Kookboek van het jaar 2017.

 foto: covers winnende boeken.

 

Kookboek van het jaar 2017, alweer de 11e editie op vrijdag 10 november. Hulde aan Fusina Verloop, kookboeken duizendpoot, die dit spektakel wederom con brio organiseerde. Een selectie van zes titels uit de stapels kookboeken, die Fusina en de vakjury elk jaar ontvangen. Kookboeken, die meedingen naar een vakjury- en publieksprijs. En er verschijnt wat elk jaar. Kookboeken zijn goed voor 7% van de verkoop bij boekhandels.

foto: #momentje met Fusina.

Ter gelegenheid van deze verkiezing toog Gereons Keuken Thuis naar het kakelnieuwe TwentySeven hotel boven de Groote Industrieele Club op de Dam. In dit hotel zwaait creatieve chef Pascal Jalhay de scepter over restaurant Bougainville. Een nieuw concept, waar hij graag voor ieders budget wil koken. Ondanks de ultieme deftigheid van het erboven gelegen hotel. Een belofte wordt dit restaurant aldus één van mijn disgenoten tijdens deze lunch.

 

 

 

 foto’s: creaties van Pascal Jalhay

 

Jalhay maakte uit de zes genomineerde boeken, zes spannende gerechten. Gadogado met zoete pindasaus uit hoe kan het ook anders het genomineerd Pindakaas kookboek. Een crème van wortel met gepocheerd ei en paddenstoelen uit Leafs. Een bouillabaisse zonder vis uit Bowls of Goodness. Zeeduivel/spinazie uit Zot van de Noordzee (één van mijn favoriete kookboeken van 2017). Speenvarken-racks met roodfruit uit Smokey Goodness 2 en tenslotte een mokkamoussetaart met zwarte bonen van The Green kitchen at home. Wat een smaken op je bord en wat een mooie creaties. Dat wordt nog wat daar op de Dam, als eind november de deuren opengaan voor het publiek. Xavier Kat van Okhuysen in Haarlem tekende deze middag voor de wijnen, waaronder een witte Jurançon, een vinho verde gemaakt van alvarinho, rosé uit de Var, een rode Crozes Hermitage en als showstopper een PX uit het gebied Montilla in Zuid Spanje van -heel zeldzaam- 150 jaar oud. Geblend speciaal voor Okhuysen uit soleras tussen 1820 en 1910. Wat een wijn.

 foto: PX uit Montilla van 150 jaar oud.

Toen was het tijd om samen met mijn tafeldame en -heren Jean Beddington , Hoeben, Kellerhuis en Polman te horen uit de mond van spreekstalmeester Ellemieke Vermolen, wie de winnaars van de publieks- en vakjuryprijs waren. In de eerste categorie was de prijs voor Smokey Goodness 2 van Jord Althuizen. Vorig jaar nog de favoriet van de vakjury, dit jaar door het publiek beloond met de gouden garde. Knap gedaan, zeker omdat dit Jords tweede BBQ boek in korte tijd is en het dan altijd afwachten is, wat het publiek ervan vindt.

 foto: gerecht uit Smokey Goodness 2

De winnaar van de vakjuryprijs ging naar The Green Kitchen at Home, gezond, vegetarisch en snel eten voor elke dag, het genomineerde kookboek van het duo David Frenkiel en Luise Vindahl. Gereons Keuken Thuis kende dit boek niet, noch deze bestsellerauteurs. De jury prees het stel voor hun recepten en fotografie. En het feit dat alles wordt geproduceerd aan de keukentafel. Persoonlijk ben ik niet zo kapot van dit genre kookboeken, millennial vegetarisch met een hoog Ikea gehalte zal ik maar zeggen. Ik had in de categorie vegetarisch ingezet op Leafs. Maar dat is mijn smaak. Zo zie je maar!

 foto: dessert uit Green Kitchen at Home.

Na de lunch ging het via een korte pitstop thuis naar Foodyard op het markthallenterrein aan de Van Galenstraat. Daar, in de buik van de stad werden de winnaars en alle andere genomineerden nogmaals in het zonnetje gezet. Een feestelijk besluit van deze verkiezing van het kookboek van het jaar 2017. Gespijsd en gelaafd toog Gereons Keuken Thuis weer westwaarts. Benieuwd wie er volgend jaar op het podium staan.

Amsterdam Kookboek, recepten en verhalen.

 foto: cover Amsterdam Kookboek.

Amsterdam Kookboek, recepten en verhalen van culinair journaliste Laura de Grave. Gereons Keuken Thuis en de schrijfster van dit nieuwe kookboek hebben een aantal dingen gemeen. Onze liefde voor Neerlands hoofdstad, lekker fietsen door de stad, op zoek gaan naar leuke culinaire adressen en erover verhalen. Bovendien zijn we allebei import Amsterdammers, Laura sinds 2012 en ik sedert 1985. (Ja zo oud ben ik nu eenmaal) Laura’s Kookboek over Amsterdam is het gevolg van de wens van Laura om het roer om te gooien. Teksten schrijven kon ze wel, maar ze miste nog de broodnodige culinaire ervaring om zich in het vervolg culi journalist te noemen. Ze bedacht een plan. Laura meldde zich bij diverse restaurants en andere ambachtelijke keukens met de originele vraag: “Mag ik hier een dag komen werken, dan schrijf ik er een verhaal over?” Inherent aan onze stad zwaaiden de deuren open voor Laura. Want welke kok of ambachtsman is nu niet trots op zijn product? De aanpak werkte en inmiddels is ze een gevestigd culischrijver, die al heel wat publicaties op haar conto heeft staan. Haar mooie Amsterdam Kookboek is hiervan de apotheose. Een kookboek met typisch Amsterdamse, Nederlandse en multiculturele recepten, die zijn ingebed in de stad. Maar nog belangrijker vind ik de verhaallijn van het Centrum via Noord naar Oost naar West. Met de medewerking van al die oude en nieuwe Amsterdammers, die zich dagelijks inspannen om de lekkerste dingen te maken. Om de stad te laven. Een bijdrage aan het “terroir” van Amsterdam. Er staan voor mij niet veel nieuwe/onbekende adressen of specialiteiten in. De kracht van het boek ligt in de persoonlijke verhalen erbij. Van patissier Cees Holtkamp, slagerij Louman, over de enige echte ossenworst van de Wit, distilleerderij van Wees (waar ik tijdens de entreeweek van de UVA in 1985 de likeurproef wedstrijd won) en de oesters van Nam Kee op de Zeedijk. Wat een variatie. Ik ga niet alle deelnemers aan het boek opsommen, want het Amsterdam van Laura moet je zelf zien, proeven en voelen. Pannenkoeken in de Taksteeg bij Gartine, de koolraap van Rijks® of de stoofaal van stadsvisser Piet Ruijter. Allemaal verhalen en recepten, die de buik van Amsterdam laten zien, voorzien van sfeervolle foto’s van fotograaf Hans de Kort. (ook import) Ik kan er nog meer woorden aan wijden, maar mijn devies is, stap op je fiets met dit boek in je hand en ontdek de smaak van de  stad. Of zoals de schrijfster het zelf zegt: “Spring maar achterop!”

Amsterdam Kookboek, recepten en verhalen. Laura de Grave (ISBN 9789492037695) is een uitgave van Uitgeverij Brandt en is “liever lokaal” te koop voor € 25,00

N.B. Binnenkort verschijnt ook de Engelstalige editie, leuk voor je expat vrienden of buitenlandse gasten, die willen kennismaken met al het moois, dat Laura verzamelde.

Noot: dit boek werd mij als recensie-exemplaar gestuurd door de uitgeverij. De bespreking hier is mijn eigen mening. Lees ook de disclaimer

Pays d’Oc pop up winebar.

 foto: Pays d’Oc pop up winebar.

Pays d’Oc pop up winebar.  Gisterenavond was hij voor het eerst te bewonderen, de pop up bar op de bel étage van Odeon aan het Amsterdamse Singel. Zo’n dertig jaar geleden kwam ik daar om te dansen en met medestudenten bier te drinken. Op deze 31 oktober bezocht Gereons Keuken Thuis het gebouw om te proeven van al het moois, dat Pays d’Oc IGP  al vijfendertig aan wijnen biedt. Dat willen ze van woensdag 1 tot en met zondag 12 november  delen met het publiek.

 foto: binnen in de pop up wine bar.

Wit, rosé en rood uit de Languedoc, een zeer gevarieerd wijngebied in Zuidwest Frankrijk. Voorheen bekend om zijn slobbers, maar dat is al jaren niet meer het geval. Hiervandaan komen echte juweeltjes, die onder de noemer gems worden verkocht. De tijdelijke kaart van Pays d’Oc pop up winebar schenkt meer dan vijftig wijnen, veelal monocépages, ook van onvermoede druivenrassen.

Bij binnenkomst startte Gereons Keuken Thuis met een semillon vermentino blend, stuivend in je glas. Een mooie binnenkomer. Hierna was het tijd voor een van de Big Five, de chardonnay, precies zoals je verwacht van zo’n cépage.

 foto: pop up sommelier Wouter legt uit.

  foto: 50 plus vins sur l’ardoise

De fraaie bar nodigde uit de uitgebreide kaart verder te inspecteren en her en der te proeven van de schappelijk geprijsde wijnen. Sommelier Wouter is de komende 12 dagen de gastheer van deze pop up winebar en verraste mij met een kloeke witte gemaakt van de druivensoort rolle, een soort met elliptische druiven, die een karaktervolle en aromatische witte wijn geven. Daarna was het tijd voor een gewürztraminer, fijn wit uit Pays d’Oc. Rood kwam in de vorm van een uiterst soepele mourvèdre als monocépage en twee verschillende rode wijnen gemaakt van petit verdot. Allemaal niet mis.

 foto: monocépage van les Jamelles.

Wat een keuze biedt Pays d’Oc. Gereons Keuken Thuis komt er zeker op terug, al was het maar in mijn aanstaande kerstwijnen line up. Maar voor nu stap eens binnen op Singel 460 en maak je keuze uit het mooie assortiment van de Pays d’Oc pop up winebar. Nog 12 dagen lang vanaf vandaag, van 16 tot 23 uur geopend.

 

SuriMAM Cooking.

 foto: cover SuriMAM cooking.

SuriMAM cooking, op zoek naar de soul van de Surinaamse keuken. Dat is de zussen Moreen, Aretha & Martha wel toevertrouwd. Zij namen de passie voor en “het –soso lobie– met liefde” bereiden van eten over van hun moeder, die in de jaren zestig naar Nederland verhuisde. Eten was altijd een feest bij de zussen thuis. Oma’s en tantes sneden de ingrediënten en de kinderen scharrelden rond in de keuken. Op deze wijze kregen de drie dames hun familieverhalen en keukengeheimen met de paplepel in gegoten. (Of eten ze in Surinaamse gezinnen geen pap?)

De moeder van het drietal verhaalde hoe zij op het platteland opgroeide. Heel andere beleving dan de flat in Dordrecht en later in Amsterdam. Inmiddels kennen de zussen het land van herkomst op hun duimpje en denken vaak aan de geur van bloemen, planten en kruiden langs de dreven. Nippend aan gemberbier onder de zwoele tropische avondluchten. Hun groene moederland. De basis van hun met –soso lobie– bereiden van eten.

Ik moet bekennen, dat ik niet veel weet van de keuken van Suriname. Niet uit desinteresse, maar de focus van Gereons Keuken Thuis ligt toch vooral in het Europese bassin. Daarnaast, dat is een minder positieve herinnering,  hadden voormalige collega’s de gewoonte om tussen de middag Surinaamse broodjes en roti te halen bij Tjin’s. Als deze maaltijd in de kantoortuin was genuttigd rook de afdeling de hele  middag naar vet. Persoonlijk vond ik het altijd vrij zwaar eten. De tjauw min soep van een warung naast het huis met de kabouters aan de Ceintuurbaan was daarentegen wel heerlijk en evenwichtig. Tijd dus voor een hernieuwde kennismaking met de Surinaamse keuken.

Suriname is een smeltkroes van culturen, Indianen, Creolen, Hindoestanen, Javanen en Chinezen deden een spreekwoordelijke duit in het “culinaire” zakje van dit land. Een klein stukje Libanees, een beetje Joods of Hollandse kost erbij en je hebt een echte melting pot. Het boek start met de Surinaamse voorraadkast en uitleg over ingrediënten. Tegenwoordig zijn deze producten natuurlijk overal te koop.

Het eerste hoofdstuk, “Tang boengswiti srnanan” verhaalt over de koloniale periode en de herinneringen, die de moeder van Moreen, Aretha & Martha hieraan heeft. Daarbij horen de emblematische bruine bonen met rijst en kip, gele pesie (erwten) met karbonade en rijst of  het nostalgische gerecht roti en de tjauw min. Laten we vooral de pom niet vergeten. De jaren 70 waren de tijd voor de zussen van het avondje AVRO. ’s Middags gonsde het al in de keuken om de hapjes klaar te maken, voordat Toppop en Hans van der Togt (wie had daar geen crush op?) hun gewag maakten op de kijkbuis. Vis als kwie kwie masala met oker, telo (gebakken cassave) met bakkeljauw, kokos koekjes en limoenwater op de bank!

Een dagje op stap. Als er familie opgehaald moest worden van Schiphol ging dat natuurlijk niet zonder slag of stoot. Er ging proviand mee. Bojo (cassavetaart), schuimpjes en gemarineerde kippenvleugeltjes. Picknicken is nog steeds een favoriete passtime van de Surinaamse gemeenschap. Een glas markoesa siroop erbij en eten maar. Via feestmaaltijden belanden we in de jaren tachtig van de vorige eeuw. De meiden gingen graag op stap in de hoofdstad en het uitgaan voegde soul aan hun leven toe. Op hun feestjes is er naast Surinaams eten is altijd een DJ booth, want naast lekker eten moet er worden gedanst. SuriMAM geeft recepten voor vrolijke snacks, Surinaamse broodjes met kip-kerrie, kousenband, pom en bakkeljauw. Of voor broodjes met kippenlevers of zalmsalade. Als andere feestelijke hapjes ontbreken schaafijs, een rumpunch of gekleurde flensjes met kokos niet. Alles vrolijk gefotografeerd, de kleur spat van de bladzijden af.

Het laatste hoofdstuk gaat over “losie foeroe” de Surinaamse familie-barbecue. Ik zie dat regelmatig in het Gaasperpark. Lekker sporten, een duik in het water en dan eten –soso lobie– met een Parbo biertje in de hand. Ze weten er wel een feestje van te maken. Trouwens de zussen weten dat met hun boek SuriMAM, op zoek naar de soul van de Surinaamse keuken, ook. Ik zou direct willen aanschuiven. Want soul heeft dit boek!

SuriMAM, op zoek naar de soul van de Surinaamse keuken. Moreen, Aretha & Martha Waal. (ISBN 9789024577675) is een uitgave van Luitingh-Sijthoff en is o.a. te koop bij Scheltema (waar de dames regelmatig koken) of elders. Het boek kost € 24,99.

Noot: dit boek werd mij als recensie-exemplaar gestuurd door de uitgeverij. De bespreking hier is mijn eigen mening. Lees ook de disclaimer

Nederlanders in Parijs 1789-1914.

 foto: Pont St. Michel van Camille Corot.

Nederlanders in Parijs 1789-1914, een reis door het métropolitaine Parijs van de negentiende eeuw. Gereons Keuken en Route maakte deze reis mee woensdag jl. Een overzichtstentoonstelling van de werken van 8 kunstenaars die vanuit het toen nog slaperige Nederland naar boomtown en broedplaats Parijs trokken. Het Van Gogh Museum in Amsterdam wil met 120 werken laten zien hoe deze stad de ogen en de harten beroerde van de meestal jonge kunstenaars. Hoe beleefden zij Parijs, wat ontdekten ze daar en op welke wijze beïnvloedden zij de Franse kunstscene? Een mooie tentoonstelling, in samenwerking  met Paris Musées/ Petit Palais en het RKD -Nederlands Instituut voor Kunstgeschiedenis-. Nederlanders in Parijs 1789-1914 toont meer dan 120 werken, waarvan een gedeelte bruiklenen uit musea en privécollecties uit de gehele wereld. Edwin Becker (Van Goghmuseum) en Mayken Jongman (RKD) zijn de conservators. Zij namen de aanwezigen mee op pad.

 foto: de conservatoren vertellen!

Parijs had met zijn broedplaatsen, de mogelijkheden van exposeren en opleidingen een meer dan magische aantrekkingskracht op jonge kunstenaars van over de hele wereld. Ook op Nederlandse kunstenaars. Parijs was een nieuwe wereld en na het midden van de 19e eeuw was je er met de trein in één dag. In deze wonderlijke stad. (vergelijkbaar met de indrukken die je ervaart als je voor het eerst Manhattan  binnen rijdt via één van de bruggen) Een stad, waar je anderen ontmoette, nieuwe ideeën, andere culturen. De boost van de grote stad. Het zette de Nederlandse kunstenaars zoals Jongkind, Breitner, Van Gogh, Van Dongen en Mondriaan aan tot het maken van geheel nieuwe werken. Ook speelden hierbij ontmoetingen met Monet, Degas, Cézanne en Picasso. Een periode van verregaande kruisbestuiving in de kunst.

 foto: bloemen door Van Spaendonck

Monet zegt bijvoorbeeld over Jongkind, dat hij de man is die hem uiteindelijk goed leerde kijken. Van Spaendonck, waarmee het verhaal begin had 35 jaar lang een atelier in de Jardin des Plantes en maakte het schilderen van stillevens op 17e eeuwse wijze mateloos populair in Frankrijk. Ary Scheffer werd een bekende salonschilder. Kaemmerer werd door zijn contacten met kunsthandelaar Goupil één van de best verkopende kunstenaars. Van Gogh raakte begeesterd door impressionisten als Monet, Pisarro en Signac. Zijn kleurgebruik veranderde, mede door de betere verf, die in Parijs volop verkrijgbaar was.

 foto: Doop tijdens Directoire, van Kaemmerer.

Van Dongen raakte gefascineerd door het nachtleven van Montmartre, dat een enorme aantrekkingskracht had op jonge kunstenaars en anderen. Jan Sluijters deed Van Dongen na. Breitner vertrok naar Parijs en nam het impressionisme mee. Bij terugkeer in Nederland ging hij terstond naakten en ballerina’s schilderen. Mondriaan is de laatste kunstenaar van deze belle époque, hij ontwikkelde in de Lichtstad een volledig abstracte beeldtaal.

Nederlanders in Parijs 1789-1914 neemt je mee op reis door een tijd, waarin alles heel hard veranderde. Parijs werd herbouwd door baron Haussmann, Montmartre, eens een slaperig dorp werd het toneel van feesten en oh la la. Deze tentoonstelling zuigt je  als het ware op.  Net als Parijs deed bij deze 8 schilders. Er ontstond een gepassioneerde relatie tussen de kunstenaars en deze stad. Te zien in hun eigen werk, maar ook in de werken van anderen. Vol verbeelding, het kon niet op. De sky was de limit en je ziet de kleuren feller en sprankelender worden, naarmate de eeuw vordert. Een eeuw vol nieuwe kunst en verhalen. Het feest eindigt in 1914 met la Grande Guerre.

 foto: schilderij nr. 11, Piet Mondriaan

Nederlanders in Parijs 1789- 1914 is van 13 oktober 2017 tot en met 7 januari te zien in het van Van Gogh Museum. Daarna is de tentoonstelling te zien in Parijs. Uitgeverij TOTH geeft in samenwerking met het RKD een speciale catalogus uit met portretten en illustraties van de kunstenaars, die lang of kort in deze stad verbleven. Nederlanders in Parijs 1789- 1914 is er in een Nederlands- en Engelstalige versie en kost € 29,90.

foto: Zicht uit Theo’s appartement,Vincent van Gogh

Wie Parijs zegt, zegt eten. In de negentiende eeuw, toen behalve kunstenaars, ook veel andere jongeren hun geluk kwamen beproeven in de stad, schoten brasserieën, bistro’s, estaminets en restaurants als paddenstoelen uit de grond. Plek om elkaar te ontmoeten, een glas wijn te drinken. (door de trein was de Beaujolais een stuk dichterbij komen liggen) en je maal te doen. Zoals een stevige kom uiensoep. Hartverwarmend na een dag schilderen op je krappe zolderkamer. We drinken er een vrolijke Beaujolais Villages bij.

 foto: Bal Tabarin van Jan Sluijters

Nodig:

1 kg uien

50 g boter

2 el olijfolie

2 takjes tijm

1 takje rozemarijn

1 el mosterd

1 liter runderbouillon (vers of van blokje)

1 glas rode wijn

1 laurierblaadje

stokbrood

geraspte oude kaas of Gruyère

gehakte peterselie

peper en zout

Bereiding:

Pel de uien en snijd ze in grove stukken. Verhit de boter en olie in een diepe pan. Voeg de uien toe en laat op laag vuur in een kwartier glazig worden. Zet het vuur hoger en bak de uien in circa 10 minuten bruin. Blus af met een glas rode wijn. Voeg de mosterd, tijm en rozemarijn toe. Als laatste de warme runderbouillon. Laat het geheel nog zeker een half uur pruttelen. Voeg naar smaak nog wat peper en zout toe. Snijd plakken van het stokbrood en leg deze bestrooid met de kaas kort onder de grill. Serveer de Franse uiensoep in diepe kommen met het stuk stokbrood erin. Strooi er wat fijngehakte peterselie overheen.

 foto: De blauwe japon Kees van Dongen

Talk & Table met Joris Bijdendijk.

  foto: cover Joris Bijdendijks kookboek.

Talk & Table met Joris Bijdendijk. Het is herfst 2017. Onlangs was Gereons Keuken Thuis op bezoek bij restaurant RIJKS® alwaar chef Joris Bijdendijk een gerecht presenteerde van in zoutkorst gegaarde koolraap met Texelse oude geitenkaas en bessenjus. Spannende Hollandse smaken. Terroir toegevoegd aan de andere kunsten van het Rijks. Joris mag je met recht een Hollandse meester noemen in de keuken. In november verschijnt hierover zijn nieuwe boek. Bijdendijk, een keuken voor de Lage Landen. Spannend!

Maar nu laten we Joris zelf aan het woord in deze nieuwe aflevering van talk&table. Ik wil alles van hem weten en beloon deze culinaire créateur met een speciaal recept en een bijpassende wijntip. (of wie weet een ambachtelijk biertje)

 foto: in zoutkorst gegaarde koolraap.

Wie is Joris Bijdendijk. Vertel eens iets over jezelf?

Momenteel ben ik verantwoordelijk voor de keuken van RIJKS® waar we proberen de Hollandse culinaire cultuur op je bord te presenteren, te werken met al het moois, wat ons land aan agrarisch en cultureel erfgoed heeft. Op mijn zestiende begon mijn passie voor koken en stelde ik mezelf het doel om binnen tien jaar een Franse topchef te zijn. Ik ging werken in top restaurants. Ik werkte onder andere voor Ron Blaauw en in het Zuidfranse Montpellier. Dat was een mooie leerschool.

Wat doe je op dit moment? Wat houd je bezig?

Momenteel draai ik RIJKS ®, het restaurant van het Rijksmuseum, waarin onze nationale culinaire geschiedenis wordt gepromoot via het bord. Wij nodigen regelmatig, net als bij curators in het museum, in het restaurant een gastchef uit, die de scepter gaat zwaaien over de keuken. Dat levert spannende combinaties op.

Vertel eens iets over je interesse in food? Hoe is die ontstaan? Waar zit je passie voor koken?

Staat allemaal in mijn nieuwe boek, dat begin november uitkomt. Toen ik kind was hadden mijn ouders een boerderij in de Ardennen. We gingen daar vaak naartoe. Er was een moestuin, een bron, de boomgaard. Daar heb ik geleerd hoe boerenkool en broccoli groeit. Zo is bij mij het zaadje geplant en mijn interesse voor eten en koken ontstaan. Daar heb ik mijn beroep van gemaakt. Met mooie producten werken is nog steeds mijn grote passie.

Wat zou je doen als je één keuze had tussen koken en een ander beroep? Wat was je dan geworden? Geen compromis mogelijk.

Volmondig: Slager! ( ook een prachtig ambachtelijk vak)

Wat is minst aantrekkelijke kant van het koken voor jou?

Je bent veel uren aan het werk. Soms is het moeilijk dit werk en je gezin goed te combineren.

En wat is de meest aantrekkelijke kant van het koken op jouw niveau?

Het elke dag met waanzinnig mooie producten in je handen staan.

Ik  merk in jouw wijze van koken altijd dat jij niet over één nacht ijs gaat, geduldig probeer jij alles uit. Ik zelf ben fladderiger.  Hoe doe je dat?

Structuur aanbrengen. Ik hanteer 4 pilaren in de keuken van RIJKS ® Het product, de techniek en bereiding, consistentie van je menu, perfectie van de recepten en oog voor de details. Eens in de twee weken komen wij als team creatievelingen bij elkaar om nieuwe dingen te bedenken. We nemen een mooi product en gaan brainstormen. Daarna gaan we met ideeën en product alles testen, net zo lang tot het helemaal perfect is.

In november verschijnt je nieuwe boek, over pure Hollandse smaken, wat zijn dat?

(lachend) Je zou het boek Bijdendijk, een keuken voor de Lage Landen  kunnen kopen. We hebben in Nederland de mooiste smaken. Vis uit de Noordzee, waanzinnige oude runder– en kippenrassen, de mooiste kaassoorten en volop zoetwatervis. Wij zijn dit allemaal een beetje vergeten.  Nederlanders zouden er zelf eens meer van moeten genieten op hun bord in plaats van alleen aan de handel te denken. Daar wil mijn boek aan meewerken.

Staan er nog andere projecten op stapel?

Hele open vraag Ik heb nog wel 1000 ideeën en plannen. Nog vele gastheerprojecten voor de boeg. Amsterdam als culinaire hoofdstad op de kaart te zetten. Allemaal ambities die ik heb!

Wat vind jij een goddelijke maaltijd?

Kip met dragon en prei. Zie boek zou ik zeggen.

En natuurlijk welke wijnen, ik weet dat één keuze niet mogelijk is?

Ik ben een klassieke wijndrinker, ik houd van mooie wijnen uit Bourgondië en Bordeaux. Dat hoort gewoon bij een klassiek gerecht als poulet Bastogne, kip met dragon en prei. (moet Gereons Keuken Thuis snel eens maken)

Wat lust je echt niet en waarom niet?

Ik ben geen fan van andouillettes. Dat vind ik gewoon niet lekker! (verbaast Gereons Keuken Thuis niet, is aangeleerde smaak)

Waarheen ga je het liefst naar op reis?

Op dit moment ga ik graag naar Azië. Ken ik een piepklein beetje. In de nabije toekomst zou ik graag Latijns Amerika eens verkennen.

Je wordt vaak de Hollandse Redzepi genoemd, zijn er overeenkomsten of juist grote verschillen?

Dat is niet waar, dank je wel, een hele eer!  Laat ik even uitleggen wat hij doet. Wat Redzepi doet is echt terroir koken. Hij heeft uit niets een nieuwe Deense cuisine geschapen.Voor NOMA er was, stond Denemarken niet echt culinair bekend. Nederland ook niet. Redzepi heeft het A-Z van Denemarken verzonnen. Een groot succes. Over zo’n succes droom ik ook. Dat hoeft niet om mij te gaan, maar om dat Nederland een keuken krijgt, die het verdient. Iedereen, die hier een steentje aan kan bijdragen omhels ik. Ik hoop dat ik zelf ook een beetje kan bijdragen aan dat doel. Voor mij is de voorloper van Redzepi Michel Bras. Deze beroemde kok uit Laguiole heeft nooit iets anders dan Redzepi  met terroir koken heeft gedaan, zij het dat de laatste een innovatieve draai gaf in een andere time and place.

Wil je nog iets anders vertellen….delen?

Ja over mijn nieuwe boek Bijdendijk, een keuken voor de Lage Landen. Het komt  begin november uit en als je een beetje kan koken kan je er jaren mee vooruit. Vol met ideeën en vol met receptjes. De gerechten bestaan uit vier of vijf subrecepten. (dat had Gereons Keuken Thuis al gezien bij de koolraap in zoutkorst) Die subrecepten kun je telkens opnieuw toepassen.  Paddenstoeltjes voor bij vis kun je ook in een andere combinatie doen. Of saus, die je ook bij een andere groente, vis of stukje vlees kunt gebruiken. Elk recept heeft vijf dingen die je in de dagelijkse keuken kunt toepassen. Veel leesplezier!

 

Het recept voor Joris Bijdendijk.

Naar aanleiding van de antwoorden van Joris ga ik voor hem een Brabantse reestoofpot maken. Van schoudervlees in rode wijn. Klassieke herfstsmaken. Ik herken het antwoord van Joris over hoe je passie voor food ontstaat. Voor mooie producten en dingen zelf maken. Jarenlang maakte ik zelf appel- en perenstroop van de appels en peren uit de Brabantse tuin van mijn ouders. Prima voor bij wild. Dat is één van de geheime ingrediënten van deze stoofpot. Als wijn drinken we er een Caves de Mancey passetoutgrain bij. Rood uit het zuiden van Bourgondië. Deze wijn is in tegenstelling tot andere Bourgogne wijnen, de enige blend, namelijk van de pinot noir en gamay druiven. Een stevig glas bruin Trappistenbier uit Berkel Enschot kan natuurlijk ook.

 foto: avond in het Brabantse land.

Nodig:

1 kg uitgebeend reevlees in stukjes.

1 grote witte ui

1 middelgrote winterpeen

1 teen knoflook

250 gram kastanjechampignons

2 sneetjes peperkoek

zout en peper

1 el jeneverbessen

laurierblaadjes

2 el homemade appel- of perenstroop

wat bloem

boter

ongeveer een halve liter rode wijn

Bereiding:

De ui en de wortel in ringen en blokjes snijden, de champignons grof snijden, de knoflook persen. De wijn op een middel laag vuur warm laten worden. De stukjes reevlees aanbraden in boter, aan het eind bestuiven met een beetje bloem en door elkaar roeren tot ook de bloem bruin is. Ondertussen de uien, wortel en knoflook op een laag vuur ongeveer 8 minuten laten stoven tot de uien glazig zijn. Het vlees en de groenten in de rode wijn doen, het vlees moet onder staan. Plet de jeneverbessen en voeg de laurierblaadjes toe. Ongeveer twee uur laten pruttelen, let op dat het vlees niet uit elkaar valt.

De champignons voorzichtig aanbakken, niet te lang. Het laatste kwartier, twee sneetjes peperkoek mee laten sudderen en afhankelijk van de smaak appel- of perenstroop toevoegen. Als laatste de champignons 5 minuutjes mee laten sudderen. Eventueel de jus binden met wat beurre manié.

Serveer deze stoof met selderijpuree en gebakken spruitjes. .Als bijgerecht zijn ook de peren in Beaujolais siroop, uit mijn kook- en leesboek Gereons keuken Thuis erg lekker.

SWEET, Yotam Ottolenghi & Helen Goh.

 foto: cover SWEET.

SWEET, de nieuwe loot aan de stam van alle Ottolenghi boeken. Met dit boek gaat de succesvolle horeca entrepreneur en kok Yotam samen met patissière Helen Goh op ontdekkingsreis langs zoete smaken, taartjes, koekjes, cakes en desserts. En hij gaat terug naar de tijd, dat zijn werk bestond uit het luchtig kloppen van eiwitten. Nog steeds zijn in Londen grote meringues  onlosmakelijk verbonden met Ottolenghi. Het handelsmerk van zijn deli in Islington. Net als de gewoonte van deze man een verbond te sluiten met een ander, waardoor er mooie boeken ontstaan, zoals Plenty, Jerusalem en NOPI.

Drie jaar lang hebben Goh en Ottolenghi gewerkt aan dit boek, dat ze in eerste aanleg SUIKER wilden noemen, omdat je nu eenmaal bij gebak niet ontkomt aan suiker. Alle modes ten spijt.  De schrijvers vinden dat suiker er nu eenmaal bij hoort. Het hoort bij de overvloedige stijl van Ottolenghi’s kookkunst. SWEET vervult beiden met vreugde. Aan de slag dus bakkers. Nu is Gereon Keuken Thuis meer van de consumptie dan het bakken, maar dat neemt niet weg dat ik SWEET een heel inspirerend boek vind. Anders dan bij koken is bakken een veel technischer iets. De hoeveelheden en processen moeten kloppen. Hier ontstond de grote vriendschap van Helen en Yotam. Ontstaan rond een stuk taart. Helen, eigenlijk psychotherapeute uit Australië kwam rechtstreeks van de boot in Ottolenghi’s zaak terecht en is nooit meer verdwenen uit de patisserie. Samen bakten, proefden en bedachten ze creaties voor SWEET. Doordat ze inmiddels beiden een gezin hebben zijn deze sessies wat schaarser geworden, maar als ze elkaar treffen is het gespreksonderwerp direct gevonden.

SWEET is geen bakboek, maar meer. Het is het resultaat van kennis bundelen. Het boek start met biscuits en koekjes, makkelijk en snel te maken, weinig keukengerei, weinig gedoe en de kinderhand is direct gevuld. Met bijvoorbeeld pindakaaskoekjes, amandelwafeltjes en kattentongen. Ja zelfs Hollands gevuld speculaas, dat Yotam leerde kennen via Amsterdamse patissier Cees Holtkamp. Tot slotte noem ik de Garibaldi’s, die wij sultana’s noemen.

Minicakes, daar zijn Goh en Ottolenghi dol op. Een traktatie waar je iedereen blij mee maakt. Het vergt iets meer keukengerei, vormpjes en bakplaten. Mooie creaties zoals Perzische liefdescakes. De beroemde madeleines met saffraan, honing en sinaasappel. Cupcakes, waarvoor zelfs de #ACBM een uitzondering maakt! Door het gebruik van halva en tahin zie je ook de Levantijnse achtergrond van Ottolenghi terug. Tot slot wil ik de Guinnesscakejes met chocola en Baileys noemen. Dit lijkt wel een Iers gedicht.

Het grote werk in SWEET, cakes en taarten. Het valt me op dat de schrijvers veel werken met likeuren, rum of andere destillaten. Heb je kinderen of wil je geen alcohol? Laat je het weg. Ondanks dat de recepten uitgebreid beschreven worden is het natuurlijk altijd mogelijk je eigen draai te geven aan je taart. Ik las over een taart van rode biet met gember en zure room. Ik als niet super zoetekauw zou deze smaken wel kunnen waarderen. Druiven- of Cleopatrataart, dat klinkt adellijk. Of wat te denken van de fruitcake met grappa?

Ik maak een sprong naar kwarktaarten. Nergens is het ontleden van recepten zo belangrijk als bij deze taarten, die zowel warm als koud worden “gebakken”. Passievruchtenkwarktaart met gekruide ananas, wat exotisch.

SWEET vervolgt met platte taarten, van klassieke open vruchtentaarten tot kleine tartelettes met vijgen, rijst of een pistache-frangipane. Hier lijkt het een beetje op de klassieke Franse patisserie. Maar anything goes voegt de charmante Ottolenghi eraan toe. In dit hoofdstuk ontbreken de Mont Blancs met kastanjecrème ook niet. (en die vind ik lekker)

Is er nog ruimte voor een toetje? Desserts spelen een grote rol in de keukens van Ottolenghi. Heel wat desserts zijn er voorgeschoteld aan de gasten. Wat te denken van ricottaflensjes met vijgen, honing en pistachenoten? Of een frisse yoghurt pannacotta met basilicum en gehakte aardbeien? Fris en sweet. Als laatste noem ik de grapefruitsorbet met campari. Dat noem ik geen dessert maar een cocktail. Tot slot geeft het tweetal nog wat recepten voor snoeperijen, gevolgd door wat algemene productkennis.

SWEET is een boek om door te lezen, het proces te doorgronden en over na te denken. Dat vind ik zo knap aan deze twee schrijvers. Starten met ontleden en dan weer opbouwen. Heel precies. Anders dan de felle cover doet vermoeden is het geen boek vol hedendaags visueel geweld. Daar houd ik van. In mijn optiek draait het om de uitleg.  SWEET is waardige nieuwe loot aan de Ottolenghi boom. Ik moet maar snel eens een bakcursus gaan volgen, misschien wel bij dit duo!


SWEET, Yotam Ottolenghi en Helen Goh (ISBN 9789059567580) is een uitgave van Fontaine en is on- en offline te koop voor € 29,95.

Noot: dit boek werd mij als recensie exemplaar gestuurd door de uitgeverij. De bespreking hier is mijn eigen mening. Lees ook de disclaimer

Baden Württemberg, the sunny side of Germany.

 foto: Wijnen uit de regio.

Proef de smaken van Baden-Württemberg. The sunny side of Germany. Een dinsdagavond eind september Gereons Keuken en Route ging op pad naar de Haarlemmerdijk 41, waar tot 8 oktober de pop up store van CityZapper is te vinden, met allerlei lokale en creatieve producten uit de reisbestemmingen, die deze webgids beschrijft. Ampelmänchen uit Berlijn, ambachtelijk zout uit Portland (Oregon), bessensap uit Helsinki, houten puzzels uit Rio en kekke leren tasjes met de skyline van Heidelberg erop. Het laatste product prominent bij binnenkomst aanwezig, want de avond en het walking diner stond in het teken van de hoofdstad van de Romantiek en regio Baden Württemberg.

Laten we beginnen met de regio met als hoofdstad Stuttgart, gelegen aan de Neckar en zoals de inwoners het zelf zeggen de stad met het beste Oktoberfest van ganz Deutschland. München is voor de global tourist. In Stuttgart aan de rivier de Neckar geht es richtig los! Stuttgart is ook een mekka voor de autoliefhebber, domicilie van Mercedes Benz en Porsche.  Aber…. fahren und trinken, bitte niet tegelijkertijd.

De Neckar, de levensader van Baden Württemberg, met wijngaarden, die rood wit en sekt produceren. Onbekende wijnen in Nederland, maar de sekt van pinot blanc, de riesling en de rode wijn, gemaakt van de lemberger/blaufränkisch druif, spraken tot de verbeelding. Ook de Schwäbische keuken mag er wezen. Op haar blog Eten Maken vertelt Sophie van Wijnen alles over de keuken van Schwaben.

 foto: Schnitzelcanapés & Kirschtorte.

Baden Württemberg is ook de meest culinaire regio van Duitsland. Met maar liefst 67 Michelin sterren en prachtige restaurants. Traditioneel en modern. Culinaire traditie is overal aanwezig, met schnaps van fruit uit het Zwarte Woud, chocolaatjes uit Heidelberg, spätzle, Schwartzwälder Kirschtorte, Maultaschen uit Zwaben, een gerecht van deeg gevuld met vlees, groente en broodkruim. Boze tongen beweren dat Maultaschen in een klooster zijn uitgevonden om de consumptie van vlees te verbergen tijdens de Vastentijd.

 

Maar ook moderne producten, zoals de gin met truffel van Boar vindt zijn weg in Duitsland en buitenland. Een saillant detail is dat truffels uit het Zwarte Woud als gevolg van een wet uit het Derde Rijk nog steeds niet commercieel mogen worden gezocht. Boar gin maakt daarom haar gin met kweektruffel. Wie weet binnenkort ook op hipsterlocaties in Amsterdam te vinden.

Tenslotte Heidelberg, oude hoofdstad met de emblematische burcht, die aantrekkingskracht uitoefent en oefende op schrijvers. Sehnsucht, Romantiek und Leidenschaft. Heidelberg heeft de Tweede Wereldoorlog ongeschonden doorstaan en is vol vakwerk en barokke monumenten. Daarnaast is het de oudste studentenstad van Duitsland. Een vrolijke plek aan de Neckar om te verblijven en te genieten van al het moois en lekker dat deze sunny side of Germany heeft te bieden.

Baden Württemberg: zum Wohl zou ik  zeggen!

Saladeboontjes van Joke.

  foto: #culipost de potjes saladeboontjes!

Saladeboontjes van Joke. Op mijn blog en sociale media is Bonen! diva Joke geen onbekende. Wij maken regelmatig selfies met de ondertitel #fotomomentje. Maar bonenvirtuose Joke ging een stapje verder. Na haar leuke bonen kookboek ging zij weer met bonen aan de slag. Voor een nieuw product. Zij prijkt nu met haar gezicht op de potjes met geselecteerde en verrassende bonenmixen van Kesbeke tafelzuren, sedert 1948. Nu te koop bij de blauwe grootgrutter.  De recepten- en bonenkennis van Joke, gebotteld en gezuurd in de kenmerkende Amsterdamse potjes. Een echte Mokumse samenwerking. Joke bedacht mixen, mediterraan, Grieks en Hollands. Oos Kesbeke hakte ze in de pot, zoals ik dat vaak noem.

Saladeboontjes van Joke zijn koud en warm te eten. Verspil ook niet het mooie gekruide zuur, een fijne basis voor je dressings, een lik mosterd en wat olie erbij en hoppakee, je hebt een vinaigrette over je salade. #nowaste Ik ga vanavond de Hollandse mix proberen op een salade voor bij de Hawai burgers. Overigens is de Griekse mix ook niet te versmaden op een geroosterde bruschetta, ik meng er extra een lepel Griekse yoghurt door. Glas koele retsina erbij en nog even de zomer beleven, Ωππα!

 foto: spread van Griekse mix op bruschetta.

Nodig:

1 potje saladeboontjes Griekse mix, uitgelekt

2 el Kretenzische olijfolie

1 ferme lepel Griekse yoghurt

1 el gehakte peterselie

teen knoflook

dikke plakken brood

olie

Bereiding:

Laat de Griekse mix uitlekken en doe in een hoge beker, haal de staafmixer er een paar maal doorheen, maar maak het mengsel niet te glad. Roer de yoghurt, olijfolie en peterselie door de bonenpuree. Pers de teen knoflook en roer deze door de olie. Bestrijk hiermee wat sneetjes boerenbrood en rooster deze. Snij het brood in gewenste vorm en beleg met de spread van saladeboontjes. Garneer met een snufje peterselie.

 foto: #momentje met bonenvirtuose Joke.

Noot: dit product werd mij als #sample gestuurd door de maker. De bespreking hier is mijn eigen mening. Lees ook de disclaimer

Karbonaadjes a la Madrileña.

Karbonaadjes a la Madrileña, chuletas de cerdo in een krokant korstje. Zouden de Habsburgers hierop patent hebben? Immers ook in Wenen en Milaan wordt er wat af gepaneerd en niet alleen karbonades, maar ook schnitzels, scaloppine of escalopes. In Spanje meestal gemaakt van varkensvlees of speenvarken. Bij een slager in Oud West koop ik regelmatig speenvarkenkarbonaadjes, met een lekkere dikke rand spek eraan. Voor op de BBQ, of in de grillpan. Of om te paneren op één van de hierboven beschreven methodes, daar wil ik vanaf zijn. Vandaag chuletas, karbonaadjes a la Madrileña. Ik meng door de bloem een flinke snuif pimentón de la Vera, lekker pittig en rokerig. Serveer de chuletas met een witte bonen- en tomatensalade. We drinken er een jong rood uit Valdepeñas bij.

Nodig:

4 ribkarbonades
1 ei
2 el bloem
2 tl pimentón de la Vera
zout en peper
paneermeel
olie
gehakte peterselie
3 tenen knoflook

Bereiding:

Meng 2 eetlepels bloem, 1 theelepel pimenton peper en zout op een bord door elkaar en haal de karbonades erdoor. Klop het ei los en haal het vlees erdoor. Paneer de chuletas. Verhit olie in een pan en bak de karbonades om en om aan. Hak de peterselie fijn en de knoflooktenen in stukjes. Haal het vlees uit de pan en giet de overtollige olie weg. Fruit kort een theelepel pimentón de la Vera, peterselie en knoflook aan en garneer de karbonaadjes hiermee. Serveer de chuletas direct met deze garnituur.

¡Buen provecho!

Door de site te te blijven gebruiken, gaat u akkoord met het gebruik van cookies. meer informatie

De cookie-instellingen op deze website zijn ingesteld op 'toestaan cookies "om u de beste surfervaring mogelijk. Als u doorgaat met deze website te gebruiken zonder het wijzigen van uw cookie-instellingen of u klikt op "Accepteren" hieronder dan bent u akkoord met deze instellingen.

Sluiten