Maarten van Rooy, Asturiaanse vis in cider

 foto Maarten van Rooy

Maarten van Rooy is een schoolkompaan van me uit Brabant. Hij is een veelzijdige man, die Nederlands studeerde in Nijmegen, schrijft, een reclamebedrijf heeft. Hij deinst zelfs niet terug voor een eigen kledingcollectie en een fietsontwerp. Hij verblijdde me onlangs met zijn boekje “DE WEG VOORBIJ NAAR SANTIAGO DE COMPOSTELLA (ISBN: 978-90-817282-1-8) over zijn fietstocht over de al meer dan 1000 jaar oude pelgrimsweg. Wat een dappere tocht. Eerder schreef ik hier al over in mijn blog. Want Maarten kent veel passies waaronder stieren en fietsen. Daar kan hij zelf natuurlijk héél veel over vertellen. Ook over zijn nieuwe project, het grote kunstwerk Santiago Codex. Ik beloon Maarten met een recept. Wordt het iets van een Flandriën of juist een Spaans gerecht? Ik heb gekozen voor het laatste. Ik hoop dat het hem zal smaken.

Wie is Maarten van Rooy. Vertel eens iets over jezelf?

Een aardige jongen, al zegt hij ’t zelf. (Eigenlijk staat er veel van in ‘De weg voorbij”, mijn boekje.) Een jongen van het Brabantse land met een grote liefde voor landschappen -de weidsheid van de Franse vooral- die veel nadenkt als hij op de fiets onderweg is, of als hij sowieso onderweg is. Iemand die het adagium “Een koe verkocht, is een koe verkocht” huldigt, die wars is van gezeur en gepraat over nix. Die zich verwondert en ergert over openlijk met hun linkse politieke voorkeur koketterende graaiende bestuurders en politici, die maar niet kunnen uitleggen waarom zij alles boven het minimum, vooruit modaal, toch naar zich toe blijven halen, terwijl zij toch vechten voor de armen en al die mensen die het zo slecht hebben. Practise what you preach, dus. Je kunt overal eindeloos over praten en nadenken, maar de koeien moeten wel om zes uur gemolken worden, anders komt er onrust in de stal. Ik ben iemand met grote achterdocht t.o.v. al die zelfbenoemde kenners, managers en types die geen antwoord hebben op de vraag:”Was haben Sie studiert, damit Sie das alles wissen, und wir nicht?”
Stier. Ik hecht aan authenticiteit. Toneelspelen kan ik niet, maar van huis uit heb ik meegekregen hoe je te bewegen tussen de mensen en in beginsel respect te hebben voor iedereen. Daar voel ik me heel prettig bij. Ik kan genieten van het zijn onder de boeren, in de stal, op het land tussen het koren, maar ook van contacten op de sociëteit en in het bedrijfsleven, waar ik met mijn klanten ondersteun.
Mijn sterrenbeeld is Stier, maar vooral ben ik gek op stieren. Dat was vroeger al, dat blijft. Stieren zijn zoals ze zijn. Kracht, sterk, stoer, kalm, ‘bodenstaendig’, beschermend, aanwezig, bepalend. Mij spreekt dat erg aan. Buiten dat zijn het zo’n mooie beesten

Wat doe je op dit moment? Wat houd je bezig?

Nadenken over hoe ik in basaal existentiële zin een situatie kan scheppen, waarin ik geen dagelijkse bemoeienis, zeg zorg, over het materiële aspect in mijn bestaan heb. Verder doe ik maar wat. Ik ben een vliegende kraai die altijd wel wat vangt. Ik probeer het mezelf en de mensen om me heen een beetje naar de zin te maken. Op een manier die past bij mijn karakter en gezichtspunten. Ik denk dat als iedereen het zo zou doen als ik dat er een hoop minder gedoe en een hoop meer plezier onder de mensen zou zijn. Maar zo werkt het natuurlijk niet. Om met Johan Cruijff te spreken: “ D’r is iemand die het regelt”. Ik ben er nog steeds van overtuigd dat zoals ik het doe je het moet doen, want anders zou ik het niet doen.”

Vertel eens iets over je interesses? Hoe zijn die ontstaan?

Mijn interesses zijn er vele. Als kind wilde ik alles weten en vond dat de grote vakanties in de zomer veel te lang duurden. Dat hield op. Ik denk dat veel belangstelling te maken heeft met de wereld waarin ik ben opgegroeid, op de boerderij, altijd levende have, veel mensen, ook kunstenaars en mensen uit het politieke leven en bedrijfsleven, de scholen en de onderwijzende mensen, het gymnasium en de nieuwe werelden die ik daar tegenkwam, de universiteit en de zelfstandigheid die ik als jong mens al vroeg wilde. De kunst heeft me altijd getrokken, zonder me in de details en de veelal onmogelijke praat van derden te verdiepen. Ik keek altijd naar wat er werkelijk was en maakte daar mijn eigen verhaal van. Dat doe ik nog steeds.

Wat zou je doen als je één keuze had tussen schrijven en fietsen? Wat was je dan geworden? Geen compromis mogelijk.

Fietsen, want tijdens het fietsen schrijf je de hele dag, automatisch, in je hoofd.

Je komt over als een heel rustig en beschouwend persoon, toch weet je veel schwung in boek te brengen. Hoe doe je dat?

Geen idee. Ik schrijf zoals ik spreek denk ik, als ik iets vertel. Een soort parlando. Met staccato zinnen. Ik laat me niet leiden door ‘wat anderen ervan vinden’. Ik schrijf op wat ik denk en voel en vooral niets gezochts. Ik denk dat een goed verhaal direct wordt herkend door de lezer, als het echt is. Gekunstelde dingen pik je d’r zo uit. Dat geldt, hoe raar het misschien ook klinkt, voor SF, of bijvoorbeeld Harry Potter. Als het echt ‘beleefd’ is, dat wordt het echt. (Ik vergelijk het vaak met het gekunstelde in matig toneel. Dat koop je niet, onbewust en bewust.) Van mijn peettante weet ik dat ik urenlang met mijn oma kon vertellen en praten, toen al. Ik vind het op zijn tijd prettig iets te vertellen en de daaraan verbonden gedachten en inzichten voor te leggen. Ik heb de neiging nogal uit te wijden. Toen ik mijn boekje schreef, 20 jaar geleden, heb ik dat gedaan op basis van mijn notities onderweg naar Santiago de Compostella. Die wilde ik zo kort en beeldend mogelijk houden, zodat er ruimte bleef voor mijn herinnering en fantasie. Dat is aardig gelukt, begrijp ik van lezers.
Het bijzondere is dat ik het boekje, of delen ervan, vaker heb teruggelezen en steeds weer verrast ben over wat er staat. Alsof het door een ander is opgetekend, waarbij ik steeds denk: “Zo is het”, of “mooi gezegd” o.i.d.. In die zin staat het van mij af, terwijl het van mij is. Daar ben ik wel tevreden over. Het werk staat op zich, zou Kees Fens gezegd hebben.

Wat is minst aantrekkelijke kant van het schrijven van een boek voor jou?

Ik ben ongeduldig. Als ik weet hoe iets moet, als het in het hoofd zit, moet het nog op papier gezet worden. Dat duurt nu eenmaal lang. Het liefst zou ik een printer aan mijn hoofd pluggen zodat het uit mijn hersenen in een keer staat afgedrukt, dan wel op een USB stick kan worden gezet. Het is een soort van dubbel,werk en daar heb ik altijd een hekel aan gehad.

En wat is de meest aantrekkelijke kant van fietsen voor jou?

Er is geen kunst zo mooi als de landschappen waarin je fietst, je onderweg bent. Kunst kan je laten dromen van dat waar je met de fiets werkelijk middenin zit. Ik fiets altijd zonder bril, het liefst met zo min mogelijke kleding. Dan zie je de wereld zoals die voor jou zich openbaart en je voelt hem. Dat kan alleen de beste kunst benaderen. Inderdaad er is geen groter kunstwerk dan de natuur, de wereld.

Staan er nog andere projecten op stapel?

Ik denk na over een boek dat over het koren gaat, graan, experimenteel, een boek dat je in een trance brengt door de regelmaat van taal en kleur. Misschien wel in samenwerking met Constantijn Molenkamp, die “De weg voorbij naar Santiago de Compostella’ als inspiratie heeft gehad voor zijn Santiago Codex: een werk van 19 schilderijen, gebaseerd op de 19 dagen uit het boek, 80 x 80 cm per schilderij, met daarnaast de tekst van die dag, integraal, uit het boek. Een Gesammtkunstwerk van 30,4 meter! Dat is indrukwekkend. (Zie Facebook voor beeld: Maarten van Rooy) Zoiets wil ik nog wel weer eens maken. En gedichten, denk ik, die heb ik nogal wat, maar nooit gebundeld. En voor de rest zie ik wel wat er op mijn pad komt. Ik heb een goeie engelbewaarder, ik hoop dat i nog lang goed voor me zorgt.

Wat vind jij een goddelijke maaltijd?

Gisteren, 13 mei: Asperges van mijn eigen bed, aardappelen, ei, ham, boterjus, (truffel)mayonaise. Dat nu, in de lente. Hangt helemaal van stemming plaats en tijd af. Maar het allerlekkerste is friet met ietwat zure, goudgele mayonaise, zelfgemaakt, uiteraard. Dat kan ik altijd eten. Goeie, zelfgemaakte friet gebakken in het juiste rundsvet, en goddelijk zuurvlees. Man daar kan in de verste verte niets tegenaan.

En natuurlijk welke wijnen, ik weet dat één keuze niet mogelijk is?

Bordeaux en Bourgognes als het om rood gaat Die hebben toch uiteindelijk wel mijn voorkeur, zeker na alles wel doorgeproefd te hebben. Spaanse reserva’s trouwens en mooie Italianen.
Wit dan zit ik in Duitsland, Reingau, Mosel Saar Ruwer, Nahe, Sancerre, Bourgogne

Wat lust je echt niet en waarom niet?

Tripes, orgaanvlees dat soort zaken. Ondanks dat ik thuis het slachten heb gezien en alles als kind zou hebben moeten aangeleerd gekregen is dat iets wat ik alleen in uiterste nood zou eten, als het om het overleven gaat.

Je hebt een boek geschreven over je fietstocht naar Santiago. Waar ga je het liefst naar op reis?

Het liefst ben ik onderweg in de zomer, met de fiets, de auto, van plaats naar plaats, op het gemak, kijkend naar de omgeving, zoekend naar musea, mooie plaatsen, naar het magische van tijd en plaats. Dat kan overal zijn, want dat is er overal.

En als je niet zou kunnen reizen hoe zou je dat dan vormgeven?

Dan reis ik in mijn hoofd en schrijf het op. Nu hier stil zittend achter mijn computer, kijk ik uit over het prachtige lenteland in een Brabants coulisselandschap, strakke lucht, nog niet warme zon, lentelicht en ik ben de wereld al rond geweest en ben al buiten de dampkring gegaan. Dat houdt nooit op. In een seconde kun je in je hoofd misschien wel meer reizen dan je in een heel leven lang kunt, ook al zou je elke dag op reis zijn. Wat ik trouwens wel vaker denk dat ik ben…

Wil je nog iets anders vertellen….delen?

Als er lezers zijn die specifieke vragen hebben, met genoegen.

foto de Santiago Codex

HET RECEPT  “‘Asturiaanse vis in cider”

In eerste instantie had ik in mijn hoofd om voor Maarten een recept met bloedworst van de Vlaamse kermis of pens op Madrileense wijze te schrijven. Uit zijn antwoord hierboven blijkt dat dit soort eten voor hem een “in uiterste nood” voedsel is. Het werd uiteindelijk vis in cider op Asturiaanse wijze, een gerecht uit een streek met veel groen en weidse uitzichten over zee, waar Maarten met zijn rurale hart zich zeker thuisvoelt.
Erbij drinken we een witte Albariño wijn uit Gallicië, Rias Baixas. Deze druivensoort wordt op hoge ranken geteeld, zodat het vocht de druiven niet aantast en zij door de zon kunnen rijpen. Een frisse wijn uit het groene Spanje, met tonen van peer en een klein bittertje.

Nodig 4 personen:

800 g kabeljauw of ander witvis
400 g aardappelen in kleine blokjes
2 sjalotjes gesnipperd
1 prei gewassen en in ringen
2 tenen knoflook
250 g venusschelpen
300 g mosselen
4 langoustines
5 dl cider brut
1 dl olijfolie
roomboter
bloem
1 tl gedroogde selderij
peper zout
gehakte peterselie

veldsla
waterkers
olijfolie
appelcider azijn
peper zout
gebakken croutons

Bereiding:

Dep de vis droog en wrijf de vis in met peper en zout. Wentel de vis door de bloem. Verhit wat olie met een klontje roomboter en bak de vis aan beide kanten. Niet te lang! Haal de vis uit de pan en leg apart in een ovenschaal. Controleer de schelpen op versheid door te tikken. Bak in de olie van de vis de aardappels aan en voeg de preiringetjes, sjalot, knoflook, gedroogde selderij en schelpen toe. Dek de pan af en laat het geheel even sudderen. Schud tussendoor. Voeg de cider toe en verhit. Giet de cidersaus met aardappel en schelpen op de vis in de oven schaal. Verwarm het geheel nog tien minuten in een oven op 175 graden. Verwarm een grillpan, bestrijk de langoustines met wat olie en grill ze kort. Haal de schaal uit de oven en serveer de visschotel met de langoustines. Bestrooi met peterselie. Erbij een frisse salade van waterkers en veldsla -een dressing van olie, ciderazijn, peper en zout- met croutons.

Buen Provecho!

Ouvrez les rideaux, oesters uit de oven.

 foto: St. Tropez tijdens zeilevenement

In colonne rijden de auto”s aan het einde van de middag over de D559 Saint Tropez binnen. Het seizoen is nu echt begonnen. Les rideaux sont ouverts en iedereen is in dit kleine vissersdorp welkom om te komen kijken of zich te laten bekijken. Als een grote witte spiegel liggen de gepoetste, (charter) jachten tegenover de roze gevels van de haven. De terrassen zitten vol en iedereen slentert heen en weer over de kade. Ik vraag me wel eens af wie nu naar wie komt kijken. Het Franse gezin, moeder opgedoft, vader een kek linnen sjaal en plaatjes van kinderen naar de schepen of de toeristen op de jachten naar het toneelstuk dat zich op de kade afspeelt. Ik denk beide. Saint Tropez geeft ieder het gevoel mee te mogen doen in deze show en dat al sinds de jaren zestig. Hoe groot is het contrast van de haven met de oudere boeren die pétanque spelen onder de platanen van de Place des Lices. Dit is de andere kant van Saint Tropez, het agrarische, de vissers en de wijnen. Een mooie combinatie van `brouhaha` in de haven en de de kalme pas van het Zuid Franse leven. Iedereen kan dus als eigen God leven in Frankrijk. Vandaag gevulde oesters uit de oven. We drinken er een rosé uit de golf van Saint Tropez bij, what else?

Nodig 4 personen:

1 dozijn oesters
3 sjalotjes
bosje peterselie fijngehakt
100 g boter
peper
zout
1/2 Spaans pepertje
2 el paneermeel

Bereiding:

Snipper de sjalotjes fijn. Snijd het Spaanse pepertje in hele kleine stukjes. Meng de peterselie, Spaanse peper en sjalot door de boter. Voeg weinig peper en zout toe. Leg de oesters op een met aluminium folie bedekte bakplaat. Verwarm de oven op 180 graden en zet de plaat erin. Haal de oesters eruit als ze open zijn en haal de bovenste schelp eraf. Kijk hierbij uit dat je jezelf niet brandt!!
Vul de schelpen met het botermengsel en strooi er wat paneermeel over. Zet hierna nog enkele minuten onder hete grill. Serveer daarna direct.

Salade “la Victoire”

 

 foto: Fréjus

In Fréjus vertoeven is geen straf. Het zonnetje schijnt. De zee is blauw. Alle clichés zijn waar. Je bent gewoon in de Provence. In tegenstelling tot andere vakantie appartementen heeft het onze in verhouding een grote en goed uitgeruste keuken. Ik kan dus mijn “kook” hart ophalen. En niet te vergeten de overvloedige aanwezigheid van heerlijke ingrediënten. Kaasjes, vlees, groenten en olijfolie. Kom daar maar in Nederland om. Gisteren ontdekte ik bij toeval dat de duintjes achter het strand vol staan met wilde kruiden. Rozemarijn, venkel en tijm. Dat wordt dus plukken de komende dagen en experimenteren. Voor de eigenaars van dit leuke appartement heb ik een salade bedacht. Een rijst salade “la Victoire”, vrij naar de naam van het gebouw. Een koel glas rosé van Château Minuty uit de baai van St. Tropez erbij. Wat wil een mens nog meer?

Nodig 4 personen:

2 el kappertjes
bakje kerstomaatjes
300 gram gekookte rijst
8 ansjovisfilets
1 rode ui
2 tenen knoflook geperst.
1 blikje erwtjes
150 g chorizo in blokjes
peterselie gehakt
2 tl Provençaalse kruiden
zout en peper
EV olijfolie

Bereiding:

Voeg alle ingrediënten in een saladekom samen en meng goed. Let op dat de ansjovisfilets zijn afgespoeld. Voeg zout en peper toe en giet er een flinke scheut olijfolie over. Deze salade smaakt goed bij gegrilde lamskoteletjes.

Gesprekken en gerechten: Frances Mayes and her recipe

photo Frances Mayes (source internet)

For years I have been an ardent reader of the books of the American writer Frances Mayes, who wrote Under the Tuscan Sun, a stunning memoir on restoring a derilict villa in Tuscany and how to fill in her new Italian life. For over 20 years she has given her readers much inpiration out of the Tuscan land. I read on her weblog,www.francesmayesbooks.com that coming 13 March 2012  a cookbook with her Tuscan recipes will be given to the light, a saying of giving birth In Italy, dare alla luce. Suddenly I got the idea to invite Frances Mayes for my series “gesprekken en gerechten” (conversation and recipes) Based on the answers she gives I am going to conceive a recipe, that  I hope will please her. I chose for a surf and turf dish with an tomato/mascarpone sauce. The turkey meat and crayfish have both conquered the European menu, coming from the New World. And what to think of the pommodori? These are the quintessence of so many Italian dishes  Ofcourse there is no meal without wine. In my opinion a young Morelino de Scansano will pair with the dish. This wine is made from the Sangiovese grape in the coastal region of Maremma. This wine is not stocked on wood and bottled after 8 months. Serve this wine slightly cooled.

Who is Frances Mayes and What would you like to share with us? 
Writer, traveler, reader, cook. I live half and half in Tuscany and North Carolina, where my family is. I’m exceptionally lucky to be married to Ed, poet and fellow-adventurer. We never forget that life is to savor and rejoice in.

You were a teacher in San Fransisco, creative writing, how did this help to start an new life as a writer?
I’ve been a writer since I was nine years old. My teaching career built up a helpful knowledge of how other writers write. I learned to read anew–once for pleasure, again to see how the writer did it. I wrote a book, The Discovery of Poetry, that quantified my knowledge of the craft of a poem. Working with young writers was always stimulating–seeing them catch what I said and run with it. I quit teaching a decade ago to devote myself to full-time writing. I don’t miss teaching at all–23 years was good.

You wrote that at first you liked the calm pace of the Italian land compared to the frantic life in San Fransico. Now you live in North Carolina. Is there still such a difference?
My social life in Italy has become formidable! So now, North Carolina, where I’ve lived only six years, is my peaceful place.

You invested a lot of energy in restoring houses. In an other life, would you like to be a “geometra”?
I’ve a shadow career always haunting me: architecture. I’ve studied it always and love to travel to see buildings. I like interior design too and have a line of furniture, At Home in Tuscany, from Drexel Heritage. I like houses that ARE the inhabitant, not super-designed places that could be anyone.

Your prose speaks to the imagination, certainly with me. How do you do that?
Thank you! I like to work with images because they make direct contact with the senses of the reader.

My parents were/are very French oriented. The last two decades there has been a shift from French to Italian cuisine, certainly in my generation. How does it feel to be one of the pioneers in this field?
Cooking has been enlightening in Italy–the simplicity that’s possible with prime ingredients and a good way with them. Early on, I studied cooking with Simone Beck, partner of Julia Child, in Provence, an area so close to Italian cooking. I still love French food–and Moroccan, Chinese, Mexican, Thai–but for day-to-day, Italian is best.

On Italian society, you’ve called it homogeneous. Did you experience change in the last two decades?
Oh, yes, yes. The entire world is changing fast. Everywhere there are people who are from elsewhere–and in Italy I’m one of them! Right now in Italy, there’s a big influx of Romanians, who blend well, though one of my neighbors calls them “red face.” Immigration has been hard for Italy because for so long they were the immigrants but no one came to their soil.

What do you miss from the US being in Italy?
Only friends and family and my farm.

Culinary speaking, you have quite some experience in Tuscan cooking now, which one is your favorite recipe? 
That’s impossible to say! Love the pastas, the gelato, and most of all the plethora of vegetables from my garden. The big pork roasts, the pizza, guinea hen, figs, plums—everything!

Corn, tomatoes, eggplant are all from American descent. Italians gave an own twist to it. What can they learn form someone from the South like you?
Not much! They know everything! When I’ve served classic southern desserts such as pecan pie or caramel cake, they push it away after two bites. Too sweet. I’ve planted American corn and have had no success. “This is for pigs!” they say wonderingly. I think they would like, if I made it, our low-country boil, hush puppies, shrimp and grits, maybe fried chicken.

Last but not least, do you want to share anything else in my blog? Please be welcome 
I meet many Dutch people in Italy. You all are great travelers. I hope to get back there on a book tour sometime–have been only once.

Your dish I will give a litlle hint will be Italo Southern style. This for me will be quite a challenge.
I look forward to tasting it!

photo Sunday morning at home

Thus for Frances a recipe from under the low Dutch sky, with American origins and a dash of Tuscan sun.

The recipe:

Ingredients 4 persons:

4 turkey breasts
5 oz crayfish
1 bunch of parsley finely chopped
4 thin slices of smoked bacon
salt, pepper
2 tbs olive oil
knob of butter

1 can of peeled tomatoes
1 sweet onion finely chopped
2 garlic cloves
salt, pepper
dired oregano
4 oz of mascarpone cheese
2 tbs of cream
olive oil
1 glass of white wine

2 oranges
2  heads of radicchio
1 cup of  roasted walnuts
salt, pepper
3 tbs olive oil
1 tbs of walnut oil
2 tbs of induced balsamic vinegar or crema di balsamico
a little dash of dried oregano

Preparation:

Cut the turkey breasts in halves an put them between two sheets of clinging foil. Flatten the meat by using the back of a pan. This is always fun to do. Season the meat with some pepper and salt. Put the crayfish and finely chopped parsley on top of the meat and roll the meat tightly around the crayfish. Cover the rolls with the bacon. Put together with a wooden stick. Heat some oil and butter in a frying pan and fry the rolls of meat quickly until brown. Put them on an oven dish and keep warm in the oven on 176 degrees. (80 Celsius)

In another pan fry the finely chopped sweet onion and garlic in some oil. Add the peeled tomatoes and a glass of white wine. Season with salt and pepper. Add some oregano. Let this simmer for a while. Whisk the cream and mascarpone in a bowl to loosen up. Strain the tomato sauce through a sieve. Do not bring the sauce to a boil again and mingle bit by bit with the cream/mascarpone.  (cover to keep warm)

Peel the oranges and cut them in nice thin slices. Cut the radicchio in pieces. Put both in a salad bowl and top with the roasted walnuts. Make a vinaigrette from the oils and induced balsamic vinegar. Season the salad with some salt an freshly ground pepper. Add a dash of dried oregano. Pour the dressing on the salad in tiny drips, so that the oil and balsamic vinegar seem to appear as drops.

Get the turkey rolls from te oven and put them on a plate. Cover with the creamy tomato/mascarpone sauce. Add some of the salad. (or in a separate plate)

Imam bayildi inspiratie voor een aubergine gratin

foto: klokkentoren St. Tropez

Een week of wat geleden heb ik een kookboek op de kop getikt, Griekenland thuis, vol met recepten zoals er voorheen werd gekookt door vooral Griekse moeders. Eén van de recepten in het boek is “imam bayildi” of in mooi Nederlands de flauwgevallen priester. In dit gerecht worden gevulde aubergines in meren van olijfolie bereid. De naam kreeg het, zo zegt de overlevering, toen het geserveerd werd aan een imam. Of hij flauwviel vanwege het overdadige oliegebruik of  juist door de kosten ervan, is nooit opgehelderd.
Vandaag een recept voor een aubergine/tomaat gratin met basilicum. Een stevig vegetarisch gerecht. Erbij drinken we een rode Costières de Nìmes.

Nodig voor 4 personen:

2 middelgrote aubergines in plakken
500 g tomaten
125 g zachte geitenkaas
1 dl olijfolie
4 el crème fraîche
50 g geraspte Parmezaanse kaas
basilicum blaadjes
zout en peper

Bereiding:

Snijd de aubergine en tomaten in mooie dikke plakken. Verhit de olie in een pan en bak de aubergineplakken snel aan beide zijden aan. Laat ze daarna uitlekken op papier.
Scheur de basilicum blaadjes in stukjes en bewaar een paar voor garnering. Meng de basilicum, geitenkaas, Parmezaan en crème fraîche door elkaar en breng op smaak met peper en zout.
Leg een laag van aubergines en tomaten in een ovenschaal. Verdeel hierover het kaas- en roommengsel en dek af met weer een laag tomaat en aubergine (om en om). Sprenkel er wat olijfolie over en gaar het geheel in 20 minuten in oven  (180 graden)

Garneer met basilicum blaadjes. Serveer met een warme focaccia.

Uit Ricordi e Ricette, kalfsfilets alla pizzaiola

In 1999 was ik in Rome om stage te lopen bij de Banca d’Italia. In die tijd zat het eet- en drinkgen ook al stevig verankerd in mij. Ik zag op televisie een programma met Sophia Loren, die daar haar nieuwste kookboek, Ricordi e ricette, lanceerde. Ja want zo gaat dat in Italie. Je kon er niet aan ontkomen dat er een nieuw boek van deze diva verscheen. Daags erna lagen de boekhandels vol met dit kookboek. Dit was nu het souvenir dat ik mee zou nemen naar huis. Ik heb dit kookboek nog steeds en vind de Napolitaanse gerechten een lust voor het oog. Vandaag een recept geïnspireerd op dit boek, kalfsfilets a la pizzaiola. Het recept gaat uit van filets van de kalfsdij, maar in Nederland kun je het beste kalfsfilets, dun gesneden nemen. Mijn toevoeging aan de saus is een Spaanse peper om de saus iets pittiger te maken. Mijn wijnhint erbij is een Ciro, deze rode wijn wordt in de streek Calabrië gemaakt en is één van de oudste nog steeds gemaakte wijnen ter wereld. Onder andere wordt deze wijn gemaakt van de inheemse gallipoli druif. Een Zuid Italiaanse wijn vol fruit en stevige tonen voor bij de pittige tomatensaus.

Nodig voor 4 personen:

600 g kalfsfilet in dunne plakken
500 g gepelde tomaten (vers) of uit blik zonder pitjes
1 tl oregano gedroogd
1 bosje gehakte peterselie
2 knoflooktenen in plakjes
peper
zout
olijfolie
1 Spaans pepertje zonder zaadjes fijn gesneden

Bereiding:

Verhit in een grote pan de olie en bak hierin de met peper en zout bestrooide filets en de plakjes knoflook kort aan, zo’n 2 minuten per kant. Let op dat het vlees niet te droog wordt. Haal het vlees uit de pan en houd het warm onder folie in de oven. Bak in de vleesjus snel de fijngehakte Spaanse peper aan, voeg de tomaten, oregano en peterselie toe en laat 15 minuten sudderen. Doe de kalfsfilets in de saus en verwarm even mee. Eventueel nog wat peper en zout toevoegen. Garneer met nog wat verse peterselie
Serveer de Vitello alla pizzaiola met wat spaghetti.

Bron: Editore Gremese. ISBN 88-7742-386-2

Chocolat moelleux en Banyuls

Banyuls is een heerlijk rode dessertwijn. Voor bij een chocolat moelleux. Een vin doux naturel zoals de Fransen het noemen. Deze dessertwijn uit de Roussillon wordt gemaakt van de grenache noir druif. Tijdens de gisting van de most wordt wijnalcohol toegevoegd. De alcoholische gisting stopt en suikers blijven behouden. Daarna gaan deze wijnen rusten op bolle glazen flessen, die buiten staan. Misschien een verklaring voor het grote aantal wespen dat ik in Banyuls trof, toen ik daar eens in oktober was. Maar dat terzijde. Dit geeft de Banyuls de kenmerkende smaak.
Deze wijn wordt ook wel de partner van chocola genoemd. Vandaag, in het licht van de Ladurée blog eerder deze week een recept voor een chocolat moelleux dessert.

Nodig voor 4 personen:

2 grote eieren
25 g suiker
snufje zout
100 g pure chocolade
100 g boter
30 g bloem

4 ramequins (ronde ovenschaaltjes)
boter om in te vetten
bloem om te bestuiven
poedersuiker ter decoratie

Bereiding:

Verwarm de oven voor op 200 graden. Eieren met de suiker schuimig kloppen. Meng de bloem en het snufje zout er doorheen. Boter en chocolade samen au bain marie smelten. Eiermengsel toevoegen en alles glad roeren. Ramequins invetten en met bloem bestuiven. mengsel over bakjes verdelen. De ramequins 12 minuten in de oven bakken en beslist niet langer. De ramequins op bordjes omkeren en bestrooien met poedersuiker. Eventueel garneren met gedroogde abrikozen in stukjes.

Monte Bianchini, kastanjebergjes in een glaasje

Het is een keer tijd  voor een dessert. Een herfstdessert met kastanjes. In Nederland zie je weinig desserts met kastanjes. Daarom eens leuk om te proberen. In het recept wordt gebruik gemaakt van een heel ouderwetse draaizeef, waarmee vroeger appelmoes gemaakt werd. Het leuke van het gebruiken van deze draaizeef is dat je na afkoelen van de kastanjes de puree nogmaals door de grove zeef kan draaien en je leuke sliertjes krijgt. Natuurlijk kun je ook gewoon een keukenmachine gebruiken. Voor de knapperigheid voeg ik onderaan cantucini toe. We maken vandaag in plaats van een grote Monte Bianco een aantal Monte Bianchini Wijn erbij is een vin santo, versterkte witte wijn uit Toscane.

Nodig (4-6 personen):

500 g ongepelde kastanjes
1 eetlepel venkelzaad
4 el warme melk
2 el suiker
3 el cognac of rum
4dl slagroom
1/2 eetlepel poedersuiker
cantucini

Bereiding:

Kerf de kastanjes in met een mesje. Breng een pan water aan de kook met een snufje zout en het venkelzaad. kook de kastanjes in een uur gaar. Giet de kastanjes af en laat ze afkoelen. pel de kastanjes en verwijder ook de vliesjes.

Pureer de kastanjes met een fijne draaizeef of in de keukenmachine. Voeg de warme melk, suiker en cognac of rum toe.

Klop de slagroom met de poedersuiker lobbig.

Vul de glazen onderin met 1 of  2 cantucini koekjes. Schep het kastanje mengsel erop en garneer met een flinke schep slagroom.

Ook kun je op een bodem van de koekjes er één  berg van maken en er bovenop een flinke dot slagroom. Een echte Monte Bianco.

Recept uit de Toscaanse zon

Al jaren ben ik een fervent lezer van de boeken van Frances Mayes, die in de jaren negentig haar eerste boek een huis in Toscane schreef. Andere boeken over het goede leven in het stadje Cortona volgden. Frances Mayes is in staat  juist in deze natte wat donkere Hollandse zomer zon in huis te brengen. Dus: dek je tafel in vrolijke kleuren, butta la pasta (gooi de pasta in het water) en waan je even in de Toscaanse zon.

De antipasto van vandaag

Frutti di mare gegrild met rucola op pizzadeeg. Bijpassende wijn Verdicchio Castelli dei Jesi uit de Marche ( http://www.verdicchiowine.it/).

Bak pizza deeg en houd het lauw in de oven. Grill de zeevruchten en blus met ietwat witte basamico azijn. Versier stukjes pizzadeeg met verse rucola en doe er de warme zeevruchten op.

Buon appetito

Door de site te te blijven gebruiken, gaat u akkoord met het gebruik van cookies. meer informatie

De cookie-instellingen op deze website zijn ingesteld op 'toestaan cookies "om u de beste surfervaring mogelijk. Als u doorgaat met deze website te gebruiken zonder het wijzigen van uw cookie-instellingen of u klikt op "Accepteren" hieronder dan bent u akkoord met deze instellingen.

Sluiten