Konijnenbout met groente.

 foto: avond @Gereons SeaSpot

Konijnenbout met groente. Het is mistig boven zee. Het strand staat in de novemberstand. De molens uit het vizier. De verwarming snort in Gereons SeaSpot. Om een één of andere reden ben ik deze week in de cocooning modus geraakt. Ach, dat is de charme van het najaar. Wat lezen, je laven aan warm herfstvoedsel. Een extra frisse neus halen op het lege strand en dan weer snel achter het fornuis. Stoven en sudderen. In de herfstmaanden geniet ik altijd van het ruime aanbod aan wild. De sterkere smaken, de kleuren van de gerechten. Een voorbode van het aanstaande feestgedruis in december. Al doe ik daar zelf niet zoveel aan. Behalve dan erover bloggen. Ik vind dat je het hele jaar feestelijk moet eten. Zoals konijnenbouten met groente. Een kleurrijk gerecht voor deze verder wat grijze zondag. We drinken er een rode Crozes-Hermitage bij. (echt herfst)

Nodig:

4 tamme konijnenbouten

1/2 potje zilveruitjes uitgelekt

2 sjalotjes gesnipperd

2 knoflook tenen

tijm gedroogd

2 laurierblaadjes

250 ml witte wijn

250 ml groentebouillon

75 g gerookte spekblokjes

bloem

boter

peper en zout

2 winterwortels in stukken

2 zoete uien in kwarten gesneden

2 pastinaken in stukken

1/2 pompoen in stukken

olijfolie

zeezout grof

zwarte peper

2 tenen knoflook

rozemarijn naalden

Bereiding:

Verhit de roomboter in een pan met een klein scheutje olie. Dep de konijnenbouten droog en bestrooi met wat zout en peper. Bak de bouten om en om bruin en haal uit de pan. Voeg de spekblokjes toe, daarna de sjalotjes. Bak deze mooi bruin en blus af met de witte wijn. Breng aan de kook en voeg daarna de warme groentebouillon toe. Laat de konijnenbouten 1 uur stoven. Bak intussen de zilveruitjes in een klontje boter mooi bruin en zet apart.

Schil en snijd alle groenten en leg deze op de ovenschaal, strooi zout en peper erover en besprenkel met wat olijfolie. Verwarm de oven op 200 graden en laat de groenten een half uur garen in de oven. Prik er even in of ze mooi gaar zijn.

Rol wat stukjes roomboter door de bloem en zet apart. Je gebruikt daarbij gelijke hoeveelheid boter en bloem. Dus op 25 g boter 25 g bloem. Dit heet beurre manié.

Als het konijnenvlees gaar is, kan de saus worden gemonteerd. Haal de bouten uit de saus en voeg één voor één de klontjes boter met bloem toe. Roer langzaam door de saus. Dit doe je vlak voor het opdienen.

Leg de groenten op een schaal, ertussen de konijnenbouten en schep wat saus erover. Garneer de schotel met de gebakken zilveruitjes. Doe de rest van de saus in een kom. Serveer er in eendenvet gebakken aardappeltjes met wat persillade bij.

Basque José Pizarro.

 foto: Basque cover.

Basque, de Franse naam van een gebied dat in twee landen ligt, Euskal Herria of País Vasco. Een streek met een heel eigen karakter, taal, groene heuvels en de blauwe Golf van Biskaje en fantastische keuken. Baskenland, een streek waar de schrijver van Basque en eigenaar van drie restaurants in Londen, José Pizarro graag vertoeft. En dan vooral in San Sebastián, Donostia in het Baskisch, idyllisch gelegen in een baai, die La Concha, de schelp wordt genoemd. Een stad voor fijnproevers gezien het grote aantal sterrenzaken. Maar vlak ook de Baskische mannenkookclubs niet uit. In San Sebastián is eten een feest. Dat vindt José Pizarro ook. Ondanks dat deze kok in Extremadura werd geboren en opgroeide heeft dit gebied een speciaal plekje in zijn hart en in zijn kookrepertoire. Hij geniet van de mooie producten, die land en water bieden. Dit heeft zijn weerslag gevonden in het kleurige boek, dat nu op Gereons keukentafel ligt. Een boek vol smaken uit Baskenland. José Pizarro verdeelt zijn recepten in pintxos, kleine hapjes, die je deelt en aan tafel, voor het wat uitgebreidere werk.

Het boek start met vlees. Het groene Baskenland levert allerlei vleesproducten vol van smaak. Basken geven vaak de voorkeur aan grote stukken vlees, zoals een grote txuletón (T bone) die je kunt delen met elkaar in een sidrerío. Een van de leuke recepten in dit hoofdstuk is zelfgedroogde eendenham met granaatappelsalade. Wat een combinatie in deze pintxo. Of wat te denken van gegrilde kwartel met ingelegde sjalotten? Of aan tafel met konijn met witte bonen en chorizo. Allemaal eenvoudige en aardse recepten vol smaak.

Basque gaat verder met vis. Hoe kan het ook anders, met de Cantabrische Zee voor de deur heeft de visserij altijd deel uitgemaakt van het Baskische leven. Vis en zeevruchten, Sint Jakobsschelpen met gesauteerde kool en morcilla, Spaanse bloedworst voor aan tafel. Een tortilla de bacalao of kabeljauwtong met rode kool en ciderazijn als pintxos. Zijn dit geen krachtige combinaties? Het derde hoofdstuk gaat over groenten, een belangrijk onderdeel van de Baskische maaltijd. Ideaal als basis, maar Pizarro combineert groenten graag met kaas. Croquetas met spinazie en geitenkaas, gebakken guindillas (groene chilipepers) of een kersen-amandelsoep als pintxos. Aan tafel met een porrusalda, een stevige preisoep. Een hartverwarmend gerecht uit Navarra en Rioja.

Basque sluit af met dulces, nagerechten. In enkele recepten merk je de Franse invloed. Baskische nagerechten zijn hierdoor minder zoet. Een klassieke (Franse) taart de Pantxineta, ooit speciaal bedacht voor de aristocratie, die graag flaneerde langs de Concha. En chocoladepotjes met tejas (dakpannen) de Tolosa.  Wat een originele zoetigheden. Het boek besluit met wat Baskische menu’s. Een charmante toegift van Pizarro. Hij maakt het je makkelijk een Baskisch dineetje of pintxos buffetje te maken.

Basque van José Pizarro is een kleurrijk boek met aardse gerechten, makkelijke recepten en vrolijke fotografie. Al bladerend kun je het bijna proeven. Ik begrijp precies waarom deze kok uit de Extremadura graag in en rond Donostia vertoeft.

Basque, José Pizarro (ISBN 9789461431523) is een uitgave van GoodCook en kost € 24,95

Noot: dit boek werd mij als recensieexemplaar gestuurd door de uitgeverij. De bespreking hier is mijn eigen mening. Lees ook de disclaimer

Keuzes maken….

 foto: keuzes maken….

Keuzes maken….. Elke dag opnieuw. Gaan we vandaag, ondanks dat het weer het niet echt toelaat buiten grillen? Eten we vandaag een klassiek Frans gerecht, gaan we aan de slag met één van die spannende potjes uit een box dat al maanden smeekt om ge(mis)bruikt te worden? Het zijn allemaal keuzes, die je als foodie moet maken. Hoe overzichtelijk was het vroeger. (ja ik weet, dat ik nu echt als een oude man begin te klinken) Je at gewoon wat de pot schafte. En in Nederland betekende dat AGV, Het vulmiddel aardappels voorop, dan wat goed doorgekookte groente en een stukkie vlees. Het geheel afgetopt met een lekkere schep jus uit de pan. Wie is er niet mee opgegroeid?

Keuzes maken in een wereld, die je lijkt toe te roepen (althans in Amsterdam): “Kom gin tonic drinken, gegrilde Koreaanse specialiteiten, proef het Midden Oosten, de echte Franse bakker…. Piadine!” Elke week verschijnt er wel een nieuwe niche winkel, gericht op een keuken, een product of een lifestyle. Je kunt het zo gek niet bedenken. Maar het vergt we dat je keuzes moet maken. Wat eten we vandaag? Waar, thuis, in het park of in de horeca?  Of zelfs hoe, gezond of toch een lekkere vette hap. Deze week schreef ik een recensie over het boek Gezondigen, dat ook deze problematiek tackelt.

Keuzes maken dus. Het valt niet onder de categorie favoriete bezigheden in Gereons Keuken Thuis. Ik ben wat dan zeer van de rekkelijken. Heb geen uitgesproken favoriete (lands)keuken. Je kunt mij wakker maken voor een bord spaghetti alla carbonara, of een kom ramen met runderbouillon, boeuf Bourguignon of pittig Mexicaans. En dan is nog de vraag buiten beschouwing gelaten wat erbij te drinken.

Daarom ben ik zo blij met de shift van seizoenen. Als leidraad voor de keuzes. Precies als het al fresco seizoen eindigt en da avonden al wat minder licht warm worden begint het najaarsseizoen. In Gereons keuken betekent dat appels in de pot hakken of pear mania. Pastasauzen wecken voor op de plank. En la rentrée van allerlei stoverijen van rundvlees, wild of anderzijds. Terrines mogen ook niet ontbreken. Als ik erover nadenk heb ik er nu al zin in. Nieuwe keuzes maken. Nog één weekje alfresco gezien de aangekondigde temperaturen. Und denn geht’s los!

Vandaag een klassieker uit de keuken van mijn Betuwse grootmoeder, hete bliksem. Het is tenslotte appeltijd. Maak ik toch de keuze voor AGV. Bij het zoete van de appels smaakt natuurlijk een bokbiertje prima.

Nodig 4 personen:

1,5 kg kruimige aardappels

3 zure appels

3 zoete appels

1 potje witte bonen uitgelekt

nootmuskaat

1 klontje roomboter

50 g roomboter/ 1 el olie

1 dl warme melk

750 g verse worst

peper en zout

Bereiding:

Schil de aardappels en breng ze aan de kook met wat zout. Laat ongeveer in 20 minuten gaar worden. Bak ondertussen de verse worst in de roomboter/el olie en blus af met wat lauw water. Schil de appels en laat deze de laatste vijf minuten meekoken met de aardappels. Maak de appels niet te gaar, anders ben je de bite kwijt.

Schep de appels uit de pan en houd ze even apart. Giet de aardappels af en maak er met de stamper puree van. Voeg de lauwe melk, boter toe en breng op smaak met wat nootmuskaat. Voeg daarna de nog warme appels toe en meng deze door de puree. Voeg als laatste de witte bonen toe.

Serveer de hete bliksem met de worst en jus. Behalve verse worst kun je ook gebakken bloedworst serveren, al zal dat niet snel de smaak van iedereen zijn.

Soupe au pistou.

 foto: Avignon

Soupe au pistou. Groentesoep met een Provençaalse basilicumpesto. (pesto zonder pijnboompitten) Zon in je soepkom, want je merkt op deze zondagochtend in september dat er al een vleugje najaar in de lucht zit. De dagen worden al weer iets korter en in de ochtend is al een lichte humuslucht te bespeuren. Maar niet getreurd met deze heerlijke soupe au pistou houd je het zomergevoel nog eventjes vast. Het beeld van de strakke blauwe lucht boven het paars van de lavendel, het geel van de zonnebloemen en het sappige groen van de wijnranken. Soms iets afgekoeld door een vleugje Mistral. Het kleurenpalet, dat de schilder Van Gogh zo boeide. De Provence in al haar geuren en smaken. Olijven, knoflook en kruiden. In Gereons Keuken Thuis kan ik het bijna ruiken. Wilde venkel langs de weg of de wind door de tijm en rozemarijn. De cypressen die even na Bollène opdoemen laten weten dat je in mediterrane sferen bent aangekomen. De okerkleurige gevels van de huizen in de dorpjes. De Fontaine de Vaucluse met zijn woest kolkende riviertje. Romeins erfgoed in Orange en Arles. Zij wisten dat het ook goed toeven was in de provincia Romana. De latere pausen van Avignon ook. Wie eigenlijk niet?  Allemaal instant herinneringen aan de Provence. Misschien is het geen toeval dat Gereons Keuken Thuis zich in een gebouw  met de naam Vaucluse bevindt. Maar dat terzijde op deze zondagmorgen. Ik heb nog runderbouillon in de vriezer, groente van de markt en bossen basilicum op mijn zonnige balkon. Aan de slag dus met een soupe au pistou. We drinken een rode Vacqueyras bij, zongerijpt fruit uit het Rhônedal.

 foto: okeren gevels, blauwe luiken.

Nodig:

2 liter runderbouillon (van blokje)

3 gepelde tomaten uit blik

150 g sperzieboontjes

1 prei in ringetjes

1 winterwortel in blokjes

1 courgette in blokjes

1 grote aardappel

1 potje witte bonen uitgelekt

6 el olijfolie

4 tenen knoflook

peper en zout

2 tl gedroogde Provençaalse kruiden

12 takjes verse basilicum

75 g geraspte Parmezaan

75 g macaroni.

gehakte peterselie

Bereiding:

Tomaten in kleine stukjes snijden. Prei in ringetjes snijden en wassen. Winterwortel in blokjes snijden. Courgette wassen en in blokjes snijden. Aardappel schillen en in blokjes snijden. Eén teentje knoflook in plakjes snijden. Verhit twee eetlepels olie in een pan en fruit alle groente kort aan. Voeg de tomatenblokjes en Provençaalse kruiden toe. En daarna de warme runderbouillon. Laat het geheel 20 minuten zachtjes koken. Ondertussen de basilicum met de kaas, knoflook en olijfolie met de staafmixer tot een gladde saus pureren. Voeg als laatste de macaroni en uitgelekte witte bonen toe en laat de soupe au pistou nog 10 minuten koken. Soep op smaak brengen met peper en zout. Serveer direct in een kom met een flinke lepel pistou.

Caviar d’aubergine.

 foto: aubergines op de markt.

Caviar d’aubergine. Kaviaar voor arme mensen is een typisch Provençaals gerecht dat tijdens de #alfresco zomer in Gereons Keuken Thuis niet mag ontbreken. Het kost een fractie van echte kaviaar, die ik eens op een menukaart in Zuid Frankrijk zag.. De zomer is in aantocht en dan pluk ik graag het heerlijke kookboek van Nina Parker, Saint Tropez uit mijn kookboekenhoek. (Ik ben overigens ook heel benieuwd naar de kookavonturen van Nina op Capri, want dat kookboek is zojuist verschenen in Groot Brittannië) Instant zomer gevoel. Je hoeft er echt niet voor naar de Côte d’Azur te reizen. Kan natuurlijk wel. De kleuren, smaken en geuren van Saint Tropez. Niet voor niets geliefd bij schilders, filmmakers en gewone reizigers. Of kookfanaten zoals ik. Ik reisde met Nina onder de arm naar Saint Tropez. Het intense blauw van de zee, het groen op de heuvels en de pasteltinten van de dorpjes op het schiereiland. In deze immense kleurenpracht past natuurlijk ook het violet van een aubergine. Gegrild, in het zuur of zoals vandaag in de caviar d’aubergine Oh la la, op warm en knapperig stokbrood met wat zoute bieslookboter en zwarte olijven. Een glas koele en bleke rosé erbij en het apéro uurtje kan beginnen.

 foto: de pastel gevels van het stadje.

Nodig:

2 flinke aubergines

6 teentjes knoflook

2 takjes rozemarijn

2 el olijfolie

1 uitje gesnipperd

zeezout en zwarte peper

dressing van 1 el rode wijnazijn, 3 el olijfolie, peper en zout.

2 tl Provençaalse kruiden

1/2 pakje boter

bieslook

zwarte olijven zonder pit

Bereiding:

Verwarm de oven voor op 200 graden. Snijd de aubergines in de lengte doormidden. Bestrooi de delen met wat zeezout. Laat de aubergines een kwartiertje staan. dep ze daarna droog met papier. Maak een ruitpatroon in het vruchtvlees. Snijd de teentjes knoflook in stukjes en doe deze tussen de inkepingen. Doe hetzelfde met de naalden van de rozemarijn. Voeg zout en peper toe en schenk er wat olijfolie overheen. Wikkel de aubergines in aluminiumfolie en bak ze 45 tot 50 minuten in de oven tot het vruchtvlees helemaal zacht is.Haal de pakketjes uit de oven en laat iets afkoelen. Hak het vruchtvlees van de aubergines, de knoflooktenen en rozemarijn fijn en doe in een kom. Laat de caviar d’aubergine afkoelen in de ijskast. Snipper een uitje en meng dit door de caviar d’aubergine, Maak een dressing van azijn, olijfolie, Provençaalse kruiden, peper en zout en roer deze door de pasta.

Hak de bieslook fijn en roer deze samen met een el grof zeezout door een half pakje zachte boter. Serveer de caviar d’aubergine op vers stokbrood met de boter en olijven.

11215464_1641597936074443_2105096765_o foto: andere koek dan caviar d’aubergine

Risotto op zondag.

 foto: risotto op zondag.

Risotto op zondag. In stock cooking, in het Frans zo mooi un répas du frigo genoemd. Alles wat je nodig hebt is in huis. Bouillon in de vriezer van de kippenbotten, van dat onlangs afgekloven Label Rouge kippetje, een potje zongedroogde tomaatjes, wat restgroente in de ijskast. Wortel, selderij, wat verdwaalde champignons, een bosje groene wat slappe asperges. Een restje witte wijn. Een klont boter en een restje kaas. En een pot arborio rijst. Het lijkt potverdorie de schijf van vijf wel in een instock jasje gegoten. Het risotto op zondag festijn kan beginnen. Lekker roeren in de pan, goed voor de spierballen. Instant exercise en wat zen tegelijk. Maar nu dwaal ik af. Risotto op zondag, easy, #nowaste en het tovert vrolijke gezichten aan tafel. Ik zou zeggen wees een creatief en bouw een risotto met wat er in de ijskast ligt. Op deze mooie zondag schenk ik een koele chardonnay van Kellerei Kaltern uit Alto Adige.

Risotto alla primavera

Nodig 4 personen:

400 g arborio rijst
1 l kippenbouillon, getrokken van de afsnijdsels en botten
1 bundeltje groene asperges of andere (groene) groente
2 stengels bleekselderij
1 wortel
roomboter en kaas
2 sjalotjes
peterselie gehakt
peper en zout
1 glas witte wijn
3 el olijfolie

handje rucola en kaas voor de garnering

Bereiding:

Snijd de harde onderkanten van de groene asperges. Kook de asperges 3 minuten en laat ze afkoelen. Snijd de wortel in kleine blokjes en de stengels selderij in ringetjes. Snipper de sjalotjes fijn. Verhit in een pan de olie en fruit de sjalot. Bak de groente kort mee, Voeg alle afsnijdsels toe aan de bouillon. Voeg de rijst toe en bak deze mee totdat de rijst kleurt. Blus af met de witte wijn. Voeg beetje bij beetje de warme bouillon toe en blijf roeren totdat de rijst alles opneemt. Blijf de rijst tussentijd roeren. Na twintig minuten is de rijst klaar. Roer de aspergestukjes door de risotto (of een andere groene groente) Maak de risotto af met wat boter, peterselie, peper en zout. Serveer op borden met eventueel wat geraspte Parmezaanse kaas en handje rucola.

Gereons Keuken al fresco 2016.

 foto: Gereons keuken al fresco

Gereons Keuken al fresco. Ook in 2016. De weerberichten liegen er eindelijk niet om. Sweetest days of May zingt het rond in mijn hoofd. Dat betekent aan de slag op mijn Amsterdamse balkon, de grill naar buiten, het elektrisch plaatje en koken maar in de open lucht. Goed voor lijf en geest. Of vis roken. Ik kan er geen genoeg van krijgen. Ik hoop jullie ook niet. Met leuke themá’s zoals snel koken op zijn Italiaans, homecooking from Greece en wat nog meer op mijn al fresco pad komt. Saint Tropez  #cookingvibes of misschien iets funkier Ibizan style. Laat de lange zomeravonden maar komen.

 foto: Gereons Griekse BBQ kaas

Met een beetje redelijk weer en wat goede moed start ik het al fresco seizoen vanaf  eind deze week. Het servies, bestek en glaswerk kan weer naar boven,  BBQ olie maken in de door mij verzamelde flessen. kruidenpotten planten op het balkon. En koken maar in de buitenlucht. In ieder geval tot half september of half oktober. (Wie weet krijgen we weer een mooie Indian Summer) Gereons keuken al fresco.

 foto: fijn voor lijf en geest.

Het al fresco seizoen kan mij niet lang genoeg duren. Dit jaar nodig ik jullie allen opnieuw uit jullie trouvailles op mijn blog te delen. Dat kan in een reactie onder aan deze blogpost Jullie favoriete buitengerecht voor zomerse lunches, barbecues of picknicks. Het kan niet gek genoeg. Ik plaats deze dan op mijn blog en op 15 september maak ik de winnaars van twee leuke kookboeken bekend. 

Asperges à la Puck Kerkhoven.

 foto: Bier & Food

Asperges à la Puck Kerkhoven.  Met witbier wel te verstaan in plaats van de obligate witte Elzasser wijn. Puck Kerkhoven en ik hebben elkaar nooit in levende lijve ontmoet. We hebben echter een geschiedenis. In december 2013 vlak voor kerst meldde een vriendin uit Vaassen mij, dat ze mijn recept in de Stentor zo leuk vond. “Huh? Ik schrijf niet voor de Stentor”, schreef ik daarop terug. Hetzelfde geval met het Haarlems Dagblad. Ik ging op virtueel en telefonisch onderzoek uit en kwam erachter dat mijn recept voor een Steak haché marchand du vin beland was in een recensie van Puck Kerkhoven over het Thuisafgehaald kookboek. (ik heb nog een aantal recepten voor dit boek droogekookt.) Dit recept stond eerder in mijn eigen kook- en leesboek Gereons Keuken Thuis. het verhaalt over een verlate lunch in Lyon, waar de patron kosten nog moeite spaarde om onze hongerige maagjes te vullen met een heerlijke steak haché.

Tot zover de steak. In maart kruisten onze paden weer. Van koken.blog.nl kreeg ik het boek Bier & Food van deze culi schrijfster opgestuurd. In dit bierboek gaat zij dieper in op bier en spijs. Leuk, zeker in deze tijd, waarin speciaalbieren zo langzamerhand een zekere culinaire waarde krijgen naast wijn. Verras je kokende man, je vader of een vriend eens met dit boek.

Omdat het apsergeseizoen al flink van start is gegaan vandaag een recept uit Bier & Food. de bereiding van asperges op Hollandse wijze. Voor de verandering drinken we er geen wit wijntje bij maar een wit biertjes bij de asperges à a la Puck Kerkhoven. Leve de lente!

Hollandse asperges met boerenham.

voor 4 personen

Ingredienten:

1600 g witte asperges

1 suikerklontje

1 mespunt zout

1 klontje boter

125 g boerenachterham (biologisch)

1 gekookt ei, fijngehakt

1 el verse peterselie

extra roomboter en zeezout voor het botersausje

vers geraspte nootmuskaat, naar keuze

Vooraf: schil de asperges zorgvuldig. Breek de achterkant van de asperge (niet snijden!), zo bepaalt de asperge zelf vanaf waar hij sappig genoeg is om te worden gegeten. Leg hem dwars voor je, houd de stengel vast bij de kop. Schil met een dunschiller vanaf 2 cm onder de kop tot onderaan, draai steeds een slagje en zorg dat de schilbanen elkaar overlappen. Valt er zonlicht op je handen, dan zie je gelijk waar je bent gebleven. Geschild glinstert de stengel, niet geschild is hij dof. Je kunt het ook voelen met je vingertoppen. Reken 400 gram witte asperges per persoon.

Leg de geschilde asperges in een grote kookpan met ruim koud water. Leg de schillen en de kontjes bovenop – zo geven ze smaak af en met hun gewicht drukken ze de asperges onder water. Voeg zout en suiker toe. Laat aan de kook komen en kook 8 minuten  Zet het vuur uit, do ehet deksel op de pan en laat de asperges circa 10 minuten in het kookvocht nagaren. Check of de asperges soepel zijn maar nog wel beet hebben.

Snijd ondertussen de boerenham in dunne repen of snippers, of maak rolletjes Smelt de roomboter (niet bruin laten worden.) Schik de hete asperges op een voorverwarmde schaal, leg er dwars overheen een band peterselie, een band gehakt ei en een band hamsnippers. Serveer met gekookte nieuwe aardappels bestrooid met peterselie. Zet een kommetje gesmolten roomboter met zout op tafel. Rasp er, naar smaak, nootmuskaat over.

Bieradvies: Een veilige keuze is witbier, bijvoorbeeld Hoegaarden of Mongozo Buckwheat White. Maar probeer ook eens een lentebockbier en verbaas je over de krachtige combinatie.

Tip: maak van het kookvocht een romige aspergesoep.

Bier & Food, Puck Kerkhoven met illustraties van Daan Brand. (ISBN 9789401604147) is een uitgave van Xander en kost € 22,95

Talk and Table, Jean Beddington.

marie_cecile_thijs_-_jean_med-2 foto: Jean door Marie Cécile Thijs (internet)

I still remember her restaurant in the Roelof Hartstraat in Amsterdam. The white square boxes in the window. The plain design. And the marvelous food. All done by Jean Beddington chef and culinary creative. You could call her the grand lady of TASTE, that’s what it is about. With so many caleidoscopical features. Gereons Keuken Thuis wanted to know more. Because I had another question by a friend of mine, I called her. All of a sudden I got the idea to invite Jean for my series Talk and Table. Based on the answers she gives I will conceive a recipe, that will please her and my readers. Something savoury with a touch of Spring.

Who is Jean Beddington and what would you like to share with us?

An English lady settled in Amsterdam for the last forty years! And cooking professionally for the last 36 of them! So there should be quite a lot to share…

You have quite a history from restaurants to books, publications and more. What was your most impressive project? 

A few years ago I was asked to cook a dinner in the RijksMuseum just before it was opened after renovations. It was organised by an international company and it was a business dinner for guests from Dubai – so the food and drink were halal. It was very interesting to create non-alcoholic drinks to match the food – the red wine option was a mixture of beetroot and cavolo nero and tasted amazing with the beef main course. And my sous-chef and I were sightseeing in the dimly lit museum whilst the guests were eating in the Staalmeesters Room!

Nowadays you are a culinary creative Is there a difference with being a chef? 

Having sold the restaurant three years ago I now have time to choose the time I go on holiday – at the beginning of the year we visited Cadiz for a week and in June we will be off to Italy. What I don’t miss is the daily pressure of running a business – the bookkeeping, the staff, the repair jobs but I do miss the buzz and adrenaline rush of the restaurant. However now I get to think up creative solutions for dinners, workshops, demonstrations etc. – deciding on a theme and exploring both culinary and visual aspects of each occasion to create a unique experience. One thing that is really new for me is the monetary aspect of catering individual events – in a restaurant the price is worked out in advance and everything is a continual job but with my work now it’s sometimes very difficult to put a price on the work – and it’s surprising how people have no idea how much work (and hours) is involved from start to finish.

You invest a lot of energy in defining taste and dishes? In another life, would you do it again? Or would it be something else?

I’ve always loved to cook but when I was young I never thought of it as a career choice. But once I’d experienced working in a professional kitchen I knew it was a fantastic way to express myself.

Your dishes and recipes speak to the imagination, certainly with me. They are gorgeous. How do you do that?

Thankfully I’m blessed with a very good memory both in terms of taste and visual presentation – when thinking of a new dish I can bring these into play – it’s like a puzzle – when the taste, textures, and colours fit together I know I have a good dish. The more you know the more you can leave out!

My parents were/are very French oriented. De last two decades there has been a shift from French to other cuisines, certainly in my generation. You were in front position. Do you feel that too?

Although my upbringing in England obviously has a great influence on my cooking, I travelled with my family from a young age to France, Italy, Spain etc. and it was always so exciting tasting new cuisines. The first time I ate an artichoke none of my family had ever eaten or seen one before but thank God a friendly Frenchman at the next table came over and explained to me how to eat it! It also helped that my father loved good food and encouraged us to order anything we fancied! And of course my love of travel took me overland to Japan where I lived for several years. Eating through all those countries with their wonderful cuisines has given me a marvelous taste history. Returning to Europe and settling in Amsterdam it was amazing to cook using all those influences and finding them so appreciated – so much so that I was christened “The Godmother of Fusion”! When I started I was using products like seaweed, wasabi, miso, fresh coriander etc. – nowadays chefs couldn’t cook without them and now the guests know what they are.

More and more culinary start ups appaer. What do you think of the general quality. Has it become better the Dutch culinary landscape?

Certainly the restaurants in Holland have improved tremendously over the last 30 years – with everyone travelling so much and the influx of foreigners living here there has been more exposure to different cuisines which can only be a good thing! But the new trends like pop-ups serving one item like burgers or bao’s or pulled pork etc. seem not to deliver the real thing – imitation may be the highest form of flattery but you have to get it right! And so many of the new restaurants kind of blend into one another – their dishes and presentation all look alike – I miss a personal signature.

What do you miss in nowadays cuisine?

I like to be able to choose in a restaurant and again one of the new trends is to just serve one menu – I admit that it’s a damn sight easier for the kitchen but who wants easy….

Culinary speaking, which one is your favorite dish? And ofcourse which wine?

Oh goodness – what a difficult question! I love so many dishes – anything with seafood – oysters, crab, a gleaming eyed mackerel…tiny fresh shrimps in a crispy pancake. Actually, I am a great lover of Japanese cuisine – the freshness, the attention to detail and presentation and I get so much inspiration from the food. I love combining the Japanese flavours in a European cuisine. And as for wine, a full creamy white Burgundy, a crisp Albariño, and I love a good toasty Champagne – Pol Roger, Taittinger…

And what do you dislike?

I’ve never been a big fan of ‘stamppot’ especially the one with ‘ postelein’ – too slimy for me and one fish I’ve never really enjoyed is ‘zeewolf’ but that’s about it on food dislikes.

If you would give a cooking class, what would you want to teach us?

I would like to teach people how to make good basic sauces, and dressings for salads – with the new trends in restaurant dishes you always wish there was more sauce instead of the minimum amount to make the dish look pretty – banish the dots and dashes – just give me the sauce!

Last but not least, do you want to share anything else in my blog? Please be welcome

Support your local butcher, grocer, fishmonger and food market. Do not do all your shopping in the supermarket.

The recipe for Jean

I am very glad with the answers of this chef. Thank you so much Jean! They are down to earth, yet contain a lot of information. Jean is right when she tells that the difference between having a restaurant and occasional catering is big. Her eye for remembering the visual presentation, the taste in combination to the texture is quite a known phenomenon to me. In Gereons Keuken Thuis we call that “droogkoken”, cooking based on the memories in your head. Jean Beddington sees a lot of development in Dutch cuisine. However she is not that fond of  one issue pop up restaurants, nor the kind of restauarants that only serve one menu. She likes to choose. She likes seafood, white Burgundy wines and is a sauce addict. Not  a simple dash, but lots of it. Based on this information I thought of the following recipe. A Flemish  spring stew, waterzooi, with extra cream and white asparagus.They are almost in season. (since in the South of the Netherlands they arrive every year end of March)  And a whole baguette for the sauce. The wine to pair wil be a white Burgundy from Uchizy. Butter and almond to pair the waterzooi.

Ingredients:

2,5  l vegetable broth 1 chicken in pieces, carcass.

a bunch of thick white asparagus

3 stalks of celery

1 leek cut inrings

3 carrots in pieces

8 potatoes

250 g celeriac into cubes

1 bunch of parsley finely chopped

2 egg yolks

4 dl cream

butter

pepper and salt

Preparation:

Cut the chicken into pieces and make nice fillets of the breast and other meat. Add the carcass of the chicken to the vegetable broth. Leave to simmer for a while.. Add the chicken pieces to the broth and cook about 20 minutes. Peal the white asparagus and cut off the woody ends. Cook the aspargaus in  salted water for about 15 minutes. Cut all the vegetables into chunks. Put the vegetables and potatoes in a deep casserole with some butter an stir fri them.. Remove the chicken pieces from the broth and add to the vegetables.  Add  the strained broth. Leave to simmer fo another 15 minutes until the potatoes and vegetables are tender. Add the cream and turn of the heat.. Season the the waterzooï to taste with salt and pepper. Stir in the egg yolks and add the rest of the cream. Serve the chicken parts and vegetables in plate, together with the white asparagus. Spoon some sauce over and garnish with chopped parsley. Serve with a rustic bread in pieces,. It will soak all the sauce and flavour just until the last drip.

Bonenschotel op vrijdag.

 foto: bonenschotel

“Buiten blaast het flink door. De zee staat bijna tot aan het duin. Binnen is het lekker warm, vanavond eten we een bonenschotel.”, meldde ik een week geleden vanuit de keuken van Gereons SeaSpot Want bonen kunnen altijd en overal. Zeker in dit internationale bonenjaar, waar extra aandacht is voor de voedingswaarde en het genot van peulvruchten. Bonen! diva Joke Boon neemt ze zelfs mee naar de Amerikaanse ambassade, zag ik op Facebook. Bonen zijn namelijk universeel. En kunnen zoals gezegd altijd. Er is variatie zat, want er zijn duizenden soorten. In pot en blik, gedroogd of vers van het land.

In Gereons Keuken Thuis eten we regelmatig peulvruchten. Gemalen kikkererwten in de hoemmoes, witte bonen als extraatje in de soep van tante Doubs. (zij weet de maagjes hiermee wel te vullen), funky chili con carne. Of, zoals in het weekend, dat de zee tot het duin reikte, een bonenschotel. Een makkelijk en ietsje pittige kapucijnerschotel met prei, knoflook, spekjes, wortel en een uitjes. Easy does it. Klont boter erdoor en twee ferme scheppen Dijon mosterd voor de pit. Een stevig glas rood erbij en de koontjes worden weer lekker warm na de winterse strandwandeling.

 foto: de zee reikt tot aan het duin.


Nodig:


150 g spek in kleine blokjes.

1 pot kapucijners of veldertjes.

1 grote prei in ringen

1 winterwortel

2 middelgrote uien

3 tenen knoflook

2 tl paprikapoeder

2 tl Provençaalse kruiden

peper en zout

2 el Dijon mosterd

2 el olie

klont boter

sap van halve citroen


Bereiding


Snijd de prei in dunne ringen en de wortel in stukjes. Pel de uien en snijd deze fijn. Hak de knoflook fijn. Bak de spekblokjes uit en laat deze uitlekken op een bord met papier. Verhit 2 el olie in een pan en zet de uien kort aan voeg de paprikapoeder toe en bak deze kort mee. Daarna voeg je de groente toe en laat deze kort smoren. Voeg de spekjes, knoflook en Provençaalse kruiden toen en laat het geheel 10 minuten sudderen met het deksel op de pan. (eventueel wat water erbij) Voeg als laatste de uitgelekte  kapucijners toe en warm nog 10 minuten mee. Maak deze bonenschotel op smaak met wat zout, peper en Dijon mosterd. Voeg vlak voor het serveren wat citroensap (tip van Sarah Britton) en een ferme klont boter toe.

Door de site te te blijven gebruiken, gaat u akkoord met het gebruik van cookies. meer informatie

De cookie-instellingen op deze website zijn ingesteld op 'toestaan cookies "om u de beste surfervaring mogelijk. Als u doorgaat met deze website te gebruiken zonder het wijzigen van uw cookie-instellingen of u klikt op "Accepteren" hieronder dan bent u akkoord met deze instellingen.

Sluiten