Bitterzoet wintereten, speklapjes in abrikozenjus

foto meeuwengrijs door Elsbeth de Leeuw

Storm en regen  op de laatste vrijdag van november. In Nederland is de herfst vaak grijs en nat. De regen tikt tegen het raam. Het waait net stevig genoeg om de dag een winters tintje te geven. De kolkende zee is hier uit het raam niet meer te zien, maar valt weg in het grote grijswit. De kleur van een zeemeeuw. Binnen is het warm, weg van de elementen. Bitterzoet wintereten.De winter is in aantocht. Vol verwachting kloppen vele harten. Alsof dat met het oog op a.s. donderdag de vijfde december al niet het geval was. Krijgen we een echte winter? Wie zal het zeggen. Winter nodigt wel uit tot eten, warm, zoet en een beetje bitter. En het gebruik van specerijen. Iets waar wij Hollanders patent op hebben. Vandaag een ouderwets stukje vlees, de doorregen speklap. Met een bitterzoete jus van abrikozen en een beetje sinaasappel. Erbij serveren we een stamppotje met spruitjes en en snufje nootmuskaat. Ter variatie drinken we er eens een Extra Stout bier van de Jopen brouwerij uit Haarlem bij. Bittertje bij het zoet.

Nodig 4 personen:

500 g speklapjes
150 g gedroogde abrikozen
1 glas medium sherry
2 kruidnagels
1 tl kaneel
rasp van sinaasappel
peper en zout
boter
1 kg aardappels
500 g spruitjes
1/2 dl warme melk
nootmuskaat

Bereiding:

Wrijf de speklapjes in met peper, zout en wat kaneel. Verhit de boter en braad de lapjes aan. Snijd de gedroogde abrikozen in kleine stukjes en laat even wellen in de sherry. Haal de speklapjes uit de pan en blus de jus met wat water. Voeg de abrikozen, sherry, kruidnagel en sinaasappelrasp toe en laat even sudderen. Doe de speklapjes terug in de pan. Voeg eventueel nog wat boter toe.
Schoon de spruitjes en snijd ze doormidden. Blancheer ze kort in heet water. Kook de aardappels. Als deze gaar zijn, voeg dan wat boter en warme melk toe en maak er een puree van. Voeg een snuifje nootmuskaat toe. Meng de puree met de spruitjes en maak een stamppotje. Serveer de speklapjes met wat abrikozenjus en stamppot op een bord.

Foodblogevent november, Libanese Kibbeh als gehaktschotel.

 foto: Bekaa Vallei (internet)

De Arabische wereld? Is dat de wereld van de Britse held Lawrence of Arabia, trekkend over het schiereiland, langs wadi’s en rustend bij bedoeïenen? Is het de ultra moderne wereld van de Emiraten, met hoogbouw langs de kusten van de golf? Is de Arabische wereld Mekka, met de miljoenen pelgrims die langs de zwarte Ka’aba trekken? Of Egypte, bakermat van eeuwenoude cultuur en de Arabische Lente? Zijn het de sprookjes van duizend- en één nacht? Ik kan nog wel even doorgaan, denk ik dan.
Het thema van het foodblogevent november is de Arabische of Turkse keuken? Een spannende opdracht, omdat je jezelf daar vele vragen bij kunt stellen. Wordt bedoeld de keuken van de bedoeïenen op het schiereiland?  De rijke keuken van de kalifaten? De swingende mezze van Beyrouth? De keuken van de Maghreb, de avondlanden? Ik heb het dan nog niet eens over de keukens van de sultans in Istanbul, die deels de Byzantijnse traditie op kookgebied voortzetten.
Dat er kruisbestuiving plaatsvond is zeker. De Arabieren brachten specerijen mee uit Azië en Oost Afrika. De Ottomanen, eens heerser over een groot deel van het Midden Oosten het roosteren en de yoghurt. In het Midden Oosten leefden alle tradities en volkeren naast elkaar onder de vlag van de sultan. Het heden is anders, gezien de dagelijkse beelden uit dat gebied, maar daar wil ik het nu niet over hebben. Wat nog bindt is de keuken. Ik ga vandaag voor het gerecht kibbeh. gevulde balletjes uit Libanon. Ik ben verzot op de lichte en fantasierijke Levantijnse keuken. Ik maak in plaats van balletjes een ovengerecht van lamsgehakt en bulgur. Het wordt geserveerd met een yoghurtsaus. Erbij drinken we een rosé uit de Bekaa Vallei, een Chateau Musar Jeune, vol en zacht met tonen van framboos, amandel en rode appelschil.

Ingrediënten 4 personen:

100 g bulgur
400 g kalfsgehakt
1 roze ui gesnipperd
1 el olijfolie
boter
peper en zout

voor de vulling:

2 el olijfolie
1 ui gesnipperd
200 g lamsgehakt
50 g pijnboompitten
50 g  witte amandelen
1/2 tl chilipoeder

voor de saus;

500 g Griekse yoghurt
3 tenen knoflook geperst
2 el gehakte munt

Bereiding:

Meng de bulgur, het kalfsgehakt, de fijn gesnipperde ui en een el olie goed door in een kom. Maak op smaak met wat peper en zout.
Verhit in een pan de olie en fruit daarin de ui. Voeg het lamsgehakt toe en bak het rul en bruin. Voeg als laatste de pijnboompitten en walnoten toe. Maak op smaak met chilipoeder, peper en zout.
Vet een ovenschaal in met wat boter en leg onderin een laag van het kalfsgehakt. Schep daarop de vulling en sluit het geheel af met nog een laagje van het kalfsgehakt. Bak het geheel in 40 minuten af in een oven op 180 graden. Aan het einde kun je de kibbeh schotel bestrijken met boter.
Meng de yoghurt, knoflook en munt tot een gladde saus.
Snijd de gehaktschotel in repen en serveer in een broodje met de saus.

De keuken van de vendanges

 foto de heuvels bij Veauxrenard

Deze week krijg ik ze binnen, mijn portie Beajolais wijnen van dit jaar. Een Juliénas, de Nouveau en de Villages vieilles vignes. Het gonsde weer van de activiteit op domaine la Rizolière in Veauxrenard. Een dorpje in de groene heuvels van de Beaujolais. Didier en Marieke Canard waren weer begonnen met de jaarlijkse druivenpluk. In enkele dagen moeten alle druiven van de ranken. Druiven waarvan dit echtpaar een grote verscheidenheid aan wijnen maakt. Een rode Beaujolais Villages, een ferme Juliénas, een sprankelende witte wijn van de chardonnay druif, een  Morgon en hun elegante Fleurie. Het is elk jaar weer hard werken, maar de resultaten mogen er dan ook zijn. Dit jaar was de oogst op 8 oktober binnen. Als je hun domaine bezoekt vertellen ze er graag over! Nu natuurlijk niet want er moest eerst geoogst worden. Naast het plukken is de van oorsprong Drentse Marieke ook gastvrouw voor de plukkers. Dat betekent er naast de verzorging van een slaapplaats ook gezorgd wordt voor de inwendige mens. En dat op Franse wijze met tweemaal per dag een warme maaltijd. Nieuwsgierig naar het menu mailde ik Marieke. Zij vertelt dat er in de middag vooral stevige potten op tafel staan, de boeuf Bourguignon, blanquette de veau en poulet à la Provençale. Vooraf natuurlijk de heerlijke charcuterie uit deze streek en we sluiten af met kaas en dessert. En daarna weer plukken…., plukken. Tot het avondmaal. Dan doet Marieke het dunnetjes over, zij het met een  lichtere maaltijd. Groentesoep met daarna een quiche, gevulde pannenkoeken of een visschotel. Eén recept wil ze me niet onthouden, haar saucisson brioché, gekookte worst  in een deegkorst, dat zij serveert met een frisse salade. de basis voor dit gerecht is de kookworst die je veel vindt in deze contreien. In Nederland is hij waarschijnlijk verkrijgbaar bij Alain Bernard in Amsterdam of bij ambachtelijke slagers. Kun je deze worst niet vinden kun je het altijd proberen met sausijsjes. Wat drinken we erbij? Ik adviseer een koel glas rosé van de hand van Didier en Marieke, fruitig en licht bij dit stevige gerecht en beloning na de gedane arbeid in de velden. Kijk voor alle wijnen eens op de site van deze kanjers. www.larizoliere.com

Nodig 4 personen:

1 grote kookworst of 4 saucijzen
250 g meel
200 ml slagroom
3 eieren
gist
snufje zout

Bereiding:

Kook de worst in 15 minuten gaar. Maak met de meel, room eieren en gist een beslag. Vet een cakevorm in  en doe hierin de worst. dek af met een laag beslag. Bak de saucisson brioché in 30 minuten goudbruin in een oven van 180 graden. Serveer dit gerecht in plakken met een frisse tomaten salade met bieslook.

Bonenschotel met gekonfijte eendenbout

foto herfstlicht op deur

 

Wij Nederlanders eten weinig bonen, waarom zou ik niet weten. Gedroogde, ingeblikte of opgepotte bonen vormen niet een uitdaging om eens iets mee te maken. Hoe anders is dat in Frankrijk of Italië waar bonen vaak een groot bestanddeel zijn van het hoofdgerecht. Ja, maar wij eten in Nederland chili con carne!  Klopt als een bus, vooral gemaakt met een zakje van een kruidenboer. Er is, laten we die chili con carne maar snel vergeten, eindeloze variatie mogelijk met bonen. Zo zet je zo, zonder zakjes een heerlijke warme maaltijd op tafel. Ik had nog een blik confît de canard staan, een verplichte aankoop, als ik in Frankrijk kom. Gewoonlijk geef ik bij deze eendenbouten wat tagliatelle. Maar vandaag maak ik eens een witte bonenschotel  bij de eend. Cassoulet? Nou nee, ik zou het niet zo durven noemen, maar meer een simpele bonenschotel met worstjes en het vet van de eend uit het blik. Snel klaar. Bij dit stevige herfstgerecht drinken we een  rode Cahors.

 

Nodig 4 personen:

 1 blik confît de canard

2 grote potten witte bonen uitgelekt

1 winterwortel

1 rode paprika

1 tl tijm gedroogd

2 rode uien

2 tenen knoflook

2 tl paprikapoeder

1tl cayennepeper

25 cl witte wijn

3 varkensworstjes

peper en zout

gehakte peterselie

schone pot

 

Bereiding:

Haal de eendenbouten voorzichtig uit het blik en leg ze in een ovenschaal. Verwarm de oven op 180 graden en zet de eendenbout er een kwartier in. Eventueel kun je ze insmeren met wat vet uit het blik.

Snijd de ui, wortel en paprika in kleine blokjes. Snijd de knoflook fijn. Verwarm 1 el olijf olie inde pan en bak de varkensworstjes aan. Haal de worstjes als ze gaar zijn uit de pan en laat uitlekken op papier. Voeg daarna 2 el eendenvet toe aan de pan en fruit hierin de groenten en knoflook. De knoflook als laatste, want deze mag niet aanbranden. Voeg de tijm, paprikapoeder en cayennepeper toe. Daarna de uitgelekte bonen. Snijd de worstjes in stukjes en doe terug in pan. Giet het glas wijn erbij en laat het geheel nog 20 minuten sudderen. Voeg eventueel wat extra peper en zout toe. Serveer de bonenschotel  in een schaal er bovenop met de warme eendenbouten. Bestrooi het geheel met wat peterselie. Geef bij het gerecht wat stokbrood.

 Waarom staat bij de benodigdheden een schone pot? Een tip die ik eens van culinair schrijver Onno Kleyn kreeg is om het vet  uit het blik apart te bewaren in een potje. Het vet blijft lang goed in de ijskast en is heerlijk om aardappels of groenten mee te bakken.

La treuffe, een Bourgondische aardappelkoek

foto: de luiken gaan toe.

De mist dwarrelt vanaf de Saônevlakte naar de heuvels. De wijngaarden van de Mâconnais verkleuren van groen naar allerlei tinten rood, bruin en geel. Het landschap wordt een groot schilderij. De oogst is binnen. De wijn gaat rusten in de kelder. Net als deze dromerige streek. En ook de wijnboer. De luiken gaan toe. Boven alle wijngaarden torent de rots van Solutré uit. Hij zal deze winter een oogje op de velden houden. Binnen wordt de haard aangestoken en schenkt men een glas in. Een mooie Viré of een Pouilly om maar eens wat te noemen. Of rood uit de kelders van Mancey. En er moet gegeten worden. Stevige kost. Een aardappelkoek.
La treuffe is een aardappelgerecht uit Bourgondië. Een lekker hartverwarmende aardappelkoek. Zeker na het werk in de wijngaard gaat dat er wel in.

Nodig:

500 g aardappels
3 grote eieren
2 el bloem
500 witte verse kaas, bijv.. ricotta
2 el crème fraîche
olie om te bakken

Bereiding:

Schil en kook de aardappels. Laat ze iets afkoelen verbrokkel ze in een kom. Breek de eieren en klop deze door de aardappel. Voeg 2 el bloem, de crème fraiche, peper, zout ende ricotta toe. Roer de massa tot een beslag. Verhit in een pan wat olie en giet het mengsel erin. Bak kort op hoog vuur en laat de koek daarna 15 minuten rustig garen onder een deksel. Keer met behulp van een groot bord de aardappelkoek om en bak de andere kant in korte tijd krokant.
Serveer de treuffe met een salade van veldsla en gebakken hazelnoten.

Ballekes in roomsaus van bij ons.

 foto: Brueghels bruiloftsmaal (internet)

Ik kijk altijd graag naar Dagelijkse Kost op EEN. Jeroen Meus zijn keuken is aanstekelijk. Met zijn Zuid Nederlandse accent en dito gerechten. Zoals spieringskes (procureurlapjes) met fricassee. Een stuk varkensvlees met appels uit het Hageland. Rillettes met gueuze. Allemaal makkelijk te maken. Het opent mijn Gallische hart. En iedereen weet wat Julius Caesar zei over de Belgen. Misschien dat ik daarom zo van deze eerlijke keuken houd. Met mooie producten uit zee, van het land en uit het woud. Ik krijg spontaan zin in gehaktballetjes in room saus. Niet in een jus maar in een roomsaus. Een variant op zo een andere klassieker bij onze zuiderburen de koninginneragout. Vandaag geen wijn, maar een lekker glas Leffe Radieuse. Fonkelrood bier Warme smaak voor bij de ballekes van bij ons.

Nodig:

1 pond kalfsgehakt
1 bakje champignons
1 rode ui
1 glas witte wijn
knoflook
peper en zout
tijm
peterselie
1 el Dijonmosterd
crème fraîche
olie
boter

Bereiding:

Maak kleine balletjes van het kalfsgehakt. Bak ze aan in wat olie en boter. Leg ze op een bord en houd warm onder folie. Snijd de ui en champignons en knoflook fijn. Bak deze aan het vet van het gebakken gehakt. Voeg een glas witte wijn toe en laat sudderen. Doe de balletjes terug in het vocht en laat garen. Voeg op het laatst de kruiden mosterd en room toe. Serveer direct

Broden in een mand…..

 foto: het broodmandje

De bel ging! Daar stond ie dan, een mand vol broden. Zomaar voor de deur. En dat bij een “broodklant”, zoals ik mezelf wel eens noem. Het zandloper dieet zou voor mij dan ook een ramp zijn. Zuivel, vlees en granen horen bij mijn bestaan.. Ik ben dol op brood met een klont boter en jam. Ik ben dol op brood bij de maaltijd. Dopen in de saus of jus. Ook voor brood tussendoor te porren. Met wat tapenade of rillettes. En ik ben een zeurpiet wat brood betreft. Supermarktbrood vind ik vaak niet lekker. Te veel deeg, te weinig korst. Te slap of geen echte maaltijd. En zelf bakken hoort niet bij de core business van Gereons keuken.
De broden in de mand waren van Korenlanders Rustiek, een nieuw concept van Plus supermarkten. Zij zagen de vraag naar kwalitatief brood. Gemaakt van de beste graansoorten en op basis van desem. Gebakken op een stenen vloer en met een knapperige korst. Proeven moest ik dus! En ik werd blij van het wit, blij van het borrelbrood. En blij van het speltbrood, dat ik ga transformeren in een picknickbrood voor buiten. Erop uit, kijken naar de kleuren van de Indian Summer en in mijn knapzak een gevuld brood van Korenlanders rustiek. Erbij een koele Sauvignon Blanc uit Nieuw Zeeland.

Nodig:

1 groot boerenbrood, spelt met zonnebloempitten.
1 rode paprika
100 g groene olijven zonder pit
1 rode ui
150 g feta in blokjes
200 g salami in blokjes
rucola
peterselie fijn gehakt
2 el kappertjes
1 potje tuinboontjes uitgelekt.
olijfolie
peper
zout

Bereiding:

Snijd het brood overdwars 2/3 open en hol het uit, zodat er een soort kom ontstaat. Bewaar wat kruim voor in de vulling..
Snijd de paprika in blokjes, de ui in ringen. Maak van de salami en feta blokjes. Meng alle ingrediënten en olie door elkaar. Voeg wat zwarte peper uit de molen en olijfolie toe. Eventueel wat zout. Doe de vulling in het brood, deksel van brood erop en bind dicht met een touwtje. Klaar om mee te nemen naar buiten.

Enjoy!

Karbonaadjes in een korstje.

 foto: Bill’s cookbook

Gisteren viste ik het boek van Bill Smith uit de la en keek of ik wat Southern spirit kon opsnuiven. En dat deed ik. Geïnspireerd op een recept uit zijn boek, maak ik de snelle karbonaadjes met een Madeira saus en gefrituurde peterselie. Zijn versie is wat heavier dan de mijne, met veel meer kaas, maar dat is nu eenmaal de smaak aan de andere kant van de grote Atlantische plas.

 We drinken hierbij een witte wijn uit de zuidelijke Rhõne, een witte wijn uit de omgeving van Nîmes, Château de Nages, gemaakt van grenache blanc en rousanne druiven. Een frisse en fruitige hint bij dit stevige gerecht.

Nodig 4 personen:

4 haaskarbonaadjes
paneermeel
4 el fijngemalen oude kaas
2 eieren
peper en zout
boter en olie
wat bloem
bos krul peterselie

voor de saus:

2 sjalotjes
boter
250 ml witte wijn
125 ml Madeira
125 g crème fraîche
kappertjes
boter

Meng de bloem met peper en zout en strooi het over de karbonades. Kluts de eieren. Meng het paneermeel met wat oude kaas. Haal het vlees door ei en dan door het paneermeel mengsel. Verhit de boter met wat olie en bak de karbonades snel aan.

Verhit de frituur op 180 graden. was de peterselie en dep droog. Frituur de peterselie 2 tot 3 minuten en laat uitlekken op papier.

Fruit de fijn gehakte sjalotten aan. Blus af met de witte wijn en laat even sudderen. Voeg de Madeira toe en laat ongeveer 10 minuten staan. Haal de saus van het vuur en roer de crème fraîche en kappers erdoor.

Serveer het vlees op een bord met wat saus en de peterselie. Easy. Geef er voor een mooi rood accent een salade van tomaat en rode paprika bij.

Nederlanders verkopen Nederland, het Friesland van Mannin!

IMG_4661B_resize foto: It  Fryske gea

In mijn queeste naar recepten diende Mannin zich aan. Fries in bloed en aderen ging zij vol enthousiame aan de slag. Twee recepten voor de serie nederlanders verkopen Nederland, met prachtige foto’s stuurde zij in. Dank Mannin. En veel succes met je broodverkoop in Ljouwert.

Mijn naam is Mannin. Ik blog over diverse baksels op www.baksels.net, Ik bak op bestelling en geef workshops in bakken. Ik ben getrouwd en moeder van twee jongens (van 4,5 en 6,5 jaar). Geboren in Friesland en na een 10-jaar durend uitstapje naar Twente zijn we sinds 1,5 jaar weer terug op Friese bodem. We wonen in het Noord-westen van Friesland, de streek die ook wel de Klaaihoeke (kleihoek) wordt genoemd.
Friesland (of Fryslân zoals tegenwoordig de officiële naam is) is één van de noordelijke provincies, welke bijna 650.000 inwoners telt en als hoofdstad Leeuwarden heeft. Hoewel ik Twente ook erg mooi vond, ben ik blij weer terug te zijn in Friesland. Hier vind je nog ongekende rust en dorpen met hun oude, met liefde onderhouden dorpskernen met allemaal hun eigen kerk die hoog boven alles uittorent. Dit omdat deze op een grote terp staat en ons herinnert aan vervlogen tijden waarin de Friezen met grote regelmaat te maken kregen met overstromingen. Hier zie je  “kop-hals-romp-boerderijen” genoemd  naar de hoge vorm van het voorhuis (de kop), het lagere verbindingsstuk als nek en de hoge schuur welke de romp moet voorstellen. Dit type boerderij schijnt haar naam te hebben gekregen omdat de vorm doet denken aan een liggende koe. Daarbij komen we bij wat de Friezen “ús mem” (onze moeder) noemen. Dit verwijst naar het Friese stamboekvee, de zwart met witte koeien die als melkkoe over de hele wereld bekend zijn.
Natuurlijk mag ik het Fryske Hynder (het Friese paard); dat grote, statige, zwarte paard met zijn lange manen en staart niet vergeten. Als ik een stukje ga fietsen kan ik ontzettend genieten van de vergezichten en de afwisseling van prachtige wolkenluchten, weilanden waarin niet alleen vee staat, maar waar ook diverse weidevogels te zien zijn. Denk bijvoorbeeld aan de grutto of de kievit, een vogel waarvan de Friezen uit eeuwenoude traditie graag de eieren rapen. Friesland biedt veel afwisseling.
Zoals gezegd zitten wij in de Kleistreek, de streek waar oude-zeeklei ligt en het landschap voornamelijk bepaald wordt door weilanden, aardappelvelden en akkers met suikerbieten, uien en penen. In het oosten van de provincie vindt men “De Wouden”, het meer bosrijke gebied van Friesland en waar men zandgrond heeft. Het midden en zuid-oosten van de provincie kenmerkt zich door uitgestrekte veengebieden. In het Zuidwesten ligt Gaasterland, waar zelfs enig hoogteverschil te vinden is, veroorzaakt door landijs dat in de ijstijd de keileem opstuwde. Tot slot de welbekende elf steden, verbonden door waterwegen (het liefst bedekt met dik ijs, want dan staat Friesland op zijn kop!) met elk hun oude kernen.
Naast de eigen (officiële) taal die we hier hebben, heeft Friesland ook vele typische streekgerechten en streekproducten.  Een selectie van de heerlijkheden:  Fryske dúmkes, Friese oranjekoek, Fryske Sûkerbôle, anijsbeschuit, suikerlatten, diverse soorten (kruid)koeken, Fries roggebrood, het drankje Berenburg, Friese nagelkaas (kaas met komijn en kruidnagel), Jouster pof (een soort gevulde krentenbol), Friese pepernoten en drabbelkoeken. Wie meer Friese heerlijkheden met hun recepten wil bekijken gaat naar: www.lekker-frysk.nl
Zoals je misschien zal opvallen staan er veel baksels in dit lijstje, deels omdat mijn voorkeur naar baksels uit gaat, maar ook omdat de Friezen zoet zijn aangelegd. Misschien wel omdat er hier zoveel suikerbieten worden geteeld? Ook worden er veel specerijen gebruikt, met name anijs kom je vaak tegen.
Hieronder twee Friese recepten: Fryske Sûkerbôle (Fries suikerbrood) en het recept voor de welbekende, kruidige Fryske Dúmkes (Friese duimpjes)
IMG_1190B_resizefoto: grutto
Fryske Sûkerbôle: 

Ingrediënten:
·         75 gram zachte roomboter
·         500 gram bloem
·         6 gram zout
·         1,5 dl lauwe melk
·         12 gram droge gist
·         3 eetlepels gembersiroop (= ongeveer 45/50 ml)
·         2 eieren op kamertemperatuur
·         1 flinke theelepel kaneel
·         120 gram kandijsuiker, greinsuiker of parelsuiker (verkrijgbaar bij o.a. de Welkoop, in een paars doosje van het merk Tiense Suiker)
·         suiker
·         boter voor het invetten van de vorm
Werkwijze:
·         Smelt de boter voorzichtig in een pannetje op laag vuur en laat afkoelen tot kamertemperatuur.
·         Doe de bloem en het zout in de een kom en roer goed door met een garde.
·         Voeg de gist toe, roer weer goed door met een garde.
·         Voeg de lauwe melk toe, de gesmolten boter, de gembersiroop en de eieren.
·         Kneed dit in een standmixer met de kneedhaak in ca. 10 minuten tot een mooi soepel, samenhangend deeg. Het deeg is goed als je er tussen je vingers een vliesje van kunt vormen. Je kunt natuurlijk ook met de hand kneden, dit zal wat langer duren.
·         Leg het deeg in een licht ingevette kom en zet weg op een warme, vochtige en tochtvrije plek. (Ik doe dit in een onverwarmde oven met een bakje heet water op de bodem)
·         Laat ca. een uur rijzen tot het deeg in volume verdubbeld is.
·         Kneed er dan de kaneel en de parelkorrels door.  Je kunt als alternatief ook het deeg tot een grote plak uitrollen en deze gelijkmatig bestrooien met kaneel en de suikerparels.
·         Maak een rechthoekige plak van het deeg, deel denkbeeldig in drieën en vouw de linke flap over de middelste, en de rechterflap vervolgens ook over de middelste.
·         Draai het deeg een kwartslag en rol losjes op.
·         Vet een cakebakblik van 25 cm dik in met boter en bestrooi met suiker.
·         Leg het deeg hierin en laat nog ca. een kwartier rijzen op een warm, vochtig en tochtvrij plekje.
·         Verwarm de oven voor op 190 graden.
·         Bestrooi de bovenkant van het deeg met suiker en bak het in ca. 30/33 minuten gaar en goudbruin.

·         Stort het brood na het bakken op een rooster (doe er eventueel een plastic zak omheen, iets lucht inlaten zodat het niet tegen het brood aan komt, dit zorgt ervoor dat de suiker lekker gaat plakken) en laat afkoelen.

Fryske dúmkes (ca. 20-25 stuks): 

Ingrediënten:
·         125 gram Zeeuwse bloem (als je hier niet aan kunt komen kan je gewone tarwebloem gebruiken
·         0,5 gram zout (1/8 theelepel)
·         1,6 gram kaneelpoeder (1/2 theelepel)
·         1,5 gram gemberpoeder (1/2 theelepel)
·         1,5 gram anijspoeder (1/2 theelepel)
·         3 gram anijszaad
·         25 gram lichte basterdsuiker
·         50 gram donkere basterdsuiker
·         50 gram hazelnoten
·         60 gram zachte roomboter
·         1 eidooier
·         1-2 eetlepels water
Werkwijze:
·         Doe de tarwebloem, zout, kaneelpoeder, gemberpoeder, anijspoeder, anijszaad, basterdsuiker bij elkaar in een kom en roer goed door met een garde.
·         Rooster de hazelnoten in een droge koekenpan op een halfhoog vuur tot ze kleuren.
·         Laat de hazelnoten afkoelen en hak ze in kleine stukjes.
·         Doe ook de hazelnoten in de kom en roer nog eens goed door.
·         Voeg nu de boter, eidooier en 1 eetlepel water toe.
·         Kneed het geheel kort tot een samenhangend deeg. Het deeg hoort vrij droog te zijn, het moet net genoeg samenhang vertonen. Als het te het te droog is, voeg dan nog een beetje water toe. Begin bij een halve eetlepel en kijk of het deeg dan goed is. Zo niet, voeg dan nog maximaal een halve eetlepel toe.
·         Laat het deeg ingepakt in huishoudfolie een 20 minuten rusten in de koelkast
·         Verwarm de oven voor op 180 graden Celsius
·         Bestuif het werkblad met wat bloem en rol het deeg met een deegroller hierop uit tot een rechthoekige plak met een dikte van 1 cm.
·         Snijd rechthoekjes van 2 X 5 cm. en druk de hoekjes iets rond.
·         Leg de Fryske dûmkes op enige afstand van elkaar op een met bakpapier of siliconen bakmatje beklede bakplaat.
·         Bak de Fryske dûmkes in ca. 15 minuten gaar met de ovendeur op een heel klein kiertje om vocht te laten ontsnappen.
·         Laat de koekjes afkoelen op een rooster.
Bron: “Het Nederlands bakboek” door Gaitri Pagrach-Chandra
Lekker ite! (eet smakelijk!)

 

Pear mania, peren in spätlese.

foto: pearmania

Het blijven wilde weken in Gereons Keuken Thuis. Het weer van zondag noopte tot binnen blijven. De weergoden hadden besloten, dat er nog niet genoeg water was gevallen. Donnerwetter! En zetten de hemelsluizen open. Nat natter natst. Op zulke dagen ben ik altijd blij dat ik vooruit heb geblikt. Ik had op vrijdag 2 kg mooie peren gekocht. En een fles Spätlese uit de Pfalz. Een witte en zoetige wijn van de rieslingdruif. Dat opende perspectieven voor deze zondagmiddag. Potten schoonmaken, peren schillen en koken maar. Tevreden keek ik naar de plank in mijn voorraadkast. Ik was er nu zeker van. Na de #applemania van vorige week, was ook de #pearmania geslaagd te noemen. Ik meldde het al eerder, het zijn wilde weken. Eén ding ging jammer genoeg niet door. Het roken van de worstjes op mijn balkon. Maar eens gaat de zon weer schijnen. Dus dat houden we tegoed.

Nodig:

2 kg grote handperen
1 vanillestokje
8 el suiker
2 tl kaneel
1 citroen schil
1 fles Spätlese (Pfalz)

Bereiding:

Schil de peren en snijd ze in stukjes. Steriliseer de potten met soda en kokend water. Zet op hun kop weg op schone theedoek. Schraap het merg uit het vanille stokje. Boen de citroen en haal met een dunschiller de schil er af. Snijd in kleine stukjes. Doe peren, suiker, wijn , kaneel en citroen in een pan en breng aan de kook. Laat ongeveer een half uur op laag vuur doorkoken. Vul de potten met stukjes peer en giet het kookvocht tot aan de rand erop. Draai deksel er stevig op en zet de potten een tijdje op hun kop.

Door de site te te blijven gebruiken, gaat u akkoord met het gebruik van cookies. meer informatie

De cookie-instellingen op deze website zijn ingesteld op 'toestaan cookies "om u de beste surfervaring mogelijk. Als u doorgaat met deze website te gebruiken zonder het wijzigen van uw cookie-instellingen of u klikt op "Accepteren" hieronder dan bent u akkoord met deze instellingen.

Sluiten