled in een mooie strakke Jugendstil typografie. Kögl en Poschl startten in het centrum van de hoofdstad, waar veel klassiekers zijn te vinden. Het traditionele Wenen, met snacks als Käferbonensalat, Aufstriche (belegjes) in vele soorten en kleuren en bij zur Herknerin, gevestigd in een oude garage, proefden ze Spinatknödel en zult met pompoenpitolie. Deze olie is trouwens in vele varianten te verkrijgen op de Naschmarkt.

 foto’s: voorgerechten uit Wenen

Recepten uit Wenen gaat verder met voorgerechten, Frittatensuppn of een Altwiener Suppntopf, een bezoek aan het traditionele Oostenrijkse restaurant Lugeck geeft het recept voor Wiener Erdäpfelsuppn mit Steinpfilzen en het recept voor hun onvoltroffen Wiener, ja daar is ie, schnitzel. De Wiener Tafelspitz mit Rösti mag ook niet worden vergeten.

Weense hoofdegerechten, pasta met witte kool, Spätzle met kaas of gevulde paprika’s. Wenen heeft het grootste areaal aan wijnbouw van alle Europese steden binnen haar stadsgrenzen. Weinhaus Arlt, een voorstedelijke Heurige serveert een tartaar van cantharellen met ei en lavas en als dessert Schokolade Rübe Kren, een taart van rode biet, chocola en mierikswortel (foto). Wat een smaken. Glas nieuwe wijn erbij en je merkt dat het goed toeven is in het Weense. Via nog meer smakelijke hoofd- en nagerechten, waaronder buikspek met karwij en de wereldberoemde Kaiserschmarren belanden we bij het instituut Sacher, een klassiek en statig adres, bekend van de taart , maar de ravioli met geitenkaas en rabarber (foto) of gemarineerde karper met rode bieten zijn ook niet te versmaden. Exit klassiek Wenen. Er lonkt een tweede deel in dit boek.

 foto’s: traditionele hoofdgerechten.

Want in Recepten uit Wenen willen Antonia Kögl en Arnold Poschl ook het hedendaagse tijdsgewricht laten zien. Het verkennende. Wenen mag dan een bonk nostalgie zijn, de 21e eeuwse restaurateurs timmeren ook aan de weg. Labstelle in het hart van Wenen combineert traditie met stedelijke verfijning, met een recept voor Matjes von der Forelle mit Kartoffellangos. De laatste zijn van oorsprong een Hongaarse snack. Delicatessenwinkel Lingenhel, kaasmakers, serveren een homemade burrata met komkommer en vlierbessensaus (foto). Gereons Keuken en Route wandelt verder naar Neni am Nachmarkt, waar een kokkin met Israëlisch-oosterse roots vernieuwende gerechten serveert, zoals hamshuka of geplette zoete aardappel met zure room.

 foto’s: moderne en klassieke Nachtisch.

Aan de westelijk stadsrand openden de broers Pilchmailer opnieuw het voorheen traditionele Weense restaurant Zum Herkner. Hun menu’s zijn een combinatie van oud en nieuw Wenen. Spinatschaumsuppe met wijngaardslakken, gemarineerde zult met rivierkreeftjes & bonen of Griesschmarren, inderdaad een variatie op. Hier eindigt mijn culinärische Spaziergang.

Ik kan uren bladeren door het kookboek Recepten uit Wenen en genieten van al het lekkers, dat Kögl en Poschl je voorschotelen in tekst en beeld. Ik krijg direct zin om de stad aan de Donau onveilig te gaan maken en te gaan nassen bij alle genoemde adressen. Wien bleibt, of moet ik zeggen, ist Wien.

Recepten uit Wenen, Antonia Kögl (ISBN 9789461431820) is een uitgave van Goodcook en is te koop voor € 24,95

Noot: dit boek werd mij als recensie-exemplaar gestuurd door de uitgeverij. De bespreking hier is mijn eigen mening. Lees ook de disclaimer

France profonde, kip uit de oven.

 foto: Village bourguignon.

France profonde is behalve een term voor het platteland ook een gevoel. een hang van de soms wat depressieve Fransman naar het ongerepte leven buiten de grote stad. Lekker aanmodderen in de grond, groente verbouwen en een stukje jagen. Weg van de boulot, métro en dodo. (werk, forenzen en slapen) Een soort geboorterecht dat zijn wortels heeft in Revolutie, althans voor de burger. De adel en clerus verloren hun recht op het bezit van de grond en de burger ging ermee aan de slag. Overigens speelde de laatste koningin van Frankrijk, Marie Antoinette, al boerinnetje in haar eigen hameau de la Reine bij Versailles. Dat was in de 18de eeuw heel hip. Dartelen tussen het vee, in een Normandisch décor. Zo beleven heel veel stadsmensen en ook buitenlandse huizenbezitters nog steeds la France profonde. Gereons Keuken Thuis is er ook mee behept. Een weekje à la campagne laat mijn boerenbloed harder stromen en is natuurlijk hartstikke #fitforfun. Buiten zijn, in de tuin werken, hout voor de haard hakken, allemaal een prima work out. Al is er in de winter geen hand voor ogen te zien door de mist die optrekt vanuit het Saône dal en is het verraderlijk glad op de kronkelweggetjes door het eikenbos naar het dichtstbijzijnde stadje. Maar dat mag de pret niet drukken. Lekker knus voor de grote haard, luiken dicht (want buiten kom je toch niemand tegen) en koken maar. Een gevoel van tijd genoeg. Internet en social media zijn er toch niet of beperkt beschikbaar. Koken met de producten, die je op de zaterdagse markt hebt gescoord.

 foto: de kaasmeisjes op de markt.

Het charmante aan Frankrijk is dat er op een Franse markt naast handelaren in allerlei waar, ook producenten staan. Nog steeds. Zoals de boerin, die zelf haar verse geitenkaasjes maakt. De Hollandse kaasmeisjes Suus&Paula, die met hun eigen geaffineerde Nederlandse kazen de Zuid-bourgondische markten onveilig maken. De dame met haar dahlia’s. In Louhans, de kippenhoofdstad is het zelfs op maandagochtend een getokkel en gekwaak van jewelste, als alle kipproducenten hun levende koninginnen van de Bresse meebrengen. Un vrai spectacle. De lokale wijnproducent. De paté- en terrinespecialist. Je kostje is zo gekocht. Langs de bakker voor een mooi stokbrood met een stevige korst. Voor mij is het een vorm van onthaasten. Na een korte koffiestop met een keur aan boodschappen terugkeren naar le bourg, zoals een hoger gelegen dorp wordt genoemd. Ik snap die hang van Fransen naar dat France profonde wel, want zondagavond staat de A6 weer vol voor de rentrée via één van de portes van de Parijse ringweg. Om er weer tegenaan te kunnen in het stadse leven.

Vandaag is het zaterdag met een heel makkelijk recept voor een kippetje met groenten en Provençaalse kruiden uit de oven. Instant France profonde maaltijd. Een heerlijk #nowaste gerecht. Ik voeg meestal toe wat ik nog in de ijskast vind. En als je een goede stevige boerenkip hebt gekocht is deze driemaal te gebruiken. Meestal houd ik na zo’n feestmaal (wij zijn maar met ons tweeën) het karkas en een borstfilet over. Precies voldoende voor de volgende stap in het proces. Je zet het karkas met koud water op het vuur en laat het dan uren lang trekken, totdat je een stevige kippenbouillon hebt. En daags erna maak je van de filet en wat champignons een ragoutWe drinken bij de kip een rode passetoutgrain bij, de enige blend in Bourgondië van gamay en pinot noir.

 Foto: kip met Provençaalse kruiden.

Nodig:

1 stevige kip, label Rouge, ca. 1,2 kg

500 g roseval aardappeltjes

1/2 paprika

1/2 winterwortel

1 rode ui

4 à 5 tenen knoflook

peper en zout

3 tl gedroogde Provençaalse kruiden

paprikapoeder

olie

Bereiding:

Verwarm de oven voor op 220 graden. Snijd de aardappels, wortel en paprika in stukken en leg deze in een braadslee of ovenschaal. Pel de knoflooktenen en snijd de rode ui grof. Doe deze ook in de schaal. Leg de met peper, zout, paprikapoeder en Provençaalse kruiden van binnen en buiten ingewreven kip er bovenop, besprenkel met een beetje olie en zet deze midden in de oven. Ik gebruik meestal een Spaanse aardewerk cazuela als ovenschaal. Reken per 500 g kip ongeveer 20 minuten braadtijd. Soms laat ik het geheel wat langer op lagere temperatuur nagaren. Als de kip na een half uur een mooi korstje heeft zet ik de oven terug naar 175 graden en laat het gerecht nog een uurtje in de oven. Prik er met een vork erin om te zien of het vlees gaar is.

Laat de kip even rusten en serveer direct in stukken gesneden met de groenten en een lik Franse mayonaise.

Cuisine du terroir, de nieuwe Franse keuken.

 foto: cover Nieuwe Franse keuken.



Cuisine du terroir is een kookboek uit 1984, dat ik regelmatig ter hand neem, om te speuren naar spannende recepten uit de perfecte zeshoek. Want, sorry Bel Paese adepten, ik vind nog steeds mijn basis de Franse keuken en kookboeken. Lezers van mijn blog weten dat ik graag streekgerechten maak uit boekjes, vergaard bij een benzinestation, uit een vintage Elle kookboek uit 1952 en uit het kookboek van de gebroeders Troisgros uit Roanne. Daarnaast doen ook koks als Alain CaronJohn Gerdsen en mijn all time favoriet Stéphane Reynaud een duit in het zakje. Maar nu heb ik een nieuwe, ik moet eigenlijk zeggen, tweedehandse aanwinst, De Nieuwe Franse Keuken van wijlen Paul Bocuse. Nieuw is dit boek niet voor mij, want in de kookboekenhoek in het Brabantse huis van mijn ouders stond dit kookboek jarenlang te prijken. En behalve de pompoensoep, een noviteit in de seventies, werd er soms de truffelsoep Elysée met een dakje van bladerdeeg uit gemaakt. Met het verscheiden van de maitre vond ik het tijd voor een hernieuwde kennismaking. Met de destijds nieuwe Franse keuken. Nouvelle cuisine, zonder zware sauzen, gerechten en desserts. Een cuisine equilibrée. Tja de fotografie is zeker naar de standaard van het huidige Instagram tijdsgewricht wat ouderwets te noemen. De recepten daarentegen zijn universeel en tijdloos en zo in te zetten in de 21e eeuw. Dat deed Bocuse ook in Collonges au Mont d’Or aan de Saône.

De Nieuwe Franse Keuken is een compleet kookboek, dat start, en dat vind ik altijd leuk, met uitleg en culinaire regels. Eén van de goede voornemens in Gereons keuken Thuis is namelijk mij meer te verdiepen in basis culinaire zaken. Een recept is zo op je blog geknald. Leren van oude en jonge meesters geeft je blog net iets meer schwung. Eigenlijk zou elke blogger een boek als de Nieuwe Franse Keuken in zijn of haar repertoire/boekenkast moeten hebben. Zo kom ik in dit boek een riviervisgerecht tegen uit de Beaujolais, pochouse, de quénelles de brochet, pasteitjes uit de Bresse, samengestelde boters, kikkerbillen en tournedos met merg. Ik kan blijven opsommen, zoveel mooie dingen staan erin. Een kookboek dat het Gallische hart, wat sneller doet kloppen.

Vandaag ga ik voor het recept van pochouse, dat ik al eerder op Gereons Keuken Thuis plaatste, een stoofpot van riviervis in Beaujolais wijn. Vanaf de heuvels van de Beaujolais kijk je uit op de vlakte van de Saône, les Dombes, met zijn rivier, beken en kreken vol zoetwatervis. Een koele (rode) Beaujolais Villages gaat hand in hand met dit gerecht.


Nodig 4 personen:

1,5 kg riviervis in stukken
(snoek, karper, paling en baars)
125 g gerookte spekblokjes
20 zilveruitjes afgespoeld
4 knoflooktenen
2 rode uien
70 g boter
1 fles Beaujolais Villages
1 glas cognac of marc
2 el bloem
1 laurierblad
2 takjes tijm
takje rozemarijn
zout peper
croutons

Bereiding:

Vraag je vishandelaar de verschillende vissoorten schoon te maken en in stukken et snijden. Verwarm in een pan de rode wijn en cognac. Maak van 50 g boter en bloem een beurre manié en zet apart. Verhit de rest van de boter in een pan. Bak hierin de spekblokjes, uien, zilveruitjes en knoflooktenen aan. Voeg hierna de stukken vis toe, bak kort mee. Zet het vuur laag en voeg de warme wijn toe tot vis onderstaat. Voeg de tijm, laurierblad, rozemarijn, peper en zout toe. Laat het geheel ongeveer tien minuten koken. Als de vis gaar is, haal deze dan uit de pan en houd de vis warm onder aluminium folie. Verwijder de kruiden. Kook de saus tenminste één derde in. Voor het serveren leg je de vis terug in de saus en verwarm je deze nog even. Serveer de vis op een schaal. Bind de saus met wat beurre manié en giet over de vis. Garneer het gerecht met de croutons.

Fit for fun op maandag, linzenburgers.

  foto: bij June met kikkererwtenspread.

Fit for fun op maandag, linzenburgers. Inmiddels zijn we al weer twee weken verder met mijn #fitforfun weken. Ik vind het een hele inspirerende maand. Geen alcohol en letten op wat je eet. “Dat doe je toch in januari?” Declaraties op voedingsproducten uit de supermarkten goed lezen. Hartstikke leuk om te doen allemaal. Vorige week dinsdag 6 februari vertelde ik in het radioprogramma June tot Twaalf bij NH nieuws over de keuken van de tweelingbroers David en Stephen Flynn. De Ierse vegan guys van The Happy Pear, een inspirerend kookboek vol plantbased recepten. Maar mijn belangstelling voor plantbased cooking ligt niet zozeer in de aspecten van diervriendelijk of gezond. Mij interesseert vooral de creativiteit om mooie gerechten te maken zonder dierlijke producten. dat vergt enige aanpassing. Niks modieus aan, in oudere tijden kenden velen al het principe van plantbased cooking, niet uit hipheid, maar gewoon omdat er niets anders voorhanden was. Dat is nog steeds zo voor een groot gedeelte van de wereldbevolking. Het merendeel van alle vleesconsumptie, bijbehorende teelt uitwassen en gezondheidsrisico’s vind je in de V.S., Europa, Zuid Afrika en Australië. Een paradoxale gedachte hierbij is, dat dit ook de ultieme droom is van de “not haves” Een vleesetend model als walhalla.

Klaar met mijn stichtelijke woorden voor vandaag. Het gaat erom, te eten waar je jezelf fijn bij voelt. Ik wil niemand iets aanpraten. In Gereons Keuken Thuis is dat vaak vlees met bijgerechten, maar zo langzamerhand staat mij dat soms ook tegen. Ik ging dus als culivorser op onderzoek uit.Tijdens een van mijn vega wijnwandelingen in Gereons SeaSpot kookte vegan kok Sofoula bijpassende gerechten bij de wijn line up. Eigenlijk sla je dan twee spijkers op zijn kop. Je proeft de wijnen en bijbehorende gerechten. Ontzettend leuk om te doen. Aan haar dank ik het recept voor liznzenburgers en cashewnotenkaas. Lekkere experimenten. Net als mijn multi purpose kikkererwten spread, prima inzetbaar als broodbeleg in plaats van vleeswaar of potjes sandwich spread. (maak dan gewoon een tonijnslaatje met wat groenten en een klodder Belgische mayo)

Fit for fun op maandag. Anyway, we beginnen de week weer lekker met een stuk of vijftig sit ups, een flukse strandwandeling en plantbased eten. Een wijntip voor bij de burgers is de biologische witte viognier/chardonnay van Neleman -just fucking good organic wine- vinyards bij Valencia. Onnodig te zeggen, dat ik die de komende twee weken nog even versmaad.

  foto: linzenburgers.

Linzenburgers van Sofoula.

Nodig:

olijfolie

300 g zoete aardappel

6 lente-uitjes, alleen het wit

2 theelepels paprikapoeder

1 blik linzen, uitgelekt en afgespoeld

platte peterselie fijngesneden

100 g feta

65 g zelfrijzend bakmeel

3 eieren

Turkse/Griekse yoghurt (niet vegan)

Bereiding:

Schil en rasp de zoete aardappel. Snijd de bosuitjes in ringetjes.Verwarm 1 eetlepel olie en bak er de geraspte aardappel en de gesnipperde bosui een paar minuten op hoog vuur in, voeg het paprikapoeder toe en bak het 1 minuut mee. Doe het in een kom en zet apart. Spoel de linzen af in een zeef, hak de peterselie, verkruimel de feta en doe het allemaal bij het aardappelmengsel. Breng op smaak met peper en zout. Meng in een kom het zelfrijzend bakmeel met de eieren en doe bij het aardappelmengsel.Zet drie koekenpannen op het vuur, doe er wat olie in. Schep met een eetlepel vier hoopjes van het mengsel in de pan en bak een paar minuten aan beide kanten knapperig en leg op een broodje met een slablaadje en een dot yoghurt erbij.

 

 foto: basic kikkererwtenspread.

Gereons kikkererwtenspread.

Altijd handig als broodbeleg, hapje of bij de maaltijd een pittige spread, zo gemaakt. Prima vervanger van vleeswaar op brood, met wat plakjes komkommer. Of serveer deze spread bij een salade met in de oven geroosterde paprika.

Nodig:

1 pot kikkererwten

3 tenen knoflook

2 tl komijnpoeder

½ of 1 tl chilipoeder, al naar gelang je van pittig houdt

½ bosje peterselie

sap van 1 citroen

2 el water

olijfolie EV

peper en zout

evt. zongedroogde tomaatjes, worteltjes, bietjes ter variatie

Bereiding:

Laat de kikkererwten goed uitlekken en spoel ze goed af. Doe in een hoge beker. Was de peterselie. Pel de tenen knoflook en halveer, pers de citroen uit. Voeg de knoflook, peterselie met steel en al, komijnpoeder, chilipoeder toe aan de kikkererwten. Giet het citroensap erbij. Voeg wat water en een flinke scheut olijfolie toe en puree alles met de staafmixer tot een mooie niet te gladde puree. Maak op smaak met wat peper en zout. Laat de spread afkoelen in de ijskast. Als variatie kun je wat in warm water geweekte zongedroogde tomaatjes toevoegen, een bietje mee pureren of wat gehakte wortel. Zo maak ik elke keer een andere spread.

P.S. vanaf 16 maart ben ik regelmatig te horen op NH met korte culiverhalen. Volgende keer met een tip van mijn zuinige tante Doubs….

Oogstkoken, het complete Seasons kookboek.

 foto: cover Oogstkoken.

Oogstkoken, het complete Seasons kookboek. Al is het nu nog hartje winter, Gereons Keuken Thuis kijkt al reikhalzend uit naar het voorjaar. Dat doet het 25 jarige magazine Seasons ook. Van de hand van de makers van dit tijdschrift verscheen een vrolijk kookboek, dat je mee op pad neemt langs de dreven van je moestuin direct de keuken in. Oogstkoken, puur oogsten, koken en inmaken. Iedereen met een eigen moestuin kent het fenomeen. De verbluffende opbrengst van dat stukje met je eigen knuisten bewerkte grond. Vol groenten en fruitsoorten, die vragen om bewerking. Nu geeft het tijdschrift zelf daar altijd leuke recepten en tips voor, maar nu is eer ook een bundeling van deze mooie Seasons recepten. Een feest, dat mag ook met je 25 jarig bestaan, voor ogen en smaakpapillen. En geheel aansluitend bij de botanische trend van voorjaar 2018. Telen, zien groeien en zelf koken.

Het boek is verdeeld in hoofdstukken per groente- of fruitsoort. Kruiden komen aan bod en op het eind technieken. Voorzien van planttips, goede en slechte buren en oogstadviezen. Oogstkoken start met de tuinboon. altijd een voorbode van de lente. dubbel gedopt of niet, voor in een tuinbonensoep met pancetta of wat te denken van gestoofde tuinboonpeulen met tomaat. verder gaat het met de lentegroentekoningin asperge, wat mij niet zo’n moestuingroente lijkt, door de specifieke teelt en steekmethode. Gewoon kopen bij een Brabantse of Limburgse teler zou ik zeggen. De asperges worden gegrild of verdwijnen in de soep.

Radijs, in Oogstkoken, is een alleskunner en kan worden geteeld bijna het hele jaar door. Voor een homemade radijsjes-pickle.  Of geroosterd in de salade. Ik maak een sprong door het boek, via de erwt, lentegroente rabarber naar kruiden. Hieraan wijdt Oogstkoken een flink stuk. Van munt tot basilicum. Ook handig voor de micro stadstuinier zoals ik. Kruiden zijn prima te doen op mijn Amsterdamse balkon.

Het voorjaar betekent ook zacht fruit, de aardbei, aalbes en andere vruchten. Lekker voor uit het vuistje of in een van de recepten.Bladmosterd, nooit eerder van gehoord, is een veelzijdig blaadje. Het boek weet er wel raad mee.in een pesto of in rijstrolletjes met bladmosterd. Bloemen, naast de botanische trend ook  een hot item in 2018, komen aan bod. Voor bloemenazijn of viooltjes ijs. Leuk voor als het #alfresco seizoen weer start.

Tot slot wil ik de ui nog noemen, met name de ingemaakte banaansjalotten, die op de cover staan. Ga ik zeker proberen. Fervente lezers van mijn blog weten dat ik graag dingen in de pot hak en Oogstkoken geeft je hiervoor leuke handvatten. Heb je daar per se een moestuin voor nodig? Welnee een goede groenteman op de markt voldoet ook. En de prachtige fotografie en lekkere recepten wijzen je direct de weg. Het voorjaar kan beginnen in Gereons Keuken Thuis. En Seasons! Van harte met jullie 25 jaar en nu op naar de 50!

Oogstkoken, het complete Seasons kookboek. (ISBN 9789059568372) is een uitgave van Fontaine en is “liever lokaal” te koop voor € 24,95

Noot: dit boek werd mij als recensie-exemplaar gestuurd door de uitgeverij. De bespreking hier is mijn eigen mening. Lees ook de disclaimer

Gastblogger Cora Meijer recenseert.

   foto: cover Green Kitchen at Home.

Gastblogger Cora Meijer recenseert het kookboek The Green Kitchen at Home. Zij bijt daarmee dit jaar de spits af op Gereons Keuken Thuis. Ik stuurde Cora dit leuke vegetarische kookboek op, dat in november 2017 de juryprijs voor kookboek van het jaar kreeg tijdens de lunch bij restaurant Bougainville op de Dam. Tijdens dezelfde lunch werd de gouden garde bekend gemaakt. Dat is de publieksprijs, die in 2017 werd gewonnen door Jord Althuizen met Smokey Goodness 2, dat zich in Latijns Amerikaanse sferen afspeelt. Binnenkort verzorgt een andere gastblogger daarvan de recensie. Ben benieuwd, maar nu eerst iets over Cora en natuurlijk haar recensie.

  foto: gastblogger Cora Meijer.

Wie is Cora Meijer?

Voeding, koken, keukengadgets, kookboeken, ze hebben al heel lang mijn belangstelling. Sinds ik op eigen benen sta, is het mijn gewoonte om vers en soms langdurig te koken. Ooit dacht ik een klein eethuisjete beginnen. Al vele jaren geleden richtte ik mijn eigen kruidentuintje met bessenstuiken in.

Pas sinds ik mijn betaalde beroep in kennismanagement vaarwel zei, heb ik er veel meer tijd voor en startte ik mijn foodblog en bloggersactiviteiten. Cultfood.blog geeft mij veel plezier.

Mijn voorkeur ligt bij de mediterrane en Europese keukens. Als ik op reis ben verdiep ik mij in lokale producten en gerechten. Daaruit volgt dan vaak weer de aanschaf van een kookboek. Mijn kennis heb ik verdiept via cursussen, workshops, door uit eten te gaan, via kranten en glossy magazines. Ik lees regelmatig recensies, interviews met chef-koks, voorbeeld menuconcepten en volg op TV-programma’s over smaken. Want smaak is super belangrijk, daar wil ik echt het één en ander van weten. Waar ik altijd op heb gelet is samenhang en balans.

 foto: de “not so” bouillabaisse uit Green Kitchen at Home.

Wat een kanjer van een kookboek. Het is niet zomaar het kookboek van het jaar 2017 geworden. De vakjury prijst de auteurs, David Frenkiel en Luise Vindahl, omdat ze kans zien om een fijn kookboek te maken voor zowel mensen die al vegetarisch eten als voor mensen die vegetarisch eten misschien nog spannend vinden.

De auteurs hebben samen ook een foodblog, Green Kitchen Stories. Daar vindt je meer uitleg over hun naam: “The Green Kitchen signifies our effort to come up with healthy vegetarian recipes using whole food and organic products. We want our recipes to be as simple and pure as possible. And since all good recipes often come with a story, we thought the name was appropriate.”

Ze koken beiden en graag superlekker. David is ook dol op bakken en is tevens de stylist en fotograaf. Ze geloven in het belang van variëteit. “That is why our recipes sometimes are raw and other times cooked, sometimes they call for buckwheat and other times for oat. Eating is about feeling good, not following rules!”

Daarin kan ik mijzelf helemaal vinden. In hun recepten zoeken ze naar een balans tussen interessant en ongecompliceerd met groenten en fruit in de hoofdrol. Ze willen inspireren tot gezond en vegetarisch eten, omdat de praktijk uitwijst dat veel mensen het lastig vinden om lekker vegetarisch te koken. Zeker in een gezin, omdat kinderen grilliger eetgedrag hebben. Daarom bieden ze variaties en smaaknuances die daar op inspelen en maken ze gezond eten ook in hapklare vormen als muffins, flensjes en repen. Hun variaties bieden houvast aan mensen die op de kosten willen letten. Seizoensgroenten en -fruit zijn nu eenmaal goedkoper, daarnaast vaak ook beter en zeker duurzamer. Bij veel recepten is ook een veganistische variant vermeld.

David en Luise werken met koelkastfavorieten zoals tomatensaus, pesto, hummus, pompoenpuree, quinoa, beslag voor flensjes, geroosterde ovengroentes, linzen, regenboogplatbrood en chiapudding. En ze plannen. Die koelkastfavorieten zijn de bouwstenen om doordeweeks snel iets lekkers op tafel te kunnen zetten.

Het gaat er dan simpelweg om of je:

  • Pasta op je weekmenu zet om vooruit tomatensaus of pesto te maken
  • Soep, burgers of salade kiest om de linzen klaar te hebben staan
  • Beslag voor flensjes kunt gebruiken of chiapudding voor desserts nodig hebt etc.

Deze favorieten zijn ook super om in te zetten voor de lunchtrommeltjes, het ontbijt of de lunch. Doel ervan is om lekker te koken zonder stress.Veel groenten en fruit eten op een dag lukt beter als je die verdeelt over de verschillende momenten. Daarom is voor The Green Kitchen variëteit èn veelzijdigheid een factor. Wat kun je er nog meer mee doen? Dat vullen ze leuk en kleurrijk in.

  foto: The Green Kitchen at Cora’s home.

In de recepten staat bijvoorbeeld regenboogplatbrood. De hoofdingrediënten? Diverse groenten, eieren en amandelmeel. Er is een groene, rozerode en oranje variant van broccoli, biet en wortel. Deze platbroden zijn tevens koelkastfavoriet, want ze zijn lekker bij van alles en erg veelzijdig. In groter formaat zijn ze pizzabodem, in repen maak je er belegde sandwiches van of je bakt ze knapperig in je wafelijzer tot een tosti. Dan vind ik ze ook leuk als wafelkoekje bij een salade. De gebruikte basisgroenten zijn in bijna alle seizoenen verkrijgbaar en alle drie uitstekend te combineren met allerlei soorten beleg.

Wat opvalt is de originaliteit van hun ideeën. Als je het regenboogplatbrood vergelijkt met het broccolibrood van enkele andere kookboekenauteurs valt bij The Green Kitchen at Home het gebruik van smakelijke groene kruiden op, de optimale verhouding tussen groenten en amandelmeel en de uitbreiding met groenten als biet en wortel.

Om de smaak te beoordelen maakte ik een dunne uitvoering als pizzabodem van zachtgroene romanesco. Die heb ik simpel belegd en die viel in de smaak. Knapperig serveren blijkt een heel goede vondst.

   foto’s : regenboog platbrood pizza.

Het boek is ingedeeld in zeven hoofdstukken en begint met de receptuur van de koelkastfavorieten. Voor je lunchtrommel, picknick of buffet is er het hoofdstuk ’handige maaltijden’. Die bevat als snack voor kinderen appelmuffins met broccoli en spinazie. Die muffin als vorm hapt lekker weg, maar ze bestaat uit echt volwassen ingrediënten en smaakmakers. Ik ben de kinderleeftijd al ontgroeit maar ik houd mij van harte aanbevolen voor zo’n snack.

David en Luise werken ook volgens het no waste principe. Zo wordt de stam van broccoli en bloemkool in blokjes gehakt, wel eerst even schillen. Handige maaltijden behandelt sushi van bloemkoolrijst, een salad jar, pastasalade, wrap en quiche met haverbodem, maar ook bietensap en de groenteflensjes en -muffins. En ze hebben oog voor detail zoals het verschil in smaak als gevolg van waar iets geteeld is of hoe rijp iets is.

Waar avocado in de  gerechten wordt gebruikt, kun je die soms weglaten als je rekening wilt houden met het milieu bij de teelt van deze geliefde vrucht. Van de 77 goed uitgewerkte recepten bevatten er 7 avocado als niet weg te laten ingrediënt.

Het aspect van een hype in de westerse wereld geldt ook de Boliviaanse quinoa, die niet alleen koelkastfavoriet is, maar ook is verwerkt in meerdere recepten. De gevolgen van die hype lijken echter deels hersteld. Waarom quinoa zo geliefd werd en is? Het bevat twee keer zoveel eiwit als rijst, is rijk aan vitamine B2, E en mineralen en is daarnaast glutenvrij.

Door de hype en de daaraan verbonden grote invoer besloten akkerbouwers in Nederland tot teelt over te gaan. Een succes want zij verbouwden vorig jaar zo’n 275 duizend kilo en hebben het plan om de opbrengst dit jaar te verdubbelen. Quinoa heeft haar hype overleefd. In veel recepten staan overigens vervangende producten.

Heb je weinig tijd om te koken, dan kies je het best uit de hoofdstukken ’handige maaltijden’ en ‘doordeweeks’. Uit doordeweeks klinkt de pasta al pomodoro met vegan tonijn erg simpel en heel lekker. Maar ook door koelkastfavorieten te combineren met een enkel versproduct kom je al een heel eind.

De tips tussendoor in het kookboek zijn erg prettig. Zo geven ze een goed basisconcept waaraan een salade moet voldoen. De gerechten gepubliceerd bij ‘in het weekend’ vragen alle meer tijd. De salade pilav van zwarte rijst, linzen en aubergine wordt verrassend gemaakt zonder tomaat. Dit recept is door de combinatie er één om snel uit te proberen, het lijkt heel bijzonder. Eenzelfde gevoel krijg ik bij de vega fish-and-chips en de vega bouillabaisse.

Een kanttekening is dat ze wel veelal iets zoetig smakende groenten gebruiken, maar dat is waarschijnlijk ingegeven door de kindvriendelijke recepten voor gezinnen. Voor de gerechten van het hoofdstuk ‘in het weekend’ breidt de groentenlijst flink en bijzonder uit. En er is bij ‘doordeweeks’ echt veel afwisseling mogelijk. Enkele recepten zijn hun handelsmerk geworden.

Dan zijn er nog twee hoofdstukken waar tot nu toe niet eens over is gerept, de spreads en bijgerechten en de nagerechten. Super lijken de 3 x wildgefermenteerde koolrecepten van groene en rode kool. Van de groene kool is er een pittige en een frisse variant. De smaak van de rode kool is winters, met kruidnagel en kaneel.

Zoals eerder gezegd, David houdt van bakken en de geuren die daarbij vrijkomen. Als mijn favoriet kies ik de pompoentaart-chocoladerepen. Bij het lezen van de ingrediënten lijken ze al te smelten op je tong. Alle foto’s zijn oogstrelend.

The Green Kitchen at Home is persoonlijk geschreven, staat vol eigentijdse recepten en prikkelt je om ermee aan de slag te gaan. De gerechten roepen het verlangen op om ervan te willen proeven. Welke recepten? Laat ik op cultfood starten met de intrigerende, simpele vegan tonijn.

The Green Kitchen at Home, Luise Vindahl & David Frenkiel (ISBN 9789023015437) is een uitgave van Becht en is te koop voor € 24,99 bij je boekhandel.

Noot: dit boek werd mij als recensie-exemplaar meegegeven door de uitgeverij. De bespreking hier is mijn eigen mening. Lees ook de disclaimer

Vegan lasagne van de Happy Pear.

 foto: vegan lasagne.

De vegan lasagne van de De Happy Pear.  Op deze eerste vrijdag van februari, toevallig tijdens mijn #fitforfun weken, maakte ik kennis met tweeling Stephen en David Flynn, die Amsterdam bezochten om te laten proeven uit hun leuke kookboek De wereld van Happy Pear. Afzonderlijk van elkaar, in verschillende uithoeken van de wereld, besloten de heren vegetarisch te gaan eten. Sindsdien is het hard gegaan met hun kleine imperium, dat begon met een groentezaak in hun geboorteplaats. Een apart koppel, in hun roze korte broeken, springerig, handstand doend, elke dag in zee zwemmen. Zij voelen zich er heerlijk bij, net als bij de gerechten, die worden geserveerd in hun inmiddels drie filialen van Happy Pear.

 foto: #fotomomentje met Stephen & David.

Voor een select gezelschap had de tweeling Flynn een lunchmenu in de keuken van het INK hotel aan de Nieuwezijds Voorburgwal gekookt, bestaande uit waterkerssoep, een vegan lasagne en hun emblematische chocoladetaart. Een funky avocado/gember cocktail voor, prima idee tijdens mijn jaarlijkse AV maand. De chocoladetaart viel mij als dessert wat zwaar op de maag, maar een Irish tafeldame verzekerde Gereons Keuken Thuis, dat dit de manier is waarop het gaat in Ierland. Ik zelf vind deze taart een prima namiddag traktatie. Bij een kleine espresso.

 foto’s: vegan waterkerssoep en chocolate cake

Maar nu even over de vegan lasagne. Wat een leuk idee, om de koolhydraatrijke lasagnebladen te vervangen door selderijbladen.  (koolhydraten mijden is voor mij niet het belangrijkst) Vegan koken vergt wel wat meer pit in de ragù, anders zou het qua textuur een beetje saaie en slappe boel worden. Let daarop. Daar hebben deze jongens een goede oplossing voor: zongedroogde tomaatjes en een crunchy cashewroom. De selderijvellen geven de lasagne een aardse smaak. Net zoals de zoete aardappel en champignons. En bij ontbreken van béchamel is een topping van basilicum cashewroom heel makkelijk te maken en geeft die romige touch. Met ander woorden je mist de kaas en boter niet. Dat vindt Gereons Keuken Thuis het leuke aan het ontdekken van plantbased gerechten. Een jonge rode  pinot nero uit Alto Adige zou er prima bij smaken. Weliswaar niet vegan, but who cares? Zo strak moet je ook niet in het velletje zitten. Dat konden deze mannen van Happy Pear alleen maar beamen.

Vegan lasagne van de Happy Pear

Nodig voor 6 tot 8 personen:

1 grote knolselderij, circa 1 kg

4 eetlepels olie

zeezout

1 middelgrote zoete aardappel (400 g)

1 middelgrote ui

4 tenen knoflook

1 rode chilipeper

200 g champignons

1 courgette

5 zongedroogde tomaatjes

1 blad laurier

1 dl rode wijn (of een vegan variant)

2 blikken tomatenblokjes

100 g tomatenpuree

1 1/2 el honing of voor vegan agavestroop

1/2 tl zout

1/4 tl gemalen peper (mag van mij ook uit de losse pols)

Voor de cashewroom:

200 g rauwe cashewnoten

3 dl water

sap van 1 limoen

1 dl groentebouillon

1,5 dl neutrale olijfolie

1 tl zout

1/4 tl  gemalen zwarte peper

50 g verse basilicum

Bereiding:

Week de cashewnoten 30 minuten in 3 dl water. Verwarm de oven voor op 180 graden Celsius. Schil de knolselderij en snijd hem in lange repen, als lasagnevellen, van ongeveer 1/2 cm dik. Meng deze met 1 eetlepel olie en een snufje zout en leg ze op twee bakplaten. Schrob de zoete aardappels schoon en snijd deze in kleine stukjes. Meng deze goed met 1 eetlepel olie met een snufje zout en leg op een andere bakplaat.

Bak de knolselderij en de zoete aardappel 25 minuten, of tot ze zacht zijn. Haal ze uit de oven, maar laat die aanstaan. Pel de ui en knoflook en hak deze grof. Snijd de chilipeper fijn en verwijder het zaad als je niet van scherp houdt. Snijd de champignons en de courgette in dunne plakjes. Snijd de zongedroogde tomaatjes heel fijn. Doe 2 eetlepels olie in een grote pan op hoog vuur. Bak daarin de ui, de knoflook en de chilipeper 4 minuten onder geregeld roeren, tot de knoflook goudbruin is en de ui doorschijnend. Voeg de champignons, de courgette en het laurierblad toe en bak alles onder geregeld roeren nog 5 minuten. (noot van GKT: ik zou zelf starten met het bakken van de champignons en daarna de ui, peper en look ter voorkoming dat de paddenstoelen gaan koken in plaats van bakken) Voeg de wijn toe en kook deze 2 minuten in. Voeg de tomatenblokjes toe, de tomaten puree, de zongedroogde tomaatjes, de vegan agavesiroop/honing en zout & peper toe. Doe de gare zoete aardappel bij de tomatensaus. breng het geheel aan de kook en laat de saus onder af en toe roeren 20 minuten pruttelen. Giet en spoel voor de cashewroom de geweekte cashews af. Maak ze in een blender samen met de overige ingrediënten (ook de basilicumstelen) voor de cashewroom heel glad. Schep de helft van de cashewroom in een grote ovenschaal. leg hier de helft van de gebakken knolselderij op en schenk daar alle tomatensaus over. Maak met de resterende knoslelderij nog een laag en eindig met de cashewroom. Bak de lasagne 15 minuten, tot de cashewroom is gestold en de lasagne er mooi gebakken uitziet.

 foto: deze bikkels zwemmen jaarrond.

Meer weten over plantbased of vegan koken? A.s. dinsdag vertel ik er nog veel meer over bij June tot Twaalf

De wereld van Happy Pear, Stephen & David Flynn (ISBN 9789463190848) is een uitgave van Scriptum

Fit for fun weken.

 foto: cover snel slank voor het strand.

Fit for fun weken. Het is de laatste maandag van januari. Vaak zijn goede voornemens als sneeuw voor de januarizon verdampt. Ik de optimist plan daarom nooit direct na  het feestgedruis van december detoxweken, een alcoholvrije periode of een snel slank voor het strand dieet. Houd je met alle nieuwjaarsfeestjes en toch niet vol. Maar vandaag start ik net als vorig jaar met een maandje fit voor fun. De wijnflessen blijven liggen in Gereons keldertje. Wat minder eten en het sportritme weer opvoeren. Daarnaast dit jaar een focus op meer vezels en groente. Om goedgemutst, begin maart, de lente in te gaan. Ik vind het een uitdaging! En zie het niet als straf. Het prikkelt mijn fantasie om andere dingen te drinken dan wijn. Je moet natuurlijk niet direct aan de frisdranken en zoete sappen bomvol suikers gaan, maar experimenteren met thee, infused water of andere nieuwerwetsigheden. Ook kritisch zijn ten opzichte van wat je allemaal eet. Minder zout, suiker en vet. Wat laat je weg en wat voeg je toe. Ik houd jullie op de hoogte van mijn vondsten.

In Gereons Keuken Thuis liggen de kookboeken over plantbased eten, zoals de wereld van Happy Pear en Vélochef al klaar ter inspiratie. Net zoals de lunch van aanstaande vrijdag met de tweeling van Happy Pear. Ik ben erg benieuwd. Fit for fun vroeg ik aan een aantal foodbloggers in een Facebook groep, wat is dat? Het leverde me een tosti van broccoli op, een omelet met boerenkool en pompoen (overigens skip ik deze, omdat ik geen eieren blief), een gezonde(re) Ceasar salad en een spannende pindakaas smoothiebowl (nu nog een alternatief vinden voor de pindakaas?) Veel experimenteer stof. Ik ga mijn draai wel vinden. Toch blijft het #LUBM, geen dogma’s. En jullie foodies, foodbloggers en andere fit for fun adepten kunnen mij daar mee helpen door jullie leuke sporttips, groentegerechten en andere ideeën met mij te delen op social media of in een reactie onder deze blogpost.

 foto: ensalada Ibiza.

Ik trap af met een ensalada Ibiza op deze maandag.

Nodig:

1 krop koude ijsbergsla

1 komkommer

1 blikje tonijn

2 tenen knoflook

2 el kappertjes

basilicumblaadjes

1 takje tijm

peterselie

1 gerookte kipfilet

1 citroen

olijfolie

peper en zout

Bereiding:

Snijd de ijsbergsla in reepjes en was de sla. Laat uitlekken. Snijd de komkommer in repen en haal de zaadjes eruit. Snijd in blokjes. Rits de tijm, scheur de basilicum. hak de knoflook heel fijn. Laat de kappertjes uitlekken op wat papier. Doe de sla, komkommer, knoflook en kruiden in een kom. Meng citroensap, olijfolie en wat peper en zout tot een dressing. Giet deze over de salade. Snijd de gerookte kipfilet in stukjes. Laat de tonijn uitlekken. Garneer de salade met tonijn en kip.

En of ik ook aan het prancercising sla laat ik nog weten tijdens de Fit for fun weken.

Door de site te te blijven gebruiken, gaat u akkoord met het gebruik van cookies. meer informatie

De cookie-instellingen op deze website zijn ingesteld op 'toestaan cookies "om u de beste surfervaring mogelijk. Als u doorgaat met deze website te gebruiken zonder het wijzigen van uw cookie-instellingen of u klikt op "Accepteren" hieronder dan bent u akkoord met deze instellingen.

Sluiten