Chardonnay, wit uit de Mâconnais

 

Ik kreeg regelmatig een standje van mijn vader als ik “sjardonnee” zei terwijl ik Chardonnay bedoelde. Tegenwoordig weet ik beter. Voor veel wijndrinkers is de chardonnay druif vooral bekend door de wijnen uit de nieuwe wereld. Niet vreemd de druif is ook echt een globetrotter en wordt overal, van Australië tot Californië, verbouwd. Minder bekend is dat deze druif zijn naam aan het dorp Chardonnay in de Mâconnais dankt. Dit is begrijpelijk als je weet dat in de Bourgogne nooit de cépage op het etiket wordt vermeld.  Onlangs heb ik me, in een balorige bui, gemeld bij een grootverkoper met een vraag over chardonnay. Dit stond groot geschreven op het etiket van een fles crémant, die ik bij hun had gekocht.. De achterzijde van de fles vermelde produce of France. Dit kon dus een mousserende wijn zijn die overal vandaan kon komen. Ik vroeg of op het etiket de druif of het plaatsje werd bedoeld. Het antwoord was uit Bourgondië, de rest van het antwoord moesten ze schuldig blijven. Misschien kom ik het ooit nog te weten.
Van de chardonnay druif worden rond het dorp Chardonnay witte wijnen gemaakt. Eén van de producenten is het huis Talmard, dat is gelegen aan de binnenweg, D163 tussen Uchizy en Chardonnay. www.cave-talmard.com Onlangs heb ik dit domaine nog bezocht. De Talmards zijn al sinds de zeventiende eeuw in deze streek met wijnbouw bezig. In 1997 nam Mallory Talmard het stokje over van haar vader Paul. Nu produceert ze samen met haar Portugese man Benjamin op hun 30 hectare grote wijngoed een grote verscheidenheid aan witte wijnen. Te vermelden zijn onder andere de Mâcon-Montbellet, die onlangs een prijs heeft gewonnen. Hun Douceur d’ Automne, een late oogst, met een neus van vijgen voor bij foie gras. En natuurlijk de Mâcon Chardonnay Presse Silencieuse, een aanrader van vieilles vignes voor bij gevogelte en het lokale gerecht bij uitstek in het Saône dal, kikkerbillen.
Het domein Talmard is een aanrader om te bezoeken als je eens in de buurt bent. Neem de N6 van Tournus naar Mâcon en sla bij het truckerscafé  rechtsaf de weg in de richting van Uchizy en Chardonnay. Je komt dan vanzelf na een paar kilometer langs hun bedrijf waar je wordt begroet door hun grote lobbes. Er kan vanzelfsprekend, op welk moment van de dag ook worden geproefd.

Cave Talmard Mallory & Benjamin
71700 Uchizy – France
Tél. : (33) 03 85 40 55 57

Chasseurs de Mancey, karbonaadjes op jagerswijze

 

 foto: de bossen en velden rond Mancey

Als we op een avond wat staan te keuvelen met de buurvrouw komt er een jongen op een brommertje de hoek om gereden. Het is Théo, een jaar of zestien. Hij groet ons en glundert helemaal. Het is vakantie en Théo is mee op pad geweest met de jagers uit het dorp. Je kent ze wel van die Franse mannen in combat kleding met een oranje vestje erover. Dit om te voorkomen dat ze elkaar voor de raap schieten. Ondanks dat het geen jachtseizoen is was het een belangrijke dag. De jagers hebben de everzwijnen en hun biggen geteld. Waar in Nederland jagen enkel voor een select groepje bestemd is, is het op het Franse platteland iets wat je maar zo jong mogelijk kunt leren. Théo kan bijna niet wachten tot het najaar, dan mag hij echt mee op jacht. Hij vertelt dan ook in geuren en kleuren wat hij beleefd heeft. In Nederland ken ik geen zestienjarige, die  precies kan vertellen wanneer er op welk wild mag worden gejaagd. Op mijn vraag of hij het filmpje van de jagers van Mancey op youtube kent, antwoordt hij uitgelaten. Dat heeft hij al vaak gezien. Théo stapt weer op zijn brommertje vol geplakt met Rolling Stones stickers en groet ons beleefd. “Maar… morgen eerst weer je best doen op school”, roept Madeleine, de buurvrouw, hem nog vermanend na.
Het is geen everzwijn seizoen voorlopig. Daarom een recept van  varkens karbonaadjes op jagerswijze.We drinken er een rode Mâcon Mancey bij, gemaakt van de gamay druif.

Nodig 4 personen:

4 dikke karbonades
bakje champignons
100 g spekblokjes
2 rode uien
2 tenen knoflook
glas rode wijn
tijm
1 tl paprika poeder
1 dl wildfond
50 g boter
olijfolie
peper
zout
gehakte peterselie

Bereiding:

Verhit de helft van de boter en olie in een pan. Braad snel de karbonades aan tot ze bruin zijn aan beide kanten. Haal ze uit de pan en dek even af met aluminium folie. Snipper de uien en knoflook. Snijd de champignons fijn. Voeg aan het braadvet de spekjes toe en bak ze kort. Fruit kort wat paprikapoeder mee. Bak daarna de uien en knoflook.. Als laatste gaan de champignons en tijm erbij. Bak alles even door. Blus af met een glas wijn, Giet de wildfond erbij. Laat 10 minuten op laag sudderen. Leg de karbonades weer in de pan. Deksel erop en laat nog 10 minuten garen. Voeg op het einde wat kleine klontjes boter en de peterselie aan de saus toe. Serveer de karbonades samen met wat aardappelpuree.

Lente in de Mâconnais, gepocheerde eieren in rode wijnsaus.

 foto gemaakt van folder OdT Mâcon

Het is lente in Mâcon en lopend  over de Quai Lamartine zie je de rivier de Saône, de Saint Laurent brug en de roze gevels van deze stad. Als je via de Route Nationale 6 Mâcon binnenrijdt, doet deze wijnstad soms rommelig en druk aan. Die indruk kreeg ik toen ik voor het eerst Mâcon bezocht in de jaren negentig. Nu is de Route Nationale 6 minder druk en zijn er kosten noch moeite gespaard om van de kades aan de rivier weer een plek te maken waar het goed toeven is. Zowel zomer als winter. Dit alles onder het toeziend oog van één van de grote zonen van deze stad, dichter en politicus Lamartine. Een weemoedige zin uit een gedicht van hem is in grote bronzen letters in het plaveisel te lezen. Mâcon is gelegen halverwege Parijs en Marseille en de eerste tekenen van het Zuiden worden merkbaar. Roze gevels en Romeinse dakpannen in plaats het vakwerk en de leidaken die je noordelijker in de Bourgogne ziet.

De streek rondom de stad, de Mâconnais is lieflijk met groene wijngaarden, rotspartijen en dorpjes gebouwd in het kenmerkende natuursteen. Ik begrijp dat Lamartine, behalve zijn politieke uitstapjes altijd in en om deze stad is blijven wonen en deze streek vereeuwigde in vele gedichten. Eén van de kastelen waar hij woonde ligt in Saint Point. Hij woonde daar met zijn Engelse vrouw. Als je het bezoekt  kun je nog zijn werkkamer zien. Ik probeer me dan altijd voor te stellen, wat er in die tijd werd gegeten. Ook zo Bourgondisch?  Genoeg gerechten en heerlijke wijnen in overvloed in de Mâconnais. Denk aan de witte Pouiily Fuissé, de Viré Clessé en de rode Mâconnais wijnen van de gamay druif.

Het gerecht, alvast voor Pasen, is vandaag “oeufs en meurette” een Bourgondische klassieker van eieren gepocheerd in rode wijn met een rode wijnsaus. Deze saus combinatie van wijn, spek en uien. lang inkoken maakt de saus dikker. We drinken er een pinot noir uit de Bourgogne bij.

Nodig 4 personen:

1 fles rode Bourgogne wijn

100 g spek in blokjes

6 sjalotjes

100 g boter

250 ml runderbouillon

8 sneden brood

2 tenen knoflook

50 ml wijnazijn

8 verse eieren

zout, peper

gehakte peterselie/bieslook

1 l heet water

Bereiding:

Snijd het spek in heel fijne kleine blokjes. Hak de sjalotjes fijn. Verhit ongeveer 20 g boter en bak  de spekblokjes en sjalotjes kort aan tot bruin. Giet er 500 ml rode wijn bij en de bouillon. Bewaar de rest van de wijn voor het pocheren. Kook dit onder telkens roeren voor de helft in zodat een dikke saus ontstaat. Rooster het brood en wrijf in met de knoflooktenen.

Giet in een pan de overige wijn, water en azijn en breng aan de kook. Let op dat het niet kookt maar borrelt. Breek de eieren één voor één in een kopje. Zet het vuur laag en roer het water kokende water zo dat er een kolk ontstaat. Voeg het ei toe en laat het 3 minuten pocheren. Schep eruit met schuimspaan. Doe dit ook met de andere eieren. Houd ze warm in een schaal met warm water. Snijd eventueel de randjes van de eieren bij. Als de saus goed is ingekookt, voeg dan peper en zout toe en de rest van de boter in blokjes om te binden. Niet meer verwarmen.

Leg het geroosterde brood op een schaal, en leg op elke snee een gepocheerd ei. Giet de saus erover en bestrooi met wat bieslook en peterselie.

Naschrift: Rond Pasen 2013 vond de Libelle dit recept zo leuk, dat ze het aan haar lezers voorzette

001 (33) foto: oeufs en meurette van Gereon.

 

Veldsalade met kaas

foto doorkijkje in Mancey (71)

Het voorjaar leek gisteren definitief doorgebroken te zijn, maar was toch van korte duur. Wat verwacht je, het is eind maart! Op het gras onder mijn balkon plagen twee eksters een schuchter konijn, de straat staat vol met wuivende narcissen. je zou bijna niet geloven dat dit Amsterdam is. Dit bracht me ertoe om vandaag een lente-salade met kaas uit de Bourgogne te maken. Meestal denken mensen bij deze streek aan wijn, slakken en mosterd. Terwijl de Bourgogne één van de Franse regio’s is met de meeste lokale kaassoorten. Iedereen kent natuurlijk époisses, maar wat te denken van kaasje met namen als “délices de Pommard” of “amour des nuits” De laatste biedt mogelijkheid tot vele interpretaties, zoals ik eens in een restaurant in Dijon tegen de ober zei.
Een echt kaas emporium is Alain Hess in Beaune. In zijn zaak aan de Place Carnot kijk je je je ogen uit. Overigens geldt dat niet alleen voor deze kaaswinkel maar ook voor de vele traiteurs in dit stadje.
Vandaag een salade van veldsla, noten, gebakken broodjes met époisses-broodjes. Erbij drinken we een witte Pouilly Fuissé van domaine de la Chapelle www.pouillyfuisse-domainedelachapelle.com

Nodig  4 personen:

1 époisses kaas
1 bakje veldsla gewassen
augurkjes
walnoten
1 appel
6 el olijfolie
2 el witte wijn azijn
1 tl mosterd uit Dijon
1/2 stokbrood (12 dunne plakjes)
olie om iets in te vetten
bieslook
peper en zout

Bereiding:

Was de veldsla goed en haal eventueel de worteltjes van de stronkjes. Snijd het brood in dunne plakjes en vet in met een beetje olie. Grill het brood kort aan beide kanten. Hak de augurkjes fijn, snijdt de appel in mooie dunne plakjes. Hak de noten iets fijn, niet te! Meng alles door elkaar, de sla, appel, augurkjes en noten.  Knip er wat bieslook doorheen.
Maak een dressing van de olie, azijn en wat mosterd. Voeg peper en zout toe. Giet de dressing over de salade en meng goed.
Besmeer de broodjes met époisses en verwarm heel kort in de oven. Serveer de salade op borden met de époisses-broodjes er bovenop.

Het vliegende varkentje, heerlijke gîte

 foto: un cochon volant

Vele wegen leiden naar Bourgondië. Via de digitale snelweg bereikte ik in het departement Nièvre het dorpje Fin, mijn eindbestemming. Daar ligt “Le Cochon Volant” de grote vakantieboerderij van Michael Jansen en Annekee Donker. Het vliegende varkentje. Het is een karakteristiek boerenhuis met dikke muren en eiken balken. Voor de eigenaars een echte “coup de foudre” toen ze het kochten zo’n 18 jaar geleden.
Het geheel is omgeven door een mooie grote tuin. Heerlijk dus om te luieren of zoals Annekee en Michael deden je bruiloft te vieren.  Maar het dorp Fin is niet alleen een eindbestemming! Vanuit hier is veel te ondernemen. De dichtbij gelegen Morvan is het grote nationale park met veel mogelijkheden zoals wandelen, fietsen en paardrijden. Of zwemmen in van de meren. Voor de cultuur- en culiliefhebber is in de directe omgeving ook veel te beleven. Genieten van de dromerige Bourgondische dorpjes, het beroemde stadje Vézelay, brocantes bezoeken en het eten…. Tja behoeft eten in de Bourgogne nog aanbeveling.
Annekee en Michael hebben besloten dit alles niet voor zich zelf te houden en bieden hun trésor aan via http://www.micazu.nl/vakantiehuis/frankrijk/bourgogne/fin Echt een aanrader als je er even uit wilt in het hart van Bourgondië. De eigenaars gebruiken een foto van een vliegend varkentje op de vakantiehuizen site. Dit herkende ik meteen. Mijn vader kocht ooit zo’n spaarvarkentje op de puces van Tournus.
Voor deze twee Bourgogne adepten vandaag een gerecht van varkensvlees gevuld met pruimen en walnoten in roomsaus. Erbij drinken we een jonge rode Bourgogne van de pinot noir druif uit de Châlonnais.

Nodig 4 personen:

4 dunne schnitzels
250 g gewelde pruimen
150 g walnoten
peper en zout
olie
boter
draad om te binden
1 bekertje crème fraîche
glas witte wijn
peterselie
2 el bloem

Bereiding:

Hak de noten fijn. Snijd de gewelde pruimen in kleine stukjes. Meng deze twee door elkaar voor de vulling. Bewaar wat van de noten en pruimen ter garnering. Leg een flinke schep vulling
op een stuk vlees en rol dicht. Bind dit dicht met wat touw. Bestrooi de rolletjes met peper en zout. Rol de rolletjes  door wat bloem. Verhit de boter en el olie en bak het vlees snel bruin. Zet hierna de rolletjes 15 minuten in een oven van 100 graden bedekt met wat aluminium folie. Blus ondertussen de jus af met de wijn en laat iets inkoken. Voeg de rest van de pruimen en noten toe en warm mee. Haal de pan van het vuur en voeg de crème fraîche toe. Leg de rolletjes op een schaal en giet de saus erover. Garneer met wat gehakte peterselie. Serveer het gerecht met verse boontjes en wat gebakken krieltjes.

Le Cochon Volant, 13 Fin, 58190 Saizy, France

Gesprekken en gerechten: Frances Mayes and her recipe

photo Frances Mayes (source internet)

For years I have been an ardent reader of the books of the American writer Frances Mayes, who wrote Under the Tuscan Sun, a stunning memoir on restoring a derilict villa in Tuscany and how to fill in her new Italian life. For over 20 years she has given her readers much inpiration out of the Tuscan land. I read on her weblog,www.francesmayesbooks.com that coming 13 March 2012  a cookbook with her Tuscan recipes will be given to the light, a saying of giving birth In Italy, dare alla luce. Suddenly I got the idea to invite Frances Mayes for my series “gesprekken en gerechten” (conversation and recipes) Based on the answers she gives I am going to conceive a recipe, that  I hope will please her. I chose for a surf and turf dish with an tomato/mascarpone sauce. The turkey meat and crayfish have both conquered the European menu, coming from the New World. And what to think of the pommodori? These are the quintessence of so many Italian dishes  Ofcourse there is no meal without wine. In my opinion a young Morelino de Scansano will pair with the dish. This wine is made from the Sangiovese grape in the coastal region of Maremma. This wine is not stocked on wood and bottled after 8 months. Serve this wine slightly cooled.

Who is Frances Mayes and What would you like to share with us? 
Writer, traveler, reader, cook. I live half and half in Tuscany and North Carolina, where my family is. I’m exceptionally lucky to be married to Ed, poet and fellow-adventurer. We never forget that life is to savor and rejoice in.

You were a teacher in San Fransisco, creative writing, how did this help to start an new life as a writer?
I’ve been a writer since I was nine years old. My teaching career built up a helpful knowledge of how other writers write. I learned to read anew–once for pleasure, again to see how the writer did it. I wrote a book, The Discovery of Poetry, that quantified my knowledge of the craft of a poem. Working with young writers was always stimulating–seeing them catch what I said and run with it. I quit teaching a decade ago to devote myself to full-time writing. I don’t miss teaching at all–23 years was good.

You wrote that at first you liked the calm pace of the Italian land compared to the frantic life in San Fransico. Now you live in North Carolina. Is there still such a difference?
My social life in Italy has become formidable! So now, North Carolina, where I’ve lived only six years, is my peaceful place.

You invested a lot of energy in restoring houses. In an other life, would you like to be a “geometra”?
I’ve a shadow career always haunting me: architecture. I’ve studied it always and love to travel to see buildings. I like interior design too and have a line of furniture, At Home in Tuscany, from Drexel Heritage. I like houses that ARE the inhabitant, not super-designed places that could be anyone.

Your prose speaks to the imagination, certainly with me. How do you do that?
Thank you! I like to work with images because they make direct contact with the senses of the reader.

My parents were/are very French oriented. The last two decades there has been a shift from French to Italian cuisine, certainly in my generation. How does it feel to be one of the pioneers in this field?
Cooking has been enlightening in Italy–the simplicity that’s possible with prime ingredients and a good way with them. Early on, I studied cooking with Simone Beck, partner of Julia Child, in Provence, an area so close to Italian cooking. I still love French food–and Moroccan, Chinese, Mexican, Thai–but for day-to-day, Italian is best.

On Italian society, you’ve called it homogeneous. Did you experience change in the last two decades?
Oh, yes, yes. The entire world is changing fast. Everywhere there are people who are from elsewhere–and in Italy I’m one of them! Right now in Italy, there’s a big influx of Romanians, who blend well, though one of my neighbors calls them “red face.” Immigration has been hard for Italy because for so long they were the immigrants but no one came to their soil.

What do you miss from the US being in Italy?
Only friends and family and my farm.

Culinary speaking, you have quite some experience in Tuscan cooking now, which one is your favorite recipe? 
That’s impossible to say! Love the pastas, the gelato, and most of all the plethora of vegetables from my garden. The big pork roasts, the pizza, guinea hen, figs, plums—everything!

Corn, tomatoes, eggplant are all from American descent. Italians gave an own twist to it. What can they learn form someone from the South like you?
Not much! They know everything! When I’ve served classic southern desserts such as pecan pie or caramel cake, they push it away after two bites. Too sweet. I’ve planted American corn and have had no success. “This is for pigs!” they say wonderingly. I think they would like, if I made it, our low-country boil, hush puppies, shrimp and grits, maybe fried chicken.

Last but not least, do you want to share anything else in my blog? Please be welcome 
I meet many Dutch people in Italy. You all are great travelers. I hope to get back there on a book tour sometime–have been only once.

Your dish I will give a litlle hint will be Italo Southern style. This for me will be quite a challenge.
I look forward to tasting it!

photo Sunday morning at home

Thus for Frances a recipe from under the low Dutch sky, with American origins and a dash of Tuscan sun.

The recipe:

Ingredients 4 persons:

4 turkey breasts
5 oz crayfish
1 bunch of parsley finely chopped
4 thin slices of smoked bacon
salt, pepper
2 tbs olive oil
knob of butter

1 can of peeled tomatoes
1 sweet onion finely chopped
2 garlic cloves
salt, pepper
dired oregano
4 oz of mascarpone cheese
2 tbs of cream
olive oil
1 glass of white wine

2 oranges
2  heads of radicchio
1 cup of  roasted walnuts
salt, pepper
3 tbs olive oil
1 tbs of walnut oil
2 tbs of induced balsamic vinegar or crema di balsamico
a little dash of dried oregano

Preparation:

Cut the turkey breasts in halves an put them between two sheets of clinging foil. Flatten the meat by using the back of a pan. This is always fun to do. Season the meat with some pepper and salt. Put the crayfish and finely chopped parsley on top of the meat and roll the meat tightly around the crayfish. Cover the rolls with the bacon. Put together with a wooden stick. Heat some oil and butter in a frying pan and fry the rolls of meat quickly until brown. Put them on an oven dish and keep warm in the oven on 176 degrees. (80 Celsius)

In another pan fry the finely chopped sweet onion and garlic in some oil. Add the peeled tomatoes and a glass of white wine. Season with salt and pepper. Add some oregano. Let this simmer for a while. Whisk the cream and mascarpone in a bowl to loosen up. Strain the tomato sauce through a sieve. Do not bring the sauce to a boil again and mingle bit by bit with the cream/mascarpone.  (cover to keep warm)

Peel the oranges and cut them in nice thin slices. Cut the radicchio in pieces. Put both in a salad bowl and top with the roasted walnuts. Make a vinaigrette from the oils and induced balsamic vinegar. Season the salad with some salt an freshly ground pepper. Add a dash of dried oregano. Pour the dressing on the salad in tiny drips, so that the oil and balsamic vinegar seem to appear as drops.

Get the turkey rolls from te oven and put them on a plate. Cover with the creamy tomato/mascarpone sauce. Add some of the salad. (or in a separate plate)

Louhans, poulet de Bresse a la crème

 foto: promotiemateriaal voor de kip

 

“Louhans, waar de kiekens je in de bek vliegen” (Vrij naar Gene Bervoets in zijn programma Gentse Waterzooi)

Louhans is de hoofdplaats van de Bourgondische Bresse en de stad van de 100 arcades. Maar het meest bekend is dit stadje toch om de kippenmarkt, die elke maandag wordt gehouden. In het oude centrum vindt je de gewone warenmarkt onder de arcades. Op de grote terreinen aan de rand van het stadje vindt je kippen, eenden, ander kleinvee en ook groot vee. De markt dateert al uit de dertiende eeuw en is in Frankrijk aangewezen als een van de belangrijke plekken van de Franse smaak. De markt start vroeg in de ochtend en het is raadzaam vroeg te gaan om nog parkeerplaats te vinden.
Kip, kip en nog eens kip, dat is de Bresse. Rode kam, witte veren en blauwe poten, net de Franse driekleur. De Bresse kip heeft een aparte herkomstbenaming (AOC). Deze vorstelijke kippen scharrelen in hun jonge leven lekker vrij in de wei tot ze volwassen genoeg zijn. De laatste zes weken voor de slacht worden ze binnen gehouden en extra bijgevoerd met veel mais en graan. De boer controleert of de aders onder de vleugels vervet zijn en dan is de kip onder de kippen rijp voor consumptie.
Vandaag een klassieker uit de Bourgondische keuken, Poulet de Bresse a la crème. In het recept van de Bresse kip organisatie gaan ze er van uit dat je de kip zelf slacht, schoonmaakt en plukt. Ik ga uit van een schone kip en iets eenvoudiger recept. De wijn die we erbij drinken, komt uit de Châlonais, een witte Rully.

Nodig 4 personen:

1 Bresse kip van 1,5 kg
80 g roomboter
3 el bloem
2 eidooiers
4 dl crème fraîche
1 citroen
olijfolie
1 hele ui met 2 kruidnagels er in gestoken
2 knoflooktenen
1 klein takje tijm
1 laurierblad
zout en peper
water

Bereiding:

Snijd de kip in stukken, poten, vleugels en borstfilets. Gooi de resten van de kip niet weg, maar hak  het karkas in stukken.  Bestrooi met peper en zout. Verhit op hoog vuur 50 g boter en 2 el olie. Laat de kipdelen mooi kleuren in de hete boter. Tot ze goudbruin zijn. Leg de kipdelen in een ovenschaal en plaats in de oven op 100 graden om na te garen. (controleer na half uur of ze gaar zijn)
Voeg alle smaakmakers toe, de tijm, knoflook, laurierblad en de ui. Voeg de snijresten van het karkas toe.  Doe de rest van de boter er bij en de bloem. Laat de bloem even bruin worden en voeg ruim water toe. zodat de kipresten goed onderstaan. Breng het geheel aan de kook. Er moet iets van binding ontstaan. Laat daarna afgedekt 30 minuten sudderen.
Klop in een kom de eidooiers en crème fraîche door elkaar. Haal de kipresten uit de pan. Giet de jus door een zeef en verwarm opnieuw. Voeg het crème- en eimengsel toe en roer door. Niet meer verhitten. Eventueel kan er nog wat citroensap bij en wat peper en zout.
Serveer de kip op een schaal met roomsaus, een stevig boerenbrood en een salade.

Noot: met dank aan het Comité interprofessionnel de Volaille de Bresse, voor het informatieve boekje over de Bresse kip.

Wat hebben Polen, Chambolle-Musigny, Gevrey en de Paus gemeen?

Wat hebben Polen, Gevrey Chambertin, Chambolle Musigny en de paus gemeen? Deze vraag lanceerde ik onlangs op Twitter. Het antwoord is heel simpel, mooie rode wijnen van domaine Christophe Bryczek. Deze wijnproducent uit Morey St. Dénis maakt op kleine percelen mooie rode Bourgognes. Niet vreemd in een streek waar door overerving veel kleine percelen zijn met ieder een eigen terroir, zoals dat zo mooi wordt genoemd. In de Tweede Wereldoorlog was de grootvader van Christophe te werk gesteld door de Duitsers. Hij wist te ontsnappen en dook onder bij verschillende wijnboeren in de Bourgogne. Daar leerde hij wijn maken en besloot na de oorlog zelf te beginnen. Zo landde deze Poolse familie op Bourgondische wijnbodem en niet zonder succes. Het is zeker een bezoek waard, dit domaine, als was het al om de vele parafernalia die met de kerk en paus in de kelder uitgestald staan. Tijdens de feestdagen had ik het genoegen om drie verschillende wijnen van dit domaine te proeven uit 2003. Alle drie gemaakt van de pinot noir druif De Chambolle Musigny, een granaatrode wat fruitige rode wijn. De Gevrey Chambertin, aux Echezeaux donkerder van kleur en met meer aardse tonen en als laatste de Morey Saint Dénis cuvée Jean Paul II. De laatste wijn is een vieilles vignes wijn, robijnrood en voorzien van de typische aardse stal geur en de afdronk een beetje hoekig. Het is een bijzondere wijn met een bijzonder verhaal. Waarom, die naam cuvée Jean Paul? Polen blijven Polen en het veld van de druiven is in 1920 het geboortejaar van de paus aangeplant. Dit bracht grootvader Georges op het idee om te schrijven naar de paus of hij een speciale wijn mocht gaan maken. Zo geschiedde en de rode Morey St. Dénis werd de lieveling van de paus. De laatste paus is niet meer, maar de wijnen nog wel. Er zijn nog enkele flessen van 2006 te koop her en der, maar een bezoekje aan het domaine en de daarbij horende verhalen is ook niet mis. Domaine Christophe Bryczek is te vinden op het adres: 14 Rue Ribordot, 21220 Morey St Denis, telefoon: 03 80 34 34 17
En als hapje bij deze stevige wijnen is de bourgondische kaas Epoisses niet mis. Of kies eens voor het kaasje dat toepasselijk “Amour de Nuits” heet.

Crémant en een amuse van zeeforel

In Frankrijk worden niet alleen in de Champagnestreek mousserende wijnen gemaakt. In Bourgondië maken ze op veel plaatsen crémant. Dit zijn wijnen die op dezelfde manier worden gemaakt als champagnes, de méthode traditionelle. Zij zijn een goed alternatief voor champagne. Crémants de Bourgogne worden zowel van witte als blauwe druiven gemaakt. Vaak zijn deze wijnen een blend van pinot noir/gamay druif met chardonnay/aligoté druif. Bijvoorbeeld de Cave de Mancey in de Mâconnais maakt verschillende mousserende wijnen, zoals de blanc de blancs (crémant van witte druiven) en zelfs een blanc de noirs (geheel van blauwe druiven)

Crémants starten hun leven als een gewone witte wijn. Nadat de druiven in de kelders aankomen worden ze snel geperst en gaat het witte druivensap vergisten. Er ontstaat een witte stille wijn. Er wordt extra suiker en gist toegevoegd en de wijn wordt gebotteld op stevige flessen met een kroonkurk. De flessen gaan de kelder in om enkele maanden  te rusten. Er vindt dan een tweede gisting plaats. Dit heet de “prise de mousse”, waarbij de kenmerkende belletjes ontstaan. Langzaam vermengen de belletjes zich met de wijn en ontstaat er in de fles een depot. De flessen worden regelmatig gekeerd tijdens dit proces. Dit is de remuage.

Als de gisten dood zijn ontstaat er door dit keren een prop in de hals van de fles. De wijnmaker haalt het rest depot eruit en de crémant wordt aangevuld met wat andere witte wijn, de liqueur d’expédition. Daarna gaat er een stevige champagnekurk op en is de wijn klaar om te knallen voor het nieuwe jaar.

Vandaag keer ik het om. Een amusetip bij de wijn. Mousse van zeeforel. Zeeforel komt veel voor in de Noordzee en is in tegenstelling tot de kweekforel een vis die trekkend bestaan leidt. Een zeeforel kan wel anderhalve meter worden. Als je geen zeeforel kunt krijgen kun je voor deze amuse ook zalmforel nemen.

Nodig voor 12 amuselepels:

250 g zeeforel
1,2 dl visbouillon
2 blaadjes gelatine, geweekt
sap van een ½ citroen
2 el droge sherry of droge vermout
2 el versgemalen Parmezaanse kaas
3 dl slagroom
2 eiwitten
1 el zonnebloemolie
zout en zwarte peper
dille voor de garnering
Bereiding:
Leg de zeeforel in een ondiepe pan. Voeg de visbouillon toe en breng langzaam aan de kook.Pocheer de vis 3 tot 4 minuten tot de vis net gaar is. Giet de bouillon af in een kom en laat de vis iets afkoelen
Knijp de geweekte gelatine uit en voeg deze aan de hete bouillon toe en roer tot deze is opgelost. Laat dit staan totdat het nodig is.
Verwijder de huid van de forel en verdeel de vis in stukjes. Schenk de bouillon in een keukenmachine, laat hem kort draaien en voeg geleidelijk de stukjes forel, het citroensap, de sherry (of vermout) en de Parmezaanse kaas toe. Laat het mengsel draaien tot het glad is. Schep het in een grote schaal en laat helemaal afkoelen.

Klop de slagroom lobbig en schep door het forelmengsel. Breng op smaak met zout en peper, dek het af met plastic folie en koel het af tot het net begint te stollen. Het moet ongeveer zo dik zijn als mayonaise.Klop de eiwitten stijf met een mespuntje zout in een vetvrije kom. Roer eerst een derde van het eiwit met een spatel door het forelmengsel om het losser te maken en schep er dan de rest door.Smeer de amuselepels licht in met zonnebloemolie. Verdeel de mousse over de lepels en strijk glad. Zet ze 2 à 3 uur in de koelkast tot de mousse stijf is. Garneer vlak voor het serveren  met een klein takje dille.

Naschrift: Op de foto de abdij van Tournus waar ook de Cave de Mancey een outlet heeft.

Brabants reestoofpotje

 

Tot afgelopen vrijdag 18 november liep de actie, “U vraagt wij draaien” waarin lezers van mijn weblog een recept konden insturen of een wijnadvies vragen. Ik ontving van één van de lezers een heerlijk recept voor een stoofpot van ree. Deze wordt gemaakt van een uitgebeende en in blokjes gesneden reebout. (Vraag dit aan je poelier) Nu weet ik dat deze lezer ook heerlijke appel- en perenstroop maakt uit eigen tuin. Dus dat is één van de geheime ingrediënten. We drinken er een Caves de Mancey Passetoutgrain bij. Dat is in tegenstelling tot ander Bourgogne wijnen, de enige blend, namelijk van de Pinot noir en Gamay druif.

Nodig:

1kg uitgebeend en in blokjes gesneden reevlees
1 grote witte ui
1 middelgrote winterpeen
1 teen knoflook
250 gram witte champignons
3 sneetjes peperkoek
Ongeveer een halve liter rode wijn

Bereiding:

De ui en de wortel in ringen snijden, de champignons grof snijden, de knoflook persen. De wijn op een middel laag vuur warm laten worden. De reeblokjes aanbraden in boter, aan het eind bestuiven met een beetje bloem en door elkaar roeren tot ook de bloem bruin is.Ondertussen de uien, wortel en knoflook op een laag vuur ongeveer 8 minuten laten stoven tot de uien glazig zijn. Het vlees en de groenten in de rode wijn doen, het vlees moet onder staan. Ongeveer twee uur laten pruttelen, let op dat het vlees niet uit elkaar valt.
De champignons voorzichtig aanbakken, niet te lang. Het laatste kwartier, twee/ drie sneetjes peperkoek mee laten sudderen en afhankelijk van de smaak appel of perenstroop toevoegen. Als laatste de champignons 5 minuutjes mee laten sudderen.

Serveer deze schotel eens met tagliatelle en spruitjes met spekjes.Als bijgerecht zijn ook de peren in Beaujolais siroop, uit eerdere blog lekker.

Door de site te te blijven gebruiken, gaat u akkoord met het gebruik van cookies. meer informatie

De cookie-instellingen op deze website zijn ingesteld op 'toestaan cookies "om u de beste surfervaring mogelijk. Als u doorgaat met deze website te gebruiken zonder het wijzigen van uw cookie-instellingen of u klikt op "Accepteren" hieronder dan bent u akkoord met deze instellingen.

Sluiten