Uitgekookt of afgeblogd?

Is het nu uitgeblogd of afgeblogd? Zomaar een vraag op deze woensdagmorgen. Uitgekookt is duidelijk. Op welke manier laat ik aan de fantasie van de lezer over. Maar soms overvalt het elke culinaire en vineuze schrijver. Uitgeblogd zijn. Natuurlijk waren er nog wat thema’s rond, zoals Tour de Terroir, een aantal kijkjes in de keukens van en wat boekrecensies. Maar op een één of nadere manier is het elan ver te zoeken in Gereons Keuken Thuis, op wat cooking vibes na. Er heerst in mij keukentje af- en uitstel gedrag. Ik ben gewoon uitgekookt en afgeblogd. Overigens is dat nu wel weer fijn aan het bloggen niets moet en je bent zelf degene, die de pollepel in handen heeft. Daar moet je je dan ook maar eens aan overgeven.

Dit gezegd hebbende gloort er ook hoop aan de einder. Gisteren ontving ik een heel mooi boek van Karakter Uitgevers, NINA Saint Tropez. Summer galore, vrolijke plaatjes, herkenbare plekken, zoals de rotonde met de hyper erop. Dan ben je er bijna rechtsaf via de D98A. Jeugdsentiment, ook voor deze schrijfster. Ik waag er snel een recensie aan op mijn blog.

De lente staat voor de deur. Dan gaat het bij dit lentekind kriebelen, weg al dat spinnenrag uit het hoofd, weg met de zware winterse kost. Reis plannen naar Frankrijk, inspiratie opdoen aldaar. In mei gaat vrolijk Gereons Keuken al fresco weer van start. Ik ben al aan het denken wel boek dit jaar verloot gaat worden. Maar vooralsnog ben ik even uitgekookt en afgeblogd. Of was het afgekookt en uitgeblogd. Ach, het is om het even. Ik ga nu naar buiten. Als recept een oudje, dat ik eens voor mijn vriendin Susan Herrmann Loomis kookte. Navarin printanier, lamsschouder met groenten. Als dat geen lente gevoel geeft. De wijn erbij is een rode Bandol uit de Provence.stoofpot

Nodig 4 personen:

1 kg lamsvlees (van de schouder)

4 middelgrote tomaten

150 g sperziebonen

4 wortelen

6 lente-uitjes

3 stengels bleekselderij

1 bosje dunne groene asperges

1 rode ui

3 teentjes knoflook

250 ml kippenbouillon

6 el olijfolie

250 ml droge witte wijn

1 el bloem

zout en versgemalen zwarte peper

vers gemalen nootmuskaat

Bereiding:

Spoel het lamsvlees af en dep het met wat keukenpapier. Snijd het vlees in blokjes van circa 5 cm. Bestrooi het vlees met zout en vers gemalen zwarte peper. Verwijder de huid van tomaten op de klassieke manier, met behulp van warm en dan koud water. Snijd de tomaten in vier parten, verwijder de zaadjes en hak in blokjes. Schrap de wortelen en snijd deze niet te kleine reepjes. Was de sperziebonen, snijd de uiteinden eraf. Snijd de lente-uitjes in kleine ringetjes, snijd de selderij in stukjes. Was de asperges en snijd de houtige eindjes eraf. Hak de knoflook en de ui fijn.

Verwarm de helft van de olie in een pan. Bak het vlees in ongeveer 10 minuten bruin. Voeg de bloem toe, de gehakte knoflook en ui. Bak dit 2 minuten mee. Giet de witte wijn erbij en voeg de tomaatblokjes toe. Breng aan de kook en laat met deksel erop gedurende 45 minuten sudderen.

Verwarm de rest van de olie in een pan. Roerbak de wortelen en lente-uitjes, blijf voortdurend roeren. Voeg de sperziebonen en selderij toe en bak deze nog eens 2 minuten. Giet de kippenbouillon erbij en laat de groenten ongeveer 10 minuten sudderen. Kook in een andere pan de asperges ongeveer 8 minuten tot ze beetgaar zijn. Haal de asperges uit de pan en leg ze apart op een schaaltje. Voeg wat vers gemalen nootmuskaat toe. Haal alle groenten uit te pan en leg ze op een ovenschaal. Houd alles warm in de oven.

Giet de helft van de bouillon in de vleespan en laat het geheel nog 5 minuten sudderen. Haal het lamsvlees eruit en leg het op dezelfde schaal als de groenten.

De saus voor de helft inkoken, proeven en, indien nodig, wat extra zout en peper toevoegen. Giet de saus over het vlees en de groenten. Serveer het gerecht direct. Geef bij dit gerecht knapperig brood en rijke romige Normandische boter.

Tour du terroir

 foto: kaas in de Rue Mouffetard

Het is tijd voor een nieuwe serie blogs. Een serie, die start in het hart van de zeshoek, Parijs en omgeving. L’île de France. Mijn nieuwe serie heet Tour du terroir en gaat over van die typisch Franse streekproducten, zoals kazen, groenten, wijnen en meer… Ontsproten aan de aarde, le terroir zoals de Fransen dat zo mooi noemen. Met de opkomst van alle foodmarkten is er in Nederland ook steeds meer aandacht voor streekgebonden productie. Frankrijk loopt daarin voor, omdat van oudsher de producent zelf zijn waar op de markt verkoopt.

L’île de France met zijn hagelwitte champignons de Paris, oorspronkelijk geteeld in oude steengroeven op paardenmest. Tegenwoordig in kassen maar nog gebruikmakend van de mest. Champignons met hun humustonen gaan goed samen met wit vlees,  zijn lekker in een kalfsragout of in een omelet.

Jambon de Paris een tweede product is een superieure gekookte ham. De ham wordt gemaakt van het bovenste stuk van de ham van een varken. In de Eerste Wereldoorlog werd er een extra belasting geheven op deze hammen. De producenten staakten en zodoende werd jambon de Paris een zeldzaam en gewild product.

Het derde product is een kaas, uit Melun en Meaux. Een ronde kaas met een witschimmel korst en een zachte binnenkant. Een rauwmelkse kaas, de brie. Met zijn fruitige tonen. Een kaas van ongeveer 36 centimeter in doorsnee. Met een eigen AOP wordt deze kaas behalve in Melun en Meaux, ook gemaakt in de streek tussen de Seine, Marne en Maas.

Het recept bij deze Tour du terroir is een makkelijke vandaag, toast met gebakken ham en champignons, een beetje persillade en gegratineerd met een plak volromige brie. We drinken er een glas witte Bourgogne bij.

Nodig 4 personen:

4 sneden boerenbrood

1 bakje witte champignons

2 teentjes knoflook

peterselie

dikke plak gekookte ham

punt brie

klontje boter

peper en zout

Bereiding:

Rooster de boterhammen. Maak de champignons schoon met en een borsteltje. Haal de steeltjes eraf en snijd de champignons in dunne plakjes. Hak de knoflooktenen en peterselie heel fijn. Snijd de plak ham in dunne reepjes. Verhit de boter en bak de champignons kort aan, voeg de ham toe en bak deze kort mee. Voeg als laatste de persillade toe. Maak het geheel op smaak met iets zout en flinke snuif zwarte peper. Beleg het brood met het ham/champignon mengsel. Leg op elke boterham een dikke plak brie. Gratineer de boterhammen onder een hete grill.

 

Echt Eten 2, als Jon in Frankrijk

 foto: Echt Eten 2

Een mooie laatste dinsdag van januari. Gereons Keuken Thuis vertrok naar het Haarlemmermeerse bos, waar in een plas als een UFO het restaurant Vork& Mes ligt. Het Utopia van Jonathan Karpathios, bevlogen kok en man, die graag met zijn handen in de aarde wroet. Want dat is zijn passie, koken met mooie producten, al dan niet zelf geteeld met respect voor de arde. Een schone en gezonde aarde waar zijn kinderen en zelfs kleinkinderen nog de vruchten van zullen plukken. Over deze passie schreef Jonathan al Echt Eten, koken met de groenten van Jon.

De tafels in Vork&Mes waren in landelijke stijl gedekt voor deze bijzondere middag. De verzamelde gasten schoven aan voor de lancering van Echt Eten 2, als Jon in Frankrijk.  

Jonathan reisde als kind met zijn oom en tante mee langs talloze toprestaurants. Hij begreep niet waarom zij zolang aan tafel zaten. Het was een ware kwelling. Maar tijden veranderden en hij maakte opnieuw kennis met het land. Jaarlijks gaat hij bij zijn vrienden Sandra en Santi vakantie vieren op hun glamping in Zuidwest Frankrijk. Deze vrienden zijn naast gastheer ook bevlogen agrariërs. Zij telen alles volgens het permacultuur principe. Niets gaat verloren en alles wordt teruggegeven aan de aarde. Dus een reden te meer voor Jonathan om er te verblijven. En te koken, de hele vakantie lang voor zijn familie, Sandra en Santi en gasten.

Nu spreekt hij beter Grieks dan Frans, maar dat weerhoudt Jonathan er niet van om de Franse markten af te struinen naar voedsel. Er is zoveel moois te krijgen dat hij er hebberig van wordt. Een groot kind in een snoepwinkel vol verse waar. De cornucopia van deze streek.

Het idee voor Echt Eten 2, als Jon Frankrijk was geboren. een boek vol heerlijkheden à la Française. Gekookt met de beste wat het land voortbrengt of wat je zelf verbouwt, al is dat op de vierkante meter van je stadsbalkon.

Het boek begint met je eerste stappen naar echt eten. Zelf een mini moestuin aanleggen, met een zaaiplan, want voor Jonathan begint alles bij aarde in al zijn verscheidenheid. Hoofdstuk 1 start met basisrecepten voor lekkere dingen door het hele jaar heen. Homemade en makkelijk te maken, zoals beurre noisette, tapenades, een spannende gedroogde ham (stoer) en rozenbottelsiroop. En ik moet vooral de hartige madeleines niet vergeten. Ik weet nu al dat die een hit gaan worden in Gereons Keuken Thuis.

Daarna gaat het boek verder op het ritme van het platteland, het ritme van de seizoenen. Lente, de boerenmarkt, slakken, gefrituurde courgettebloemen, producten van de geitenboer en verse doperwten. recepten voor puur lente-eten.

De zomer brengt, stilte, een verhaal over waterbesparing door greppels te graven, want in permacultuur wordt niets verspild. er gaan verse paprika’s op de barbecue, een koude lasagne van groenten, perzik met spek, de wijnen van de biodynamische wijnboer. Er lijkt geen einde aan te komen zo’n zomer. Jonathan blijft zijn 80/20 principe trouw.

De herfst brengt noten, appels, kweeperen en vijgen. Het seizoen om mooie dingen met al deze oogst te maken. Een vijgenbrioche met portsiroop, aardappelsoep met truffel (hoe kan het ook anders in de Sud Ouest?) De ultieme paté onder leiding van madame Guery, die de kok aanspoort lekker veel te maken, want de winter komt weldra. Eendenpaté, vegetarische paté, kikkererwtenkoekjes met kruidenhangop. De slacht van een eend voor een cassoulet. gelakte eend à la Santi, voor de oosterse touch. Het wordt allemaal verwoord in duidelijke en makkelijke recepten.

Het vijfde hoofdstuk gaat over de winter, met gegratineerde groene kool met beurre café de Paris, een klassiek aardappelgratin met knoflook, huisgemaakte varkensworst en ravioli’s gevuld met kastanjepuree. Alles is even smakelijk.

Echt Eten 2, als Jon in Frankrijk is een vrolijk boek. Je proeft de gerechten. Je ervaart de passie en liefde, waarmee Jonathan zijn producten verzamelt, ermee kookt en ervan geniet met zijn dierbaren. Het boek is ook helemaal in de stijl van Jonathan, volgens de seizoenen, met uitleg over de producten en niet gerangschikt op zoet of zout, maar gewoon lekker door elkaar. Chapeau. Een boek waar je je meteen bij thuisvoelt. Het zelfde gevoel als je aanschuift bij Vork&Mes op zo’n januari dinsdag in Hoofddorp. Dit inspirerende boek  krijgt een mooie plaats in Gereons Keuken Thuis.

 foto: sfeer bij Vork&Mes

Echt Eten 2. als Jon in Frankrijk (ISBN 978904520418-5) is een uitgave van Karakter Uitgevers, www.karakteruitgevers.nl en kost € 29,95

 

Varkenshaas met jeneversaus

 foto: Hooghoudt No 67

Het is er echt zo’n maandag voor. Grisaille buiten, druilerig weer. Een maandag die vraagt om stevige smaken van bij ons. Ik trof in mijn ijskast nog een flesje jenever van Hooghoudt aan, no.67 uit het #allyouneedisfoodpakket van Kroon op het Werk. Nu ben ik meer een wijn-dan een jenever drinker. Dus lonkte het flesje naar me: “Kook met mij!”  dat is niet tegen dovemansoren gezegd..

Geïnspireerd door het wonderschone stadje Lier, dat ik vorige week bezocht, bedacht ik ineens een leuk gerecht met Belgische trekjes. Varkenshaas met jeneversaus en room. Een saus met stevige smaken van jeneverbes uit de Kempen, een schep mosterd en wat champignons. Wat fritten erbij en deze maandag kan niet meer stuk. We drinken er een glas Kempisch bier bij, Corsendonk.

Nodig 4 personen:

2 varkenshazen in stukjes.

1 el jeneverbessen

1 el zwarte peperkorrels

2 el bloem

1 glas jenever

1/2 bakje champignons

1 el Dijon mosterd

boter

peper en zout

gehakte bieslook

5 el crème fraîche

Bereiding:

Doe de jeneverbessen en peperkorrels in een vijzel en wrijf ze fijn. Meng 1 el van dit mengsel en een snuifje zout door 2 eetlepels bloem en wentel de varkenshaas stukjes er doorheen. Verhit een flinke klont boter in de pan en bak het vlees aan. Haal het vlees eruit en zet afgedekt weg. Snijd de champignons in plakjes en bak deze kort in het hete braadvet. Blus af met een glas jenever en laat kort sudderen. Voeg de crème fraîche toe, nog wat van het peper/jeneverbes mengsel en een lepel mosterd. Laat kort doorwarmen. Leg het vlees terug in de saus en warm nog even mee. Maak op smaak met wat zout.  Serveer de varkenshaas met wat saus op een bord. Bestrooi voor de kleur met wat gehakte bieslook.

Beaujolais

 foto: Juliénas vieille vignes

Op naar hotel Casa400, in het alsmaar veranderende Amsterdam Oost. Stek waar ik in mijn studententijd woonde. Nu het podium voor een groot aantal Franse wijnproducenten, die samen met Sopexa hun waar etaleerden. Deze editie van France-Vins stond in het teken van de Beaujolais. Extra aandacht voor de wijnen en producenten van deze regio. De Beaujolais, een door mij vaak bezochte streek tussen Mâcon en Lyon. De glooiende heuvels tussen de uitlopers van het Centraal Massief en de Saône vlakte. In de verte doemen de toppen de Alpen op.  Een slordige 18000 hectare gamay druiven (de helft van het wereldtotaal aangeplante gamay druiven) voor de fruitige en robuuste rode wijnen uit deze streek, voor de appelations en crus. 105 miljoen flessen wijn jaarlijks, waarvan 40% naar het buitenland gaat. De Nouveau voorop. Japanners zijn er dol op. maar er is veel meer dan de primeur. Nederlanders gaan vooral voor de Beaujolais Villages en de 10 crus uit het noorden van de streek.

De druiven in de Beaujolais worden met de hand geplukt, waarna ze ongekneusd in de cuve terechtkomen om te gisten. Dit is een methode, specifiek voor de Beaujolais.  De spreker van Inter Beaujolais verzekerde het publiek, dat 2014 een mooi jaar zal worden, met geraffineerde wijnen en zijdeachtige tannines. Dat belooft nog wat.

Vervolgens kwamen de tien crus van de Beaujolais aan bod. De zachte en subtiele wijnen uit Régnié, Brouilly en Chiroubles. De aromatische en ronde smaken van de Côte Brouilly, Fleurie, Saint Amour en Juliénas. De laatst genoemde wijn is een blijvertje in Gereons Keuken Thuis. Ik koop deze vaak bij domaine la Rizolière in Veauxrenard. En ten slotte de crus met body en kracht, Chénas, Moulin à Vent en Morgon.

Na de interessante lezing was het proeven geblazen op de vloer. Ik proefde een Juliénas van domaine Bertrand, domainebertrand.fr gemaakt van vieilles vignes. Stevige structuren. Bij Marc Theissen van Château de Durette, chateaudedurette.eu proefde ik een vrolijke Fleurie, le petit Cuberdon. Vernoemd inderdaad naar de neusjes uit Gent. En de twee maal Moulin à Vent. Met en zonder hout. Beide producenten zijn nog op zoek naar een impoerteur voor Nederland. Wie o wie?

Nieuw in de Beaujolais zijn de wijnen van de gamaret druif. Ik kwam ze meerdere malen tegen en moet zeggen, dat ik er niet zo enthousiast over ben. Ach, wie weet moet deze Zwitserse druif zich nog bewijzen. Net zoals de gamay druif dat al heel lang doet voor deze streek. Dat de Beaujolais meer is dan de nouveaux werd weer eens duidelijk bij France-Vins. Er valt nog heel wat te ontdekken.

Een salade Beaujolaise hoort gewoon bij deze wijnen. Stevige salade voor hongerige werkers in de wijngaarden. Om geklieder te voorkomen met een gepocheerd ei, maak ik er een oeuf croustillant bij.

Nodig voor 4 personen:

1 krop frisée sla

1 krop eikenblad sla

250 g gerookte spekjes

3 sneden oud witbrood

4 eieren

olijfolie

2 tenen knoflook

1 el mosterd

rode wijnazijn

1 tl dragon

bloem

peper en zout

Bereiding:

Bak de spekjes uit en laat uitlekken op een stuk keuken papier. Pluk en was de salade. Snijd het witbrood in blokjes en bak er krokante croutons van met wat uitgeperste knoflook. Maak van de olie, azijn mosterd en dragon een dressing.

Verhit een ruime hoeveelheid  olie in een diepe pan.  Breek de eieren één voor één in het vet. Bestrooi de boven kant met wat bloem en draai het ei om. Bestrooi ook de andere kant met wat bloem en draai nog eens om tot er een mooi krokant ei ontstaat. Laat de eieren uitlekken op papier en bestrooi met zout en peper.

Doe de sla op 4 borden en schep de dressing erover. Daarna de spekjes en croutons. Erboven op komt het krokante ei.

Blue Monday

foto: Winter in de duinen van Overveen.

Het is vandaag de derde maandag van januari. Blue Monday in de volksmond. Een depressieve dag waarop de THT datum van alle goede voornemens een feit is. Een enkeling houdt het sporten, het detoxen, het afvallen en niet roken nog vol. Maar het gros van de voornemens sneuvelt op deze maandag. Er gaat weer een extra schep suiker in de caffé latte, Het fruit in de smoothie wordt vervangen door wat extra vette yoghurt en sommigen gaan weer roken. Geeft allemaal niets, want voornemens hebben de neiging hun glans te verliezen zodra ze tot de routine gaan behoren. Na alle droge bessen, quinoa korrels en grassappen zijn we toe aan substantieel eten. Snert, stamppot en winterse kost. Zelfs de TV kokkin, die op zondagmiddag met de producten van een Duitse discounter kookt is om. Zij maakte gisteren soep, erwtensoep. Ze besmeerde zelfs het roggebrood met wat boter, voordat ze het belegde met katenspek. Dat gebeurt zelfs in Gereons Keuken Thuis niet. Zo zie je maar alles heeft zijn THT. Ook de gezonde voornemens. Ik lach dan altijd in mijn vuistje, omdat ik deze gezonde voornemens nooit maak. Gewoon stevig doorstappen in de duinen en weg is de blues. Of in de morgen 1500 meter flink door zwemmen. Energie gegarandeerd.  Maar dat heb ik al vaker verteld. In mijn keuken ook geen pleziertjes, die schuldgevoel opwekken. Geen langzame sapcentrifuges. (gewoon een plastic dingetje om in de morgen een citroen mee uit te persen) Geen droge bessen om op te kauwen. Niets nada van dat alles. Gewoon eten en dat elke dag. Bijvoorbeeld blote billetjes in het gras, of een liaison dangereuse op je bord. Wat het laatste is vertel ik in mijn inzending voor het #foodblogevent van deze maand. Over het thema verbinding wordt nog hard nagedacht. Omdat het vandaag Blue Monday is een receptje uit mijn kook- en leesboekje. Een gerecht van mijn Betuwse grootmoeder. Hete bliksem met verse worst. Of voor de liefhebber bloedworst. Lekker stevig eten met een extra klontje boter.. We drinken er een stevig glas amberbier bij, zoals een De Koninck.

Nodig 4 personen:

1,5 kg kruimige aardappels

3 zure appels

3 zoete appels

1 potje witte bonen uitgelekt

nootmuskaat

1 klontje roomboter

50 g roomboter/ 1 el olie

1 dl warme melk

750 g verse worst

peper en zout

Bereiding:

Schil de aardappels en breng ze aan de kook met wat zout. Laat ongeveer in 20 minuten gaar worden. Bak ondertussen de verse worst in de roomboter/el olie en blus af met wat lauw water. Schil de appels en laat deze de laatste vijf minuten meekoken met de aardappels. Maak de appels niet te gaar, anders ben je de bite kwijt.Schep de appels uit de pan en houd ze even apart. Giet de aardappels af en maak er met de stamper puree van. Voeg de lauwe melk, boter toe en breng op smaak met wat nootmuskaat. Voeg daarna de nog warme appels toe en meng deze door de puree. Voeg als laatste de witte bonen toe. Serveer de hete bliksem met de worst en jus.

De laatste loodjes voor Kerstmis.

 foto: Euzones in Athene

Er wordt gezweefd in Gereons Keuken Thuis, er wordt gezwalkt. De laatste loodjes voor Kerstmis. Mijn bureau ligt vol lijstjes en kattebelletjes. Van een buffet à la Bourguignonne, zoals in de kerstspecial op lekkertafelen.nl naar een Easy Greek Christmas. Ik ben er nog niet uit, maar het begint te dagen. Vannacht zongen de kerstengelen me toe. In het Grieks wel te verstaan. Het kan dus verkeren. Lekkere simpele gerechten, snel klaar tegelijkertijd op tafel. Een beetje zon in deze donkere dagen. Een (buik) dansje bij de boom. Al dan niet met stukgeslagen borden. Hoppa. Een schaal met mezedes, zoals hummus, tzatziki, Gereons BBQ kaas, geroosterde groente en spinazieflapjes. Daarna een stevige kop groentensoep als velouté geserveerd. Dan keftedakia in stevige tomatensaus, brood en een boerensalade. Het dessert gekookte peren met noten honing en ijs. En een sterke koffie uit de briki toe. Als wijne een witte sauvignon blanc uit Nieuw Zeeland bij de mezedes, een rode Roussillon bij de keftedakia. Kannen ijswater.Dat lijkt me wel wat. Maar het is vandaag stormachtig weer en het kan verkeren. Ga er nog over slapen of beter gezegd dromen…

Om in Griekse sferen te komen een receptje voor lamskeftedakia.

Nodig voor 4 personen:

500 g lamsgehakt

1 ui gepeld en gesnipperd

2 aubergines

2 citroenen

4 knoflooktenen

5 takjes rozemarijn

5 takjes platte peterselie

1/2 tl paprikapoeder

1/2 tl komijnpoeder

1/2 tl gemberpoeder

5 el olijf olie

zout, peper

saté prikkers

Bereiding:

Week de saté prikkers in water. Rits de blaadjes van de rozemarijn en peterselie. Hak deze kruiden fijn. Bewaar wat kruiden voor garnering. Hak 2 tenen knoflook en een ui fijn. Meng in een grote kom het gehakt, de ui, de knoflook, de groene kruiden en de specerijen (komijn, gember en paprika) met een eetlepel olie goed door elkaar. Voeg ook wat peper en zout toe. Kneed het mengel om de saté prikkers, twee per persoon. Laat wat ruimte over om op de grill te kunnen draaien.

Pel en kneus de andere twee knoflooktenen. Meng deze met 4 el olie. was de aubergines en snijd deze in lange plakken. Bestrijk de plakken licht voor het grillen met de knoflook olie.

Steek de grill aan of je houtskoolbarbecue. Grill eerst de plakken aubergine 10 minuten per kant. Houd daarna lauwwarm onder aluminiumfolie. Daarna gaan de stokjes met de keftedakia op de grill. Totale baktijd is 12 minuten. Keer ze om tussendoor.

Serveer de stokjes met de aubergine op een mooie schaal. Knip er wat platte peterselie overheen en garneer met citroen parten.

* recept afkomstig uit mijn kook- en leesboek Gereons Keuken Thuis, nog als E-book verkrijgbaar.

Babas met rum en kaneel

foto: het paleis van Lunéville

Er broeit iets in Gereons Keuken Thuis. Je zou het revolutionair kunnen noemen. Tegen de regels van de ACBM  in is er toch een siliconen bakvorm de keuken in geslopen. Een bakvorm voor mini kouglofs, babas met rum of gewone Hollandse tulbandjes met rozijnen. Eigenlijk komt deze gekkigheid door mijn recente bezoek aan Lunéville, het Versailles van de Poolse koning Stanislas, die tevens hertog van Lotharingen was. Stanislas was een zoetekauw en volgens de overlevering tandeloos. Vandaar dat ene Madeleine hem verblijdde met zachte cakejes. Maar daar heb ik al eens over geschreven. http://gereonskeukenthuis.nl/blog/acbm-op-zoek-naar-verloren-tijden/

De hertog had de gewoonte zijn cakejes te dopen in Marsala wijn. Hierdoor ontstond later de baba, genoemd naar het sprookjesfiguur Ali Baba. Zoete tulbandjes gedrenkt in rumsiroop.  Een heerlijk nagerecht, dat ik proefde in Lunéville met dikke ongezoete room. Het is nu nog snel te maken voor de aankomende feestdagen. Geen gefriemel, geen fondant, geen roze accenten erop. Geen cupcakes. Gewoon cakejes in drank op je bord. In die zin kan de ACBM  hier niets tegen hebben. En wat erbij te drinken? Niets, want deze babas met rum en kaneel zijn eten en drinken tezamen.

Nodig:

2 eieren

150 g suiker

50 g boter

300 g bloem

scheutje melk

1 zakje bakpoeder

1/2 liter water

1/2 liter bruine rum

kaneelstokjes ter decoratie

1 tl kaneelpoeder

250 g suiker

grote schone pot

Bereiding:

Klop de eieren met de suiker schuimig. Voeg de melk bloem en bakpoeder toe en maak er een mooi glad beslag van. Verwarm de oven voor op 180 graden. Vet de tulband vorm in met boter en vul de vorm met het beslag. Bak de tulbandjes in 20 minuten af. Controleer met een satéprikker of ze gaar zijn. Laat de cakejes afkoelen. Voor de siroop doe je de suiker en een halve liter water in een steelpan en breng het aan de kook totdat alle suiker gesmolten is. Laat even afkoelen. Voeg kaneel toe en de rum en roer goed door.  Doe de tulbandjes in een schone pot en giet de rumsiroop erover totdat ze geheel doordrenkt zijn. Ter decoratie kun je nog wat kaneelstokjes toevoegen. En om het makkelijk te houden: kom je iets aan vocht te kort kun je nog wat rum in de pot gieten. Sluit de pot goed af. Laat de pot enkele dagen op een koele en donkere plaats staan.

 

 

Liever lokaal, 365 dagen per jaar.

 foto: Liever Lokaal

Texel, het Noordhollandse Waddeneiland, land van melk en honing, voor de kok die liever lokaal product gebruikt. Lokaal betekent voor de kok, dat je weet wanneer ze in het seizoen zijn.  Je koopt lekkere verse aardbeien direct bij de kweker, In de vroege zomer vind je veel producten langs de weg met rabarber of radijsjes. Alles direct van het land. Knisperend vers. Soms moet je ook wachten, als het voorjaar koud is, dan is het even geduld voor je kunt genieten van verse asperges. Appels zo van de boom geplukt. Dat is lekker lokaal.

Annette van Ruitenburg, René Zanderink en Elsje Bruijnesteijn zijn de schrijvers/ bedenkers en kokers  van het lijvige boek Liever Lokaal, 365 dagen per jaar. Een bijzonder boekproject, waar meer dan 3 jaar aan is gewerkt. Een basisboek over koken met lokale producten en over duurzame voeding. Geheel passend in de filosofie van de Slow Food beweging. In het boek lees je het verslag van jaren koken met al het moois dat in je directe omgeving is te vinden. het houdt rekening met de tijd van het jaar, feestdagen en bijzondere momenten in de streek waar de schrijvers wonen.

De schrijvers vinden lokaal eten van groot belang voor de leefomgeving. Evenals het onderhouden van het landschap en de natuur om hen heen. De makers van dit boek willen erbij zeggen, dat het hun bedoeling niet is om de alom aanwezige wereldkeuken af te vallen. Zij willen juist laten zien, dat je heel goed kunt koken met lokale bronnen. In het boek worden zoveel mogelijk lokale producten gebruikt, met uitzondering van bijvoorbeeld olijfolie en citroenen. Deze producten horen tegenwoordig ook bij de Nederlandse keuken. Het resultaat is dit bijna encyclopedische werk met fotografie van Ruth de Ruwe. Met een voorwoord van Carlo Petrini, de oprichter van de Slow Food beweging. het is het eerste boek dat de Nederlandse situatie beschrijft.

Het boek is ingedeeld in 12 maanden. Januari praat over fazant, schorseneer, Driekoningen. elk recept wordt kort ingeleid. In februari komen de ui en runderwang aan bod. En lees je en recept voor lokale kerrie. In maart steken de eerste hopscheuten hun kopje boven het hoofd. er zijn wilde ganzeneieren en langzaam komen de eerste lente gerechten op tafel.

April met verse heilbot, sardientjes en molsla. Mei de warme lentemaand  ansjovis, waterkers en vlierbloesem, dat tegenwoordig heel populair is. Juni is de tijd voor Opperdoezer ronde, tuinbonen en rabarber. Juli de volle zomer, er is in deze tijd te veel om op te noemen. Augustus, de spreekwoordelijke oogstmaand, inmaken, rog en tomaten. in september start de herfst met witte bonen, gerookte vis en wild konijn. Oktober geeft ons piccalilly, scholletjes en bockbier. Warme smaken. November de laatste herfstmaand met pompoen, boeren Goudse oplegkaas en regenboogforel. En dan de laatste maand van het jaar, december, winter- en feestmaand met worst, feestelijke gerechten en bijvoorbeeld palmkool. Zo is het jaar in Liever Lokaal rond en dan heb ik slechts een kleine overview gegeven. Naast een kookboek is het ook een weetjesboek. Gereons Keuken Thuis heeft nooit geweten dat er zoveel rondom huis te genieten en te gebruiken is. Met Liever Lokaal hebben Annette, Elsje, René en fotografe Ruth een standaardwerk over Slow Food voor in elke keuken neergezet. Chapeau. Maar lees en gebruik het allen zelf!

Liever Lokaal, 365 dagen per jaar (ISBN 9789059564893) is een uitgave van Fontaine Uitgevers, http://www.fontaineuitgevers.nl/ en kost € 34,95

Quiche Lorraine

 foto: detail kathedraal Metz 

Real men don’t eat quiche. Is dat zo? Als ik mezelf in de spiegel bekijk zie ik een echte man, die graag quiche Lorraine eet. Koud of warm. Niet verwonderlijk, want room en spek horen bij mijn dieet. Ik vertelde al eens eerder over mijn room-, spek- en kaaspasta. (overigens koud uit de ijskast niet te versmaden) De quiche is één van de grote gerechten van Lotharingen. Een streek, die bekend staat om zijn tourtes, hartige taarten. Lekker gevuld met een mengsel van room, spek en eieren. Een hele maaltijd op zich. De quiche Lorraine veroverde de wereld in de jaren tachtig. Als lunch, een punt van deze taart met een salade. In die tijd werd het gerecht nog gezien als light, zonder vlees. Vandaar dat echte mannen geen quiche eten. tegenwoordig bestaan er allerlei quiches, van zalm, met broccoli tot zelfs paleo met een bloemkoolbodem. Maar of de laatste een quiche is? Dan kunnen we discussiëren tot we een ons wegen. Dat is in ieder geval dan wel mooi meegenomen. Voorlopig houdt Gereons Keuken Thuis het bij de godfather of all, de quiche Lorraine. Bij deze doordeweekse verwennerij drinken we een witte pinot gris uit de Elzas.

Nodig;

125 g boter

250 g bloem

6 eieren

zout

250 g gerookt spek

15 cl melk

1 beker crème fraîche

150 g Gruyère of extra belegen Gouda

nootmuskaat

boter en bloem om vorm mee in te vetten

Bereiding:

Meng de klontjes boter, bloem, zout en een theelepel water tot een soepel deeg. laat het deeg goed afkoelen in de ijskast. Rol daarna het deeg uit. Beboter een vlaaivorm en bestuif deze met wat bloem. Bekleed de platte vorm met deeg, druk het deeg aan en snijd het overtollige deeg weg. Prik enkele gaatjes in de bodem. Verhit wat boter in een pan en bak de grof gesneden stukjes gerookt spek uit. Laat uitlekken op keukenpapier. Meng de overgebleven vijf eieren in een kom met de crème fraîche melk en kaas. Breng het geheel op smaak met een snufje zout, peper en nootmuskaat. (Let op dat het niet te zout wordt) Voeg de gebakken spekjes toe aan het mengsel en giet het in de taartvorm. Bak de quiche Lorraine in drie kwartier af op 200 graden.

Door de site te te blijven gebruiken, gaat u akkoord met het gebruik van cookies. meer informatie

De cookie-instellingen op deze website zijn ingesteld op 'toestaan cookies "om u de beste surfervaring mogelijk. Als u doorgaat met deze website te gebruiken zonder het wijzigen van uw cookie-instellingen of u klikt op "Accepteren" hieronder dan bent u akkoord met deze instellingen.

Sluiten